In deze zaak vordert NS Reizigers B.V. betaling van openstaande facturen van de gedaagde, een commanditaire vennootschap, die gebruik heeft gemaakt van een NS Business Card voor het huren van een Greenwheels-auto. De procedure begon met een dagvaarding op 16 augustus 2019, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De feiten van de zaak zijn als volgt: de gedaagde heeft op 12 juni 2017 een NS Business Card besteld en heeft deze gebruikt om een Greenwheels-auto te huren. De overeenkomst bevatte bepalingen over de kosten en betalingsverplichtingen. De gedaagde heeft echter twee facturen van NS, die samen een bedrag van € 7.108,17 bedragen, niet tijdig voldaan. NS heeft de gedaagde herhaaldelijk aangemaand tot betaling, maar zonder resultaat. De gedaagde erkent de overeenkomst, maar betwist de hoogte van de kosten die in rekening zijn gebracht, en stelt dat NS structureel te hoge tarieven hanteert.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde in gebreke is gebleven met de betaling van de facturen en dat de vordering van NS toewijsbaar is. De rechter heeft vastgesteld dat de gedaagde op de hoogte had moeten zijn van de speciale tarieven voor NSBC-klanten en dat het verweer van de gedaagde onvoldoende onderbouwd was. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van het verschuldigde bedrag, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten, en heeft de proceskosten aan de zijde van NS toegewezen. Het vonnis is uitgesproken op 22 januari 2020.