ECLI:NL:RBMNE:2020:355
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van een last onder dwangsom in het kader van omgevingsrecht en openbaar vaarwater
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 4 februari 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers, [eiser 1] en [eiser 2], en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijdemeren. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van verweerder, waarbij een last onder dwangsom is opgelegd voor het staken van de bouw van een schuur en erfafscheiding op het perceel van eisers, omdat deze zonder de benodigde omgevingsvergunningen waren uitgevoerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bouwstop op 22 juli 2019 is opgeheven, maar dat eisers desondanks hun beroep hebben gehandhaafd, omdat zij schade hebben geleden door vertraging van de bouwwerkzaamheden.
De rechtbank heeft vervolgens het procesbelang van eisers beoordeeld en geconcludeerd dat er nog voldoende aanleiding was voor een inhoudelijke uitspraak, ondanks de opgeheven bouwstop. De kern van de zaak draaide om de vraag of het water aan de zuidkant van het perceel van eisers als openbaar vaarwater kan worden aangemerkt, wat van invloed is op de vergunningvrijheid van de bouwactiviteiten. Eisers stelden dat het water geen openbaar vaarwater was en dat de bouw van de schuur en erfafscheiding vergunningvrij mocht plaatsvinden.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het water aan de zuidkant van het perceel wel degelijk openbaar vaarwater is, omdat het deel uitmaakt van een openbaar plassengebied waar scheepvaart en pleziervaart voor publiek is toegestaan. Dit betekent dat de bouw van de schuur en erfafscheiding zonder omgevingsvergunningen niet was toegestaan. De rechtbank heeft het beroep van eisers dan ook ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen, omdat het bestreden besluit niet onrechtmatig was.