In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 7 juli 2020, in de zaak tussen Stichting Welzijn Grote Grazers (eiseres) en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (verweerder), wordt het beroep van eiseres behandeld. Eiseres heeft een verzoek ingediend op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) op 14 augustus 2019, maar verweerder heeft niet tijdig beslist. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder uiterlijk op 10 oktober 2019 had moeten beslissen. Eiseres heeft verweerder op 15 oktober 2019 in gebreke gesteld, waarna de rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is.
De rechtbank bepaalt dat verweerder alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen. Verweerder had verzocht om een langere termijn vanwege capaciteitsproblemen en achterstanden, maar de rechtbank wijst dit verzoek af. De rechtbank legt een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet verweerder eiseres een vergoeding van € 262,50 voor proceskosten betalen en het griffierecht van € 345,- vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. V.E. van der Does, rechter, in aanwezigheid van griffier O. Asafiati. Vanwege coronamaatregelen is de uitspraak niet openbaar uitgesproken, maar zal dit alsnog gebeuren zodra mogelijk.