4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde:
[B] heeft op 11 januari 2018 aangifte gedaan en heeft daarover bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik wil aangifte doen van de overval die op 17 december 2017 heeft plaatsgevonden op het [winkel 1] filiaal aan het [adres 2] te [vestigingsplaats] . Er zijn drie kassa’s leeggehaald en er zijn sigaretten weggenomen. Bij kassa 2 is € 356,28 weggenomen, bij kassa 3 is € 513,38 weggenomen en bij kassa 7 (informatiebalie) is € 2.393,94 weggenomen [de rechtbank begrijpt: een totaal van € 3.263,60]. Achter de informatiebalie zijn nog verschillende sloffen sigaretten van diverse merken weggenomen.
Als bijlage bij deze aangifte is een specificatie opgenomen van het schadebedrag. Hieruit valt op te maken dat in totaal negen sloffen zijn weggenomen.
[slachtoffer 1] heeft op 17 december 2017 aangifte gedaan en heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik was vandaag aan het werk bij de [winkel 1] en ik stond achter de informatiebalie. Om ongeveer 17.45 uur kwamen er mannen naar binnen gerend, ze hadden alle vier bivakmutsen op en ik kon wel duidelijk zien dat ze alle vier donker getint waren van huidskleur. Er kwamen twee mannen naar de servicebalie toegerend naar mij en mijn collega [slachtoffer 4] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 4] ]. [slachtoffer 4] rende de winkel in en ik wilde dat ook doen. Ik voelde dat ik werd teruggetrokken aan mijn kleding. Ik keek om en zag dat het 1 van de personen was met een zwarte bivakmuts op. Ik zag dat deze persoon een geweer in zijn handen had en deze meerdere keren op mijn hoofd richtte. Ik hoorde de man zeggen: “Doe de kassa’s open, je moet helpen en snel. Waar zijn de sigaretten?”. Ik opende eerst de kassalade van kassa 7 en ik zag dat er op dat moment twee personen met zwarte bivakmutsen bij mijn kassa stonden. Ik moest helpen met het geld. Ik opende de kassalade en ik moest de briefjes van € 20 en € 50 pakken. Een van de personen met bivakmuts pakte de briefjes van € 5 en € 10. De tweede persoon met bivakmuts probeerde de gehele kassalade eruit te halen. Dat lukte in eerste instantie niet, maar later wel. Hierna moest ik de sigarettenkast openen. Ik hoorde de man zeggen: “Ik wil geen sigaretten, ik wil sloffen.”. Ik zag dat de man een grote boodschappentas, het soort big shopper, waarvan de onderkant groen was en de bovenzijde geel bij zich had. Ik zag dat de handvatten ook groen van kleur waren en dat de handvatten aan elkaar vast zaten.
Toen de twee mannen klaar waren met de sigaretten, moest ik onder bedreiging van een geweer gericht naar mijn hoofd helpen met de sigaretten inpakken in de geel/groene big shopper tas, toen zijn de twee mannen naar de andere personen met zwarte bivakmutsen gelopen die ongeveer bij kassa 2 en 3 stonden. Ik zag dat beide personen aan het helpen waren bij kassa 2 en 3 om daar ook nog wat in de tassen te doen. Kort hierna zijn alle vier de mannen via dezelfde ingang weer de [winkel 1] uit gegaan.
Toen alle vier de mannen weg waren, wilde ik mijn telefoon pakken die op de servicebalie lag. Ik zag dat deze er niet meer lag.
Verbalisant [verbalisant 1] heeft in haar proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Het betrof een iPhone 6 van een medewerker van de [winkel 1] .
[slachtoffer 2] heeft op 17 december 2017 aangifte gedaan en heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik zat achter de kassa bij de [winkel 1] toen er vier mannen binnen kwamen. Ik hoorde ze roepen: “Bukken, Bukken”. Ze liepen, renden naar de informatiebalie waar mijn collega [slachtoffer 1] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1] ] stond. Toen ze daar klaar waren, kwamen ze naar mij en naar mijn collega [slachtoffer 3] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 3] ]. Er renden toen ook al heel veel mensen weg van de kassa. [slachtoffer 3] en ik zaten rug aan rug allebei achter een kassa. Ik weet niet meer wie als eerste de lade moest openen, maar ik kreeg een wapen op mij gericht en toen moest ik de kassalade open doen. De man pakte het geld eruit. Dat deden ze ook bij [slachtoffer 3] . Daarna zijn ze weggegaan.
Ik heb de mannen horen zeggen toen ze bij de servicebalie stonden: “Bukken, dit is een overval”.
[slachtoffer 5] heeft op 17 december 2017 aangifte gedaan en heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat de mannen richting de sigarettenafdeling liepen en dat ze daarbij hun wapens richtten naar de medewerkers bij de sigarettenafdeling. Ik hoorde in ieder geval twee van hen schreeuwen dat het om een overval ging en dat we moesten liggen. Ik rende met mijn winkelwagen langs de mannen heen om zo snel mogelijk naar de uitgang te komen. Ik hoorde een van de mannen zeggen: “He, waar ga je heen?”. Ik zag dat hij op dat moment een handwapen in zijn hand vasthield en dat hij dat wapen naar mij toe richtte. Ik zag dat hij op dat moment op een paar meter afstand stond van mij.
[slachtoffer 3] heeft op 17 december 2017 aangifte gedaan en heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat er opeens een van deze mannen richting mijn kassa liep. Ik hoorde hem zeggen: “De la open, alles erin”. Ik zag dat deze man een zwarte rugzak in zijn hand had. Niet veel later zag ik een tweede man richting mijn kassa lopen en hoorde hem zeggen: “Opschieten, opschieten”. Ik zag dat deze man een zwart kleurig pistool in zijn hand had. Ik zag dat hij tijdens het roepen met zijn wapen dreigde. Ik zag hem met het wapen in mijn richting wijzen.
[slachtoffer 4] heeft op 17 december 2017 aangifte gedaan en heeft bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik stond samen met [slachtoffer 1] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1] ] achter de servicebalie te praten toen ik opeens geschreeuw hoorde met de tekst: “Overval, overval”.Ik zag dat persoon 1 naar de balie liep. Terwijl hij naar de balie liep, bleef hij telkens het wapen op mij gericht houden. Persoon 1 kwam voor mij staan aan de balie en keek mij aan terwijl hij op zeer korte afstand het wapen tegen mijn hoofd richtte. Ik ging rennen.
[slachtoffer 6] is op 19 december 2017 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik hoorde achter mij roepen: “Overval” of “Dit is een overval!”. Ik werd aan mijn jas weggetrokken. Ik zag nadat ik getrokken werd, het wapen in de hand van de overvaller die mij wegtrok. Ik dacht dat er een wapen op mijn rechterzij werd gezet.
Verbalisant [verbalisant 2] heeft in zijn proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
In en aan de buitenzijde van de [winkel 1] hangen camera’s die opnames maken. Deze beelden zijn veiliggesteld en uitgekeken.
Op de beelden zijn vier verdachten te zien.Verdachte 1 droeg een groenkleurige jas met op de schouders zwart- met roodgekleurde blokken. Hij had een blauw- met witkleurige doek of sjaal voor zijn mond en had een zwartkleurig (op een) automatisch vuurwapen (gelijkend voorwerp) bij zich. Verdachte 1 droeg een geelkleurige bigshopper met opdruk bij zich voorzien van een groen met witkleurig logo van tuincentrum [naam tuincenturm] te [vestigingsplaats] . Ook droeg hij zwartkleurige schoenen voorzien van glimmende gedeeltes en ter hoogte van de hak een roodkleurig streepje.Verdachte 2 had een donkerblauwkleurige tas (gelijkend op een bigshopper) bij zich. Op deze tas stond een meerkleurige opdruk van een roofvogel.
Ik zie dat verdachte 1 de winkel in komt rennen. Ik zie dat hij in zijn rechterhand vermoedelijk een automatisch vuurwapen vast heeft. Ik zie dat hij in zijn linkerhand een gele bigshopper met opdruk vast heeft. Ik zie dat vrijwel meteen hierna de drie andere verdachten de winkel in komen lopen.Ik zie dat de vier verdachten vanaf de ingang, via de entreeruimte in de richting van de servicebalie lopen. Ik zie dat verdachte 3 een vuurwapen in zijn rechterhand houdt en hiermee met gestrekte arm recht voor zich uit in de rondte om zich heen wijst. Ik zie dat verdachte 2 een blauwkleurige, vermoedelijke bigshopper vast heeft.Ik zie dat verdachten 1 en 2 achter de servicebalie komen, alwaar twee kassameisjes staan. Ik zie dat verdachte 1 het automatisch vuurwapen in de richting van deze twee kassameisjes wijst. Ik zie dat verdachte 2 de twee mobiele telefoons die op de servicebalie liggen, pakt en in de blauwe tas doet. Ik zie dat verdachte 1 een meisje vast pakt en haar mee trekt naar de rechter kassa van de servicebalie. Ik zie dat het meisje de kassa open maakt. Ik zie dat verdachte 1 de gele tas aan het meisje geeft. Ik zie dat verdachten 1 en 2 geld uit de kassalade pakken en in de gele tas met opdruk van tuincentrum [naam tuincenturm] en in de blauwe tas met hierop de opdruk van een roofvogel stoppen. Ik zie dat het meisje de gele tas vast houdt en ook geld in de gele tas stopt. Ik zie dat verdachten 1 en 2 zich achter de servicebalie omdraaien en bukken. Ik zie dat ze vervolgens iets in de twee tassen laden. Ik zie dat er in ieder geval in de gele tas sigaretten worden geladen. Ik zie dat verdachte 1 de gele tas van het kassameisje pakt en dat verdachte 1 en 2 achter de servicebalie weglopen richting de ingang van de winkel.
Ik zie dat verdachte 3 met gestrekte arm met het vuurwapen in de richting van een man en nog twee personen (klanten) wijst.Ik zie dat verdachte 3 de kar tussen de deuren wegduwt. Ik zie dat verdachte 3 hierna bij de ingang blijft staan en met gestrekte arm met zijn vuurwapen recht voor zich uit om zich heen aan het richten is.Ik zie ondertussen dat verdachte 4 vanaf de servicebalie in de richting van kassa 3 en 4 loopt. Ik zie dat hij zijn rugzak in zijn rechterhand vast heeft. Ik zie dat hij naar de kassa loopt waar de kassajongen achter zit. Ik zie dat verdachte 4 zijn rugzak op de kassa legt en dat hij voorovergebogen gaat staan in de richting van de kassajongen. Ik zie dat de kassajongen de kassalade open doet. Ik zie dat verdachte 4 geld uit de kassalade pakt. Ik zie dat verdachte 4 vervolgens naar de naastgelegen kassa loopt alwaar een blond meisje de kassabediende is. Ik zie dat het kassameisje de kassa probeert open te krijgen, maar dit ogenschijnlijk niet lukt. Ik zie dat verdachte 4 een fles pakt die op de kassa stond. Ik zie dat verdachte 4 met zijn linker hand de fles ter hoogte van de hals pakt en hiermee meerdere keren op de kassa tikt. Ik zie ondertussen dat verdachte 3 vanaf de ingang van de winkel ook naar de kassa is gelopen.Ik zie dat hij het vuurwapen met gestrekte arm voor zich uit heeft en in de richting van het kassameisje wijst. Ik zie dat het meisje de kassa nog niet open krijgt en dat de kassajongen achter haar, haar helpt. Ik zie dan dat de kassa open gaat en dat verdachte 4 met zijn linkerhand geld uit de kassa pakt. Ik zie dat verdachte 4 dit geld in zijn rugzak stopt en weg loopt in de richting van de ingang van de winkel. Ik zie dat verdachten 3 en 4 de winkel verlaten.Ik zie hierna dat verdachten 1 en 2 de winkel verlaten.
[getuige 3] is op 18 december 2017 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Vervolgens zag ik de vier mannen, die ik dus eerder al had gezien, langs rennen. Ik stond voor de snackbar. De mannen kwamen vanaf de linkerkant en renden naar rechts. Ik zag dat de mannen de [straatnaam 1] in renden. Ik zag dat de mannen naar een auto toe renden. De auto stond geparkeerd op de hoek met de [straatnaam 2] . Ik zag dat de auto donker van kleur was. Ik zag dat het een Volkswagen was.
[C] heeft op 19 december 2017 aangifte gedaan namens de [winkel 2] van een overval en heeft daarover bij de politie als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2017 was ik werkzaam bij de [winkel 2] te [vestigingsplaats] aan het [adres 3] .Ik hoorde opeens een hoop geschreeuw vanuit de richting van de ingang van de winkel. Ik hoorde toen opeens luid en duidelijk: “Overval. Iemand heeft een vuurwapen bij zich”. Op dat moment zag ik ter hoogte van de ingang een persoon met een groene jas. Deze persoon passeerde de poortjes om rechtsaf achter de balie te komen. Ik bedacht mij geen moment en ben naar achteren de winkel in gerend. De overvallers hebben geen buit gemaakt. Dit komt omdat mijn collega achter de balie [slachtoffer 7] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 7] ] is weggerend toen de overvallers binnen kwamen.
Verbalisant [verbalisant 3] heeft in zijn proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik bekeek de camerabeelden van de overval op de [winkel 2] aan het [adres 3] te [vestigingsplaats] .Ik zag dat de overvallers binnen kwamen lopen, dat dader 1 het vuurwapen direct richtte op de twee klanten die voor de servicebalie stonden en op de medewerkster van de [winkel 2] . Ik zag dat hij het wapen op ongeveer een halve meter afstand in het gezicht richtte van de vrouw en de jongen.Ik zag dat de medewerkster achter de servicebalie schrok en direct weg liep. Ik zag dat de medewerkster achter de servicebalie in de richting van de kassa’s liep en een kantoor in liep.
Ik zag dat dader 2 binnen kwam lopen en dat hij twee tassen in zijn handen heeft. Ik zag dat dader 3 zijn vuurwapen voor zich uit hield en in de richting van de balie richtte. Vervolgens zag ik dat dader 1 naar de servicebalie liep en hierdoor en hiervoor bleef lopen. Ik zag dat dader 2 en 3 voorbij de servicebalie liepen. Ik zag dat dader 2 de blauwe tas op de grond gooide of liet vallen. Ik zag dat dader 3 over de tas struikelde en bijna ten val kwam. Ik zag dat dader 2 de gele tas nog steeds vast had. Ik zag dat dader 3 terug kwam lopen in de richting van de hoofdingang. Ik zag dat hij het wapen met zijn rechterhand vast had en dat hij deze constant voor zich uit had gestrekt met de loop in de richting waar hij keek. Ik zag dat dader 3 naar de hoofdingang liep. Kort hierop zag ik dat dader 2 achter hem aan kwam rennen met de gele tas in zijn hand. Hierop zag ik dat dader 3 achter de andere daders aanrennen. Ik zag dat dader 3 de blauwe tas in zijn handen had. Ik zag dat dader 1 naar buiten liep door de schuifdeuren heen. Ik zag dat hij een prullenbak naar de toegangsdeuren sleepte. Ik zag dat deze prullenbak buiten stond en dat dader 1 deze tussen de schuifdeuren plaatste. Ik zag tegelijkertijd dat dader 3 door de klaphekjes de winkel in ging. Ik zag dat hij hierdoor achter de servicebalie kon komen en dat hij zichzelf toegang verschafte achter de servicebalie. Ik zag dat de kassa in de balie was verwerkt. Ik zag dat de kassalade gesloten was. Ik zag dat dader 2 met zijn handen probeerde deze lade te openen. Ik zag dat dader 3 voor de servicebalie stond en hier langs liep om zichzelf toegang te verschaffen achter de balie. Ik zag dat dader 2 zich omdraaide en naar voor de kast stond alwaar sigaretten stonden. Ik zag dat hij zijn tas opende en met zijn rechterhand aan deurtjes trok. Ik zag dat hij deze niet geopend kreeg. Ik zag dat dader 3 hetzelfde deed naast dader 2. Ik zag dat hij wel een lade open kreeg. Ik zag dat hij dit met zijn linkerhand deed. Ik zag dat hij in zijn rechterhand het vuurwapen vasthield en de blauwe tas. Ik zag dat hij een lade geopend kreeg en dat hier pakjes sigaretten tevoorschijn kwamen. Vervolgens zag ik dat daders 2 en 3 direct wegliepen achter de servicebalie vandaan en dat ze in de richting van de uitgang liepen. Ik zag dat dader 1, 2 en 3 vervolgens via de hoofdingang naar buiten renden en hierdoor uit het zicht van camera verdwenen.
Ik zag dat de drie daders naar buiten renden. Ik zag dat dader 2 voorop liep gevolgd door dader 1 en 3. Ik zag dat dader 3 de blauwe tas in zijn handen had. Ik zag dat dader 2 de gele tas in zijn handen had. Vervolgens zag ik dat ze het trottoir overstaken en de weg op renden. Ik zag dat de drie daders in de richting van de nieuwbouwwijk renden. Ik zag in het scherm dat de daders naar een voertuig renden.Ik zag op de beelden dat het voertuig de weg op reed. Ik zag dat het voertuig met hoge snelheid wegreed. Door de duisternis kon ik niet zien welke kleur het voertuig had. Wel zag ik dat het een donkere kleur moest zijn, vermoedelijk zwart of donkerblauw.
Verdachte 2: Ik zag dat de verdachte een groen vest droeg en een donkerblauwe bandana/zakdoek voor zijn mond had. Ik zag dat dit een witte opdruk had en langs de randen van de bandana een druk wit lijnen patroon had. Tevens droeg de verdachte twee big shopper bags bij zich. Ik zag dat de verdachte een gele tas had waar [naam tuincenturm] op geschreven stond. Ik zag dat de tweede blauw van kleur was. Ik zag dat op de tas een grote witte zeearend afgebeeld stond. Onder de zeearend zag ik in het geel een tekst geschreven, ik zag dat hier ‘ [......] ’ stond geschreven.
[slachtoffer 9] is op 19 december 2017 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2017 ging ik naar de [winkel 2] .Toen ik bij de vitrine stond van de groente en fruit, hoorde ik iemand het volgende schreeuwen: “Ga liggen”. Ik weet het niet meer zeker, maar volgens mij zag ik drie voor mij onbekende mannen lopen die door de hoofdingang van de [winkel 2] in de richting van de infobalie lopen. Het vuurwapen dat NN3 in zijn handen had, leek op een lang handvuurwapen. Ik weet dat het een zwart vuurwapen was.
[slachtoffer 8] is op 19 december 2017 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik was vandaag 19 december 2017 aan het werk bij de [winkel 2] . Ik hoorde luid geschreeuw. Ik hoorde meerdere stemmen. Ik hoorde stemmen het volgende roepen: “Dit is een gewapende overval”. Ik hoorde aan de stemmen dat het mannen stemmen waren. Ik zag dat er drie personen via de hoofdingang binnen kwamen.Ik zag dat persoon 1 en 2 de winkel binnenkwamen en rechtsaf liepen. Ik zag dat zij langs de balie liepen. Ik zag dat zij richting de kassa’s liepen. Ik zag dat persoon 3 voor de hoofdingang bleef staan. Ik keek naar persoon drie. Ik zag dat persoon 3 in zijn rechterhand een vuurwapen vast hield. Ik zag dat persoon 3 naar mijn collega [slachtoffer 7] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 7] ] keek. Ik zag dat [slachtoffer 7] achter de balie stond. Ik zag dat persoon 3 zijn rechterarm gestrekt had. Ik zag dat persoon 3 zijn vuurwapen op [slachtoffer 7] gericht hield.
[slachtoffer 7] is op 19 december 2017 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2017 was ik aan het werk bij de [winkel 2] . Ik zag opeens drie grote mannen binnen komen lopen.Ik hoorde daarna ineens dat man 1 en man 2 riepen dat iedereen naar de grond moest, dat de kassa’s open moesten en dat iedereen moest gaan liggen. Ik dacht alleen maar: “Wat nu?”. Ik deed alsof ik ging liggen. Ik bukte en kwam hierdoor uit het zicht van de mannen. Ik dacht ineens, er is een hok achter de servicebalie. Ik ben daarna al bukkend naar het hok gelopen. Ik deed de deur dicht.
Verbalisant [verbalisant 4] heeft in haar proces-verbaal onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik heb de beelden nader bekeken en op basis van de op de beelden zichtbare kenmerken heb ik de indruk dat het hier een Volkswagen Fox betreft.
Verbalisant [verbalisant 3] heeft in zijn proces-verbaal onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat verdachte 1 bij de overval op de [winkel 1] schoenen droeg van het merk Prada. Ik herkende deze schoenen aan de typerende rode streep op de hak van de schoen. Op de bewegende beelden zag ik duidelijk dat de schoenen glimmend van materiaal en kleur waren. Ik zag dat er zwarte schoenen van het merk Prada in beslag zijn genomen op het adres [adres 4] te [vestigingsplaats] .
Verbalisant [verbalisant 3] heeft in zijn proces verbaal onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op 21 december 2017 is verdachte [verdachte] aangehouden, nadat hij was aangetroffen in een gestolen Volkswagen Fox. In dit gestolen voertuig zijn meerdere goederen aangetroffen, waaronder twee big shopper bags. Namelijk één van het tuincentrum [naam tuincenturm] en één met een zeearend.In het voertuig lagen ook meerdere zakdoeken / bandana’s.
Verbalisant [verbalisant 3] heeft in zijn proces-verbaal onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik heb gekeken naar de overeenkomsten tussen de overval van de [winkel 1] en de [winkel 2] supermarkten:
- bij de twee overvallen zag ik dat de daders gebruik maakten van twee tassen. Ik zag dat het om twee big shopper bags ging. Eén gele tas van het merk [naam tuincenturm] en één tas voorzien van een zeearend met daaronder de tekst ‘ [......] ’. Ik zag dat bij beide overvallen gebruik is gemaakt van twee dezelfde soort tassen. Tevens zag ik dat twee dezelfde soort tassen zijn aangetroffen in de gestolen Volkswagen Fox;
- ik zag dat verdachte 2 bij de poging overval op de [winkel 2] supermarkt een bandana voor zijn mond droeg. Ook bij de overval op de [winkel 1] supermarkt is gebruik gemaakt van bandana’s door de verdachte met dezelfde uiterlijke kenmerken.
Verbalisant [verbalisant 5] heeft in zijn proces-verbaal sporenonderzoek onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat het een personenauto betrof van het merk Volkswagen en het type Fox. Ik zag dat de personenauto gekentekend was [kenteken] . Boven in de kofferruimte lag een gele boodschappen tas met opschrift “ [naam tuincenturm] ” en “ [....] ”. In deze tas was geen inhoud. Onder deze tas lag een blauwe boodschappen tas. In de blauwe boodschappen tas met tekst “ [......] ” en een afbeelding van een vogel, zag ik een zakdoek. Deze zakdoek was aan een punt vastgeknoopt. Het betrof een donker gekleurde zakdoek met een licht kleurige print.
Onder de voorstoel aan de passagierszijde, lag een doek. Ik zag dat dit een blauw gekleurde doek was met daarop een stippen en lijn patroon. Ik zag dat van deze doek eveneens een hoek was vastgeknoopt.
Biologische sporen:
- SIN-nummer AALD4448NL: grond passagiersstoel, blauw/wit doek met knoop;
- SIN-nummer AALD4449NL: uit tas met adelaar, zwart/wit doek met knoop;
- SIN-nummer AALD4498NL: blauwe tas in achterbak auto met afbeelding zeearend;
- SIN-nummer AALD4497NL: gele tas in achterbak auto met [naam tuincenturm] [....] .
Door The Maastricht Forensic Institute werden de ontvangen materialen met SIN-nummers AALD4448NL, AALD4449NL, AALD4498NL en ALLD4497NL vergeleken met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] :
- op de blauw/witte doek met SIN-nummer AALD4448NL#01 is een DNA-profiel van een man aangetroffen. De frequentie van het DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] ;
- op de handvatten van de blauwe tas met SIN-nummer AALD4498NL#01 en op de handvatten gele tas met SIN-nummer AALD4497NL#01 is een DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal vijf donoren, van wie zeker één man. Er is een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] .
[getuige 1] is op 25 september 2018 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik begeleid de heer [verdachte] vanaf begin dit jaar.Ik denk dat ik ongeveer drie keer contact met hem heb gehad. De dinsdag na Opsporing Verzocht vertelde mijn collega dat hij Opsporing Verzocht had gezien en dat hij [verdachte] herkende. Ik heb toen de beelden teruggekeken en herkende [verdachte] in zijn bouw, ogen en hij had dezelfde schoenen aan als die ik eerder had gezien bij een gesprek tussen ons. Op de eerste beelden van Opsporing Verzocht [de rechtbank begrijpt: de camerabeelden van de [winkel 1] supermarkt] droeg hij een jas en had hij een capuchon op en de jas had een rood en hij droeg lakachtige schoenen. Hij had een groot wapen in zijn hand en deze wordt ook omcirkeld op de beelden. Op het tweede beeld van Opsporing Verzocht [de rechtbank begrijpt: de camerabeelden van de [winkel 2] supermarkt] had hij volgens mij een effen groene jas aan en hij dook achter de servicedesk. Bij de [winkel 1] zag je een stilstaand beeld op herkenning. Ik zag hierdoor zijn ogen en die zijn zo herkenbaar bij hem vanwege de bolvorming en grote ogen. Zijn postuur is heel typisch, hij is erg tenger tot mager.Op de beelden van de [winkel 1] is [verdachte] de eerste persoon die binnen komt lopen. Hij draagt een jas met een houthakkersmotief. Ik herken hem vooral omdat ik de beelden van de [winkel 1] direct hiervoor zag en hoe hij zich beweegt.
[getuige 2] is op 5 september 2018 als getuige gehoord door de politie en heeft als volgt verklaard, zakelijk weergegeven:
Hij had Prada schoenen bij mij thuis staan.
Ik kan [verdachte] omschrijven als slank, donker en heeft een baard. Hiermee bedoel ik de bakkebaarden die zijn doorgetrokken vanaf de oren naar zijn kin. Hij heeft grote ogen. Hij is heel erg achteruit gegaan vanwege zijn ziekte. Zijn ogen komen nu erg naar buiten.
[.] : Verbalisanten tonen de camerabeelden van de [winkel 1] .
[..] : Die schoenen herken ik, dat zijn Prada schoenen. Dat soort schoenen hebben ze dus meegenomen uit mijn huis. Deze komen helemaal overeen.
Bewijsoverwegingen ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde:
Betrokkenheid verdachte
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het ten laste gelegde het volgende af.
Op 17 december 2017 heeft een gewapende overval plaatsgevonden op de [winkel 1] supermarkt in [vestigingsplaats] waarbij een groot geldbedrag en sigaretten zijn weggenomen. Op basis van de verklaringen van de medewerkers van de [winkel 1] en de camerabeelden kan worden vastgesteld dat een viertal personen de [winkel 1] supermarkt zijn binnen gegaan, vermomd met onder meer bandana’s en bivakmutsen. Hierbij zijn meerdere medewerkers en klanten bedreigd met een (op een) automatisch vuurwapen (gelijkend voorwerp) en een (op een) handvuurwapen (gelijkend voorwerp). Een van de verdachten droeg daarbij een groene jas met zwart- en roodgekleurde blokken. Hij had tevens een blauw- met witkleurige bandana voor zijn mond en had het (op een) automatisch vuurwapen gelijkend voorwerp bij zich. Ook droeg hij een geelkleurige bigshopper met opdruk bij zich voorzien van een witkleurig logo van tuincentrum [naam tuincenturm] en droeg hij schoenen van het merk Prada. Het viertal overvallers is vervolgens gevlucht in een personenauto van het merk Volkswagen.
Slechts twee dagen hierna, op 19 december 2017, heeft wederom een overval plaatsgevonden, dit maal op de [winkel 2] in [vestigingsplaats] , waarbij medewerkers en klanten zijn bedreigd met een (op een) automatisch vuurwapen (gelijkend voorwerp) en een (op een) handvuurwapen (gelijkend voorwerp). Ditmaal is het niet gelukt om goederen weg te nemen. Op basis van de verklaringen van de winkelbedienden en de camerabeelden van de [winkel 2] kan worden vastgesteld dat ditmaal drie personen de [winkel 2] zijn binnen gelopen, wederom vermomd met gezichtsbedekking. Een van de verdachte droeg daarbij een groen vest en een donkerblauwe bandana voor zijn mond. Tevens droeg hij twee bigshoppers. Een tas was geel waar ‘ [naam tuincenturm] ’ op stond geschreven en de andere tas was blauw met een grote witte zeearend met de tekst ‘ [......] ’. De drie verdachten zijn gevlucht in een Volkswagen, vermoedelijk een Fox.
Vervolgens wordt op 21 december 2017 verdachte [verdachte] aangehouden, nadat hij was aangetroffen in een gestolen Volkswagen Fox. In dit voertuig worden onder andere twee bigshoppers aangetroffen, namelijk een van het tuincentrum [naam tuincenturm] en een met een zeearend. Voorts zijn meerdere bandana’s aangetroffen. In het sporenonderzoek zijn onder andere de aangetroffen gele bigshopper met opschriften ‘ [naam tuincenturm] ’ en ‘ [....] ’ (AALD4497NL), de blauwe bigshopper met tekst ‘ [......] ’ en een afbeelding van een vogel (AALD4498NL) en een blauw gekleurde bandana (AALD4448NL) bemonsterd. Vervolgens zijn deze sporen vergeleken met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . Hieruit blijkt dat DNA profiel aangetroffen op de bandana (AALD4448NL) matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . Op de handvatten van de blauwe tas (AALD4498NL) en de gele tas (AALD4497NL) is celmateriaal van vijf donoren aangetroffen, met een afgeleid DNA-hoofdprofiel van een man. Dit DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] .
Bij de huiszoeking op het adres van [getuige 2] (de (ex)vriendin van verdachte [verdachte] wonende op de [adres 4] te [woonplaats] ) zijn zwarte schoenen van het merk Prada in beslag genomen. Zij heeft op 5 september 2018 als getuige verklaard dat verdachte [verdachte] een paar schoenen van het merk Prada bij haar in de woning had staan. Nadat getuige [getuige 2] de beelden van de overval op de [winkel 1] supermarkt heeft bekeken, herkent zij de schoenen van een van de overvallers als zijnde de schoenen van verdachte [verdachte] die bij haar in de woning stonden.
Nadat de camerabeelden van beide overvallen op 4 september 2018 bij Opsporing Verzocht zijn getoond, is [getuige 1] op 25 september 2018 gehoord als getuige. Hij heeft verklaard dat hij verdachte [verdachte] herkent als de overvaller bij de [winkel 1] supermarkt met de jas met rood en de lakachtige schoenen en de overvaller bij de [winkel 2] supermarkt met de effen groene jas. Getuige [getuige 1] herkent verdachte [verdachte] aan de hand van zijn bouw, ogen en de schoenen die een van de overvallers droeg bij de overval op de [winkel 1] supermarkt. Zijn ogen zijn zo herkenbaar vanwege de bolvorming en grote. Zijn postuur is tenger tot mager.
Getuige [getuige 2] heeft bij haar verhoor als getuige verdachte [verdachte] omschreven als slank, donker en baard dragend. Hij heeft grote ogen die erg naar buiten komen.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat verdachte een van de vier overvallers is geweest die zowel de [winkel 1] supermarkt als de [winkel 2] supermarkt hebben overvallen. Verdachte wordt aangehouden, nadat hij is aangetroffen in een gestolen Volkswagen Fox. Dit betreft eenzelfde merk en vermoedelijk type personenauto als waar de daders mee zijn gevlucht. In deze Volkswagen Fox zijn onder meer twee bigshoppers aangetroffen die identiek zijn aan de bigshoppers die zijn gebruikt bij de twee overvallen. Voorts is een bandana aangetroffen die zeer grote gelijkenissen vertoont met de bandana die een van de overvallers draagt. Op voornoemde goederen is het DNA van verdachte aangetroffen. Verdachte heeft bij de politie hieromtrent gezwegen en is ter terechtzitting niet verschenen. De rechtbank is van oordeel dat verdachte daarmee geen aannemelijk geworden en hem ontlastende verklaring heeft gegeven voor de aanwezigheid van zijn DNA op de bigshoppers die identiek zijn aan de bigshoppers die zijn gebruikt bij de overval en op de bandana die een grote gelijkenis vertoont met een bandana die is gebruikt bij de overval, terwijl het bewijs tegen verdachte van dien aard is dat het ‘schreeuwt’ om een verklaring van verdachte. De rechtbank overweegt daartoe dat het in dit geval gaat om bepaald niet alledaagse maar om zeer specifieke bigshoppers. Indien het DNA van verdachte op een andere wijze op de bigshoppers of bandana zou zijn gekomen, zou het daarom aannemelijk zijn dat verdachte hier een concrete verklaring voor zou hebben. De rechtbank concludeert op grond van hiervoor overwogene, in onderling verband en samenhang bezien, dat de bigshoppers en de bandana, bij gebreke van een andere aannemelijke verklaring, door verdachte zijn gebruikt bij de overval.
Ten aanzien van het verweer dat dit DNA verdachte nog niet plaatst in de supermarkten overweegt de rechtbank het volgende. Dat verdachte handschoenen droeg ten tijde van de overvallen, sluit allerminst uit dat verdachte voorafgaand of daarna de bigshoppers in zin handen heeft gehad zonder dat hij handschoenen droeg.
Daarnaast wordt verdachte door getuige [getuige 1] herkend als één van de overvallers aan zijn tengere postuur, zijn bolvormige en grote ogen en zijn schoenen. Zijn herkenningspunten worden gesteund door de verklaring van zijn voormalig vriendin, getuige [getuige 2] , die verdachte beschrijft als een slanke man met naar buiten komende ogen. De rechtbank acht, anders dan de raadsvrouw bepleit, de door getuige [getuige 1] gedane herkenning voldoende specifiek en betrouwbaar. Getuige [getuige 1] heeft verschillende malen contact gehad met verdachte en benoemt bij zijn herkenning specifiek kenmerken van verdachte, die tevens worden bevestigd door de toenmalige vriendin van verdachte. De rechtbank bezigt deze verklaring dan ook voor het bewijs.
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft gepleegd, met dien verstande dat bij feit 2 de strafverzwarende omstandigheid ‘geweld’ niet kan worden bewezen en de variant ‘en/of bedreiging met geweld’ die wel te bewijzen zou zijn, niet is tenlastegelegd waardoor het juridisch niet valt te kwalificeren als een feit zoals bedoeld in artikel 312 Wetboek van Strafrecht.
Vrijspraak ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde:
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van het onder 3 ten laste gelegde. Hoewel het opmerkelijk is dat verdachte bij een stopteken van een politieauto de gestolen Volkswagen Fox met kenteken [kenteken] ontvlucht, kan uit deze handeling geenszins worden geconcludeerd dat hij wist dat die personenauto een door misdrijf verkregen goed betrof. Nu enig ander bewijs hiervoor ontbreekt, zal verdachte worden vrijgesproken.
Vrijspraak ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde:
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van het onder 4 ten laste gelegde en overweegt daartoe het volgende. Ten aanzien van de verdenking dat verdachte op 19 december 2017 benzine zou hebben gestolen bevat het dossier slechts een aangifte, waardoor niet is voldaan aan het bewijsminimum zoals vereist in artikel 342, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. Wat betreft de verdenking van diefstal van benzine op 21 december 2017 is de rechtbank van oordeel dat onvoldoende kan worden vastgesteld dat verdachte één van de personen is die betrokken is bij de diefstal van benzine op voornoemde datum. Het enkele feit dat verdachte een soortgelijke broek droeg als de persoon die tankt, is niet voldoende. Verdachte zal dan ook worden vrijgesproken van het onder 4 ten laste gelegde.