Uitspraak
.
1.Procesverloop
- betrokkene, bijgestaan door mr. R.G.J. Booij;
- mevrouw [A] ; afdelingsarts;
- de heer [B] , casemanager.
2.De standpunten en de beoordeling
a., specifiek te weten het toedienen van vocht en voeding, het verrichten van medische controles, andere medische handelingen en therapeutische maatregelen. Ook zijn de verzochte zorgvormen genoemd onder
b.,
c. en
d. niet noodzakelijk.
a. te weten het ‘
toedienen van vocht en voeding en het verrichten van medische controles, andere medische handelingen en therapeutische maatregelen’ afwijzen. Ook zal de rechtbank de verzochte verplichte zorgvormen genoemd onder
b.,
c. en
d. afwijzen. Deze rechtbank zal deze verzochte verplichte zorgvormen afwijzen omdat uit de verklaringen van de arts en/ of de casemanager blijkt dat deze niet (meer) noodzakelijk zijn. De in het dictum genoemde vormen van verplichte zorg kunnen naar het oordeel van de rechtbank het ernstig nadeel voldoende wegnemen.
3.Beslissing
[betrokkene], geboren op [1982] te [geboorteplaats] , voor de volgende vormen van verplichte zorg: