ECLI:NL:RBMNE:2020:4983

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
4 november 2020
Publicatiedatum
16 november 2020
Zaaknummer
16-042206-20
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor mishandeling en belaging met bijzondere voorwaarden en schadevergoeding

Op 4 november 2020 heeft de politierechter O.P. van Tricht uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte, geboren in 1977, die werd beschuldigd van mishandeling en belaging. De feiten betroffen drie incidenten: mishandeling op 14 februari 2020 en 30 januari 2020, en belaging van 10 november 2019 tot 2 juli 2020. De verdachte werd bijgestaan door raadsman W.J. Ausma, advocaat te Utrecht. De rechter kwalificeerde de feiten als mishandeling en belaging, en paste artikelen uit het Wetboek van Strafrecht toe, waaronder 14a, 14b, 14c, 36f, 38v, 57, 285b en 300.

De rechter legde een gevangenisstraf op van 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren. De voorwaarden omvatten onder andere meldplicht bij de reclassering, deelname aan een intake bij een instelling voor psychiatrische hulp, en een contactverbod met mevrouw A. De verdachte mocht zich niet binnen een straal van één kilometer van een specifiek restaurant bevinden. Bij niet-naleving van de voorwaarden zou vervangende hechtenis worden toegepast.

Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot betaling van 1000 euro aan de benadeelde partij, mevrouw A, als schadevergoeding voor immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente. De rechter wees de vordering van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en bepaalde dat de overige vordering bij de burgerlijke rechter moest worden ingediend. De uitspraak benadrukte de ernst van de situatie en de noodzaak van toezicht op de naleving van de opgelegde maatregelen.

Uitspraak

'

aantekening mondeling vonnis

RECHTBANK Midden-Ne derland

LocatieUtrecht
Parketnummer: 16-042206-20 Volgnummer: 6
Uitspraak van de politierechter, mr. O.P. van Tricht, van woensdag 04 november 2020, in de zaak tegen verdachte
[verdachte] , geboren op [1977] te [geboorteplaats]
adres [adres] , [woonplaats]
RAADSMAN:
Als raadsman is ter terechtzitting verschenen mr. W.J. Ausma, advocaat te Utrecht. Tegenspraak
KWALIFICATIE:
T.a.v. feit 1, feit 2: telkens, mishandeling
T.a.v. feit 3: belaging
GEPLEEGD :
T.a.v. feit 1: 14 februari 2020
T.a.v. feit 2: 30 januari 2020
T.a.v. feit 3: 10-11-2019 t/m 02-07-2020
TOEGEPASTE ARTIKELEN:
14a, 14b, 14c, 36f, 38v, 57, 285b , 300 Wetboek van Strafrecht BESLISSING :
Vrijheidsstraf gaat in op met aftrek sedert
en eindigt
De (rest.) v e rv. vrijheidsstraf bedraagt dagen hecht/a rr.
Gezien voor uitvoering, de officier van justitie ,
Verificatiecode: [verificatiecode]
16-042206-20/89274715- UV0201
T.a.v. feit 1, feit 2, feit 3:
Een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
En stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat veroordeelde zich meldt binnen drie werkdagen na het ingaan van de proeftijd bij Reclassering Nederland op het adres Zwarte Woud 2 te Utrecht. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
- dat veroordeelde meewerkt aan een intake bij een instelling gespecialiseerd in psychiatrische problematiek in combinatie met stalkingsgedrag. Tijdens de intake wordt de noodzaak en de haalbaarheid van een behandeling op dit gebied onderzocht. Indien een behandeling geïndiceerd en haalbaar is, werkt veroordeelde mee aan de behandeling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
- dat veroordeelde op geen enkele wijze - direct of indirect - contact heeft of zoekt met mevrouw
[A] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod;
- dat veroordeelde zich niet bevindt in een straal van één kilometer van restaurant [restaurant] in [woonplaats] ( [adres] ), zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit locatieverbod.
- dat veroordeelde meewerkt aan de reeds gestarte hulpverlening vanuit de gemeente, Enik Recovery College en de betrokken psychiater.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden .
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit nodig acht, daaronder begrepen.
T.a.v. feit 3:
Een contactverbod en een locatieverbod voor de duur van 5 jaren .
Het contactverbod houdt in dat veroordeelde op geen enkele wijze - direct of indirect - contact heeft of zoekt met mevrouw [A] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod.
Het locatieverbod houdt in dat veroordeelde zich niet bevindt in een straal van één kilometer van restaurant [restaurant] in [woonplaats] ( [adres] ), zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De politie ziet toe op handhaving van dit locatieverbod.
Beveelt dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor het geval niet aan de maatregel(en) wordt voldaan . De duur van deze vervangende hechtenis bedraagt 3 dagen voor iedere keer dat niet aan de maatregel(en) wordt voldaan met een maximum van 6 maanden (180 dagen).
Toepassing van de vervangende hechtenis heft de verplichtingen ingevolge de opgelegde maatregelen niet op.
Omdat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de veroordeelde opnieuw een strafbaar feit zal plegen en/of zich belastend zal gedragen jegens een bepaalde persoon, gelet op artikel 38v Wetboek van Strafrecht, uitgesproken dat de hierboven gestelde maatregelen dadelijk uitvoerbaar zijn.
t.a.v. feit 3:
Beslissing op de vordering van de benadeelde partij [A] :
Wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij gedeeltelijk toe en veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij, [A] , van een bedrag van 1000,00 euro, bestaande uit immateriële schade. De immateriële schade te vermerderen met de wettelijke rente vanaf 2 juli 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken;
Bepaalt dat de benadeelde partij in de vordering voor het overige niet ontvankelijk is en de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijk rechter kan aanbrengen.
Legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [A] , van een bedrag van 1.000,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 20 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Voormeld bedrag bestaat uit immateriële schade. De immateriële schade te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 02 juli 2020 tot aan de dag der algehele voldoening.
De politierechter,