ECLI:NL:RBMNE:2020:2058

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
4 juni 2020
Publicatiedatum
4 juni 2020
Zaaknummer
UTR - 19 _ 4567
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen legesaanslag voor omgevingsvergunning in verband met ongelijkheid in legesverordeningen

Op 4 juni 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen LOGOS Protestants Christelijk Onderwijs, eiseres, en de heffingsambtenaar van de gemeente Vijfheerenlanden, verweerder. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor de verbouwing van een school in de gemeente Vijfheerenlanden, waarvoor een legesaanslag van € 10.038,60 was opgelegd. Eiseres stelde dat deze leges te hoog waren in vergelijking met een eerdere legesaanslag voor een vergelijkbaar project van een naastgelegen school. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van gelijke gevallen, omdat verschillende legesverordeningen van toepassing waren op de aanvragen. De rechtbank concludeerde dat het beroep op het gelijkheidsbeginsel niet kon slagen en dat de gemeenteraad een ruime vrijheid heeft bij het vaststellen van heffingsmaatstaven en belastingtarieven. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen, maar zal later alsnog openbaar worden gemaakt.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 19/4567

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 juni 2020 in de zaak tussen

LOGOS Protestants Christelijk Onderwijs, te Leerdam, eiseres

(gemachtigde: H.M.J. Mackloet),
en

De heffingsambtenaar van de gemeente Vijfheerenlanden, verweerder

(gemachtigde: J. Lanser).

Inleiding

1.1
In maart 2019 heeft eiseres bij verweerder een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend voor het verbouwen van de [school 1] in [vestigingsplaats] , gemeente Vijfheerenlanden. De bouwkosten voor dit project zijn € 297.000,- exclusief BTW. Verweerder heeft de omgevingsvergunning aan eiseres verleend en bij apart besluit van 25 juli 2019 (het primaire besluit) aan eiseres een legesaanslag opgelegd van
€ 10.038,60.
1.2
Met de uitspraak op bezwaar van 17 september 2019 (de bestreden uitspraak) heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard. Vervolgens heeft eiseres bij deze rechtbank beroep ingesteld. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
1.3
Partijen zijn uitgenodigd voor de behandeling van het beroep op de zitting van 8 mei 2020. In verband met de uitbraak van het coronavirus heeft de Rechtspraak besloten vanaf dinsdag 17 maart 2020 de rechtbank, gerechtshoven en bijzondere colleges te sluiten en alleen zittingen voor urgente zaken door te laten gaan. Gelet op deze situatie zal de geplande zitting niet doorgaan. Vervolgens heeft de rechtbank partijen gevraagd om toestemming voor het sluiten van het onderzoek zonder zitting. Partijen hebben hiervoor toestemming verleend. De rechtbank heeft daarop het onderzoek gesloten op 12 mei 2020.

Beoordeling van het beroep

4. Eiseres voert aan dat de leges op een te hoog bedrag zijn vastgesteld. Eiseres baseert dit standpunt met name op de veel lagere legesaanslag die aan het bestuur van de Stichting O2A5 voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de school [school 2] is opgelegd. Die school ligt naast aan de [school 1] . Het betreft een identiek gebouw en een vergelijkbaar project. Desondanks bedroeg de legesaanslag voor de [school 1] , omgerekend per € 1.000,- bouwkosten, bijna drie keer zo veel als die voor de [school 2] . Eiseres vindt dit een buitenproportioneel en onevenredig groot verschil en vindt dat sprake zou moeten zijn van een zeker gelijkwaardigheidsbeginsel.
5.1
De rechtbank begrijpt de beroepsgronden van eiseres zo, dat eiseres zich beroept op het gelijkheidsbeginsel en dat eiseres daarnaast vindt dat een zó hoge aanslag in strijd is met andere algemene rechtsbeginselen.
5.2
De rechtbank overweegt dat voor een geslaagd beroep op het gelijkheidsbeginsel sprake moet zijn van de ongelijke behandeling van gelijke gevallen. Op de aanvraag in 2017 van de [school 2] was de Legesverordening 2017 van de gemeente Leerdam van toepassing. Daarin gold voor het aanvragen van een omgevingsvergunning een percentage van 2,6% (excl. bijkomende kosten voor een welstandstoets). Op de aanvraag van eiseres in 2019 is echter de Legesverordening Vijfheerenlanden 2019-1 van toepassing. Op grond daarvan wordt voor de leges uitgegaan van 3,2% van de bouwkosten, te verhogen met 1,8% in verband met een welstandadvies. Aangezien er verschillende legesverordeningen van toepassing zijn op de twee aanvragen, is er om die reden al geen sprake van gelijke gevallen. Daarom kan het beroep op het gelijkheidsbeginsel niet slagen.
6. De rechtbank kan eiseres evenmin erin volgen dat de leges, gelet op de hoogte daarvan, in strijd zijn met enig ander algemeen rechtsbeginsel. De gemeenteraad heeft een grote mate van vrijheid om de heffingsmaatstaf en het belastingtarief vast te stellen. De rechtbank ziet met name niet dat het door de gemeenteraad van Vijfheerenlanden vastgestelde percentage van 3,2% van de bouwkosten onredelijk of willekeurig is. Dat de gemeenteraad van Leerdam twee jaar eerder een lager percentage hanteerde is daarvoor in elk geval onvoldoende.
7. Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is op 4 juni 2020 gedaan door mr. R.C. Stijnen, rechter, in aanwezigheid van mr. C.H. Verweij, griffier. Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak zo nodig alsnog in het openbaar uitgesproken.
de griffier is verhinderd
de uitspraak te ondertekenen
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.