5.3Het oordeel van de rechtbank
[slachtoffer] , geboren op [2009] , heeft bij de politie in een getuigenverhoor (studioverhoor) op 21 september 2016 onder meer verklaard:
I: interviewster [interviewster]
G: Getuige [slachtoffer]
I: Ja, en douche je nog weleens met iemand anders?
G: Nee, niet met papa meer.
I: Nee? Hoe komt dat dat je niet meer papa doucht.
G: Hij stopt elke keer zijn poedi in mijn mond en dat vind ik vies.
G; Als ie moet plassen en hij doet eerst zijn in m’n mond, heeft ie, heeft ik angst dat ie in m’n mond plast. I: En wat is een poeli?
G: Een euh soort lange..
I: En wat kan je met een poeli?
G: plassen.
G: Ik sta in de douche en dat doe ie z’n poeli stiekum in m’n mond dat ik dat zie.
G: En dan, dan wil ik eruit, maar papa zei: ‘Nee, niet doen. Nee, Nee’
I: He, en hoe vaak is het gebeurd dat papa zijn poeli in jouw mond deed?
G: Euh.. Dat weet ik niet meer. Volgens mij heel vaak.
I: En dan ga jij met papa douchen en dan? Wat gebeurt er dan?
G: Duwt ie z’n poeli in m’n mond.
I: En je hebt lippen, en wat is bij jou dan de mond? Waar kwam die poeli dan?
G: Hier.
G: Hier kwam zo een helft.
I: En wat proefde je dan?
G: Nee ik proefde niet, maar ik proefde het gewoon helemaal in m’n keel.
I: Wat voelde je dan in je keel?
G: Een vissensmaak.
I: En waar gebeurde het dat papa zijn poeli in jouw mond deed?
G: Thuis.
G: in deze douchebadkamer
I: Ja, want je bent nu zes jaar en je zit in groep drie en hoe oud was jij toen papa..
G: Euh.. vijf
I: zijn poedi in jouw mond deed? Hoe oud was jij toen?
G: (geeft geen verbale reactie)
I: Vijf jaar. En hoe weet je dat je vijf jaar was?
G: Euhh gewoon.
[slachtoffer] heeft later bij de politie in een getuigenverhoor (studioverhoor) op 8 juni 2017 onder meer verklaard:
Op de vraag hoe de papa heet die de piemel in haar mond heeft gedaan zegt zij: [verdachte].
Verdachte heeft bij de politie op 22 september 2016 onder meer verklaard:
O: opmerking(en) verbalisanten
V: vraag verbalisanten
A: antwoord verdachte
V: Zat ze al op de [school] ?
A: Ja, groep 1.
V: Tot hoever was jouw piemel in haar mond?
A: Zo’n stukje, dat was in slappe toestand.
O: Verdachte laat zien wat voor stukje.
Het bewijs dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, kan door de rechtbank niet uitsluitend worden aangenomen op de verklaring van één getuige, zoals in dit geval de verklaring van [slachtoffer] . De rechtbank moet kijken of de verklaring van [slachtoffer] voldoende steun vindt in de andere bewijsmiddelen. Verder moet de rechtbank beoordelen of de verklaring van [slachtoffer] betrouwbaar is. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
Steunbewijs
De rechtbank stelt vast dat de verklaringen van [slachtoffer] over de tenlastegelegde handelingen steun vinden in de verklaringen van verdachte zelf. Verdachte heeft namelijk meerdere malen, zowel bij de politie als op de terechtzitting, verklaard dat zijn geslachtsdeel in de mond van [slachtoffer] is geweest. De rechtbank acht de verklaring van verdachte op dit punt betrouwbaar en gebruikt deze verklaring voor het bewijs.
Betrouwbaarheid verklaringen slachtoffer
De rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan de juistheid en betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer] en is van oordeel dat deze bruikbaar zijn voor het bewijs. De verklaringen van [slachtoffer] zijn naar het oordeel van de rechtbank authentiek en wat de handelingen van verdachte betreft zodanig gedetailleerd dat het, mede gelet op haar zeer jonge leeftijd, niet aannemelijk is dat zij dit verzonnen zou kunnen hebben. De door de raadsvrouw aangevoerde discrepanties in de verklaringen van [slachtoffer] doen naar het oordeel van de rechtbank geen afbreuk aan de consistentie, authenticiteit en gedetailleerdheid van haar verklaringen, met name daar waar het de essentie van de handelingen betreft, die verdachte heeft verricht. Daarom is het niet vreemd dat zij, ook hier mede gelet op haar jonge leeftijd, op enkele punten wisselend heeft verklaard. Voor de betrouwbaarheid van de verklaringen acht de rechtbank verder van belang dat [slachtoffer] uit zichzelf is gaan vertellen over het misbruik tegen [A] (de opa van [slachtoffer] ) en dat zij hier ook zelf over begon tijdens haar studioverhoor. De verdediging heeft aangevoerd dat [A] het slachtoffer er wellicht toe heeft aangezet om onwaarheden te vertellen over haar vader of dat [A] de tenlastegelegde handelingen misschien zelf heeft gepleegd. De rechtbank overweegt dat dit uit het dossier op geen enkele wijze aannemelijk is geworden. Ook heeft [slachtoffer] geruime tijd na haar eerste studioverhoor in het tweede studioverhoor weer duidelijk verklaard dat haar vader ( [verdachte] ) de handelingen heeft gepleegd. De rechtbank stelt vast dat er toen geen sprake kon zijn van eventuele beïnvloeding van [A] , omdat hij toen al geruime tijd vertrokken was uit Nederland en het [slachtoffer] toen verbleef bij haar pleegmoeder.
Ten slotte acht de rechtbank het door de verdediging geschetste (alternatieve) scenario - dat er geen sprake is van een seksuele handeling omdat [slachtoffer] zelf een kusje op het geslachtsdeel van verdachte zou hebben gegeven - niet aannemelijk geworden. Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting namelijk wisselend en tegenstrijdig verklaard over wat er tussen zijn minderjarige dochter en hem in de douche heeft plaatsgevonden:
- Op 21 september 2016 verklaart verdachte bij de politie dat [slachtoffer] was uitgegleden en zijn geslachtsdeel toen pakte. Verdachte heeft hier niks gezegd over het in de mond nemen van zijn geslachtsdeel door [slachtoffer] .
- In een verhoor op 22 september 2016 verklaart verdachte dat het één keer is gebeurd dat zijn geslachtsdeel in haar mond is geweest en dat zijn dochter zelf zijn geslachtsdeel in haar mond deed terwijl zij hem aan het wassen was. Toen heeft hij haar weggeduwd en is zij gevallen. Hij verklaart verder dat zijn dochter toen ook zijn geslachtsdeel vastgreep toen zij viel.
- Bij de rechter-commissaris heeft verdachte op 23 september 2016 verklaard dat hij met zijn dochter stond te douchen en dat zijn dochter viel. Vervolgens greep zij hem bij zijn geslachtsdeel en schreeuwde hij het uit. Hierna deed zijn dochter zijn geslachtsdeel in haar mond. Hij heeft haar toen weggeduwd.
- Op 4 oktober 2016 heeft verdachte bij de politie verklaard dat zijn dochter hem, nadat zij hem had vastgepakt bij zijn geslachtsdeel, een kusje wilde geven op zijn geslachtsdeel, maar dat zijn geslachtsdeel toen ongewild tot aan haar gehemelte in haar mond is gekomen.
- Op 25 juli 2017 verklaart verdachte dat zijn dochter alleen een kusje heeft gegeven op zijn geslachtsdeel en dat zijn geslachtsdeel niet in haar mond is geweest.
- Ter terechtzitting heeft verdachte in eerste instantie verklaard dat zijn geslachtsdeel niet in de mond van zijn dochter is geweest. Na doorvragen verklaart verdachte dat het toch wel één keer is voorgevallen dat zijn geslachtsdeel bij zijn dochter in haar mond is geweest.
Op grond van het bovenstaande acht rechtbank het onder feit 1, eerste gedachtestreepje, ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1, tweede gedachtestreepje, ten laste gelegde heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken. De rechtbank komt ook hier (net als in rubriek 4.3) tot dit oordeel omdat [slachtoffer] in haar getuigenverhoren bij de politie niets heeft verklaard over deze ten laste gelegde handelingen.