In deze zaak heeft Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde voor betaling van zorgpremies. De vordering betrof een bedrag van € 1.742,64, bestaande uit hoofdsom, wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde heeft verweer gevoerd en de vordering is door Zilveren Kruis verminderd. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat Zilveren Kruis niet voldoende onderbouwing heeft gegeven voor de vordering, vooral omdat zij niet had gemeld dat er eerder een procedure was gevoerd waarin een vergelijkbaar bedrag was afgewezen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Zilveren Kruis haar vordering niet op de juiste wijze had gespecificeerd en dat de verklaringen over vergissingen en technische storingen niet afdoende waren. Hierdoor werd de vordering afgewezen en werd Zilveren Kruis veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn begroot op € 240,00. Het vonnis is uitgesproken op 20 februari 2019 door kantonrechter mr. H.A.M. Pinckaers.