Op 15 juli 2019 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen de Vereniging Gelderse Natuur en Milieufederatie, Erfgoedvereniging Bond Heemschut, Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, en Stichting Behoud Historische Landgoederen Oostelijke Veluwezoom als eisers, en het college van gedeputeerde staten van de provincie Gelderland als verweerder. De rechtbank heeft het beroep van eisers gegrond verklaard en het bestreden besluit van de provincie vernietigd. De provincie moet binnen de in artikel 3:18 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) genoemde termijnen een nieuw besluit nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met deze uitspraak.
De rechtbank overweegt dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een eerdere uitspraak heeft geoordeeld dat de passende beoordeling die aan het Programma Aanpak Stikstof (PAS) ten grondslag ligt, niet voldoet aan de eisen van artikel 6 van de Habitatrichtlijn. Dit betekent dat de vergunning voor het bouwplan niet kon worden verleend op basis van de bestaande passende beoordeling. De rechtbank concludeert dat het bestreden besluit in strijd is met artikel 2.8 van de Wet natuurbescherming (Wnb).
De rechtbank heeft ook bepaald dat de provincie de gevolgen van de aangevraagde activiteit opnieuw moet beoordelen en dat er een nieuw ontwerpbesluit moet worden opgesteld. Daarnaast is de provincie veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eisers, die zijn vastgesteld op € 512,-. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.