ECLI:NL:RBMNE:2020:3085
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 7 juli 2020, wordt het beroep van eiseres, een B.V. gevestigd te [vestigingsplaats], tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Huizen behandeld. De zaak betreft het niet tijdig betalen van het griffierecht, dat in dit geval € 345,- bedraagt. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat zij voldoende informatie heeft om zonder zitting uitspraak te doen. Eiseres heeft het griffierecht niet op tijd betaald, wat volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een vereiste is voor het indienen van een beroep.
De rechtbank heeft eiseres op 14 december 2019 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Aangezien het bedrag niet op tijd is ontvangen en eiseres geen geldige reden heeft gegeven voor de late betaling, concludeert de rechtbank dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:54 Awb. Dit betekent dat de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een vergoeding van de proceskosten.
De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Moed, in aanwezigheid van griffier P.W. Hogenbirk. Vanwege de coronamaatregelen is de uitspraak niet op een openbare zitting gedaan, maar zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is. Eiseres heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens is met de beslissing.