Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Beoordeling
3.Beslissing
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1990 te [geboorteplaats] , met voor de duur van de machtiging de volgende vormen van verplichte zorg:
Rechtbank Midden-Nederland
Op 2 maart 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, een beschikking gegeven inzake de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. Dit verzoek volgde op een eerdere crisismaatregel die op 28 februari 2020 was opgelegd. De betrokkene, geboren in 1990, verblijft in een instelling en heeft te maken met een psychische stoornis. Tijdens de mondelinge behandeling zijn de betrokkene, zijn advocaat mr. J.D. van der Heijden, en een arts in opleiding tot specialist gehoord. De officier van justitie was niet aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de betrokkene, met name levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel, veroorzaakt door gedrag voortvloeiend uit een psychische stoornis. De advocaat pleitte voor afwijzing van de voortzetting van de crisismaatregel, terwijl de vertegenwoordiger van de instelling pleitte voor voortzetting. De rechtbank oordeelde dat de gevraagde vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het dreigende nadeel af te wenden, met uitzondering van enkele minder noodzakelijke maatregelen.
De rechtbank verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel voor de duur van drie weken, tot en met 23 maart 2020. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M.E.A. Braeken en schriftelijk uitgewerkt door rechter A.C. Schroten. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.