Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
2.Het geschil en de beoordeling daarvan
“we het wat [A (voornaam)] betreft uit gaan vechten in de rechtbank”. De sfeer van het bericht is naar het oordeel van de kantonrechter ruzieachtig. Volgens [eiseres] maakt [gedaagde] zich schuldig aan stalking, wat [gedaagde] ontkent.
“Doe je best mij advocaat staat er allang bovenop. Kost je nog geld ook als het samenlevingscontract opengetrokken is.”
“25.000 van te maken”en die te zullen naleven (2.8.2). Zij zegt toe € 25.000,00 over te maken (2.8.3). In de mail van 5 maart 2019 staat twee maal dat de overwaarde wordt aangevuld tot € 25.000,00 (2.8.5). Daarin staat dat [eiseres] daarom € 23.250,00 zal betalen; dat resteert na afrekening van schulden. Dat dit slechts een rekenvoorbeeld is, blijkt nergens uit. [eiseres] legt ook niet uit waarom zij het dan herhaaldelijk over áánvullen heeft. [eiseres] noemt bovendien in de mail ook de reden voor het aanvullen van het bedrag tot € 25.000,00: “
je het verdient gezien het verleden”.