Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1980 te [geboorteplaats] , voor de volgende vormen van verplichte zorg:
Rechtbank Midden-Nederland
Op 4 maart 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, een beschikking gegeven inzake de verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Dit volgde op een verzoek van de officier van justitie, ingediend op 2 maart 2020, waarin werd verzocht om een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1980, die verblijft in een zorginstelling. De rechtbank heeft de betrokkene, zijn advocaat, de behandelend arts en de ambulante behandelaar gehoord tijdens de mondelinge behandeling.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek een schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, wat leidt tot ernstig nadeel en risico op ernstige psychische schade en verwaarlozing. De betrokkene heeft aangegeven dat hij naar huis wil, maar de arts heeft betoogd dat opname noodzakelijk is voor zijn veiligheid en gezondheid. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en heeft daarom de zorgmachtiging verleend voor de verzochte vormen van verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid.
De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 4 september 2020. De beschikking is mondeling gegeven door rechter D.J. van Maanen en schriftelijk uitgewerkt op 16 maart 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.