Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding met 5 producties
- de akte wijziging eis met 6 aanvullende producties van [eiseres]
- de conclusie van antwoord van [gedaagde sub 1] c.s.
- de mondelinge behandeling op 5 februari 2020
- de pleitnota van [eiseres]
- de pleitnota met voorwaardelijke eis in reconventie van [gedaagde sub 1] c.s.
- de herhaalde verzoeken om aanhouding van de zaak door mr. Bikker, om partijen de gelegenheid te geven een regeling te treffen
- het verzoek van mr. Bikker om vonnis te wijzen.
2.De feiten
heeft een geluidsmeting verricht in beide woningen en daar is een advies uit voorgekomen. Naar aanleiding van dit rapport, door u beiden ontvangen op 3 mei jl., adviseren [A] en ik de heer [gedaagde sub 1] de bestaande vloer en ondervloer te vervangen voor een geheel nieuwe ondervloer (dik, niet verend) gevolgd door dik tapijt om zo de isolatie te verbeteren.
3.De wederzijdse vorderingen
4.De beoordeling in conventie
een deelvan haar plafond zal laten “isoleren”, waaronder in elk geval de slaapkamer, zonder nader aan te geven op welk deel van het appartement precies wordt gedoeld en wat onder isolatie moet worden verstaan. [eiseres] heeft ter zitting zelfs betoogd dat zij zich ten opzichte van [gedaagde sub 1] c.s. helemaal niet heeft verplicht een vrijhangend plafond aan te brengen, maar dat het haar vrij staat om dit, naar eigen inzicht, wel of niet te doen. Het is dan ook verre van duidelijk wat partijen op 16 mei 2019 precies zijn overeengekomen. [eiseres] heeft in dit verband ter zitting nog verklaard dat zij uiteraard niet van [gedaagde sub 1] c.s. vraagt om in het toilet tapijt te leggen. Die nuancering blijkt echter niet uit het advies van de deskundige of uit het e-mailbericht van [naam organisatie] van 29 mei 2019, waarop zij zich beroept, en overigens evenmin uit de formulering van haar vordering in de dagvaarding. Zij heeft niet betwist dat die details in het gesprek van 16 mei 2019 niet aan de orde zijn geweest.