ECLI:NL:RBMNE:2019:4568
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van drie mannen wegens poging tot afpersing zonder voldoende bewijs
Op 2 oktober 2019 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen drie mannen van 31, 38 en 48 jaar, die verdacht werden van poging tot afpersing van een aangever in Rhenen. De officier van justitie beschuldigde hen ervan het slachtoffer te hebben bedreigd met een eis van 60.000 euro. De verdachten zouden op 4 november 2017 de aangever in een café hebben benaderd en later bij zijn woning zijn verschenen, waar ze hem onder druk zouden hebben gezet om het geld te betalen. De rechtbank heeft de verklaringen van de aangever als in de kern betrouwbaar beoordeeld, maar oordeelde dat deze verklaring op zichzelf onvoldoende was om tot een bewezenverklaring te komen. Er was geen ander ondersteunend bewijs dat de verklaring van de aangever bevestigde. De verklaringen van een getuige, de partner van de aangever, waren wisselend en tegenstrijdig, wat leidde tot de conclusie dat deze niet betrouwbaar waren. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van voldoende wettig bewijs om de verdachten te veroordelen. Daarom sprak de rechtbank alle drie de verdachten vrij van de tenlastelegging. De officier van justitie werd ontvankelijk verklaard in de vervolging, maar het ten laste gelegde werd niet bewezen verklaard.