ECLI:NL:RBMNE:2020:1867
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de aanvraag om omgevingsvergunning voor verbouwing van een woning in strijd met de beheersverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 29 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een B.V. uit Utrecht, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een omgevingsvergunning voor het verbouwen van een woning, maar deze aanvraag werd door verweerder geweigerd op basis van de geldende beheersverordening. Verweerder stelde dat de verbouwing zou leiden tot woningvorming, wat in strijd is met de beheersverordening. Eiseres was het hier niet mee eens en heeft beroep ingesteld.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op 11 maart 2020. Eiseres voerde aan dat er geen sprake was van woningvorming, omdat de aanvraag niet gericht was op het creëren van zelfstandige woonruimten. De rechtbank heeft de argumenten van verweerder niet gevolgd en geconcludeerd dat de aanvraag niet in strijd was met de beheersverordening. De rechtbank oordeelde dat verweerder de aanvraag moest beoordelen in de omvang zoals deze was ingediend en dat er geen sprake was van woningvorming, omdat de bouwtekeningen geen toiletten binnen de woonruimten toonden.
De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en verweerder opgedragen om binnen zes weken een nieuwe beslissing op het bezwaar van eiseres te nemen. Tevens heeft de rechtbank verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres en het betaalde griffierecht vergoed. Deze uitspraak is gedaan door mr. N.H.J.M. Veldman-Gielen, rechter, en is verzonden op 29 april 2020.