Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
600,00(2 punten x tarief € 300,00)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft eiseres, een zorginstelling, gedaagde aangesproken tot betaling van een schadevergoeding van € 5.250,00. Dit bedrag is door eiseres aan de nabestaanden van een terminale patiënt betaald, nadat gedaagde in strijd met hun overeenkomst van opdracht een derde heeft ingeschakeld om zorg te verlenen. De kantonrechter oordeelt dat er geen causaal verband is tussen het handelen van gedaagde en de diefstal door de derde, maar dat gedaagde op grond van artikel 6:76 BW aansprakelijk is voor de gedragingen van de ingeschakelde derde. De rechter concludeert dat gedaagde tekort is geschoten in haar verplichtingen uit de overeenkomst, omdat zij zonder overleg een niet-gekwalificeerde persoon heeft ingeschakeld. De kantonrechter wijst de vordering van eiseres toe, met inachtneming van de wettelijke rente en de proceskosten. In reconventie heeft gedaagde een vordering ingesteld voor betaling van een bedrag dat eiseres nog aan haar verschuldigd was, maar deze vordering wordt afgewezen. De rechter legt de proceskosten van beide partijen op aan gedaagde, die in het ongelijk is gesteld.