ECLI:NL:RBMNE:2020:4361

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
16 juli 2020
Publicatiedatum
13 oktober 2020
Zaaknummer
AWB - 20 _ 2387
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende huisnummerbesluit

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 16 juli 2020 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum. Het verzoeker betreft een besluit van 10 juni 2020, waarbij eerder toegekende huisnummers voor vier woningen in het hoofdgebouw aan de [straatnaam] [nummeraanduiding] te [plaatsnaam] zijn ingetrokken en opnieuw zijn toegekend. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen dit primaire besluit en verzocht om een voorlopige voorziening om te voorkomen dat de omgevingsvergunning, die samenhangt met het huisnummerbesluit, formele rechtskracht krijgt.

De voorzieningenrechter heeft overwogen dat op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht, de voorzieningenrechter uitspraak kan doen zonder dat partijen zijn uitgenodigd voor een zitting, indien het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is. In dit geval heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat verzoeker geen spoedeisend belang heeft aangetoond. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen het huisnummerbesluit, wat voldoende is om te voorkomen dat het besluit onherroepelijk wordt. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het huisnummerbesluit weliswaar onmiddellijk in werking is getreden, maar dat dit niet betekent dat er een spoedeisend belang is voor het treffen van een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat verzoeker niet voldoende heeft onderbouwd waarom de maatregel zou moeten worden getroffen. Er is geen evident onrechtmatig besluit en er dreigt geen onomkeerbare situatie. Verzoeker moet de beslissing op zijn bezwaar afwachten. Tevens is bepaald dat er geen proceskosten worden vergoed, aangezien verzoeker geen gelijk heeft gekregen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 20/2387
uitspraak van de voorzieningenrechter van 16 juli 2020 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

[verzoeker] , te [woonplaats] , verzoeker

en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum, verweerder

Procesverloop

Bij besluit van 10 juni 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder ten behoeve van de realisatie van vier woningen in het hoofdgebouw aan de [straatnaam] [nummeraanduiding] te [plaatsnaam] , eerder aan dat pand toegekende huisnummers ingetrokken en vervolgens opnieuw officiële huisnummeraanduidingen toegekend.
Verzoeker heeft tegen het primaire besluit bezwaar gemaakt. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Overwegingen

Op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht kan de voorzieningenrechter uitspraak doen zonder dat partijen zijn uitgenodigd om op een zitting te verschijnen, als de voorzieningenrechter kennelijk onbevoegd is of het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is.
De voorzieningenrechter maakt van dit artikel gebruik en zal hierna toelichten waarom.
De voorzieningenrechter treft alleen een voorlopige voorziening als "onverwijlde spoed" dat vereist. Het is aan verzoeker om dat spoedeisende belang te onderbouwen.
Verzoeker heeft in zijn verzoek en de aanvullingen daarop van 6 en 11 juli 2020 toegelicht dat hij met het verzoek om een voorlopige voorziening wil bereiken dat het huisnummerbesluit over [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] wordt geschorst. Hij wil namelijk voorkomen dat de omgevingsvergunning, die met dit huisnummerbesluit samenhangt, formele rechtskracht krijgt en dat daarmee de horecabestemming van [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] vervalt. Verzoeker wil dat de woonfunctie ‘ongedaan gemaakt’ wordt.
Verzoeker vreest dat het huisnummerbesluit voor [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] onherroepelijk wordt, als er geen voorlopige voorziening wordt getroffen.
De voorzieningenrechter ziet hierin echter geen spoedeisend belang. Verzoeker heeft namelijk bezwaar gemaakt tegen het huisnummerbesluit over [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] en dat is voldoende om te voorkomen dat het besluit nu onherroepelijk wordt. Verweerder zal op dat bezwaar moeten beslissen.
Het huisnummerbesluit heeft op dit moment weliswaar geen formele rechtskracht, maar dat neemt niet weg dat het wel onmiddellijk in werking is getreden, want verweerder heeft geen schorsende werking aan dat besluit gegeven. Verweerders opmerking dat spoedeisend belang alleen al ontbreekt, omdat de bezwaarprocedure wordt opgeschort totdat in drie andere zaken is beslist, kan de voorzieningenrechter dan ook niet volgen.
De vraag die nu dus nog voorligt is of de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening moet treffen die inhoudt dat de werking van het huisnummerbesluit voor [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] tijdens de bezwaarprocedure wordt opgeschort. Verzoeker heeft niet voldoende onderbouwd waarom de voorzieningenrechter die maatregel zou moeten treffen. Met de schorsing van dit besluit kan verzoeker, anders dan hij kennelijk aanneemt, niet bereiken dat een rechtsgevolg dat voortvloeit uit een ander besluit, namelijk het besluit waarmee de omgevingsvergunning is verleend, ook wordt geschorst.
Voor zover verzoeker van mening is dat het huisnummer [nummer-/letteraanduiding] nu met een onjuiste bestemming wordt geregistreerd in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen, is de voorzieningenrechter niet duidelijk welk spoedeisend belang verzoeker heeft om dat op dit moment te voorkomen.
De voorzieningenrechter oordeelt daarom dat verzoeker geen spoedeisend belang heeft bij een te treffen voorlopige voorziening tot schorsing van het huisnummerbesluit voor [straatnaam] [nummer-/letteraanduiding] .
Dit is verder ook geen situatie waarin voor de voorzieningenrechter gelijk al duidelijk is dat het huisnummerbesluit [nummer-/letteraanduiding] onrechtmatig is. Verzoeker heeft bezwaren naar voren gebracht en verweerder zal hierop moeten reageren in een beslissing op bezwaar. Het kan zijn dat verzoeker gelijk krijgt in bezwaar, maar dat is dus niet evident. Er dreigt bovendien geen onomkeerbare situatie: verweerder kan het huisnummerbesluit in bezwaar herroepen en vervangen door een ander besluit. Omdat het besluit dus ook niet evident onrechtmatig is, wijst de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening af. Verzoeker zal de behandeling van het bezwaar van verweerder moeten afwachten.
Omdat verzoeker geen gelijk krijgt, worden mogelijke proceskosten ook niet vergoed.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan op 16 juli 2020 door mr. O. Veldman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.E.C. Bakker, griffier. Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
griffier voorzieningenrechter
De griffier is verhinderd deze uitspraak te ondertekenen.
De rechter is verhinderd deze uitspraak te ondertekenen.
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.