In deze zaak heeft de kantonrechter op 3 februari 2020 een mondeling vonnis uitgesproken in een geschil tussen [verzoekster] en HEMA B.V. [verzoekster] was in dienst van HEMA en is op 12 oktober 2019 op staande voet ontslagen wegens het stelselmatig nuttigen van etenswaren zonder te betalen. [verzoekster] heeft het ontslag betwist en verzocht om vernietiging ervan. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verzoekster] op de zitting heeft erkend hotdogs te hebben meegenomen zonder te betalen, wat een dringende reden voor ontslag op staande voet oplevert. De kantonrechter heeft het verzoek van [verzoekster] tot vernietiging van het ontslag afgewezen en de loonvordering en vordering tot wedertewerkstelling eveneens afgewezen. HEMA had daarnaast kosten in rekening gebracht bij [verzoekster], die grotendeels toewijsbaar zijn verklaard. HEMA is veroordeeld tot terugbetaling van € 525 aan [verzoekster], met wettelijke rente. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat elke partij de eigen kosten draagt.