In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 13 augustus 2020, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een aanslag van de gemeente Almere, maar de heffingsambtenaar had niet tijdig op dit bezwaar beslist. De rechtbank heeft vastgesteld dat de heffingsambtenaar op 3 februari 2020 had moeten beslissen, maar dit niet heeft gedaan. Eiseres heeft de heffingsambtenaar op 17 februari 2020 in gebreke gesteld, waarna de rechtbank oordeelt dat de heffingsambtenaar een dwangsom verschuldigd is voor elke dag dat hij in gebreke blijft. De rechtbank heeft de hoogte van de dwangsom vastgesteld op € 1.442,- en bepaalt dat de heffingsambtenaar binnen twee weken na verzending van de uitspraak alsnog een besluit moet nemen. Daarnaast moet de heffingsambtenaar een dwangsom van € 100,- betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 262,50. De rechtbank heeft ook bepaald dat het griffierecht aan eiseres moet worden terugbetaald. Deze uitspraak is gedaan in het kader van bestuursrecht en betreft de procedure rondom het niet tijdig beslissen door een bestuursorgaan.