Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
feit 4op 18 november 2019 in Hilversum een buitenspiegel en de rechterzijde van een personenauto van de politie heeft beschadigd.
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- de bekennende verklaring van verdachte tijdens het verhoor van verdachte in de raadkamer van 5 december 2019, alsmede ter terechtzitting van 11 september 2020;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 18 november 2019, genummerd PL0900-2019345085-1, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een aangifte van [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina 7 e.v.
- de bekennende verklaring van verdachte tijdens het verhoor van verdachte in de raadkamer van 5 december 2019, alsmede ter terechtzitting van 11 september 2020;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 18 november 2019, genummerd PL0900-2019345143-1, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een aangifte van [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina 13 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 18 november 2019, genummerd PL0900-2019345150-1, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een aangifte van [slachtoffer 2] , doorgenummerde pagina 21 e.v.
- de bekennende verklaring van verdachte tijdens het verhoor van verdachte in de raadkamer van 5 december 2019, alsmede ter terechtzitting van 11 september 2020;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 18 november 2019, genummerd PL0900-2019345143-1, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een aangifte van [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina 13 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 25 november 2019, genummerd 20191125.1340.9929, opgemaakt door Districtsrecherche Gooi en Vechtstreek, houdende een verhoor van aangeefster [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina 69 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van 18 november 2019, genummerd PL0900-2019345143-2, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een verhoor van getuige [getuige] , doorgenummerde pagina 24 e.v.
- de bekennende verklaring van verdachte tijdens het verhoor van verdachte in de raadkamer van 5 december 2019, alsmede ter terechtzitting van 11 september 2020;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 18 november 2019, genummerd PL-0900-2019345150-2, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, doorgenummerde pagina 27 e.v.
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL
- bij verdachte tijdens het begaan van de onderhavige feiten sprake was van een ziekelijke stoornis van de geestvermogens en gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens;
- verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een misdrijf waarop een gevangenisstraf van vier jaar of meer is gesteld, te weten: opzettelijk brand stichten terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is en opzettelijk brand stichten terwijl daarvan levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is.
9.BENADEELDE PARTIJ
10.VORDERING TENUITVOERLEGGING
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
- verdachte meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
- verdachte laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van verdachte vast te stellen;
- verdachte houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om verdachte te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
- verdachte helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
- verdachte werkt mee aan huisbezoeken;
- verdachte geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
- verdachte vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
- verdachte werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met betrokkene, als dat van belang is voor het toezicht.
- Verdachte werkt mee aan een time-out in een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) of andere instelling, als de reclassering dat nodig vindt. Deze time-out duurt maximaal 7 weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal 7 weken, tot maximaal 14 weken per jaar.
- Verdachte gaat niet naar het buitenland of naar het Caribisch deel van het Koninkrijk, zonder toestemming van het Openbaar Ministerie.
- Verdachte laat zich behandelen door Forensische polikliniek ‘de Waag’ of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt zolang de reclassering en of zijn behandelaar dat nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen en controle daarop kan onderdeel zijn van de behandeling.
- Verdachte gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd. Verdachte werkt mee aan eventuele interventies.
- Verdachte gebruikt geen alcohol en werkt mee aan controle op dit alcoholverbod. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd. Mogelijke controlemiddelen zijn urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest). Verdachte werkt mee aan eventuele interventies.
- Verdachte bevindt zich gedurende de maatregel niet op de [adres] te [woonplaats] , alsmede in dat deel van Hilversum , omgeven door het spoor ( [straat] , [straat] ), de [straat] , [straat] tot aan de A27 en de [straat] , een en ander zoals aangegeven op de kaart in het Deeladvies EC d.d. 15 juli 2020 en zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. Verdachte werkt mee aan elektronische controle op dit locatieverbod.
- Verdachte zoekt op geen enkele manier contact met mevrouw [slachtoffer 1] en dhr. [slachtoffer 2] zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt.
- geeft opdracht aan de Reclassering Nederland, of een soortgelijke instelling, als bedoeld in artikel 38, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht de ter beschikking gestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen;
- beveelt dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar is;
- legt aan verdachte op de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking;
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] af;
- wijst de vordering van [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van € 289,11;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer 2] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 november 2019 tot de dag van volledige betaling;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat € 289,11 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 november 2019 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met vijf dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;