In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 20 december 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een B.V. die een wegrestaurant exploiteert, en het college van Gedeputeerde Staten van Utrecht. Eiseres had een matrixbord geplaatst dat in strijd was met de geldende bestemmingsplannen en verordeningen. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet handhavend mocht optreden tegen het matrixbord van eiseres, omdat er sprake was van een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel. Eiseres had in 2015 een toezegging gekregen van gedeputeerde Krol dat het matrixbord geplaatst kon worden door de bebouwde kom-grens te verleggen. De rechtbank oordeelde dat deze toezegging aan verweerder kon worden toegerekend en dat eiseres gerechtvaardigd vertrouwen had dat handhaving niet zou plaatsvinden. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van verweerder en herstelde de situatie door het primaire besluit te herroepen. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres en moest het griffierecht vergoeden.