ECLI:NL:RBMNE:2020:3535

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
21 augustus 2020
Publicatiedatum
27 augustus 2020
Zaaknummer
C/16/506976 / FA RK 20-4562
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 21 augustus 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, een beschikking gegeven in een zaak betreffende een verzoek om zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 4 augustus 2020 een verzoekschrift ingediend, vergezeld van diverse bijlagen, waaronder een medische verklaring en een zorgplan. Betrokkene, geboren in 1961, heeft ingestemd met het zorgplan en het verzoek van de officier, en heeft afstand gedaan van het recht om te worden gehoord. De rechtbank heeft het verzoek beoordeeld op basis van de ingediende stukken en heeft op dezelfde dag mondeling uitspraak gedaan.

De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een schizoaffectieve stoornis en dat deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De rechtbank oordeelt dat verplichte zorg noodzakelijk is om de geestelijke en fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren. De verzochte vormen van verplichte zorg omvatten onder andere het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid, en het opnemen in een accommodatie indien nodig. De rechtbank heeft besloten om de zorgmachtiging voor een periode van zes maanden te verlenen, met de mogelijkheid om de zorg ambulant toe te passen.

De beschikking is mondeling gegeven door rechter D.J. van Maanen en is op 26 augustus 2020 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Afdeling familierecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/506976 / FA RK 20-4562
Betrokkene nummer: [betrokkenenummer]
Machtiging tot verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 21 augustus 2020, naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene]
geboren op [geboortedatum] 1961 te [geboorteplaats] ,
wonende en verblijvende te [adres] , [postcode] , [woonplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. A.R. Jaarsma.

1.Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 4 augustus 2020, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging. Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de medische verklaring d.d. 30 juli 2020;
- de zorgkaart inclusief bijlagen;
- het zorgplan inclusief bijlagen;
- de bevindingen van de geneesheer directeur;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet BOPZ en strafvorderlijke en justitiegegevens.
1.2.
Daartoe uitgenodigd door de rechtbank heeft betrokkene op 7 augustus 2020 via zijn advocaat aan de rechtbank laten weten dat hij instemt met het zorgplan en het verzoek van de officier. Daarnaast heeft de advocaat laten weten dat betrokkene instemt met een schriftelijke afhandeling. De rechtbank begrijpt daaruit dat betrokkene afstand doet van het recht te worden gehoord.
1.3.
De rechtbank heeft op 21 augustus 2020 het verzoek op basis van de stukken beoordeeld en direct mondeling uitspraak gedaan. Aan de advocaat van betrokkene, de vertegenwoordiger van de zorgaanbieder en de officier van justitie is die dag een kennisgeving mondelinge uitspraak per beveiligde email verstrekt.

2.Beoordeling

2.1.
In het verzoekschrift is, op grond van het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, verzocht om aan betrokkene de volgende vormen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:2 Wvggz te mogen verlenen. Het gaat om:
a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
toelichting: betrokkene wordt al jaren behandeld met antipsychotica. Deze medicatie is essentieel in de behandeling, zonder zou hij psychotisch ontregelen;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
toelichting: betrokkene wordt thuis bezocht, wat noodzakelijk is toezicht te houden op zijn functioneren. Betrokkene dient dit toe te staan. Voorts beperken van de bewegingsvrijheid tijdens opname;
c. insluiten;
toelichting: in geval van noodzaak tot opname in een accommodatie zou dit nodig kunnen zijn in geval van ernstig zelfbeschadigend gedrag of agressie naar derden;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
toelichting: in geval van noodzaak tot opname in een accommodatie en separatie zou dit nodig kunnen zijn in geval van ernstig zelfbeschadigend gedrag of agressie naar den;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
toelichting: in geval van opname in een accommodatie kan controle op contrabande nodig zijn;
f. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
toelichting: in geval van opname in een accommodatie kan controle op contrabande nodig zijn;
h. aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
toelichting: nakomen van afspraken met zorgverantwoordelijke en gebruik van medicatie volgens voorschrift;
j. opnemen in een accommodatie;
toelichting: in geval van ernstige ontregeling kan opname noodzakelijk zijn. Dit is een aantal keer voorgekomen.
De officier verzoekt deze vormen van verplichte zorg voor de duur van zes maanden. De rechtbank leidt uit het verzoek af dat de vormen van verplichte zorg onder
a,
ben
h(ook) bedoeld zijn om ambulant toe te passen; de overige vormen van verplichte zorg zullen alleen klinisch worden toegepast. Uit het zorgplan blijkt dat de mentor van betrokkene akkoord gaat met de aanvraag van een zorgmachtiging.
2.2.
Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van een schizoaffectieve stoornis, matige begaafdheid en cardiale problematiek.
2.3.
Deze stoornis leidt bij betrokkene tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig psychische, materiële en financiële schade, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen en de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
2.4.
Ter toelichting op het voorgaande overweegt de rechtbank als volgt.
Betrokkene heeft een gebrek aan ziekte-inzicht en -besef. Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene zich zonder rechterlijke machtiging zal terugtrekken uit de zorg en zal stoppen met de behandeling en zijn medicatie.
Gelet hierop is het reëel om aan te nemen dat betrokkene zich zonder juridisch kader zal onttrekken aan zorg. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.5.
De rechtbank constateert in deze zaak dat het de bedoeling is dat een zorgmachtiging wordt verleend die gelijkenis vertoont met de voorwaardelijke machtiging onder de wet Bopz. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat de voorwaardelijke machtiging met voorwaarden en opname als stok achter de deur zeer effectief was en in een grote behoefte voorzag. De Wvggz kent een dergelijke machtiging niet. Uitgangspunt in de Wvggz is echter wel dat de verplichte zorg zo veel mogelijk ambulant wordt toegepast. De rechtbank is dan ook van oordeel dat aan de behoefte in de praktijk tegemoet gekomen kan worden door bij de vormen van verplichte zorg in de zorgmachtiging onderscheid te maken tussen enerzijds vormen van verplichte zorg die ambulant worden toegepast en anderzijds vormen van verplichte zorg die bestaan uit en horen bij opname. Deze laatste vormen van verplichte zorg dienen pas te worden toegepast op het moment dat het ernstig nadeel niet meer met de ambulant verplichte zorg kan worden afgewend.
2.6.
Gelet op het bovenstaande ziet de rechtbank aanleiding om in de onderhavige zaak de verzochte vormen van verplichte zorg toe te wijzen, waarbij de vormen onder
a, ben
heerst ambulant moeten worden toegepast. Pas als op die manier het ernstig nadeel niet meer kan worden afgewend, dan kunnen de vormen onder
c, d, e, f, hen
j,worden toegepast. De ambulant verplichte vormen van zorg onder
a,
ben
h, mogen dan ook in de kliniek worden toegepast.
Deze verplichte zorg kan naar het oordeel van de rechtbank het ernstig nadeel voldoende wegnemen.
2.7.
Er zijn in dit geval geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.8.
De verzochte verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen. De rechtbank wijst er op dat artikel 2:2 van het Besluit vggz eisen stelt aan de veiligheid bij de toepassing van een zorgmachtiging met ambulant verplichte zorg.
2.9.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de rechtbank voldaan aan de criteria voor en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging met de gevraagde vormen van verplichte zorg zal worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1961 te [geboorteplaats] , voor de volgende vormen van verplichte zorg, zoals verzocht onder 2.1:
a. toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van
medische controles of andere medische handelingen en therapeutische
maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
b. beperken van de bewegingsvrijheid;
c. insluiten;
d. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
e. onderzoek aan kleding of lichaam;
f. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende
middelen en gevaarlijke voorwerpen;
h. aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die
tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
j. opnemen in een accommodatie,
en
bepaalt dat gestart zal worden met ambulante verplichte zorg als bedoeld onder
a, ben
h;
bepaalt dat op het moment dat de ambulant verplichte zorg niet meer voldoende is om het ernstig nadeel af te wenden, ook de andere verleende vormen van verplichte zorg kunnen worden toegepast;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 21 februari 2021.
Deze beschikking is op 21 augustus 2020 mondeling gegeven door mr. D.J. van Maanen, rechter en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. Y. van der Linden als griffier, en schriftelijk uitgewerkt en ondertekend op 26 augustus 2020.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.