ECLI:NL:RBMNE:2020:2881

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
3 juli 2020
Publicatiedatum
22 juli 2020
Zaaknummer
C/16/504921 / FA RK 20-3893
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 3 juli 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, een beschikking gegeven inzake de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren op [geboortedatum] 1965. De officier van justitie had op 1 juli 2020 verzocht om voortzetting van de op 30 juni 2020 opgelegde crisismaatregel, die was ingesteld vanwege een dreigende situatie als gevolg van een bipolaire stoornis. De mondelinge behandeling vond plaats op 2 juli 2020, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, mr. E.J. Bakker, aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder ernstig lichamelijk letsel en psychische schade, en dat de voortzetting van de crisismaatregel noodzakelijk was om dit nadeel af te wenden.

De rechtbank heeft de verzochte vormen van verplichte zorg, zoals het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid, toegewezen voor de duur van twee weken. De advocaat van de betrokkene had primair verzocht om afwijzing van de voortzetting, maar de rechtbank oordeelde dat er geen minder bezwarende alternatieven beschikbaar waren. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter A.R. Scharrenborg en is op 17 juli 2020 schriftelijk uitgewerkt.

Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De rechtbank heeft de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend, die geldt tot en met 17 juli 2020, en het meer of anders verzochte afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Familierecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/504921 / FA RK 20-3893
Betrokkenenummer: [betrokkenenummer]
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 3 juli 2020,naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 1965 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] te [woonplaats] ,
verblijvende te [naam instelling] , locatie [naam locatie] te [plaatsnaam] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. E.J. Bakker.

1.Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 1 juli 2020, heeft de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 30 juni 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 30 juni 2020;
- de medische verklaring van 30 juni 2020;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wvgzz.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 2 juli 2020. In verband met de maatregelen van overheidswege genomen om de verspreiding van het coronavirus te beperken heeft de mondelinge behandeling telefonisch plaatsgevonden. Bij die gelegenheid zijn conform de Algemene Regeling Zaaksbehandeling Rechtspraak telefonisch gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door mr. E.J. Bakker;
  • de partner van betrokkene;
  • de schoonbroer van betrokkene;
  • mevrouw [A] , arts.
Alle gehoorde personen waren in dezelfde ruimte. De rechter en de griffier bevonden zich in het gerechtsgebouw van de rechtbank Midden Nederland te Utrecht.
1.3.
De officier van justitie heeft van tevoren laten weten dat hij niet voornemens is bij de mondelinge behandeling te verschijnen.
1.4.
De rechtbank heeft na de mondelinge behandeling direct uitspraak gedaan en spoedig daarna een kennisgeving mondelinge uitspraak aan de advocaat van betrokkene, de vertegenwoordiger van de instelling en de officier van justitie per beveiligde email verstrekt.

2.De standpunten en de beoordeling

2.1.
In de crisismaatregel waarvan de officier van justitie voortzetting vraagt, zijn de volgende vormen van verplichte zorg, als bedoeld in artikel 3:2 Wvggz, opgenomen:
toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
beperken van de bewegingsvrijheid;
insluiten;
uitoefenen van toezicht op betrokkene;
onderzoek aan kleding of lichaam;
onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
j. opnemen in een accommodatie.
De standpunten
2.2.
De advocaat heeft verklaard dat primair de voortzetting van de crisismaatregel moet worden afgewezen. Als betrokkene weer thuis is en het daar misgaat, dan kan er een nieuwe crisismaatregel worden aangevraagd. Subsidiair heeft de advocaat verzocht de voortzetting crisismaatregel te beperken tot twee weken.
De arts heeft gepleit voor afgifte van de voortzetting van de crisismaatregel. Betrokkene is sterk opgeknapt en kan daardoor naar huis. De maatregel is toch nodig voor het geval het met betrokkene thuis niet goed gaat en hij niet vrijwillig opgenomen wil worden. Het verloop van een bipolaire stoornis kan grillig zijn en dus kan niet voorspelt worden hoe het met betrokkene gaat als hij weer thuis is. De arts acht de kans dat de man een terugval heeft te hoog om hem zonder vangnet naar huis te laten gaan. Ook gelet op de ernst van de ontregeling van betrokken bij opname. De arts kan instemmen met de door de advocaat verzochte duur van twee weken voor de voortzetting van de crisismaatregel.
De beoordeling
2.3.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, met name gelegen in ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, in de vorm van een bipolaire stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.4.
De rechtbank is van oordeel dat bij de voortzetting van de crisismaatregel de verzochte vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden. Indien betrokkene een terugval heeft en hij weer opgenomen dient te worden kunnen de verzochte vormen nodig zijn. Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Gelet op de verklaring van de arts zal de rechtbank de voortzetting crisismaatregel verlenen voor de duur van twee weken.
2.5.
Deze vormen van verplichte zorg zijn evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.6.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van twee weken na heden. Daarbij zal de rechtbank het anders of meer verzochte afwijzen.

3.Beslissing

De rechtbank:
- verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van
[betrokkene]
[betrokkene] ,geboren op [geboortedatum] 1965 te [geboorteplaats] , met voor de duur van de machtiging de volgende vormen van verplichte zorg:
a.
toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
b.
beperken van de bewegingsvrijheid;
c.
insluiten;
d.
uitoefenen van toezicht op betrokkene;
e.
onderzoek aan kleding of lichaam;
f.
onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
g.
controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
h.
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
j. opnemen in een accommodatie.
- bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 17 juli 2020;
- wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 3 juli 2020 mondeling gegeven door mr. A.R. Scharrenborg, rechter en in het openbaar uitgesproken bijgestaan door D. Hendriks als griffier, en op 17 juli 2020
schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.