ECLI:NL:RBMNE:2020:3270

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
13 augustus 2020
Publicatiedatum
13 augustus 2020
Zaaknummer
16-189611-19 en 16-145291-20 (gev. ttz) (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationale handel in harddrugs, witwassen en uitkeringsfraude

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 13 augustus 2020 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1986 te Polen, die zich schuldig heeft gemaakt aan internationale handel in harddrugs, witwassen en uitkeringsfraude. De verdachte werd beschuldigd van het bereiden, verkopen en vervoeren van grote hoeveelheden MDMA, amfetamine en cocaïne in de periode van 6 november 2015 tot en met 5 augustus 2019. Daarnaast werd hem ten laste gelegd dat hij grote geldbedragen en bitcoins heeft gewitgewassen, en dat hij samen met zijn echtgenote bijstandsfraude heeft gepleegd door inkomsten uit de drugshandel niet te melden aan de sociale dienst.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op meerdere data, waarbij de verdachte in persoon aanwezig was en werd bijgestaan door een advocaat. De rechtbank heeft de tenlastelegging in de zaak gewijzigd en de verdachte is uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de Opiumwet en dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen van de opbrengsten van zijn drugshandel. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de verdachte opzettelijk heeft nagelaten om relevante informatie te verstrekken aan de sociale dienst, wat heeft geleid tot onterecht ontvangen bijstandsuitkeringen.

De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de samenleving meegewogen in de strafmaat. De verdachte heeft zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten, waarbij hij niet alleen de volksgezondheid in gevaar heeft gebracht, maar ook het sociale zekerheidsstelsel heeft ondermijnd. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om een gevangenisstraf van zeven jaar op te leggen, toegewezen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16-189611-19 en 16-145291-20 (gev. ttz) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 13 augustus 2020
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1986] te [geboorteplaats] (Polen),
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Nieuwegein.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op19 november 2019, 28 januari 2020, 16 april 2020 en 30 juli 2020. Op de laatste datum is de zaak inhoudelijk behandeld, gelijktijdig – maar niet gevoegd - met de zaak van medeverdachte ( [medeverdachte] ). De verdachte is in persoon verschenen en heeft zich ter terechtzitting laten bijstaan door mr. O.R.R. Hetterscheidt, advocaat te Utrecht.
De rechtbank heeft de zaken, die bij afzonderlijke dagvaardingen onder de bovenvermelde parketnummers zijn aangebracht, gevoegd.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie C.J. Booij en van wat verdachte en diens raadsman naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd. De tenlastelegging is, met wijziging, als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Parketnummer 16-189611-19
Feit 1:
in de periode van 6 november 2015 tot en met 5 augustus 2019 te Nieuwegein/Utrecht/Zeist, samen met een ander, MDMA, amfetamine en cocaïne heeft bereid, bewerkt, verwerkt, vervaardigd, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of aanwezig heeft gehad;
Feit 2:
in de periode van 6 november 2015 tot en met 30 juli 2019 te Nieuwegein, samen met een ander, MDMA, amfetamine en cocaïne buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht;
Feit 3:
op 6 augustus 2019 te Nieuwegein, samen met een ander, ongeveer 24,1 kilogram MDMA (waarvan ongeveer 11,6 kilogram speed) en 1,1 kilogram cocaïne heeft bereid, bewerkt, verwerkt, vervaardigd, verkocht, afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of aanwezig heeft gehad;
Feit 4:
in de periode van 6 november 2015 tot en met 5 augustus 2019 te Nieuwegein/Utrecht/Zeist, samen met een ander, grote geldbedragen en grote hoeveelheden bitcoins heeft witgewassen;
Feit 5:
op 6 augustus 2019 te Nieuwegein, samen met een ander, een geldbedrag van € 91.253 heeft witgewassen;
Parketnummer 16-145291-20
in de periode van 19 december 2015 tot en met 6 augustus 2019 te Nieuwegein, samen met een ander, bijstandsfraude heeft gepleegd.

3.VOORVRAGEN

Geldigheid dagvaarding
De raadsman heeft ter terechtzitting aangevoerd dat de tenlastelegging ten aanzien van de feiten 1, 2 en 4 niet voldoet aan de vereisten zoals gesteld in artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering, aangezien de tenlastelegging onvoldoende duidelijk en onvoldoende feitelijk is.
Maatstaf voor de beoordeling van dit verweer is of de dagvaarding ten aanzien van voornoemde feiten in samenhang met het procesdossier onvoldoende duidelijk of feitelijk is waardoor verdachte niet weet waartegen hij zich moet verweren. Tijdens de behandeling van de strafzaak (en: de daaraan voorafgaande verhoren bij de politie) is niet gebleken dat verdachte niet wist waar de tegen hem bestaande verdenking precies uit bestond en waartegen hij zich moest verdedigen. De rechtbank is van oordeel – mede gelet op de inhoud van het procesdossier - dat het duidelijk is waarop de verdenkingen zien en dat de dagvaarding ook overigens aan de eisen van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering voldoet.
De dagvaarding is derhalve geldig. De rechtbank stelt verder vast dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht al hetgeen ten laste is gelegd wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. Daartoe heeft hij het volgende aangevoerd. Verdachte heeft de tabletteermachine op verzoek van iemand anders. Hij heeft slechts eenmaal pillen geproduceerd, op de dag van zijn aanhouding. Het emailadres [emailadres] @gmail.com, het bitcoinadres, de aangetroffen verzendbewijzen en de telefoons werden gebruikt door andere personen, waarvan verdachte de naam niet wil noemen. De drugs had verdachte slechts in bewaring. Ook blijkt niet uit het dossier dat sprake is van bewuste en nauwe samenwerking.
Ten aanzien van de feiten 3, 4 en 5 heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
Bewijsmiddelen [1]
Feiten 1, 2 en 3
De hierna weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Hieronder worden de bewijsmiddelen gecategoriseerd opgevoerd.
TABLETEERMACHINE EN STEMPELS
Op 10 augustus 2017 ontvangt verbalisant [verbalisant 1] melding van Douane Fysiek Toezicht Schiphol over het aantreffen van een tabletteermachine uit China: [2]
“Het koeriersbedrijf DHL International BV heeft op 10 augustus 2017 omstreeks 05:18 uur aangifte gedaan voor een zending met nummer [nummer] . Hierin staan de volgende gegevens:
Naam geadresseerde:· [verdachte]
Adres geadresseerde: [adres]
Plaats geadresseerde: [woonplaats]
Postcode geadresseerde: [postcode]
Omschrijving goederen: TABLET PRESS MACHINE PRESS
Douanewaarde: 2413,08 euro
Op de bijbehorende proforma factuur met nummer [nummer] wordt bij de geadresseerde melding gemaakt van het telefoonnummer [telefoonnummer] . [3] (…) De machine en toebehoren werden op 22 augustus 2017 door Douane Schiphol vrijgegeven.
Importzending tabletteerstempels:
Op 05 oktober 2017 ontvang ik de melding van Douane Fysiek Toezicht Schiphol over het aantreffen van tabletteerstempels voor bovengenoemde persoon. Het koeriersbedrijf DHL International BV heeft op 05 oktober 2017 omstreeks 04:45 uur aangifte gedaan voor een zending met nummer [nummer] . Hierin staan de volgende gegevens:
Naam geadresseerde: [verdachte]
Adres geadresseerde: [adres]
Plaats geadresseerde: [woonplaats]
Postcode geadresseerde: [postcode]
Omschrijving goederen: MACHINE SPARE PARTS
Douanewaarde: 24,99 euro
Op de bijbehorende factuur met wordt bij de geadresseerde melding gemaakt van het telefoonnummer [telefoonnummer] . Bij de controle werden tien metalen stempels bevonden, voorzien met (in spiegelafbeelding) logo's en teksten van RED BULL, KPN, VODAFONE, LEBARA, TELFORT en LAYS. Tevens werden vijf metalen ringen bevonden. […] Uit ervaring en vanwege mijn functie weet ik dat regelmatig xtc-pillen worden aangetroffen die zijn voorzien met deze logo's. [4]
Op 9 maart 2018 kijkt verbalisant [verbalisant 2] in de kelderbox behorende bij de woning aan de [adres] te [woonplaats] en ziet het volgende: [5]
“Ik zag dat er buiten een paar plastic zakken, twee fietsen een pallet met een machine stond. Ik zag dat er om de machine een transparante zak zat. Ik zag dat de machine een grote rode stuurwiel had. Ik zag dat er een blauw motor opzat, ik zag dat er luchtopeningen op de motor zaten. Ik zag dat er een elektrisch snoer in de richting van de deur liep. Vervolgens hebben we de flat omstreeks 12.20 uur weer verlaten. Omdat de bewoner van de [adres] een tabletteermachine heeft besteld ben ik gaan kijken naar afbeeldingen van tabletteermachines. Op een site Alibaba genaamd, zag ik dat er een soortgelijke machine werd afgebeeld met een grote rode stuurwiel en een motor op de achterzijde. Ik zag dat dit een tabletteermachine was.”
E-MAILADRES [emailadres] @GMAIL.COM
In oktober 2016 doet verbalisant [verbalisant 3] onderzoek naar een website waarop verdovende middelen te koop worden aangeboden: [6]
“ (…) Bij onderzoek kwam onder andere de volgende site naar voren: marketstuff.nl (“stuff for students”). (…) Door de gebruiker van het emailadres [emailadres] @gmail.com werd op 13-10-2016 de volgende advertentie voor diverse verdovende middelen geplaatst: [7]
AF TE HALEN IN UTRECHT XTC ORANJE MINIONS. 200MG+
5ST 25E
10ST40E
20ST 60 E
25ST 70E
50 ST 100E
COKE FLAKES 80% BROK TOP KWALITEIT
0,5 G 25E
1G 50E
5G 250E
10G 450E
SPEED 70% TOP KWALITEIT
5G 25E
10G 40E
15G 50E
25G 70E
50G 100E
100G 180E
CONTACT: [emailadres] @gmail.com
Op 15 december 2016 werd een vordering verstrekking historische verkeersgegevens internet (126N Wetboek van Strafvordering) afgegeven voor het emailadres [emailadres] @gmail.com voor de periode 01-09-2016 t/m 29-11-2016. Uit de verkregen informatie met betrekking tot het aanmaken van het emailadres bleek het volgende:
- aangemaakt op 26 oktober 2015 via het IP-adres [IP-adres]
Verder bleek dat voor het inloggen op het emailadres in de opgevraagde periode gebruik was gemaakt van twee verschillende IP-adressen:
- [IP-adres] KPN Mobile (datacenter Rotterdam)
- [IP-adres] [verdachte] / [adres] / [woonplaats] .
[adres] [woonplaats]
Vanaf 2012 staan op het adres ingeschreven:
- [verdachte] ( [1986] te [geboorteplaats] ). [8]
Het e-mailadres [emailadres] @gmail.com wordt nader onderzocht: [9]
“ (…)Op verschillende online fora, te weten [website] .com, [website] .nl en [website] .nl zijn berichten geplaatst met het e-mailadres [emailadres] @gmail.com. De inhoud van deze berichten zijn gerelateerd aan het aanbieden van verdovende middelen. Zo luidt de titel van een bericht ‘zone - AMFETAMINE.COKE FLAKES 80%(BROK).XTC 200MG.TE KOOP.’ Op meerdere momenten in de periode van 19-12-2015 tot en met 12-10-2018 worden deze berichten geplaatst. Via een rechtshulpverzoek aan de Verenigde Staten van Amerika is Google Inc. gevraagd om de inhoud van het email account: [emailadres] @gmail.com te verstrekken over de periode 26 oktober 2015 tot 18 juni 2018. Op 6 maart 2019 zijn de door Google Inc verstrekte gegevens op een CD overhandigd aan het onderzoeksteam. [10] (…) Ik zag dat in het aangeleverde bestand 3456 mails stonden en 73 bijlagen. Ik zag dat de meeste van deze mails en bijlagen dubbel in het bestand werden weergegeven. Na analyse van de mails en bijlagen werd mij duidelijk dat emailadres [emailadres] @gmail.com in de eerder genoemde periode voornamelijk gebruikt is voor de handel in verdovende middelen. Er waren maar ongeveer 20 mails die niet met de handel in verdovende middelen te maken had.
Na analyse van de mails en bijlagen werd voor mij de volgende werkwijze duidelijk:
- Gebruiker van [emailadres] @gmail.com biedt zijn producten aan op een site/forum. Enkele te
site/forum waar hij zijn producten aanbiedt zijn:
• [website]
• [website]
• [website] .nl
• [website] .nl
• [website]
• [website]
- Via deze sites/forums nemen personen via de mail contact op met de gebruiker van email
[emailadres] @gmail.com.
- Er volgt dan een mailwisseling (vaak redelijk kort). In deze mailwisseling wordt besproken
naar welk soort drugs de koper op zoek is en hoeveel hij/zij van het betreffende product wil
hebben. Nadat ze het eens zijn over de hoeveelheid en prijs wordt er een afspraak
gemaakt.
- Als het zover is vraagt de gebruiker van email [emailadres] @gmail.com om een
telefoonnummer van de koper.
- Als er eenmaal een telefoonnummer gegeven is, vindt er (bijna) geen contact meer plaats
via de email.
Regels dealer:
De gebruiker van email [emailadres] @gmail.com heeft wel duidelijke regels waaraan hij zichzelf houdt:
- Het is zeer duidelijk dat de gebruiker van het emailadres niet doet aan bezorging van het product. Wel is de verkoper bereid het product via de post te versturen met track en trace. De koper moet er dan voor zorgen dat het afgesproken bedrag op een bepaalde betaalrekening gestort wordt;
- Minimale afname is 5 stuks of 5 gram;
- Verkoper geeft (op een enkele keer na) nooit zijn telefoonnummer. Telefoonnummer die dealer opgeeft is [telefoonnummer] . De koper moet dus in de meeste gevallen zijn telefoonnummer geven aan de dealer;
- Afnamelocaties zijn in [woonplaats] en [woonplaats] . Soms word een exacte locatie genoemd. [11] (…)
Genoemde rekeningnummers:
Ik zag dat de gebruiker van mailadres [emailadres] @gmail.com in de contactwisseling via de mail meerdere malen een bankrekening opgaf aan de koper. Dit betroffen de volgende bankrekeningnummers:
- [rekeningnummer]
- [rekeningnummer] (BIC INGBNL2A) op naam van [A] .
Periode histo 50138:
In de periode van 07 september 2017 tot 07 maart 2018 en de periode van 14 november 2018 tot 13 mei 2019, zijn er van telefoonnummer [telefoonnummer] historische verkeersgegevens opgevraagd. Dit telefoonnummer werd door de dealer ook enkele malen gegeven aan de koper. (...) Ik zag dat er in deze periode enkele telefoonnummers vanuit de mailwisselingen overeen kwamen met de historische verkeersgegevens. [12] (…)”
VERSTUREN PAKKETJES
De bevindingen van het flexteam dat verdachte observeert op 25 mei 2018 [13] en de correspondentie van [emailadres] @gmail.com wordt vergeleken: [14]
(…) Ik zag dat er binnen de periode van de observatie van 14 december 2017 tot 09 juni 2018 mailcontact tussen [emailadres] @gmail.com en [emailadres] @hotmail.com overeen kwam met een waarneming van het flexteam. Het mailcontact tussen [emailadres] @gmail.com en [emailadres] @hotmail.com vond plaats op 24 en 25 mei 2018. In deze mailwisseling wordt afgesproken om 5 gram op te sturen via de post. Op 25 mei 2018 hebben collega’s van het flexteam waargenomen dat verdachte [verdachte] naar de Primera op de [adres] in [woonplaats] loopt om daar een enveloppe weg te brengen.”
Op 29 oktober 2018 worden verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] naar de Jumbo, gevestigd op de [adres] te [woonplaats] , gestuurd: [15]
“(…)Ik, verbalisant [verbalisant 4] , hoorde van de meldkamer dat er een pakketje was gevonden waarin wit poeder zat. (…) Ik en verbalisant [verbalisant 5] zijn te plaatsen gegaan bij de Jumbo. Wij hoorde betrokkenen het volgende verklaren:
- een vaste klant regelmatig, om de dag naar de winkel komt
- deze klant dan telkens een pakket verstuurd
- dat dit een Poolse man betrof
- dat de medewerker de man vroeg wat er in het pakket zat
- deze Poolse man verklaarde dat er documenten in zaten
- het geadresseerd was naar, Mr. [naam] , [adres] , P.0 Box
[postcode] , Dubai UAE
- het personeel, beide betrokkene, hadden er geen goed gevoel over en hebben besloten
het te openen.
- hierin troffen ze een aantal kranten met daartussen een sealbag met wit poeder.”
Dit witte poeder wordt verder onderzocht. Er wordt een monster genomen (met SIN-nummer AAMI0123NL. [16]
Vervolgens test het NFI test dit monster: [17]
Kenmerk
Omschrijving FO
Conclusie
AAMI0123NL
97,69 gram poeder en brokjes, wit
bevat cocaïne
Verbalisant [verbalisant 6] herkent verdachte op de camerabeelden van de Jumbo van 29 oktober 2018 als de persoon die het pakketje komt afleveren: [18]

Op dinsdag 17 maart 2020 heb ik deze camerabeelden van de Jumbo bekeken. Ik zag op deze camerabeelden dat de verdachte [verdachte] een pakketje inleverde.”
REKENINGNUMMERS
Er wordt nader onderzoek gedaan naar het rekeningnummer [rekeningnummer] : [19]
“Op 8 januari 2018 zijn, na vordering , gegevens van de Belastingdienst ontvangen. Deze gegevens gingen onder meer over [medeverdachte] , geboren op [1982] te [geboorteplaats] in Polen. Onder het onderdeel met saldi van bankrekeningen blijkt dat een bankrekeningnummer is aangeleverd van de ING Bank: [rekeningnummer] op naam van [medeverdachte] . (…) Vanwege de tenaamstelling [medeverdachte] is, na vordering, bij de ING Bank de wijze van identificatie bij de opening van de rekening en het correspondentiedossier opgevraagd. Op woensdag 14 februari 2018 ontving ik van de ING Bank een aantal documenten, waaronder de openingsbrief van 28 december 2016 (bijlage 2). Hierin staat dat voor het openen van de betaalrekening de volgende gegevens van mevrouw [medeverdachte] zijn vastgelegd Mw [medeverdachte] , [adres] , [woonplaats] , [1982] , Vrouw, Polen. Het GBA-adres, geboortedatum en geboorteland van mevrouw [medeverdachte] is dezelfde als deze vastgelegde gegevens.”
Ook wordt er nader onderzoek gedaan naar het rekeningnummer [rekeningnummer] : [20]
“Het bankrekeningnummer [rekeningnummer] is op naam gesteld van [B] .[de rechtbank begrijpt: de moeder van verdachte
.]”
Ter terechtzitting heeft verdachte het volgende verklaard: [21]
“Ik maakte als enige gebruik van de bankrekeningen van mijn moeder [de rechtbank begrijpt: het rekeningnummer [rekeningnummer]
] en van mijn vrouw [de rechtbank begrijpt: het rekeningnummer [rekeningnummer]
].”
BITONIC EN DARKNET
Op zowel de bovengenoemde rekeningnummers als de gezamenlijke ABN Amro rekening op naam van verdachte en zijn echtgenote wordt geld bijgeschreven door Bitonic BV. [22]
Bij Bitonic B.V. worden nadere gegevens gevorderd over deze transacties: [23]
“(…)Vanuit de uitgeleverde gegevens van Bitonic B.V. is bekend geworden dat vanaf het IP-adres [IP-adres] is ingelogd om transacties met betrekking tot de aan- en verkoop van bitcoins (BTC). De BTC werden aan- en verkocht via het bitcoinadres:
[bitcoinadres] . Doorgaans is het e-mailadres
[emailadres] @qmail.com ingevuld. Er is met betrekking tot de transacties in de periode gebruik gemaakt van 3 verschillende bankrekeningen:
2.1
[rekeningnummer]
2.2
[rekeningnummer]
2.3
Bijvangst: [rekeningnummer] . [24]
Dit Bitcoinadres is nader onderzocht: [25]
“In onderzoek 09Veen is bekend geworden dat verdachte [verdachte] de beschikking had over een bitcoinadres [bitcoinadres] (hierna: [bitcoinadres] ). Dit bitcoinadres heb ik vervolgens in het analyseprogramma Chainalysis gevoerd en daaruit kwam onder meer naar voren dat het bitcoinadres gebruikt is als ontvanger en verzender van bitcoins bij de darknet markets Hansa Market en AlphaBay (bron: BEV Chainalysis). Het is mij ambtshalve bekend dat deze Darknet markets door de FBI en Nationale Politie onder controle zijn genomen en offline gehaald. Tijdens deze controle is veel informatie beschikbaar gekomen in de vorm van databases. Deze zijn beschikbaar bij Europol. Ik heb daarop Europol gevraagd deze database te doorzoeken op het bitcoinadres [bitcoinadres] en de resultaten met mij te delen. Dit resulteerde in een drietal zogeheten Cyber Intelligence Notification (hierna CIN). [26] (…) Hieruit kwam onder meer naar voren dat de vendor ‘zoneparty’ dit adres gebruikte als refund bitcoinadres. [27] (…).
Met betrekking tot de vendor zoneparty kan onder meer het volgende worden vastgesteld:
• De orders bestaan uit bestellingen van middelen die vermeld staan op Lijst 1 van de Opiumwet, geneesmiddelenwet en zogeheten nieuwe psychoactieve stoffen.
• Zoneparty heeft zich geregistreerd op 12-07-2016 om 18:56:07 (Nederlandse tijd).
• Zoneparty heeft het laatst ingelogd op 20-07-2017 om 18:01:47 (Nederlandse tijd);
• Zoneparty heeft op Hansa Market een PGP sleutel gebruikt. Deze PGP sleutel is identiek aan de PGP sleutel van RGNL op de dark market AlphaBay;
• Zoneparty geeft aan in een berichtensysteem zowel actief te zijn op AlphaBay als Hansa Market;
• Zoneparty heeft als refund bitcoinadres opgegeven: [bitcoinadres] ;
• Zoneparty heeft 159 + 3 verkopen verricht via Hansa Market en 120 bestellingen bij AlphaBay;
• De 162 bestellingen via Hansa Market vertegenwoordigen een omzet van € 30.024,49. De verkopen via AlphaBay vertegenwoordigen een omzet van $ 8.441,80 (~ € 7.547,13);
• De eerste order dateert van 29 augustus 2016 en de laatste order van 20 juli 2017. [28]
AFNEMERS
Er is nader onderzoek gedaan naar een aantal afnemers die gecommuniceerd hebben met het e-mailadres [emailadres] @gmail.com. Hieruit is het volgende gebleken:
Koper [Koper 1] [29]
“Op dinsdag 23 april 2019, stelde ik een onderzoek naar in een geautomatiseerd werk opgeslagen gegevens van e-mail [emailadres] @gmail.com. (…) In deze gegevens zag ik dat er tussen e-mail [emailadres] @gmail.com meerdere malen contact is geweest met e-mail [emailadres] @hotmail.com. In deze mailcontacten wordt er door [emailadres] @hotmail.com meerdere malen om drugs gevraagd, [emailadres] @hotmail.com geeft in de e- mails de contactgegevens waar de drugs heen verstuurd mag worden. De contactgegevens zijn: [Koper 1] , [adres] [woonplaats] .
(…)
Uit onderzoek van de bankgegevens blijkt dat de bankrekeningnummers [rekeningnummer] geld ontvangen hebben van bankrekeningnummer [rekeningnummer] . Dit rekeningnummer staat op naam van [Koper 1] . Bankrekeningnummer [rekeningnummer] heeft op 19 januari 2016 voor het eerst geld ontvangen van [Koper 1] en voor het laatst op 11 december 2017. In totaal zijn er 22 transacties geweest voor een bedrag van € 950.-. Bankrekeningnummer [rekeningnummer] heeft op 17 januari 2018 voor het eerst geld ontvangen van [Koper 1] en voor het laatst op 25 juli 2019. In totaal zijn er 23 transacties geweest voor een bedrag van € 925.-.”
Koper [Koper 2] [30]
“(…) In deze gegevens zag ik dat er tussen e-mail [emailadres] @gmail.com meerdere malen contact is geweest met e-mail [emailadres] @gmail.com. In deze mailcontacten wordt er door
[emailadres] @gmail.com meerdere malen om drugs gevraagd, [emailadres] @gmail.com geeft in de e-mails zijn/haar telefoonnummer. Telefoonnummer betreft: [telefoonnummer] . (…) Uit onderzoek bleek dat de drugsdealer gebruik maakte van telefoonnummer [telefoonnummer] . Van telefoonnummer [telefoonnummer] werd gedurende het onderzoek meerdere malen historische verkeersgegevens opgevraagd. Uit deze historische verkeersgegevens kwam naar voren dat er meerdere malen contact is geweest tussen telefoonnummer [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . In totaal is er over de opgevraagde periodes 250 keer contact geweest. De eerste keer was op 18-09-2017 en de laatste keer was op 30-07-2019. Ik zag dat het contact alleen uit SMS contact bestond. (….)Uit Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie (CIOT) blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer] op naam staat van: [Koper 2] .”
Koper [Koper 3] [31]
“(…) In deze gegevens zag ik dat er tussen e-mail [emailadres] @gmail.com contact is geweest met e-mail [emailadres] @hotmail.com. In dit mailcontact wordt er door [emailadres] @hotmail.com om drugs gevraagd, [emailadres] @hotmail.com geeft in het contact een telefoonnummer waarop hij/zij te bereiken was. Dit telefoonnummer betrof [telefoonnummer] . Uit onderzoek bleek dat de drugsdealer gebruik maakte van telefoonnummer [telefoonnummer] . Van telefoonnummer [telefoonnummer] werd gedurende het onderzoek meerdere malen historische verkeersgegevens opgevraagd. Uit deze historische verkeersgegevens kwam naar voren dat er meerdere malen contact is geweest tussen telefoonnummer [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . In totaal is er over de opgevraagde periodes 48 keer contact geweest. De eerste keer was op 13 november 2017 en de laatste keer was op 09 februari 2019. Uit Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie (CIOT) blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer] op naam staat van: [Koper 3] .”
Ook worden afnemers (uit het buitenland) verder uitgelicht door de bankgegevens, e-mails en administratie te vergelijken: [32]
“(…)” Vanuit de bankrekening van [C] zijn de volgende 3 rekeningen bekend geworden op naam van ‘ [D] ’, met daarachter de totaal ontvangen bedragen op de rekening van [C] .:
[rekeningnummer] €735,00
[rekeningnummer] € 495,00
[rekeningnummer] € 55,00
Periode dat gelden zijn ontvangen: 24-11-2015 tot en met 23-12-2015 (3 boekingen), 12-05-2016 tot en met 13-07-2016 (4 boekingen) en op 29 juni 2017. In de overboekingen worden geen omschrijvingen meegegeven.
Vanuit de bankrekening van [medeverdachte] is eenmalig een boeking ontvangen van
bankrekeningnummer [rekeningnummer] . Het betreft een bedrag van € 265,00 op 27-12-2017. In de omschrijving wordt meegegeven “Bestelling”.
Naar e-mailadres [emailadres] wordt gemaild vanaf adres [emailadres] @outlook.be. Op 26 mei 2017 wordt door ‘ [D] ’ gemaild “beste kan pas de 10 het bedrag storten is dat goed als je wil doe er nog 1 g flakes bij” en op 27 mei 2017 een bericht gestuurd met de inhoud: “dan stort ik 250 goed ik laat je weten tegen de 10’. Op 29 juni 2016 wordt op de rekening van [C] een bedrag van € 250,00 van [rekeningnummer] ten name van [D] ontvangen. (…)
In de woning aan de [adres] te [woonplaats] is tijdens een doorzoeking een briefje in beslag genomen met de volgende tekst:
XTC 10 Koko
[adres]
[woonplaats]
[postcode] Limburg
Belgie
(…)
Vanuit de bankrekening van [C] zijn de volgende rekeningen bekend geworden met daarachter de tenaamstellingen en de totaal ontvangen bedragen op de rekening van [C] :
[rekeningnummer] [E] € 705,00
[rekeningnummer] [E] €510,00
Globaal zijn de gelden ontvangen in de periode van 31-12-2015 tot en met 28-11-2017. In de
omschrijving wordt meegegeven: ' [E] [adres] // [woonplaats] (B)’, ‘2x’ en ‘ [woonplaats] ’.
Op 4 juni 2018 wordt op de rekening van [medeverdachte] een bedrag van € 115,00 ontvangen van
[rekeningnummer] op naam van [E] met in de omschrijving ‘ [adres] [woonplaats] Be’.
Naar [emailadres] gemaild vanuit [emailadres] @qmail.com op naam van ‘ [E] ’.
Op 3 april 2017 vraagt ‘ [E] ’ wat ‘Ok voor 2 ?’ is, waarop [emailadres] antwoordt dat het '2 g 100’ is. Hierop vraagt ' [E] ’ ‘+ port’, waarop geantwoord wordt ‘115’. ' [E] ’ antwoordt dan: 'komt eraan’. Op 4 april 2017 is op de rekening van [C] een bedrag van € 115,00 ontvangen met in de omschrijving: ‘ [adres] [woonplaats] Be’ van rekeningnummer [rekeningnummer] op naam van [E] .(…)
In de woning aan de [adres] te [woonplaats] is tijdens een doorzoeking een notitieblok in
beslag genomen met daarin de volgende tekst:
1 Koko
[E]
[adres]
[woonplaats]
België. [34]
(…)
Vanuit de bankrekening van [C] zijn de volgende 2 rekeningen bekend geworden, met daarachter de tenaamstellingen en totaal ontvangen bedragen op de rekening van [C] :
[rekeningnummer] [F] 18.485,00
[rekeningnummer] [F] 280,00
Globaal wordt in de periode van 06-11-2015 tot en met 18-10-2018 gelden ontvangen van ‘ [F] ’. Bedragen variëren van € 160,00 tot en met €880,00. In een aantal boekingen wordt de omschrijving: “Minnion” meegegeven. Vanuit verschillende bronnen, waaronder e-mailaccount [emailadres] en informatie uit darknetmarkets, is bekend geworden dat XTC-pillen met een ‘Minion’-afbeelding (CH: figuur uit de animatiefilm ‘Despicable Me’ en spin-off ‘Minions’) werden verkocht in diverse kleuren.
In de woning aan de [adres] te [woonplaats] is tijdens een doorzoeking een notitieblok in
beslag genomen met daarin de volgende tekst:
XTC 300
[F]
[adres] 6
[woonplaats]
Deutschland. [35]
TELEFOON VAN VERDACHTE
Tijdens zijn aanhouding had verdachte een Samsung telefoon bij zich. [36] De inhoud van deze telefoon is onderzocht: [37]
“In de telefoon kwam ik een grote hoeveelheid SMS berichten tegen. Ik zag dat de meeste SMS-berichten over het kopen/verkopen van drugs ging. (…)
In de telefoon stonden veel afbeeldingen waar drugs of vermoedelijk drugs op stonden. Ook waren er enkele afbeeldingen waar stempels voor het maken van drugs op stonden. Ook stonden er veel afbeeldingen op de telefoon van verdachte [verdachte] en [medeverdachte] .
In de telefoon stonden meerdere e-mail berichten. Ik zag dat er in de telefoon gebruik gemaakt werd van e-mailadres: [emailadres] @gmail.com. Ik kwam in de telefoon twee berichtenreeksen tegen die over het kopen van drugs gingen. [38] (…) In de WhatsApp berichten kwam ik drie gesprekken tegen over het kopen/verkopen van drugs. [39]
DOORZOEKING [adres]
Op 6 augustus 2019 krijgen verbalisanten [verbalisant 7] en [verbalisant 8] de opdracht om naar de [adres] te [woonplaats] te gaan: [40]
“Aldaar zou iemand bezig zijn met drugs vervaardigen. De meldster zou namelijk erge herrie horen vanuit de schuur van perceelnummer [nummer] . Op het adres zou [verdachte] ingeschreven staan. Op 6 augustus 2019 omstreeks 11:00 uur kwamen wij ter plaatse, samen met collega's [verbalisant 9] en [verbalisant 10] . Van de meldster kregen wij de sleutel van de deur van de berging welke leidde naar meerdere berghokken. Op het moment dat wij de berging betraden hoorde wij een luid geluid. Het geluid leek op het geluid van een draaiende machine. Wij hoorden en zagen dat het geluid weg kwam vanachter de deur welke van berging 114 was. Collega [verbalisant 9] klopte aan. Wij hoorden en zagen dat hier niet op gereageerd werd. Collega [verbalisant 9] klopte nogmaals aan op de deur en maakte zich kenbaar als zijnde politie. Op dat moment zagen wij dat de deur open ging en dat er een man uit stapte. Wij zagen dat hij de deur direct dicht probeerde te trekken. Diezelfde dag omstreeks 11:10 hield collega [verbalisant 9] de man aan ter zake vervaardigen harddrugs en deed hem de transportboeien om.”
De kelderbox wordt op een later moment verder onderzocht: [41]
“Op vrijdag 9 augustus 2019 omstreeks 9.30 uur en later heb ik op verzoek van [verbalisant 10] , wijkagent bij het basisteam Lekpoort, eenheid Midden Nederland, een onderzoek ingesteld aan diverse goederen, welke op dinsdag 6 augustus 2019 waren aangetroffen in een kelderbox behorende bij de [adres] te [woonplaats] . (…)
Hieronder volgt in een tabel een opsomming van de goederen, die werden aangetroffen en
welke gerelateerd waren aan de vervaardiging van (synthetische) drugs. [42]
- Chinese enkelslagsmachine op pallet met daarin stempels met logo BurgerKing en bijbehorend matrijs. Machine is vervuild met oranje poeder en heeft nog een halfvolle vulmond. Het poeder is indicatief positief op de aanwezigheid van MDMA.
- Chinese enkelslagsmachine zonder stempels met losse ronde matrijs en enkele gereedschappen, vervuild met beige/bruin poeder.
- V-vormige poederschudder van Chinese makelij, vervuild met bruinbeige poeder aan de buitenzijde en oranje poeder aan de binnenzijde.
- Diverse gereedschappen waaronder steeksleutels, imbussleutels, kabelhaspel, etc.
- 2 vervuilde afdekzeilen
- Stofzuiger zonder zak
- Diverse losse goederen waaronder: vulmond, verontreinigde bakjes, kap behorende bij tabletteermachine, zeef en diverse andere toebehoren [43] .”
In de woning werd verder bindmiddel aangetroffen: [44]
Bij de doorzoeking van de woning [adres] in [woonplaats] op 6 augustus 2019 zijn onder andere in beslag genomen:
1 . Eén doos met daarin zes zakken bindmiddel met de kleuren blauw, oranje, geel en wit. In de doos zit een adressticker met het adres [adres] . Vindplaatscode A.07.04.003 (kamer 07 voor de inbouwkast).
2 . Eén gele doos van DHL met drie zakken bindmiddel met de kleuren geel en oranje. Op de DHL doos zit een adressticker met het adres [adres] . Vindplaatscode A.07.04.002 (kamer 07 voor de inbouwkast).
3.Eén gele doos van DHL met vijf zakjes bindmiddel met de kleuren oranje, geel en rood. Vindplaatscode A.07.03.001 (kamer 07 in de inbouwkast).
4. Eén gele doos van DHL met drie zakken bindmiddel van het merk “Firmapress” met de kleuren groen, paars en geel. Op de DHL doos zit een adressticker met het adres [adres] . ‘‘Firmapress is an all-in-one tablet making powder. Including binding and flowing ingredients, simply mix the Firmapress with an active ingredient to make pills. ” Bron Google. Vindplaatscode A.07.04.001 (kamer 07 voor de inbouwkast).
Bindmiddel wordt gebruikt bij de productie van pillen.”
Tevens zijn er stempels in de woning aangetroffen: [45]
“Op dinsdag 6 augustus 2019 is er door de Rechter Commissaris J.P. Killian voor een doorzoeking tot inbeslagneming binnengetreden in de woning [adres] te [woonplaats] . Op woensdag 11 september 2019 heb ik twaalf zakken met in elke zak 2 stempels en een stempelhouder alsmede 1 losse stempel onderzocht die op 6 augustus 2019 in een la van de TVkast in de woonkamer zijn aangetroffen en in beslag genomen onder IBN code A.01.02.009. Ik zag dat dit stempels met de volgende logo’s waren:
- Burger King;
- Lays
- Pringles
- Philips
- Tekst Snap Chat / logo Snap Chat
- Doodskop
- Vlinder
- 2 x “Y”
- Tekst Divel / Duivelskop
- Tekst James Bond / 007
- Mogelijk een beer
- Red Buil (losse stempel)
Ik zag dat de stempels en stempelhouders met de doodskop, Lays en James Bond vuil waren en de stempels en stempelhouder van Snap Chat erg vuil waren.”
Er wordt forensisch onderzoek gedaan in de woning van verdachte aan de [adres] te [woonplaats] : [46]
In de opslagbox werden pillen geproduceerd. (…) De volgende sporendragers werden in het belang van de bewijsvoering en/of nader onderzoek veiliggesteld:
- AANA1244NL: poeder uit plastic bekertje circa 100 gram
- AANA1243NL: Poeder uit plastic bekertje circa 50 gram (…)
- AANA1241NL: Pillen lagen op mengmachine (Y-mixer)
- AANA1240NL: pillen/poeder lagen op de stansmachine (tabletteermachine)
- AANA1239NL: pillen lagen op grond naast mengmachine (Ymixer)
- AANA1238NL: poeder uit tabletteermachine (…) [47]
De inbeslaggenomen tabletten en poeders die aangetroffen zijn in de kelderbox zijn getest door het NFI:
Kenmerk
Omschrijving FO
Conclusie
AANA1238NL
poeder, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [48]
AANA1239NL
tablet en delen, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [49]
AANA1240NL
tablet, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [50]
AANA1241NL
tablet, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [51]
AANA1243NL
poeder, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [52]
AANA1244NL
poeder, oranje, uit 1 gram
bevat MDMA [53]
Tijdens het forensisch onderzoek wordt in de vriezer het volgende gevonden: [54]

Tijdens de doorzoeking op het moment dat wij ter plaatse waren werden nog verdovende middelen aangetroffen in de diepvrieslades van de koel/vriescombinatie die in de woonkamer met open keuken stond geplaatst.. Dit betroffen de navolgende goederen:
AANA1228NL – zak met witte substantie, MDMA, 5.2 KG, aangetroffen in ruimte
A.01.03.001
AANA1156NL – zak met witte substantie, MDMA, 5.2 KG, aangetroffen in ruimte
A.01.03.002
AANA122 9NL – zakjes met witte substantie, amfetamine, 850 GR, aangetroffen in ruimte
A.01.03.003
AANA1231NL – zakjes witte substantie, amfetamine, 350 GR, aangetroffen in ruimte
A.01.03.004
AANA1230NL – bakje met witte substantie, amfetamine, aangetroffen in ruimte
A.01.03.005.”
De SIN nummers hebben de volgende goednummers: [55]
  • SIN AANA1231NL, goednummer 2466527
  • SIN AANA1230NL, goednummer 2466531
  • SIN AANA1229NL, goednummer 2466533
  • SIN AANA1228NL, goednummer 2466536.
De witte substantie met SIN AANA1156NL wordt nog apart gewogen en er wordt een monster afgenomen: [56]
- AANA1156NL, 5,06 kg witte pasta, SIN-nummer van het monster AAMZ857NL.
De zakjes met witte substantie zijn vervolgens getest door het NFI:
Kenmerk
Omschrijving FO
Conclusie
Goednummer
AAMZ8566NL
pasta, wit, uit 765 gram
bevat amfetamine [57]
2466533
AAMZ8567NL
pasta, wit, uit 245 gram
bevat amfetamine [58]
2466527
AAMZ8565NL
pasta, wit, uit 270 gram
bevat amfetamine [59]
2466531
AAMZ8569NL
pasta, wit, uit 5145 gram
bevat amfetamine [60]
2466536
AAMZ8571
pasta, wit, uit 5060 gram
bevat amfetamine [61]
-
In de slaapkamer werd tijdens het forensisch onderzoek (onder andere) het volgende aangetroffen: [62]
“(…) AANA1174NL - zak met oranje pillen, XTC, 250 GR, aangetroffen in ruimte A.02.01.004 (…)
AANA1163NL - zak met bruine brokken, MDMA, 1.55 KG, aangetroffen in ruimte
A.02.01.009 (…)
AANA1158NL - zakje wit poeder, cocaïne, 1.2 KG, aangetroffen in ruimte A.02.01.011 (…)
AANA1170NL - zakje met diverse pillen, XTC, 50 GR, aangetroffen in ruimte A.02.01.015.”
Een aantal van de aangetroffen goederen wordt afgewogen en wordt er een monster afgenomen: [63]
-
SIN AANA1170NL, 2 gripzakjes; 1 met 9 tabletten (geel oranje), monster A en 1 met 18 tabletten (oranje/roze/groen/blauw), monster B.
Monster A: gewicht 4,89 gram, SIN AAMZ8551NL
Monster B: gewicht: 9,04 gram, SIN AAMZ8550NL;
-
SIN AANA1174NL, zakje met oranje pillen, 250 gram, SIN van het monster AAMZ8549NL; [64]
  • SIN AANA1158NL, 5 vacuümzakken met wit poeder, gewicht netto 1,1 kilogram, SIN van het monster AAMZ8547NL;
  • SIN AANA1163NL, twee sealzakken met beige/bruine brokken, gewicht netto 1,48 kilogram, SIN van het monster AAMZ8546NL. [65]
Ook deze goederen worden onderzocht door het NFI:
Kenmerk
Omschrijving FO
Conclusie
AAMZ8546NL
brokjes, beige, uit 1480 gram
bevat MDMA [66]
AAMZ8547NL
poeder, wit, uit 1100 gram
bevat cocaïne [67]
AAMZ8549NL
tablet, oranje, uit 250 gram
bevat MDMA [68]
AAMZ8550NL
tablet, diverse kleuren, uit 9.04 gram
bevat MDMA [69]
AAMZ8551NL
tablet, geel/oranje, uit 4,89 gram
bevat MDMA [70]
4.3.2.
Bewijsoverweging ten aanzien van feiten 1 t/m 3
Gelet op de voorgaande bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat de feiten 1, 2 en 3 wettig en overtuigend zijn bewezen. Verdachte is op 6 augustus 2019 in een ruimte aangetroffen waar een in werking zijnde tabletteermachine stond waarmee op dat moment MDMA-pillen werden geproduceerd. Ook is gebleken dat verdachte in 2017 al de beschikking had over een dergelijke tabletteermachine.
Daarnaast is uit (digitaal forensisch) onderzoek gebleken dat verdachte (op zijn telefoon) de beschikking had over een e-mailadres waarmee lange tijd is gedeald in harddrugs, dat verdachte geld ontving voor deals die werden gesloten met dat e-mailadres via bankrekeningen op naam van anderen, te weten zijn moeder en echtgenote, als ook via een bitcoin-adres waar verdachte de beschikking over had. Ook is gebleken dat verdachte een pakketje met cocaïne heeft proberen te versturen aan de VAE nadat er met voornoemd e-mailadres een deal was gesloten. Los van dit pakketje, blijkt uit zijn administratie, e-mails, bankgegevens en gegevens en verklaringen van afnemers dat verdachte gedurende lange tijd zowel in Nederland als in het buitenland (o.m. België, Duitsland, VAE) in harddrugs heeft gedeald. Tenslotte is er een enorme handelshoeveelheid van meer dan 20 kilo harddrugs in de woning van verdachte aangetroffen.
Gelet op het voorgaande, acht de rechtbank de verklaring van verdachte dat andere personen achter de drugshandel zaten, volstrekt onaannemelijk. Er is in het procesdossier geen enkel aanknopingspunt naar een andere persoon dan verdachte te vinden. Voorts weigert verdachte zijn verklaring verder te onderbouwen. Dit maakt dat de rechtbank – uitgaande van het bewijs in het dossier – bewezen acht dat verdachte alleen heeft gehandeld en niet bewezen acht dat sprake is geweest van een bewuste en nauwe samenwerking met een (eventueel onbekende) medeverdachte. Verdachte wordt derhalve van het tenlastegelegde medeplegen partieel vrijgesproken.
Feit 4
Ter terechtzitting heeft verdachte het volgende verklaard: [71]
“Ik maakte als enige gebruik van de rekening van mijn moeder en ik pinde het geld van de rekening.”
Bij de politie heeft verdachte het volgende verklaard: [72]
“Ik heb de contante opnames van de rekening van mijn vrouw gedaan. Ik kreeg bitcoins, ik heb dat op de rekening van mijn vrouw gedaan, dat geld ging naar de banken en dat geld heb ik opgenomen.”
Het bitcoinadres [bitcoinadres] wordt verder onderzocht: [73]
“In onderzoek 09Veen is bekend geworden dat verdachte [verdachte] de beschikking had over een bitcoinadres [bitcoinadres] (hierna: [bitcoinadres] ). Dit bitcoinadres heb ik vervolgens in het analyseprogramma Chainalysis gevoerd en daaruit kwam onder meer naar voren dat het bitcoinadres gebruikt is als ontvanger en verzender van bitcoins bij de darknet markets Hansa Market en AlphaBay. Het is mij ambtshalve bekend dat deze Darknet markets door de FBI en Nationale Politie onder controle zijn genomen en offline gehaald. Tijdens deze controle is veel informatie beschikbaar gekomen in de vorm van databases. Deze zijn beschikbaar bij Europol. Ik heb daarop Europol gevraagd deze database te doorzoeken op het bitcoinadres [bitcoinadres] en de resultaten met mij te delen. (…) Hieruit kwam onder meer naar voren dat de vendor ‘zoneparty’ dit adres gebruikte als refund bitcoinadres. (…) [Hansa market:] Zoneparty biedt verschillende producten aan. Deze producten zijn diverse soorten drugs die voorkomen op de lijst I van de Opiumwet. [74] (…)Kopers hebben in totaal voor BTC 11,9009761 aan drugs besteld bij zoneparty. In totaal komen de bestellingen neer op een waarde van € 29.342,44. De bestellingen zijn geplaatst in de periode van 12 mei 2017 tot en met 20 juli 2017. [75] [Alphabay:] In totaal wordt
7,81630448 aan bitcoins ontvangen. (…) Aan de hand van de historische koersen
zie ik dat in totaal € 7.767,21 wordt ontvangen door zoneparty. [76]
De transacties van het bankrekeningnummer [rekeningnummer] worden geanalyseerd: [77]
“(…) Het bankrekeningnummer [rekeningnummer] is op naam gesteld van Mw [medeverdachte] , [adres] [woonplaats] , [1982] . (…) Hieronder analyseer ik de transacties van de bankrekening in de periode van 3-1-2017 tot en met 8-1-2018. (…) In de periode van 3 januari 2017 tot en met 14 december 2017 wordt in 64 transacties voor in totaal € 63.499,26 aan gelden ontvangen van Bitonic B V. Het is mij ambtshalve bekend dat Bitonic B.V. een platform is voor de aan- en verkoop voor bitcoins. In de omschrijving van een transactie wordt het aantal bitcoins dat (in dit geval) verkocht is weergegeven. Het totaal aantal bitcoins dat verkocht is BTC 38,9863428. [78] (…) Op 28 december 2017 wordt € 590,- ontvangen van een Duits bankrekeningnummer [rekeningnummer] ten name van [F] . (…) Op 27 december 2017 wordt € 265,- ontvangen van een Belgisch bankrekeningnummer [rekeningnummer] ten name van [D] . In de omschrijving staat: ‘Bestelling’. [79] (…) In de periode van 3 januari 2017 tot en met 2 januari 2018 is in 83 transacties voor in totaal € 65.230,- opgenomen bij geldautomaten. Alle transacties vonden plaats bij een ING-geldautomaat in Nieuwegein. In 45 transacties werd het maximale opnamebedrag van € 1.000,- per keer gebruikt. De geldopnames vonden doorgaans plaats op het moment dat gelden van Bitonic B.V. ontvangen werden. [80]
Van ditzelfde bankrekeningnummer worden ook de transacties van de periode van 5 januari 2018 tot en met 8 januari 2018 geanalyseerd: [81]
“(…) In de periode van 10 januari 2018 tot en met 7 december 2018 wordt in 55 transacties voor in totaal € 65.350,40 aan gelden ontvangen van Bitonic B.V. Het is mij ambtshalve bekend dat Bitonic B.V. een platform is voor de aan- en verkoop voor bitcoins. In de omschrijving van een transactie wordt het aantal bitcoins dat (in dit geval) verkocht is weergegeven. Het totaal aantal bitcoins dat verkocht is BTC 11,47793382. [82] (…) Van diverse personen zijn gelden ontvangen. Opvallend is dat al deze personen eveneens gelden hebben overgeboekt naar [B] met rekeningnummer [rekeningnummer] .
Vanuit e-mailberichten vanaf het account [emailadres] @gmail.com is bekend geworden dat dit
account nagenoeg alleen gebruikt wordt voor de handel in verdovende middelen. Daarnaast is bekend geworden dat de gebruiker van [emailadres] @qmail.com afnemers verzocht om de betalingen voor de verdovende middelen over te boeken naar zowel [rekeningnummer] (rekeningnummer van [B] ) als [rekeningnummer] (rekeningnummer van [medeverdachte] ). De namen van onderstaande gearceerde personen ( [G] , [Koper 1] en [E] ) komen voor in e-mailuitwisselingen met [emailadres] @qmail.com, een account die gekoppeld kan worden aan verdachte [verdachte] . [83] (…) In totaal wordt van januari 2018 tot en met januari 2019 in totaal € 43.910 contant opgenomen van
de rekening. In veel gevallen worden gelden vrij snel opgenomen na ontvangsten vanuit Bitonic. [84]
Ook de transacties van het bankrekeningnummer [rekeningnummer] , dat op naam is gesteld van [B] , de moeder van verdachte, worden geanalyseerd in de periode van 03-03-2015 tot en met 09-04-2019: [85]
“(…) In onderstaand overzicht heb ik de bijboekingen (credit) naar categorieën opgedeeld. Diverse personen: 87.319,70 [euro]. (…) Van diverse personen worden gelden ontvangen. Het is bekend geworden dat afnemers van verdovende middelen gevraagd werd om de betaling van de verdovende middelen zowel naar de rekening van [medeverdachte] met rekeningnummer [rekeningnummer] over te boeken als onderhavige rekening van [C] . Het lijkt erop dat de rekening van [C] de voorloper was van de rekening van [medeverdachte] . In onderstaand overzicht worden alle personen gepresenteerd die gelden hebben overgeboekt. Een aantal van deze personen hebben eveneens gelden geboekt naar de rekening van [medeverdachte] . Daarnaast komen een aantal van onderstaande tenaamstellingen voor in de e-mailwisseling met [emailadres] @qmail.com. Dit e-mailadres is vrijwel uitsluitend gebruikt voor de verkoop in verdovende middelen. (…) Van 27 oktober 2015 tot en met 24 augustus 2016 wordt in totaal € 50.921,00 ontvangen van [H] vanaf een tweetal Duitse bankrekeningnummers: [rekeningnummer] en [rekeningnummer] . [86] (…) Van [F] met rekeningnummer [rekeningnummer] wordt in de periode van 6 november 2015 tot en met 18 oktober 2018 voor in totaal € 18.485,00 ontvangen. (…) Van 2 verschillende rekeningen van [I] , te weten [rekeningnummer] wordt in totaal €2.760,00 ontvangen. [87] (…) In onderstaand overzicht heb ik de afboekingen (Debet) naar categorieën opgedeeld. Geldautomaat (contante opname): 108.790 [euro]. [88] (…) De opnames worden verricht op het moment dat gelden worden ontvangen van verschillende personen, waaronder [H] , [J] , [K] , [D] , [L] , [M] , [N] , [O] en [E] . [89]
Tevens worden de gegevens van deze bankrekening in de periode van 29-05-2019 tot en met 12-08-2019 geanalyseerd: [90]
“Op 29 mei 2019 wordt een bedrag van € 875,00 ontvangen van [I] met
rekeningnummer [rekeningnummer] . (…) Op 30 juli 2019 wordt van dezelfde rekening een bedrag van € 780,00 ontvangen. (…) Op 11 juni 2019 wordt een bedrag van € 65,00 ontvangen van Mw [P] met rekeningnummer [rekeningnummer] . [91] (…) Op diverse momenten in de gevorderde periode hebben contante geldopnames plaatsgevonden bij twee verschillende filialen van ING Bank in Nieuwegein.
16-06-2019 910,00 [euro]. (…)
31-07-2019 780,00 [euro]. [92]
Feit 5
Op 6 augustus 2019 is de woning van verdachte aan de [adres] te [woonplaats] doorzocht: [93]
“(…)Ik zag toen dat er in de afgesloten kast in de slaapkamer onder andere meerdere zakken met XTC pillen, zakken met cocaïne en zakken met geld lagen.”
Het geld dat is aangetroffen in de inbouwkast van de slaapkamer is vervolgens geteld: [94]
“Het geld (bankbiljetten) aangetroffen in de inbouwkast van de slaapkamer was in de
vensterbank gedeponeerd. Dit betrof een plastic bak met deksel met daarin gripzakjes inhoudende geld en daar bovenop dicht gesealde plastic zakken met geld. [95] Het geld werd ter plaatse geteld door de officier van justitie Booij in bijzijn van de rechter-commissaris Killian, tactisch rechercheur [tactisch rechercheur] en ons, verbalisanten [verbalisant 11] en [verbalisant 12] . Onderstaand de toegekende spoornummers aan de zakjes met daarachter genoemd de geldbedragen wat in de zakjes zat en de nummers van de waardezakken waarin zij door [tactisch rechercheur] , voornoemd, zijn verpakt.- AANA1183NL - plastic zakje nr. 1 uit bakje, inhoud betrof 125 x 50, 38 x 100 euro (= 10.050 euro) veiliggesteld in waardezak R4780213)- AANA1189NL - plastic zakje nr. 2 uit bakje, inhoud betrof 10 x 20, 312 x 50, 7 x 100, 1 x 500 euro (= 17.000 euro) veiliggesteld in waardezak R4780224)- AANA1179NL - plastic zakje nr. 3 uit bakje, inhoud betrof 15 x 20, 194, x 50 euro (= 10.000 euro) en veiliggesteld in waardezak R4780225- AANA1187NL - plastic zakje nr. 4 uit bakje, inhoud betrof 2x5, 7 x 10, 36 x 20, 164 x 50 euro (= 9000 euro) en veiliggesteld in waardezak R4684228- AANA1177NL - plastic zakje nr. 5 uit bakje, inhoud betrof 4 x 10, 43 x 20, 160 x 50, 11 x 100 euro (= 10.000 euro) veiliggesteld in waardezak R4684236).- AANA1178NL - plastic zakje nr. 6 uit bakje, inhoud betrof 27 x 20, 1 x 10, 189 x 50 euro (= 10.000 euro) veiliggesteld in waardezak R4684229)- AANA1185NL - gripzak gele rand, inhoud betrof 16 x 10, 45 x 20, 108 x 50, 4 x 100 euro (= 6860 euro), veiliggesteld in waardezak R4684235- AANA1184NL - gripzak groene rand, inhoud betrof 3x5, 12 x 10, 62 x 20, 151 x 50, 14 x 100, 1 x 200 euro (= 10.525 euro) veiliggesteld in waardezak R4780221- AANA1182NL - gripzak met gele rand, inhoud betrof 1 x 10, 2 x 20, 117 x 50, 19 x 100 euro (= 7800 euro) veiliggesteld in waardezak R4780222- AANA1186NL - gripzak groene rand, inhoud betrof 4 x 10, 2 x 20, 1 x 50, 18 x 100 Zloty (= 1930 Zloty, Poolse valuta) ) veiliggesteld in waardezak R4780220. [96]
Totaal betreft dit € 91.235,- en 1930,- Poolse Zloty (€ 447,06) = € 91.682,06. [97]
4.3.2.
Bewijsoverweging feiten 4 en 5
Gelet op de voorgaande bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat de feiten 4 en 5 wettig en overtuigend zijn bewezen . Verdachte heeft op bankrekeningen die hij in gebruik had geldbedragen ontvangen die afkomstig waren van zijn handel in harddrugs. Verdachte heeft verklaard dat hij geld heeft gepind van deze bankrekeningen. Voorts heeft verdachte op een door hem in gebruik zijnde bitcoin-rekening bitcoins ontvangen die gerelateerd kunnen worden aan de handel in harddrugs. Ook is gerelateerd dat de gelden die werden ontvangen op deze rekeningen, vrij snel contant werden opgenomen. Verdachte heeft verklaard dat hij degene is geweest die heeft gepind van de door hem gebruikte bankrekeningen die op naam van zijn moeder en zijn vrouw stonden. Nu vast is komen te staan dat verdachte ten aanzien van de overgemaakte (in geld of bitcoin) gelden naar aanleiding van de door hem verrichte drugsdeals geld contant heeft opgenomen, moet tevens wordt aangenomen dat verdachte het geheel aan ontvangen gelden heeft witgewassen. Dit maakt dat de rechtbank feiten 4 en 5 eveneens wettig en overtuigend bewezen acht.
4.3.3
Bewijsmiddelen parketnummer 16-145291-20 [98]
Blijkens het besluit van de gemeente [gemeente] van 14 maart 2013 ontvangen verdachte en zijn echtgenote sinds 29 januari 2013 een bijstandsuitkering: [99]
“Geachte heer en mevrouw [naam] , (..)
Met ingang van 29 januari 2013 krijgt u bijstand voor de noodzakelijke kosten van levensonderhoud. (..) Het recht op bijstand is daarom pas per 29 januari 2013 ontstaan. (..)
Verplichtingen
U bent verplicht direct alles te melden wat van invloed kan zijn op uw mogelijkheden om aan het werkt te gaan en uw uitkering. (..)
Wat moet u in ieder geval doen?
- U geeft wijzigingen in uw persoonlijke, gezins- of financiële situatie door. [100]
Uit het onderzoek is gebleken dat verdachten geen formulieren hebben ingeleverd met betrekking tot verandering van de inkomensomstandigheden: [101]
“(…)Op grond van artikel 17 PW wordt door het college van Burgemeester en
wethouders van de gemeente [gemeente] aan de verdachten, voor de verstrekking
van gegevens een formulier verstrekt. Zo ook aan de verdachten [verdachte] . (…) Om het recht op en de hoogte van de uitkering te kunnen bepalen, moeten op het formulier vragen beantwoord en/of eventuele veranderingen aangegeven worden met betrekking tot o.a. de gezins-, woon-, arbeids- en inkomensomstandigheden van de verdachten.
Door mij is bij WIL [Werk en Inkomen Lekstroom] navraag gedaan naar eventueel door de verdachten ingeleverde mutatieformulieren. Hier werd mij medegedeeld dat door de verdachten geen mutatieformulieren ingeleverd waren. Op grond van de door verdachten gegeven informatie hadden deze recht op een verstrekking / tegemoetkoming ( uitkering) waar de gemeente Nieuwegein maandelijks de uitbetalingen continueerde.”
4.3.4.
Bewijsoverweging parketnummer 16-145291-20
Uit voornoemde bewijsmiddelen, alsmede de bewijsmiddelen die het oordeel van de rechtbank dragen ten aanzien van het bewezen geachte onder parketnummer 16-189611-19, is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich samen met zijn echtgenote (medeverdachte [medeverdachte] ), schuldig heeft gemaakt aan het ten laste gelegde.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Ten aanzien van parketnummer 16-189611-19
Feit 1
in de periode van 6 november 2015 tot en met 5 augustus 2019 te Nieuwegein en Utrecht, meermalen, telkens opzettelijk heeft bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht,
afgeleverd, verstrekt, vervoerd en vervaardigd
- een grote hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en amfetamine en
- een grote hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne,
zijnde MDMA en amfetamine en cocaïne, telkens middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Feit 2
In de periode van 6 november 2015 tot en met 30 juli 2019 te Nieuwegein, telkens opzettelijk, buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht, hoeveelheden van
een materiaal bevattende
- MDMA en amfetamine en
- cocaïne,
zijnde MDMA en amfetamine en cocaïne, telkens middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Feit 3
op 6 augustus 2019 te Nieuwegein opzettelijk aanwezig heeft gehad een hoeveelheid van een
materiaal bevattende MDMA en amfetamine en een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne, telkens zijnde MDMA en amfetamine en cocaïne, telkens middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
Feit 4
in de periode van 6 november 2015 tot en met 5 augustus 2019, te Nieuwegein voorwerpen,
te weten grote geldbedragen en grote hoeveelheden bitcoins, telkens de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en de verplaatsing heeft verborgen en verhuld, , terwijl hij wist dat bovenomschreven voorwerpen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig (eigen) misdrijf;
Feit 5
op 6 augustus 2019 te Nieuwegein, een voorwerp, te weten € 91.253,-, heeft verworven,
voorhanden heeft gehad en omgezet, terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk — onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig (eigen) misdrijf;
Ten aanzien van parketnummer 16-145291-20
in de periode van 19 december 2015 tot en met 6 augustus 2019 te Nieuwegein, tezamen en in vereniging met een ander, in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting, te weten artikel 17 van de Participatiewet, opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken aan de Sociale Dienst en de gemeente [gemeente] , en dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl verdachte en zijn mededader redelijkerwijs moesten vermoeden dat die gegevens van belang waren voor de vaststelling van verdachtes of eens anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming, te weten een uitkering krachtens de Participatiewet, dan wel voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming, immers hebben hij, verdachte, en zijn mededader opzettelijk aan genoemde diensten geen opgave gedaan van en verzwegen dat hij, verdachte, en zijn mededader, inkomsten hadden uit de opbrengsten van handel in harddrugs.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Ten aanzien van parketnummer 16-189611-19
Feit 1
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
Feit 2
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod;
Feit 3
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
Feit 4 en 5
telkens: witwassen;
Ten aanzien van parketnummer 16-145291-20
in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting opzettelijk nalaten tijdig de benodigde gegevens verstrekken, terwijl het feit kan strekken tot bevoordeling van zichzelf en terwijl hij weet dat de gegevens van belang zijn voor de vaststelling van zijn recht op een verstrekking of tegemoetkoming dan wel de hoogte of de duur van een verstrekking of tegemoetkoming.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot:
- een gevangenisstraf van 7 (zeven) jaren, met aftrek van het voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft het volgende aangevoerd. Verdachte zit reeds bijna een jaar in voorlopige hechtenis en is in die tijd veel verloren; zijn vrouw, woning en het contact met zijn familie. Zodoende is een van de strafdoelen, te weten vergelding, inmiddels grotendeels met klinkende munt terugbetaald. Gelet hierop en in aanmerking genomen dat verdachte een blanco strafblad heeft en kijkende naar de LOVS-oriëntatiepunten, verzoekt de raadsman een straf op te leggen die gelijk is aan het voorarrest, met een voorwaardelijk strafdeel als stok achter de deur.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft gedurende een periode van bijna vier jaar zich schuldig gemaakt aan internationale handel in harddrugs, alsmede de bereiding ervan. Verdachte verkocht deze drugs via internetfora en het dark web, gebruik makend van diverse digitale mogelijkheden om de handel te onttrekken aan het zicht van justitie. De pakketjes met drugs werden vervolgens verstuurd bij de plaatselijke supermarkt naar klanten over de hele wereld. Ook leverde verdachte de drugs af op straat, in de buurt van zijn woning. Verdachte heeft zich uitsluitend laten leiden door geldelijk gewin, zonder acht te slaan op de gevaren die harddrugs meebrengen voor zijn kopers en de volksgezondheid in het algemeen. Ook heeft hij door zijn handelen bijgedragen aan het in stand houden van het criminele circuit om drugs heen en daarmee schade en overlast voor de samenleving veroorzaakt. Bovendien wordt door dergelijke feiten het aanzien van Nederland in het buitenland geschaad. De rechtbank rekent dit alles verdachte zwaar aan.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan witwassen van het geld dat hij verdiende met de drugshandel. Door zo te handelen heeft verdachte eraan meegewerkt dat criminele gelden een schijnbaar legale herkomst kregen. Het witwassen van criminele gelden vormt een bedreiging van de legale economie en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. Door witwassen wordt het plegen van andere strafbare feiten gefaciliteerd. Verdachte heeft door zijn handelen eraan bijgedragen dat opbrengsten van misdrijven aan het zicht werden onttrokken.
Tevens heeft verdachte zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan uitkeringsfraude. Hij heeft voor de uitkeringsinstanties verzwegen dat hij de beschikking had over een grote hoeveelheid geld dat hij verdiende met de drugshandel, waarvan hij onder andere luxe goederen kocht. Verdachte heeft de wijziging in zijn financiële situatie niet doorgegeven, als gevolg waarvan de uitkeringsinstantie het recht op en de hoogte van de uitkeringen niet op een juiste wijze heeft kunnen beoordelen. De verdachte heeft hierdoor het stelsel van sociale zekerheid ondermijnd en de samenleving schade toegebracht. Dit is een ernstig feit omdat dit gedrag ervoor zorgt dat de solidariteit in de samenleving afneemt en het draagvlak voor premieafdracht afneemt.
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat op deze feiten niet anders kan worden gereageerd dan met een gevangenisstraf van lange duur. De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf aansluiting gezocht bij uitspraken van rechtbanken en gerechtshoven in soortgelijke zaken. Ook heeft de rechtbank acht geslagen op de LOVS-oriëntatiepunten. Die houden in voor het aanwezig hebben van 20 kg harddrugs reeds een gevangenisstraf van 36 maanden. Bij verdachte is meer aangetroffen en daarnaast is ook sprake van grootschalige internationale handel in harddrugs, witwassen en uitkeringsfraude.
Wat betreft de persoon van verdachte heeft de rechtbank acht geslagen op een verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 8 juli 2020 waaruit blijkt dat verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van soortgelijke strafbare feiten. Dit weegt de rechtbank niet mee als strafverzwarende of strafmatigende factor.
De rechtbank heeft tevens acht geslagen op het reclasseringsrapport van 24 januari 2020. De reclassering adviseert een straf zonder bijzondere voorwaarden, nu zij geen mogelijkheden zien om met interventies en toezicht de risico’s te beperken of het gedrag te veranderen.
Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat de door de officier van justitie geëiste straf passend en geboden is. De rechtbank zal daarom aan verdachte een gevangenisstraf voor de duur van zeven jaren opleggen.

9.BESLAG

9.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om de inbeslaggenomen voorwerpen, zoals vermeld op de beslaglijst die als bijlage is toegevoegd, verbeurd te verklaren. De inbeslaggenomen harddrugs dienen te worden onttrokken aan het verkeer.
9.2
Het oordeel van de rechtbank
Onder verdachte zijn 59 voorwerpen in beslag genomen. Dit betreffen de aangetroffen pillen, poeder en verdovende middelen in de woning, de tabletteermachine en daarbij behorende hulpmiddelen, handschoenen en maskers, kleding, een telefoon, stofzuigerzak met drugsafval en plastic zakken.
Nu met betrekking tot de inbeslaggenomen pillen, poeder en verdovende middelen het onder feit 3 bewezen geachte is begaan en zij van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang, worden deze voorwerpen onttrokken aan het verkeer.
De overige voorwerpen, begaan met het onder feit 1, 2 en 3 bewezen geachte, worden verbeurdverklaard.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 33, 33a, 47, 57, 227b, 420bis van het Wetboek van Strafrecht en
  • 2, 10 van de Opiumwet;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 7 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 7 (zeven) jaren;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart onttrokken aan het verkeer: de goederen onder de goederencategorieën pillen, poeders en verdovende middelen zoals vermeld op de beslaglijst;
- verklaart verbeurd: de overige goederen zoals vermeld op de beslaglijst.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.G. van Ommeren, voorzitter, mrs. E.W.A. Vonk en A. Blanke, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.E. Rasink, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 13 augustus 2020.
De voorzitter en de jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging (met wijziging)
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
Parketnummer 16-189611-19
1.
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 6 november 2015 tot en
met 5 augustus 2019 te Nieuwegein en/of Utrecht en/of Zeist, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans
eenmaal, (telkens) opzettelijk heeft/hebben bereid, bewerkt, verwerkt, verkocht,
afgeleverd, verstrekt, vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval (telkens) opzettelijk
aanwezig heeft gehad,
- een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende MDA en/of MDEA en/of MDMA
en/of 2CB en/of 4FMP/4-FA en/of amfetamine en/of
- een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne,
zijnde MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of 4FMP/4-FA en/of amfetamine en/of cocaïne,
(telkens) (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(art 10 lid 4 Opiumwet, art 2 ahf/ond B Opiumwet, art 2 ahf/ond D Opiumwet, art 47 lid 1
ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 6 november 2015 tot en met
30 juli 2019 te Nieuwegein, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk,
buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht, één of meer hoeveelhe(i)den van
een materiaal bevattende
- MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of2CB en/of 4FMP/4-FA en/of amfetamine en/of
- cocaïne,
zijnde MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of 4FMP/4-FA en/of amfetamine en/of
cocaïne,
(telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(art 10 lid 5 Opiumwet, art 2 ahf/ond A Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van
Strafrecht)
3.
hij op of omstreeks 6 augustus 2019 te Nieuwegein, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid, bewerkt,
verwerkt, vervaardigd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 24,1 kilogram
MDMA (waarvan ongeveer 11,6 kilogram speed), in elk geval een hoeveelheid van een
materiaal bevattende MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 2CB en/of 4FMP/4-FA en/of
amfetamine en/of 1,1 kilogram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende cocaïne,
telkens zijnde MDA en/of MDEA en/of MDMA en/of 4FMP/4-FA en/of amfetamine en/of
cocaïne, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
(art 2 ahf/ond B Opiumwet en art 2 ahf/ond C Opiumwet en art 2 ahf/ond D Opiumwet, art

47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)

4.
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 6 november 2015 tot en
met 5 augustus 2019, te Nieuwegein en/of Utrecht en/of Zeist, in ieder geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, één of meer voorwerp(en),
te weten één of meer (grote) geldbedragen en/of een of meer (grote) hoeveelhe(i)den
bitcoins, in ieder geval enig(e) geldbedrag(en) en/of enig(e) bitcoin(s),
(telkens) de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de
verplaatsing heeft/hebben verborgen en/of verhuld, althans heeft/hebben verborgen en/of
verhuld wie de rechthebbende op die/dat voorwerp(en), te weten voornoemd(e)
geldbedrag(en) en/of bitcoin(s), was of wie bovenomschreven voorwerp, te weten
voornoemd(e) geldbedrag(en) en/of bitcoin(s), voorhanden had en/of
(telkens) één of meer voorwerpen(en) te weten één of meer (grote) geldbedragen en/of
een (grote) hoeveelheid bitcoins, in ieder geval enig(e) geldbedrag(en) en/of enig(e)
bitcoin(s), heeft/hebben verworven, voorhanden heeft/hebben gehad, heeft/hebben
overgedragen en/of omgezet, althans van een voorwerp, te weten voornoemd(e)
geldbedrag(en) en/of bitcoin(s), gebruik heeft/hebben gemaakt, terwijl hij en/of zijn
mededader wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat
bovenomschreven voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig
(eigen) misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht, art 420quatr lid 1 ahf/ond b Wetboek
van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
5.
hij op of omstreeks 6 augustus 2019 te Nieuwegein, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een voorwerp, te weten één of meer
geldbedragen (te weten € 91.253,- Euro), althans enig geldbedrag, (telkens) de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding, en/of de verplaatsing heeft/hebben verborgen en/of verhuld, althans heeft/hebben verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op voornoemd(e) geldbedrag(en), was en/of
heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, terwijl hij en/of zijn mededader wist(en), althans rederlijkwijs had(den) moet(en) vermoeden, dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk — onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht, art 420quatr lid 1 ahf/ond b Wetboek
van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
Parketnummer 16-145291-20
hij, in of omstreeks de periode van 19 december 2015 tot en met 6 augustus 2019 te Nieuwegein, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, in elk geval alleen, in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting, te weten artikel 17 van de Participatiewet, opzettelijk heeft nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken aan de Sociale Dienst en/of de gemeente [gemeente] , en dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl verdachte en/of zijn mededader (telkens) wis (en), althans redelijkerwijze moest(en) vermoeden dat die gegevens van belang waren voor de vaststelling van verdachtes of eens anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming, te weten een uitkering krachtens de Participatiewet, dan wel voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader opzettelijk aan genoemde dienst(en) geen opgave gedaan van en/of verzwegen dat hij, verdachte, en/of zijn mededader, inkomsten en/of tegoeden had(den) (uit de opbrengsten van handel in harddrugs).
( art 227b Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 29 december 2019, onderzoek 09Veen17 opgemaakt door politie Midden-Nederland, districtsrecherche West-Utrecht, doorgenummerd 1 tot en met 1937. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Relaas van bevinding van 9 oktober 2017, pagina’s 385 tot en met 386.
3.Relaas van bevinding van 9 oktober 2017, pagina 385.
4.Relaas van bevinding van 9 oktober 2017, pagina 386.
5.Proces-verbaal van bevindingen van 26 maart 2018, pagina 439.
6.Proces-verbaal van bevindingen van 31 januari 2017, pagina’s 426 tot en met 428.
7.Proces-verbaal van bevindingen van 31 januari 2017, pagina 426.
8.Proces-verbaal van bevindingen van 31 januari 2017, pagina 427.
9.Proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot mails d.d. 23 april 2019, pagina’s 437 tot en met 442.
10.Idem, pagina 437.
11.Proces-verbaal van bevindingen van 23 april 2019, pagina 438.
12.Proces-verbaal van bevindingen van 23 april 2019, pagina 441.
13.Proces-verbaal van bevindingen van 25 mei 2918, pagina 486.
14.Proces-verbaal van bevindingen van 23 april 2019, pagina 442.
15.Proces-verbaal van bevindingen van 29 oktober 2018, pagina 924.
16.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 18 december 2018, pagina 931.
17.NFI-rapport van 18 december 2018, pagina 932.
18.Proces-verbaal van bevindingen van 17 maart 2020, pagina 1936.
19.Proces-verbaal van bevindingen van 1 maart 2018, pagina 507.
20.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina’s 722.
21.De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 30 juli 2020.
22.Proces-verbaal van bevindingen van 19 september 2019, pagina’s 774 tot en met 780.
23.Proces-verbaal van bevindingen van 23 augustus 2019, pagina 784.
24.Proces-verbaal van bevindingen van 23 augustus 2019, pagina 785.
25.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina’s 860 tot en met 877.
26.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 860.
27.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 861.
28.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 877.
29.Proces-verbaal van bevindingen van 26 augustus 2019, pagina’s 1619 en 1620.
30.Proces-verbaal van bevindingen van 27 augustus 2019, pagina’s 1643 en 1644.
31.Proces-verbaal van bevindingen van 25 september 2019, pagina 1663.
32.Proces-verbaal van bevindingen van 14 oktober 2019, pagina’s 878 tot en met 887.
33.Proces-verbaal van bevindingen van 14 oktober 2019, pagina 879.
34.Proces-verbaal van bevindingen van 14 oktober 2019, pagina 882.
35.Proces-verbaal van bevindingen van 14 oktober 2019, pagina 884.
36.Proces-verbaal van relaas van 29 december 2019, pagina 24.
37.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2019, pagina’s 1275 tot en met 1276.
38.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2019, pagina 1275.
39.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2019, pagina 1276.
40.Proces-verbaal van bevindingen van 6 augustus 2019, pagina 1130.
41.Proces-verbaal van bevindingen van 18 september 2019, pagina’s 1162 tot en met 1168.
42.Proces-verbaal van bevindingen van 18 september 2019, pagina 1162.
43.Proces-verbaal van bevindingen van 18 september 2019, pagina 1163.
44.Proces-verbaal van bevindingen van 25 oktober 2019, pagina 1230.
45.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 1242.
46.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina’s 1713 tot en met 1722.
47.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina 1716.
48.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1753.
49.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1754.
50.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1755.
51.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1756.
52.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1757.
53.NFI-rapport van 4 december 2019, pagina 1758.
54.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina’s 1716.
55.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina’s 1718.
56.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 8 augustus 2019, pagina 1760.
57.NFI-rapport van 21 augustus 2019, pagina 1792.
58.NFI-rapport van 21 augustus 2019, pagina 1793.
59.NFI-rapport van 21 augustus 2019, pagina 1794.
60.NFI-rapport van 8 augustus 2019, pagina 1788.
61.NFI-rapport van 8 augustus 2019, pagina 1763.
62.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina’s 1716.
63.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 8 augustus 2019, pagina’s 1764 tot en met 1769.
64.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 8 augustus 2019, pagina 1767.
65..Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 8 augustus 2019, pagina 1768.
66.NFI rapport van 12 augustus 201, pagina 1770.
67.NFI rapport van 12 augustus 201, pagina 1771.
68.NFI rapport van 12 augustus 201, pagina 1772.
69.NFI rapport van 12 augustus 201, pagina 1773.
70.NFI rapport van 12 augustus 201, pagina 1774.
71.De verklaring van verdachte op de terechtzitting van 30 juli 2020.
72.Proces-verbaal van verhoor verdacht van 3 december 2019, pagina 60.
73.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina’s 860 tot en met 877.
74.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 862
75.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 865
76.Proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2019, pagina 873.
77.Proces-verbaal van bevindingen van 27 februari 2018, pagina’s 671 tot en met 675.
78.Proces-verbaal van bevindingen van 27 februari 2018, pagina 672.
79.Proces-verbaal van bevindingen van 27 februari 2018, pagina 673.
80.Proces-verbaal van bevindingen van 27 februari 2018, pagina 674.
81.Proces-verbaal van bevindingen van 27 augustus 2019, pagina’s 681 tot en met 687.
82.Proces-verbaal van bevindingen van 27 augustus 2019, pagina 682.
83.Proces-verbaal van bevindingen van 27 augustus 2019, pagina 683.
84.Proces-verbaal van bevindingen van 27 augustus 2019, pagina 684.
85.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina’s 722 tot en met 735.
86.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 723.
87.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 724.
88.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 729.
89.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 731.
90.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina’s 766 tot en met 768.
91.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 767.
92.Proces-verbaal van bevindingen van 11 september 2019, pagina 768.
93.Proces-verbaal van bevindingen van 20 augustus 2019, pagina 1150.
94.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina’s 1713 tot en met 1722.
95.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina 1714.
96.Proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict ( [adres] [woonplaats] ), pagina 1715.
97.Proces-verbaal van bevindingen van 6 augustus 2019, p. 1250.
98.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 2 september 2019, nummer RSRN 1712064 opgemaakt door de Regionale Sociale Recherche Nieuwegein, doorgenummerd 1 tot en met 517. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
99.Beschikking aanvraag levensonderhoud van 11 maart 2013, digitaal genummerd pagina’s 1 tot en met 25, als bijlage ‘besluit’ in het procesdossier.
100.Beschikking aanvraag levensonderhoud van 11 maart 2013, digitaal genummerd pagina 15.
101.Proces-verbaal van onderzoek van 2 september 2019, pagina 5.