In deze zaak, die zich afspeelt in Lelystad, hebben eisers, buren van gedaagde, een kort geding aangespannen om de verwijdering van een dakopbouw te vorderen. De eisers stellen dat de dakopbouw onrechtmatige hinder veroorzaakt, in strijd met artikel 5:37 BW. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gedaagde een omgevingsvergunning heeft verkregen voor de dakopbouw, maar dat dit niet automatisch betekent dat er geen onrechtmatige hinder kan zijn. De eisers hebben een rapport over bezonning overgelegd, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat dit rapport niet voldoet aan de TNO-normen en dat er geen voldoende bewijs is dat de dakopbouw daadwerkelijk onrechtmatige hinder veroorzaakt. De vorderingen van eisers worden afgewezen, en zij worden veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 14 mei 2020.