ECLI:NL:RBMNE:2020:3160
Rechtbank Midden-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen crisismaatregel en verzoek om schadevergoeding in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 20 maart 2020 uitspraak gedaan in een beroep tegen een crisismaatregel die door de burgemeester van Amersfoort was opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene, geboren in 1963 en vertegenwoordigd door advocaat mr. R.G.J. Booij, had beroep ingesteld tegen de crisismaatregel die op 13 januari 2020 was opgelegd. Daarnaast verzocht hij om schadevergoeding van de gemeente Amersfoort in verband met deze maatregel. De mondelinge behandeling vond plaats op 21 februari 2020, waarbij de rechtbank de burgemeester en de betrokkenen heeft gehoord.
De rechtbank oordeelde dat de burgemeester niet in strijd had gehandeld met de hoorplicht zoals vastgelegd in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De betrokkene was niet adequaat gehoord, maar de burgemeester had de hoorplicht gedelegeerd aan een instelling die 24/7 beschikbaar was om te horen. De rechtbank concludeerde dat de burgemeester voldoende inspanningen had geleverd om de betrokkene te horen, ondanks dat de betrokkene moeilijk aanspreekbaar was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en ging niet in op de verzoeken om schadevergoeding, omdat de rechtmatigheid van de crisismaatregel niet was aangetast.
De beslissing van de rechtbank benadrukt de balans tussen de noodzaak om snel te handelen in crisissituaties en de rechtsbescherming van de betrokkene. De rechtbank concludeerde dat de burgemeester niet verplicht was om de betrokkene zelf te horen en dat de procedurele eisen waren nageleefd, ondanks de tekortkomingen in de communicatie tijdens het horen.