ECLI:NL:RBMNE:2020:3104
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet volledig betaald griffierecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 juli 2020 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiseres B.V. en de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht. Eiseres had beroep aangetekend tegen een uitspraak op bezwaar van verweerder van 26 augustus 2019. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiseres het griffierecht niet volledig had betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. In dit geval was het verschuldigde griffierecht € 345,-. Eiseres had slechts € 3,45 betaald, wat niet voldeed aan de vereiste betaling.
De rechtbank heeft eiseres op 16 november 2019 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken moest worden voldaan. Aangezien eiseres geen geldige reden heeft gegeven voor het niet volledig betalen van het griffierecht, kon de rechtbank de zaak niet inhoudelijk behandelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op basis van artikel 8:54 Awb. Eiseres kreeg geen gelijk en er werd geen proceskostenvergoeding toegekend. Wel werd het gedeeltelijk betaalde griffierecht aan eiseres terugbetaald.
De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Stijnen, in aanwezigheid van griffier P.W. Hogenbirk. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet op een openbare zitting gedaan, maar zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is.