ECLI:NL:RBMNE:2020:4790
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Legesheffing vooroverlegplan verbouwing woning en beroep ongegrond verklaard
In deze zaak heeft eiseres, een inwoner van de gemeente Stichtse Vecht, beroep ingesteld tegen de leges die door de Heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking SWW zijn opgelegd voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vooroverlegplan voor de verbouwing van haar woning. De leges, ter hoogte van € 689,90, werden gefactureerd op 17 december 2018. Eiseres had eerder bezwaar gemaakt tegen deze factuur, maar dit bezwaar werd door verweerder ongegrond verklaard, hoewel het gefactureerde bedrag met € 10,83 werd verminderd omdat er een fout was gemaakt in de berekening. De rechtbank heeft op 29 juli 2020 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij eiseres aanwezig was en verweerder vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde, mr. S. Ralovic.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op 5 oktober 2017 een aanvraag voor een vooroverlegplan heeft ingediend, maar dat er geen aangepast plan is ingediend na negatief advies van de welstandscommissie. De gemeente Stichtse Vecht heeft het dossier gesloten en de leges gefactureerd, wat eiseres betwistte. De rechtbank oordeelde dat de leges terecht zijn geheven, omdat de aanvraag in behandeling was genomen, ongeacht het resultaat van die behandeling. De rechtbank concludeerde dat de heffingsambtenaar de leges terecht in rekening had gebracht volgens de geldende verordening en dat de beroepsgrond van eiseres niet slaagde.
De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling, aangezien het beroep ongegrond is verklaard. Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De uitspraak is openbaar gedaan en de beslissing is in aanwezigheid van de griffier, mr. M.H.A. Willems, uitgesproken.