In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland, hebben eisers, een besloten vennootschap en haar bestuurder, een vordering ingesteld tegen de Coöperatieve Rabobank U.A. De eisers stelden dat de Rabobank tekortgeschoten was in haar zorgplicht als verzekeringsadviseur, omdat zij een ongeschikte verzekering had geadviseerd voor de risico's van de eisers. De zaak draait om een rechtsbijstandverzekering die was afgesloten bij Interpolis, waarbij de dekking werd geweigerd toen de eisers een beroep deden op de verzekering. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden rondom de advisering door de Rabobank onderzocht, inclusief de informatie die door de eisers was verstrekt tijdens het adviesgesprek. De rechtbank concludeerde dat de Rabobank niet tekortgeschoten was in haar verplichtingen, omdat de verzekering die was geadviseerd passend was voor de activiteiten van de eisers. De rechtbank wees de vorderingen van de eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten van de Rabobank, die op € 10.228,00 werden begroot. Dit vonnis is uitgesproken op 2 januari 2020.