Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 17 april 2020 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
niet–ontvankelijk verklaard, zonder te beoordelen of er een geldige reden was voor de te late indiening van het bezwaarschrift.
9 december 2019 alsnog aan eiser gevraagd waarom hij het bezwaarschrift te laat heeft ingediend. Eiser heeft hier niet op gereageerd. Vervolgens heeft de rechtbank bij aangetekende brief van 20 februari 2020 een herinnering gestuurd. Deze herinnering is retour gekomen met als reden dat het poststuk niet is afgehaald bij [naam winkel] te Utrecht. De rechtbank heeft de brieven van 9 december 2019 en 20 februari 2020 vervolgens per normale postzending naar eiser gestuurd op 31 maart 2020. Daarin is vermeld dat de in de brieven genoemde termijnen niet opnieuw aanvangen.
Beslissing
.Als gevolg van maatregelen rondom het Coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt de uitspraak alsnog in het openbaar uitgesproken.