Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[eiser sub 2],
de STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Justitie en Veiligheid, Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum en de Minister voor Rechtsbescherming),
- de heer [eiser sub 2] ( [functie van eiser sub 2] )
- mr. R.P. Scherer,
- de heer S.H. Brady
- mevrouw [A] ( [functie van A] )
- prof. dr. [B] ( [functie van B] )
- dr. [C] ( [functie van C] )
- mr. S.W. Holterman
- mevrouw [D] ( [functie van D] )
- mr. E.C. Pietermaat.
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 januari 2020 met producties 1 tot en met 14
- de op 21 januari 2020 van Universiteit ontvangen producties 1 en 2
- de op 21 januari 2020 van de Staat ontvangen producties 1 tot en met 10
- de mondelinge behandeling van 22 januari 2020
- de pleitnota van Jehovah's gemeente c.s.
- de pleitnota van Universiteit
- de pleitnota van de Staat.
2.Waar gaat de zaak over?
“dat er veel meldingen zijn van seksueel misbruik in de gemeenschap van Jehovah’s getuigen, maar dat deze meldingen om uiteenlopende redenen niet allemaal hebben geleid of zullen kunnen leiden tot aangiftes bij de politie”en
“dat er aanwijzingen zijn dat de cultuur van geslotenheid in de gemeenschap van Jehovah’s getuigen er aan heeft bijgedragen dat veel binnenskamers is gebleven en dat dit systeem nog steeds niet de juiste waarborgen biedt om kinderen maximaal te beschermen tegen misbruik”. Daarom wordt aan de regering gevraagd om er voor te zorgen dat onderzoek wordt uitgevoerd naar
“opgedane ervaringen door personen die onderdeel zijn (geweest) van de gemeenschap van Jehovah’s Getuigen met als doel om inzicht te krijgen in het mogelijke onderliggende patroon, de gebruikte (kerk)regels, gebruiken en structuren binnen de gemeenschap en de invloed die dit heeft op de aangiftebereidheid van personen”en ook om te bewerkstelligen
“dat er een analyse wordt gemaakt naar de in andere landen reeds verrichte onderzoeken op het terrein van seksueel misbruik binnen de gemeenschap van Jehovah’s Getuigen en daarbij zo mogelijk aanbevelingen voor Nederland te formuleren”.
“Seksueel misbruik en aangiftebereidheid binnen de gemeenschap van de Jehova’s Getuigen”(hierna: het rapport), na unaniem positief advies van de begeleidingscommissie, geaccepteerd door de directeur van het WODC. Op grond van een interne regeling moet de directeur van het WODC het rapport binnen zes weken na acceptatie (dus uiterlijk op 23 januari 2020) openbaar maken. In dit geval zal dat gebeuren door het aan de Tweede Kamer te zenden. Dat stond gepland voor vandaag, 23 januari 2020, om 13.00 uur.
3.De beoordeling
- aan de ene kant de aard van de gepubliceerde verdenkingen en de ernst van de te verwachten gevolgen voor eisers en aan de andere kant de ernst van de misstand die de publicatie aan de kaak wil stellen;
- de mate waarin de verdenkingen op het moment van de publicatie steun vonden in het toen beschikbare feitenmateriaal;
- de inkleding van de verdenkingen;
- de mate van waarschijnlijkheid dat in het algemeen belang het nagestreefde doel langs andere – voor eisers minder schadelijke – wegen met een redelijke kans op spoedig succes had kunnen worden bereikt;
- de kans dat de informatie ook zonder de verweten publicatie in de publiciteit zou zijn gekomen.
980,00