ECLI:NL:RBMNE:2020:2129

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
11 juni 2020
Publicatiedatum
11 juni 2020
Zaaknummer
503640 / HA RK 20-140
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wraking van een rechter na einduitspraak in civiele zaak

In deze wrakingszaak heeft verzoeker op 3 juni 2020 een verzoek ingediend tot wraking van mr. J.M. van Wegen in een civiele procedure met zaaknummer 8331674 LC EXPL 20-363. De wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland heeft op 11 juni 2020 besloten om af te zien van een mondelinge behandeling van het verzoek. Dit besluit is genomen op basis van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat bepaalt dat een rechter gewraakt kan worden op grond van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. Echter, het wrakingsverzoek is ingediend nadat de rechter al een einduitspraak had gedaan op 25 maart 2020. De wrakingskamer oordeelt dat het doel van het wrakingsverzoek niet meer kan worden bereikt, aangezien de behandeling van de zaak al is geëindigd met de einduitspraak. Hierdoor is verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

WRAKINGSKAMER
Locatie: Utrecht
Zaaknummer/rekestnummer: 503640 / HA RK 20-140
Beslissing van de meervoudige kamer voor de behandeling van wrakingszaken van 11 juni 2020
op het verzoek in de zin van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (verder: Rv) van:
[verzoeker],
wonende te [woonplaats] ,
(verder te noemen: verzoeker).

1.De procedure

1.1.
Verzoeker heeft op 3 juni 2020 een verzoek ingediend tot wraking van mr. J.M. van Wegen (verder: de rechter) in de zaak met zaaknummer 8331674 LC EXPL 20-363.
1.2.
De wrakingskamer heeft gelet op het onderstaande afgezien van een mondelinge behandeling.

2.De ontvankelijkheid van het verzoek

2.1.
Op grond van artikel 36 Rv kan elk van de rechters die een zaak behandelen op verzoek van een partij kan worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden. Het middel van wraking is toegekend aan een partij die wenst te voorkomen dat een rechter die tegenover een partij een vooringenomenheid koestert, althans aan een partij die daarover vrees heeft die objectief gerechtvaardigd is, (nog langer) bemoeienis met de zaak zal hebben. Dat doel kan niet meer worden bereikt als de rechter een einduitspraak heeft gedaan, omdat de behandeling van de zaak daarmee is geëindigd. De wet voorziet daarom niet in de mogelijkheid om wraking te verzoeken van een rechter nadat er een einduitspraak is gedaan.
2.2.
In de hiervoor genoemde hoofdzaak heeft de rechter op 25 maart 2020 al schriftelijk vonnis gewezen. Die beslissing is een eindbeslissing, waarmee de behandeling van de zaak door de rechter is geëindigd. Het wrakingsverzoek is op 3 juni 2020 ingediend en dus nadat een einduitspraak is gedaan. Dat betekent dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn verzoek.
2.3.
Gelet op deze kennelijke niet-ontvankelijkheid kan, overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 9.1 sub c van het wrakingsprotocol van deze rechtbank, een mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek achterwege blijven.

3.De beslissing

De wrakingskamer:
3.1.
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek;
3.2.
draagt de griffier van de wrakingskamer op deze beslissing toe te zenden aan verzoeker, de gewraakte rechter, andere betrokken partijen, de voorzitter van het team civiel recht, waarin de gewraakte rechter werkzaam is en de president van deze rechtbank.
Deze beslissing is gegeven door mr. C.A. de Beaufort, voorzitter, en mrs. J.F. Haeck en G.J.J.M. Essink als leden van de wrakingskamer, bijgestaan door mr. C.E.M. Roeleveld, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 juni 2020.
de griffier de voorzitter
de griffier is buiten staat te tekenen
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.