In deze zaak vordert eiser, een eigenaar van een garagebedrijf, een voorschot op de schadevergoeding van Allianz Benelux N.V. na een verkeersongeval op 4 februari 2019. Eiser was betrokken bij een aanrijding met een Renault Megane, bestuurd door de heer B. Eiser heeft na het ongeval medische klachten ontwikkeld en stelt dat hij grotendeels arbeidsongeschikt is geraakt. Hij heeft een voorschot van € 65.000,- gevorderd, onderbouwd met de kosten die hij heeft gemaakt voor huishoudelijke hulp en de inschakeling van een zzp'er om zijn garage draaiende te houden. Allianz betwist het spoedeisend belang en het causaal verband tussen de klachten van eiser en het ongeval, en wijst op het ontbreken van voldoende onderbouwing van de schade. De voorzieningenrechter oordeelt dat er voldoende spoedeisend belang is, en dat de gezondheidsklachten van eiser voor een deel het gevolg zijn van het ongeval. Hoewel eiser niet alle financiële informatie heeft verstrekt, wordt een voorschot van € 15.000,- toegewezen, omdat er aannemelijk is dat eiser schade heeft geleden. Allianz wordt veroordeeld in de proceskosten.