ECLI:NL:RBMNE:2019:2854

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
25 juni 2019
Publicatiedatum
25 juni 2019
Zaaknummer
16/705281-18 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafzaak tegen drie mannen voor plofkraken met explosieven

Op 25 juni 2019 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen drie mannen die betrokken waren bij meerdere plofkraken. De hoofdverdachte, een 32-jarige man, is veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf, terwijl zijn medeverdachten respectievelijk 6 jaar en 30 maanden gevangenisstraf kregen. De rechtbank oordeelde dat de verdachten tussen december 2017 en februari 2018 acht pogingen tot plofkraken hebben gepleegd, waarbij in één geval op 7 januari 2018 in Didam een bedrag van 83.000 euro werd gestolen uit een geldautomaat. De verdachten gebruikten een herkenbare modus operandi, waaronder het huren van bussen en scooters, het dragen van bivakmutsen en handschoenen, en het gebruik van explosieven om toegang te krijgen tot de geldautomaten. De rechtbank benadrukte de ernst en brutaliteit van de feiten, evenals de grote schade en onrust die deze criminele activiteiten in de samenleving hebben veroorzaakt. De rechtbank hield rekening met het aantal plofkraken waaraan elke verdachte heeft deelgenomen en de rol die zij daarin hebben gespeeld. De hoofdverdachte werd als de belangrijkste verantwoordelijke beschouwd, terwijl de anderen ook een significante rol in de criminele organisatie vervulden. De rechtbank legde lange, onvoorwaardelijke gevangenisstraffen op, gezien de ernst van de feiten en de impact op de samenleving.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/705281-18 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 25 juni 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1987] te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres
[adres] , [woonplaats] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 11 mei 2018, 17 juli 2018, 4 en 20 september 2018, 27 november 2018, 21, 23 en 24 mei 2019 en 11 juni 2019. De zaak is inhoudelijk behandeld op 21, 23 en 24 mei 2019 en gesloten op 11 juni 2019.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R. Leuven en van hetgeen verdachte en mr. J.W.D. Roozemond, advocaat te Utrecht, alsmede de benadeelde partij [benadeelde 1] namens de ING Bank N.V. naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting van 4 september 2018 nader omschreven. Vervolgens is de tenlastelegging op de zitting van 21 mei 2019 gewijzigd. De (nader omschreven en gewijzigde) tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt, kort en feitelijk weergegeven, neer op het volgende:
Amuse
Feit 1: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing in de periode van 22 februari tot en met 23 februari 2018 te Druten, terwijl gemeen gevaar voor goederen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 2: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak in de periode van 22 februari tot en met 23 februari 2018 te Druten;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Artikel 140 lid 1 Sr
Feit 3: Deelneming aan een criminele organisatie in de periode van 7 december 2017 tot en met 23 februari 2018 te Buren/Leersum/Made/Didam/Druten/Zetten/Boxmeer/ De Meern met [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of anderen die tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten onder meer (pogingen) plofkraken in vereniging, althans diefstallen met braak voorafgegaan door een ontploffing;
Lindow
Feit 4: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 21 februari 2018 te Boxmeer, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Meer subsidiair, voorbereiding daarvan;
Feit 5: Primair, medeplegen van vernieling van een ruit van Albert Heijn gevestigd aan de [adres] te [adres] februari 2018;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 6: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak op 21 februari 2018 te Boxmeer;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Kroon
Feit 7: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 9 februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Meer subsidiair, voorbereiding daarvan;
Feit 8: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan het [adres] ) door middel van braak op 9 februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Montreal
Feit 9: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 25 januari 2018 te Druten, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Meer subsidiair, voorbereiding daarvan;
Feit 10: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak op 25 januari 2018 te Druten;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Fendi
Feit 11: Primair, medeplegen opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 12: Primair, medeplegen van vernieling van een gebouw op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland, door explosie, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 13: Primair, diefstal in vereniging van geld, ongeveer € 83.000,-, uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Honing II
Feit 14: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 29 december 2017 te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 15: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak op 29 december 2017 te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Cancan
Feit 16: Primair, medeplegen poging opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 22 december 2017 te Made, gemeente Drimmelen, terwijl gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 17: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ) door middel van braak op 22 december 2017 te Made, gemeente Drimmelen;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Kolibrie
Feit 18: Primair, medeplegen opzettelijk teweeg brengen van een ontploffing op 7 december 2017 te Buren, terwijl gemeen gevaar voor goederen te duchten was;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan;
Feit 19: Primair, poging diefstal in vereniging van geld uit een geldautomaat van Rabobank (aan de [adres] ) door middel van braak op 7 december 2017 te Buren;
Subsidiair, medeplichtigheid daaraan.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het (primair) ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen, met dien verstande dat de officier van justitie vrijspraak heeft bepleit van het bestanddeel ‘
terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’ voor zover van toepassing, te weten met betrekking tot de feiten 4, 7, 9, 11, 12, 14, en 16.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft vrijspraak bepleit van alle ten laste gelegde feiten. De raadsman heeft daartoe aangevoerd dat ten aanzien van alle feiten onvoldoende bewijs aanwezig is in het dossier. De raadsman voert in dat kader onder meer aan dat niet gesproken kan worden van medeplegen, nu een bewuste en nauwe samenwerking op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld, dat verdachte op een aantal punten een redengevende verklaring heeft afgelegd, bijvoorbeeld voor zijn aanwezigheid op 23 februari 2018 te Tiel en het gebruik van het telefoonnummer eindigend op * [telefoonnummer] en de bedrijfswagen, de Ford Transit met kenteken [kenteken] : deze telefoon en bus werden namelijk niet alleen door hem gebruikt, maar ook door anderen (medewerkers van het bedrijf van verdachte). Voorts heeft de raadsman aangevoerd dat, wat betreft het aangetroffen DNA-materiaal van verdachte op een aansteeklont, het DNA-onderzoek niet tot de conclusie kan leiden dat het aangetroffen DNA-materiaal van verdachte is, dan wel dat zijn DNA mogelijk op de lont terecht is gekomen doordat hij vuurwerk heeft verkocht (zoals verdachte heeft verklaard) en om die reden voorhanden heeft gehad. De relevante verweren van de raadsman zullen door de rechtbank in haar overwegingen worden betrokken.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Algemeen [1]
Voordat de rechtbank ingaat op de specifiek ten laste gelegde feiten, zal zij eerst een oordeel vellen over het gevoerde verweer van de verdediging dat het telefoonnummer eindigend op * [telefoonnummer] en de Ford Transit met kenteken [kenteken] niet 1 op 1 te linken zijn aan verdachte.
Telefoonnummer * [telefoonnummer]
Op 16 oktober 2017 geeft verdachte bij de politie als zijn telefoonnummer op: [telefoonnummer] (hierna verder: * [telefoonnummer] ). [2] Bij de aanhouding van verdachte werd op 23 februari 2018 een (Apple) iPhone 7 aangetroffen met het daarbij behorende telefoonnummer * [telefoonnummer] . [3] Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij inderdaad de gebruiker van dit nummer was, maar dat dit een bedrijfstelefoon betreft waar meerdere personen – medewerkers van het bedrijf dat hij met zijn vader heeft ( [bedrijf 1] B.V.) – gebruik van maakten. Verdachte heeft hiervoor verwezen naar de getuigenverhoren die hebben plaatsgevonden bij de rechter-commissaris in januari van dit jaar. Daar waar in het dossier dus het nummer * [telefoonnummer] naar voren komt, kan dit niet uitsluitend worden gelinkt aan verdachte aldus de verdediging.
De rechtbank gaat voorbij aan dit verweer. Daar waar verdachte heeft verklaard dat hij de gebruiker van het nummer * [telefoonnummer] is, is uitgangspunt dat als dit nummer wordt gebruikt, verdachte degene is die gebruik maakt van dit nummer. Dit uitgangspunt wordt bovendien in sterke mate bevestigd door de volgende omstandigheden:
- aan het nummer zijn gekoppeld ‘ [telefoonnummer] iMessage’, ‘ [e-mail] @hotmail.com’, ‘ [naam] ’ (Facebook Messenger) en ‘ [verdachte] ’ (Evernote); [4]
- een verbalisant constateert bij het uitluisteren van gesprekken met nummer * [telefoonnummer] in de periode van 9 tot en met 15 februari 2018 dat dit nummer steeds door één en dezelfde persoon wordt gebruikt en dat deze gebruiker zichzelf ‘ [verdachte] ’ noemt. [5]
- de rechtbank concludeert dat verdachte dit nummer gebruikt om autoverhuurder [autoverhuurder 1] te sms-en voor de huur van een bus [6] en verdachte dit nummer opgeeft bij de huur van de Mercedes bus bij [autoverhuurder 2] en met dit nummer vervolgens [autoverhuurder 2] belt of hij de bus langer kan huren [7] ;
- het nummer heeft het meest contact met: een andere telefoon op naam van [bedrijf 1] B.V., de medeverdachte en neef van verdachte [medeverdachte 2] , [medewerker] en twee medewerkers van het bedrijf [8] en, zo constateert de rechtbank, dus niet met een ander nummer van [verdachte] .
Het uitgangspunt dat verdachte bij de desbetreffende ten laste gelegde feiten de gebruiker van het nummer * [telefoonnummer] is, wordt door zijn verklaring en de getuigenverklaringen niet weerlegd. Verdachte en de getuigen verklaren zeer algemeen dat ook andere mensen gebruik konden maken van de telefoon met dit nummer. Zij leggen echter op geen enkele wijze verifieerbare, concrete - op de ten laste gelegde feiten toegespitste – verklaringen af die weerleggen dat verdachte op die momenten de gebruiker is van het nummer * [telefoonnummer] . Dit terwijl alle objectief verifieerbare gegevens de conclusie rechtvaardigen dat verdachte de gebruiker is van dit nummer ten tijde van de ten laste gelegde feiten. De rechtbank gaat dan ook voorbij aan de verklaringen waar de verdediging een beroep op doet en trekt de conclusie dat daar waar in het dossier het nummer * [telefoonnummer] wordt gebruikt dit verdachte is.
Ford Transit
De Ford Transit met kenteken [kenteken] is een bedrijfswagen/bus die op naam staat van [bedrijf 1] B.V. Uit het onderzoek is gebleken dat verdachte de gebruiker van deze bus is. Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat hij de Ford Transit inderdaad gebruikt, maar dat deze bus ook door medewerkers van zijn bedrijf wordt gebruikt. Hij verwijst daarbij naar de getuigenverhoren bij de rechter-commissaris.
Ook hier geldt dat verdachte erkent dat hij de gebruiker is van de Ford Transit. Dat hij de hoofdgebruiker is van de Ford Transit wordt bevestigd door de volgende omstandigheden:
-het onderzoeksteam heeft tijdens het lopende onderzoek geen andere personen dan [verdachte] gezien als bestuurder van de Transit; [9]
-in de Ford zijn diverse persoonlijke goederen van verdachte aangetroffen, zoals zijn rijbewijs en allerlei pasjes op naam van [verdachte] en een Insulinepen (zoals door verdachte zelf verklaard lijdt hij aan suikerziekte); [10]
-aan het in de Ford geïntegreerde multimedia- en navigatiesysteem was er maar één mobiele telefoon ‘gepaird’ met het systeem, te weten: ‘iPhone [verdachte] ’. [11]
- [verdachte] wordt bij zijn aanhouding in de nacht van 23 februari 2018 (wanneer er een plofkraak heeft plaatsgevonden) als enige persoon aangetroffen in de Ford Transit.
Daarbij is van belang dat daar waar de Ford Transit in het dossier voorkomt – vaak in de nachtelijke uren - dit veelvuldig in combinatie is met het telefoonnummer * [telefoonnummer] van verdachte. De rechtbank trekt hieruit de conclusie dat in die gevallen, dus ten tijde van de ten laste gelegde feiten, verdachte de bestuurder is van de Ford Transit.
De rechtbank gaat voorbij aan de verklaring van verdachte en de bij de rechter-commissaris afgelegde verklaringen van de vader van verdachte, zijn broertje en enkele medewerkers van het bedrijf. Zij hebben slechts in algemene termen verklaard dat de Ford Transit wel eens door medewerkers van het bedrijf werd gebruikt. Nergens wordt concreet en verifieerbaar over het gebruik van de Ford Transit verklaard met betrekking tot de ten laste gelegde feiten, zodat de rechtbank om die reden geen waarde toekent aan de ongefundeerde stelling van de verdediging ‘dat de bus ook door anderen werd gebruikt’. De rechtbank gaat er dan ook vanuit dat daar waar de Ford Transit wordt gelinkt aan de ten laste gelegde feiten, verdachte in die gevallen de bestuurder is van de Ford Transit.
Met inachtneming van de hiervoor genoemde conclusies dat verdachte de gebruiker is van het nummer * [telefoonnummer] en de bestuurder is van de Ford Transit, zal de rechtbank overgaan tot bespreking van de ten laste gelegde feiten.
Ten aanzien van de feiten 1 en 2 (Amuse)
Op 23 februari 2018 om 03:40 uur vindt een poging plofkraak plaats op een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] te Druten. Op heterdaad worden aangehouden de medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Verdachte wordt diezelfde nacht even verderop in Tiel slapend op de achterbank in de Ford Transit aangetroffen.
Bewijsmiddelen
‘Voorverkenning’
Op 20 februari 2018 is een baken geplaatst onder de Ford Transit met kenteken [kenteken] . [12] Op 22 februari 2018, een dag voor de plofkraak, hebben telefoonnummer * [telefoonnummer] en telefoonnummer * [telefoonnummer] om 00:31 uur contact. Om 1:06 uur belt * [telefoonnummer] naar de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ). Op dat moment rijdt de Ford Transit naar het (toenmalige) brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] , [adres] te [woonplaats] , waar hij om 01:10 uur is. [13]
Om 01:24 uur is de Ford Transit bij het (toenmalige) verblijfadres van de medeverdachte [medeverdachte 1] , [adres] te [woonplaats] . De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) maakt op dat moment gebruik van een zendmast in Houten. [14] Om 04:16 uur rijdt de Ford Transit in de straat Scharenburg in Druten. Daarna rijdt de Ford Transit weer terug richting Utrecht via de [adres] te [woonplaats] en de [adres] te Utrecht. [15]
Een Ford Transit met kenteken gelijkend op [kenteken] stopt op 22 februari 2018 tussen 4:40 en 4:45 uur op een parkeerplaats van tankstation Lindenhorst aan de Rijksweg A2 in Beesd. Op de camerabeelden van het tankstation wordt de medeverdachte [medeverdachte 1] door verbalisanten herkend. Hij stapt uit de achterdeur aan de rechter zijkant van de Ford Transit. Daarnaast zien de verbalisanten dat er nog twee andere personen (voorin) in de Ford Transit zitten. [16]
Informatie
Met de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) is in de nacht van 22 februari 2018 tussen 03:19 en 03:21 uur via Google onder andere gezocht op de zoekterm ‘Albert Heijn Druten’. [17]
Plofkraak
Op 23 februari 2018, de nacht van de (poging) plofkraak, komt de Ford Transit vanaf het (toenmalig) brp-adres van verdachte, de [adres] te [woonplaats] , in beweging. [18] Om 1:24 uur stopt de Ford Transit vlakbij het brp-adres van [medeverdachte 3] , [adres] te [woonplaats] . Het telefoonnummer van verdachte (* [telefoonnummer] ) en * [telefoonnummer] maken op dat moment gebruik van een zendmast in die omgeving. * [telefoonnummer] heeft om 1:19 uur sms contact met * [telefoonnummer] . [19] Om 01:41 uur is de Ford Transit op het verblijfadres van de medeverdachte [medeverdachte 1] , [adres] te [woonplaats] . Om 02:45 uur is de Ford Transit in Druten. Om 2:49 uur staat de Ford Transit even stil in de Raadhuisstraat in Druten. De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) heeft dan contact met * [telefoonnummer] . Beide telefoons maken gebruik van een zendmast in Druten. [20] Verbalisanten zien dat de Ford Transit stil staat op de Raadhuisstraat te Druten en dat enkele minuten later twee personen naar een Mercedes bus met kenteken [kenteken] lopen die geparkeerd stond op de Tussenweg te Druten. Zij zagen dat kort daarna de Ford Transit Druten uitrijdt. [21] Korte tijd later wordt de Ford Transit bij het Van der Valk hotel te Tiel geparkeerd. Tussen 03:35 en 05:10 uur maakt de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) gebruik van een zendmast in Tiel. [22] De verbalisanten zien dat in Druten de rechter achterdeur van de Mercedes bus met kenteken [kenteken] open staat en dat twee personen aan de achterzijde van de bus staan. Zij zien dan dat de deur gesloten wordt en dat de personen vanaf de achterzijde van de bus weglopen waarbij één van hen een groot voorwerp met zich meedroeg dan wel voortduwde. Vervolgens zien zij een scooter rijden met daarop twee in het donker geklede personen in de richting van de Scharenburg te Druten. Zij zagen dat de scooter daarna stopte en dat beide personen van de scooter afstapten. Zij zagen dat één van deze personen naar de Albert Heijn aan de [adres] rende en dat de andere persoon de scooter voortduwde in dezelfde richting en dan naast de Albert Heijn stalt. De verbalisanten hoorden vervolgens een harde klap en glasgerinkel en zij zagen dat twee personen via de glazen gevel van de Albert Heijn één voor één naar binnen gingen. [23]
Verbalisanten hebben daarop de medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] op heterdaad aangehouden. [24] Ten tijde van de aanhouding zagen zij dat de medeverdachten bivakmutsen op hadden en handschoenen droegen. [25] Korte tijd later is verdachte aangehouden op de parkeerplaats van het Van der Valk hotel te Tiel. [26] Verdachte lag op de achterbank van de Ford Transit te slapen. [27]
Hierna is door verbalisanten een forensisch onderzoek naar sporen verricht bij de Albert Heijn. Zij zagen bij het pand een motorscooter (zonder kenteken) staan. [28] Zij zagen dat er een gat in een ruit van het pand zat. Op de grond vlak voor dit gat zagen zij een groene plunjezak liggen met daarin een literfles met het opschrift ‘Ammoniakoplossing’. In de winkel troffen zij voor de opengebroken geldautomaat van de ING Bank een pizzaschuif aan. Rechts naast de geldautomaat zagen zij een sloophamer, een breekijzer en een sporttas liggen. [29]
Bussen: Mercedes [kenteken] en Ford Transit
Vervolgens zijn de betrokken bussen door verbalisanten onderzocht.
In de Ford Transit werd op de bijrijdersstoel een iPhone aangetroffen. Deze telefoon was door middel van een laadsnoer nog aan het voertuig verbonden. [30]
In de Mercedes Vito werd een blauwe mobiele telefoon, merk Nokia aangetroffen. [31]
Uit onderzoek is gebleken dat bij deze telefoon het nummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) hoort. Dit nummer straalt op 23 februari 2018 om 02:49 uur een zendmast in Druten aan en heeft op dat moment contact met het nummer van verdachte (* [telefoonnummer] ). [32]
Ook is door verbalisanten een forensisch onderzoek naar sporen verricht in de aangetroffen bussen.
In de Mercedes Vito met kenteken [kenteken] zagen verbalisanten in de laadruimte een dekbed en twee matrassen liggen. [33] Ook zagen zij dat het plafond van de laadruimte beplakt was met twee lagen zilverkleurige ‘noppen’(warmte isolerende) folie. Verder zagen zij een betonschaar en een fles Ammoniak liggen. [34]
Uit onderzoek is gebleken dat de Mercedes Vito met kenteken [kenteken] was gehuurd bij het bedrijf “ [autoverhuurder 3] ” te [woonplaats] op naam van de medeverdachte [medeverdachte 1] (adres: [adres] te [woonplaats] ). Het daarbij opgegeven telefoonnummer van [medeverdachte 1] is * [telefoonnummer] . [35]
In de Ford Transit met kenteken [kenteken] troffen verbalisanten aan: (in het opberg vak van het portier van de bestuurderszijde) een witte mobiele telefoon van het merk Nokia [36] , (in de gesloten bergruimte van het dashboard) een autosleutel met label waarop stond ‘Mercedes Sprinter bestelbus [kenteken] ’ en ‘ [autoverhuurder 4] B.V. te [woonplaats] ’ (in de open bergruimte in het dashboard) rijbewijs en allerlei pasjes op naam van [verdachte] en (op de achterbank) een dekbed en een kussen. [37]
Aangiften
Namens de ING Bank N.V. en de Albert Heijn aan de [adres] te Druten is aangifte gedaan. Aangeefster namens Albert Heijn heeft verklaard dat zij in de nacht van 23 februari 2018 door de politie werd gebeld omdat er was ingebroken bij de Albert Heijn. Toen zij ter plaatse kwam, zag zij dat de (nood)ruit van de voorgevel vernield was en dat er een groot gat in de ruit zat. [38]
Aangever namens ING Bank N.V. heeft verklaard dat het voordeurtje van de kluis van de geldautomaat en de dispenser van de geldautomaat kapot zijn. [39]
Bewijsoverweging
Uit de bewijsmiddelen trekt de rechtbank de conclusie dat verdachte en medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] een nacht voor de plofkraak op voorverkenning zijn geweest in Druten. Vervolgens haalt verdachte in de nacht van de plofkraak met de Ford Transit medeverdachten [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] op bij hen thuis. Zij rijden dan naar Druten, alwaar [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] uitstappen om de plofkraak te gaan plegen en verdachte rijdt door naar een parkeerplaats in Tiel. [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] worden op heterdaad betrapt.
Deze omstandigheden rechtvaardigen geen andere conclusie dan dat verdachte en zijn mededaders bewust en nauw samen hebben gewerkt om de plofkraak te plegen. Zonder een andersluidende, aannemelijke verklaring van verdachte – die ontbreekt - moet hij hebben geweten dat zijn mededaders een plofkraak gingen plegen in Druten. Anders valt niet te verklaren dat verdachte de nacht voor de plofkraak in Druten is geweest met zijn mededaders, dat verdachte de nacht voor de plofkraak in zijn telefoon heeft gezocht naar “Albert Heijn Druten” en dat verdachte in de nacht van de plofkraak zijn mededaders thuis heeft opgehaald en heeft afgezet in Druten om vervolgens ten tijde van de plofkraak te blijven wachten op een parkeerplaats in Tiel. Gelet op deze intensieve, gezamenlijke samenwerking tussen verdachte en zijn mededaders voorafgaand en ten tijde van de plofkraak acht de rechtbank verdachte schuldig aan het medeplegen van een poging plofkraak.
De rechtbank gaat voorbij aan de verklaring van verdachte, zoals hij die ter terechtzitting heeft afgelegd, namelijk dat hij bij anderen was ingestapt in de Ford Transit, dat hij alleen maar heeft liggen slapen vanwege een hypo en dat hij niets heeft meegekregen en nergens iets van wist. Deze verklaring wordt niet ondersteund door objectieve bewijsmiddelen. Sterker, de verklaring van verdachte wordt daar juist door weerlegd. Uit het dossier volgt immers dat uitsluitend verdachte en medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] worden aangetroffen in (de buurt van) Druten. Dit terwijl [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] thuis zijn opgehaald door de Ford Transit die is vertrokken vanaf het GBA-adres van verdachte. Dit maakt het verhaal van verdachte dat hij is ingestapt bij anderen in de Ford Transit ongeloofwaardig. Het is verdachte geweest die is gaan rijden met de Transit en zijn medeverdachten heeft opgehaald. Bovendien maakt verdachte zijn telefoonnummer in de nacht van de plofkraak om 1:24 en 2:49 uur nog contact, zodat ook om die reden de verklaring van verdachte dat hij is ingestapt en de hele tijd heeft liggen slapen niet klopt.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt dat verdachte het onder feit 1 primair ten laste gelegde (medeplegen poging opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing) en het onder feit 2 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan.
Ten aanzien van de feiten 16 en 17 (Cancan)
Op 22 december 2017 om 02:42 uur vindt er een poging plofkraak plaats op een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] te Made, gemeente Drimmelen. Twee personen komen op een scooter aangereden, slaan de ruit van de schuifdeur kapot en gaan de winkel binnen. Daar breken ze de geldautomaat open en stoppen er een explosief in. De lont dooft en er vindt geen explosie plaats. De daders verlaten de winkel en vertrekken met de scooter. In de buurt van de Albert Heijn wordt een Mercedes bus met kenteken [kenteken] aangetroffen met daarin onder meer: een scooter, breekvoorwerpen, een pizzaschuif, een groene plunjezak en 2 matrassen en een slaapzak.
Bewijsmiddelen
Aangifte
Namens de Albert Heijn aan de [adres] te Made heeft [aangever 1] aangifte gedaan. Hij werd op 22 december 2017 gebeld door de beveiliging en zag, toen hij ter plaatse kwam, dat het raam aan de voorzijde van het pand naast de schuifdeur was ingeslagen. [40]
Namens ING Bank N.V. heeft [benadeelde 1] aangifte gedaan. Hij heeft ter plaatse geconstateerd dat de ‘shutter’ van de geldautomaat was opengebroken en dat er een langwerpig explosief met een lont in de automaat was ingebracht. [41]
Camerabeelden Albert Heijn
Een verbalisant heeft de camerabeelden van Albert Heijn uitgekeken en zag het volgende:
Om 02:42 uur kwamen er twee personen aangelopen, waarvan er één een scooter vast had. Hij plaatste de scooter voor de toegangsdeur. Hij was gekleed in een regenpak met reflecterende streep op de rug. De andere persoon was gekleed in een vest. [42] De persoon met vest had een grote zak vast waar zichtbaar een lang voorwerp in zat. Om 02:42 uur pakt de persoon met het vest een zogenaamde voorhamer uit de zak en begint daarmee tegen de ruit aan de onderzijde te slaan. De persoon met regenpak bukt en pakt een voorwerp wat op een fles lijkt waarvan hij de dop af draait en de inhoud ervan leeggooit. Vervolgens begint hij tegen de ruit te trappen. [43] Nadat beiden de ruit hadden vernield, kroop de persoon met vest de winkel binnen, duwde de winkelmandjes weg en liep naar de geldautomaat. In zijn rechterhand hield hij een breekijzer vast. De persoon met regenpak volgt hem kort daarop, hij had een gele plastic Jumbo tas vast en liep eveneens naar de pinautomaat. [44] De persoon met vest is bezig met het breekijzer de pinautomaat open te breken. Dat gaat met grof geweld. De persoon met regenpak helpt hem door tegen de pinautomaat te trappen. Daarna pakt de persoon met regenpak een lang plat voorwerp uit de plastic zak. Op het moment dat hij de lange platte plaat in de geldautomaat wil steken, springt de bovenzijde van de geldautomaat open en gaat het licht in de supermarkt aan. De persoon in regenpak deinst iets achteruit en probeert vervolgens de plaat weer verder in de automaat te steken. De persoon met vest neemt het van hem over en plaatst de plaat in de geldautomaat. Deze persoon pakt vervolgens iets uit zijn rechterbroekzak en ontsteekt daarmee een vlam die hij bij de lange platte plaat houdt. [45] Er ontstaat een ontbranding. Na enkele seconden stopt de lont met branden. De persoon met vest rent weg in de richting van de toegangspoortjes, verdwijnt even uit beeld en komt weer in beeld terwijl hij zijn handen voor zijn oren houdt. De persoon draagt een groenkleurig vest met capuchon, een donkerkleurige bivakmuts en donkerkleurige handschoenen. De persoon wacht kennelijk op een ontploffing, maar deze blijft uit. Hij wacht nog even, loopt in gebukte houding richting de uitgang en tijgert naar de Jumbotas. [46] Hij pakt de tas en kruipt ermee door de vernielde ruit naar buiten. Hij loopt naar de scooter en stapt achterop. Beide daders rijden vervolgens weg. De persoon in regenpak had daarvoor het breekijzer opgepakt en via de vernielde ruit naar buiten gebracht. [47] Buiten was deze persoon bezig om spullen bij elkaar te rapen en plaatste deze op de scooter. Vervolgens had hij een rood voorwerp, lijkend op een fles, met een witte dop in zijn rechterhand. Het regenpak van deze persoon was voorzien van een capuchon met op de rug een reflecterende horizontale streep ter hoogte van de bovenarmen. Ook deze persoon droeg handschoenen en een bivakmuts. [48]
Mercedes bus met kenteken [kenteken]
De bus die in de buurt van de Albert Heijn was aangetroffen, is onderzocht. Volgens google maps is de plek van het aantreffen van de bestelbus ongeveer 800 meter verwijderd van de plaats delict. [49] De bus was gehuurd bij [autoverhuurder 4] B.V. Autoverhuur door verdachte, [verdachte] , geboren op [1987] . Verdachte had daarbij als telefoonnummer opgegeven * [telefoonnummer] . [50]
In de laadruimte van de bus werden de volgende goederen aangetroffen:
- een (motor)scooter, niet voorzien van een kenteken;
- een grote hoeveelheid isolatiemateriaal; [51]
- een op een explosief gelijkend voorwerp, voorzien van een beugel en met een lont eraan;
- een plastic tas van Jumbo;
- een stoffen boodschappentas van het merk Nike;
- kleding: een werkhandschoen, een bivakmuts, een blauw regenpak;
- pak perzik ijsthee ‘Perfect’;
- een slaapzak;
- een paar schoenen;
- 2 matrassen;
- een groene plunjezak;
- gereedschap: een moker, een breekijzer en een hamer;
- een paar werkhandschoenen. [52]
DNA
Naar de in de bus aangetroffen goederen is een forensisch onderzoek naar sporen verricht.
Op de groene plunjezak waren op de buitenzijde van de tas ter hoogte van het handvat bloedvlekken zichtbaar. Deze bloedvlekken zijn bemonsterd: SIN AAAJ4925NL en AAAJ4926NL. [53]
Uit een NFI-rapport van 19 januari 2018 blijkt dat het DNA-profiel op deze sporen een match heeft gevonden met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] , waarbij de matchkans kleiner is dan één op één miljard. [54]
Ook op de slaapzak (SIN AAJS2966NL), Nike-tas (SIN AAJS2958NL), pak ijsthee (SIN AAJS2959NL) en Jumbo-tas (AAJS2957NL) zijn sporen aangetroffen en bemonsterd. [55]
Uit een deskundigenrapportage forensische DNA-onderzoek van The Maastricht Forensic Institute (TMFI) van 15 maart 2018 blijkt dat het DNA-profiel dat is aangetroffen op de hengsels van de Jumbo tas matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] , waarbij de frequentie van het DNA-profiel kleiner is dan één op één miljard. [56]
Het DNA-hoofdprofiel dat is aangetroffen op de hengels en opening van de Nike tas matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] , waarbij de frequentie van het DNA-hoofdprofiel kleiner is dan één op één miljard. [57]
Het DNA-hoofdprofiel dat is aangetroffen op de ritsen en opening van de slaapzak matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] , waarbij de frequentie van het DNA-hoofdprofiel kleiner is dan één op één miljard. [58]
Het afgeleid DNA-profiel dat is aangetroffen op de dop van het pak ijsthee matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 3] , waarbij de matchkans kleiner is dan één op één miljard. [59]
Verder zijn op de handschoen (SIN AAJS2960NL), de bivakmuts (SIN AAJS2961NL), een paar schoenen (SIN AAJS2962NL) en een paar werkhandschoenen (SIN AAJS2972NL) sporen aangetroffen en bemonsterd. [60]
Uit het NFI-rapport van 12 maart 2018 blijkt dat het verkregen DNA-profiel op de linker handschoen (AAJS2960NL#01) matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] , waarbij de matchkans kleiner is dan één op één miljard. [61]
Op de bivakmuts (SIN AAJS2961NL) is DNA-materiaal aangetroffen waarbij uit bemonstering #01 een DNA-mengprofiel is verkregen: het afgeleid DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van [A] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard; en uit bemonstering #02 is een DNA-mengprofiel verkregen: het afgeleid DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [62]
Op de (veter van de) linker schoen (AAJS2962NL#04) is DNA-materiaal aangetroffen. Uit bemonstering #02 is een DNA-mengprofiel verkregen en het DNA-hoofdprofiel matcht met profielcluster 42483 in de DNA-databank, dat blijkt te matchen met de medeverdachte [medeverdachte 3] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [63]
Het DNA-materiaal dat is aangetroffen op de linker handschoen (AAJS2972NL#01) betreft een DNA-mengprofiel van twee personen en dit DNA kan afkomstig zijn van de medeverdachte [medeverdachte 1] en [verdachte] . De bewijskracht voor [medeverdachte 1] is niet berekend. Het verkregen DNA-mengprofiel is minimaal één miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en één willekeurige onbekende persoon, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van twee willekeurige onbekende personen. [64]
Op de rechterhandschoen is DNA-materiaal aangetroffen waarbij het verkregen DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van de medeverdachte [medeverdachte 1] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [65]
Glassporen
Uit de handschoen (AAJS2960NL), de bivakmuts (AAJS2961NL) en de schoenen (AAJS2962NL) is een groot aantal glassporen verkregen, waarvan er 96 zijn onderzocht. Hierin zijn 2 (vlakglas) bronnen te onderscheiden en 95 glassporen zijn niet te onderscheiden van referentieglas (AAJS8709NL, glas van de plaats delict AH te Made). Hiervoor geldt dat de resultaten van het vergelijkend glasonderzoek veel waarschijnlijker zijn wanneer 95 van de onderzochte glassporen uit de handschoen, de bivakmuts en de schoenen afkomstig zijn van de vernielde ruit waartoe het referentieglas heeft behoord dan wanneer alle onderzochte glassporen afkomstig zijn van (een) willekeurig andere ruit(en) of glazen object(en). [66]
Breekijzersporen
Op de geldautomaat werden werktuigsporen aangetroffen. Drie van deze sporen werden afgevormd en vergeleken met het in de bestelbus aangetroffen breekijzer. Uit dit onderzoek bleek dat de sporen op de onderdelen van de geldautomaat zijn veroorzaakt met het breekijzer. [67]
Telecomgegevens
Op 21 december 2017 om 23:30 uur maakt de telefoon * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Arkel. Ruim een halfuur later om 00:07 uur maakt de telefoon * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Hoge Zwaluwe ter hoogte van Made. [68]
Op 22 december 2017 om 02:02 uur maakt de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) gebruik van een zendmast in Sleeuwijk.
Om 02:42 uur vindt de poging plofkraak plaats.
Om 03:15 uur is de door verdachte gehuurde Mercedes bus in de omgeving van Made.
Om 06:26 uur belt * [telefoonnummer] met * [telefoonnummer] . Beide telefoons maken dan gebruik van dezelfde zendmast in Made. [69]
Opmerking verbalisant: Arkel ligt langs de A-27, gezien vanuit Utrecht, vóór Gorinchem. Sleeuwijk ligt net óver de Boven Merwede (overzijde vanaf Gorinchem) langs de A-27. De mastlocatie in Hoge Zwaluwe is langs de A-59 vlak vóór Made. Deze locaties liggen allemaal langs de meest logische route van Utrecht naar Made. [70]
Telefoonnummers
Van telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zijn historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Het telefoonnummer is actief geweest van 4 november 2017 tot en met 22 december 2017. Hieruit blijkt dat de meest gebruikte telefoonmasten (zoals Molensteijn, Meerndijk en Rijnzathe) vlakbij het (toenmalig) brp-adres van verdachte staan, [adres] [woonplaats] . Het nummer * [telefoonnummer] heeft het meest contact met een onbekend persoon op de plaats delict van de plofkraak in Buren, de medeverdachte [medeverdachte 1] en 3 personen die voorkomen op de histo van * [telefoonnummer] , [verdachte] . [71] Het nummer * [telefoonnummer] heeft geen contact met nummer * [telefoonnummer] (verdachte). [72]
Van telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zijn historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Het telefoonnummer is actief geweest van 26 oktober 2017 tot en met 23 december 2017. Uit deze gegevens blijkt dat dit nummer gebruik maakt van telefoonmasten in de omgeving van het (toenmalig) brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] , [adres] [woonplaats] . Vanuit dit nummer is er het meeste contact met o.a. [B] (ook het meest voorkomende contact op histo * [telefoonnummer] [medeverdachte 3] ). De medeverdachte [medeverdachte 3] is een keer gecontroleerd in een auto op naam van [B] en uit onderzoek is gebleken dat [medeverdachte 3] geld overmaakt naar [B] . [73]
Van telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zijn historische telecomgegevens gevorderd. Hieruit blijkt dat het nummer actief is van 1 oktober 2017 tot en met 25 december 2017. In deze periode maakt het nummer het meest gebruik van telefoonmasten in Houten gelegen in de nabijheid van het (toenmalige) verblijfadres ( [adres] ) van de medeverdachte [medeverdachte 1] . Vanuit dit nummer is het meest contact met onder meer [C] (de vriendin van de medeverdachte [medeverdachte 1] ), [bedrijf 2] (het bedrijf van de moeder van de medeverdachte [medeverdachte 1] ) en [D] (de stiefvader van [C] ). [74]
Bewijsoverweging
Op grond van het voorstaande in onderling verband en samenhang bezien, gaat de rechtbank er vanuit dat verdachte de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] , dat de medeverdachte [medeverdachte 3] de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] en dat de medeverdachte [medeverdachte 1] de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] .
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte de Mercedes bus heeft gehuurd die daags ná de plofkraak in Made aangetroffen is in de buurt van de plaats delict. Deze Mercedes bus bevond zich om 3:15 uur (een half uur na de plofkraak) in de omgeving van Made. In de bus werden spullen aangetroffen die te relateren zijn aan de gepleegde plofkraak. Meer in het bijzonder werden op een handschoen (SIN 2960), op een bivakmuts (SIN 2961) en op schoenen (SIN 2962) die in de bus werden aangetroffen, glassporen gevonden die te relateren zijn tot de ruit die is vernield bij de onderhavige plofkraak in Made. Verder is in de bus een handschoen aangetroffen waarop DNA van verdachte zit. De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) straalt om 2:02 uur die nacht een zendmast aan in Sleeuwijk, waar je langs komt als je een logische route rijdt van Utrecht naar Made. Vervolgens straalt * [telefoonnummer] , waarvan de rechtbank zoals hiervoor overwogen vaststelt dat verdachte de gebruiker is van dit nummer, om 6:26 uur een zendmast aan in Made.
Gelet op al deze omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien, volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte tezamen en in vereniging met de medeverdachten [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] de poging plofkraak heeft gepleegd. Verdachte heeft daarbij een essentiële rol gespeeld door de Mercedes bus te huren die gebruikt is voor de plofkraak, naar Made te rijden voorafgaand aan de plofkraak – de rechtbank concludeert: om zijn mededaders af te zetten in Made – om vervolgens na de plofkraak (om 6:26 uur) weer in Made te zijn en belcontact te hebben met zijn mededader in Made – de rechtbank concludeert: om zijn mededaders op te halen. Deze werkwijze past ook in het patroon dat is gevolgd in de zaak Amuse. Er is naar het oordeel van de rechtbank ook bij deze poging plofkraak sprake van een bewuste en nauwe samenwerking tussen verdachte en zijn mededaders.
Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat hij weliswaar die Mercedes bus had gehuurd, maar dat hij de bus weer aan iemand anders had uitgeleend. De rechtbank acht deze verklaring niet aannemelijk. Verdachte heeft de naam van deze persoon niet willen noemen. Daarmee is zijn verklaring niet concreet en niet verifieerbaar. De rechtbank gaat dan ook voorbij aan zijn verklaring. Daarbij merkt de rechtbank op dat de sleutel van deze bus later (op 23 februari 2018) nog bij verdachte in de Ford Transit is aangetroffen, zodat ook om die reden zijn verhaal dat hij de bus heeft uitgeleend (en niet meer teruggekregen) onaannemelijk is. Van belang is verder nog dat in de nacht van de plofkraak niet alleen de bus in Made aanwezig was, maar ook verdachte zelf, zoals uit de bewijsmiddelen volgt, zodat de ongefundeerde verklaring van verdachte dat hij niks met de plofkraak te maken heeft ook om die reden ongeloofwaardig is.
De verdediging heeft zich ter terechtzitting op het standpunt gesteld dat aan het DNA-onderzoek wat betreft de linker handschoen geen conclusie kan worden verbonden en voorts dat het DNA is aangetroffen op een verplaatsbaar voorwerp, zodat niet uitgesloten kan worden dat het DNA van verdachte (als wel de conclusie kan worden getrokken dat het zijn DNA betreft) op een eerder moment op die handschoen terecht is gekomen.
De rechtbank verwerpt het verweer. Uit het NFI-rapport kan genoegzaam de conclusie worden getrokken dat het gaat om DNA-materiaal van verdachte.
Ten aanzien van de verplaatsbaarheid van het voorwerp merkt de rechtbank het volgende op.
Een slechts in algemene termen gesteld verweer dat het gaat om “verplaatsbaar DNA” - waarmee kennelijk is bedoeld dat het DNA-materiaal is aangetroffen op een verplaatsbaar object - waardoor niet kan worden uitgesloten dat de handschoen in de bus is beland zonder dat verdachte zelf fysiek op dat moment op de plaats van het delict is geweest, is onvoldoende om deze sterke aanwijzing te ontzenuwen. Het gaat immers om DNA dat zich bevindt op een goed – een handschoen - dat kan worden gerelateerd aan de plofkraak, waarbij dit goed bovendien is aangetroffen in een afgesloten bus waarin ook de overige aangetroffen goederen te relateren zijn aan de plofkraak. Daarbij komt dat het aangetroffen DNA-materiaal van verdachte op de handschoen niet het enige bewijs in deze zaak is, zodat dat in het licht van en in samenhang met de overige bewijsmiddelen moet worden bezien. De bewijsmiddelen versterken in die zin de conclusie van de rechtbank dat geen sprake is van een toevalsmatch.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt dat verdachte het onder feit 16 primair ten laste gelegde (medeplegen poging opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing) en het onder feit 17 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan, met dien verstande dat de rechtbank – gelijk de officier van justitie heeft gevorderd – ten aanzien van feit 16 het bestanddeel ‘
terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’ niet bewezen acht, zodat verdachte op dat punt zal worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 14 en 15 (Honing II)
Op 29 december 2017 omstreeks 03:00 uur vindt er een poging plofkraak plaats op een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] te Leersum.
Bewijsmiddelen
Aangiften
Namens de Albert Heijn aan de [adres] te Leersum heeft [aangever 2] aangifte gedaan. Hij werd op 29 december 2017 gebeld door de alarmcentrale en zag, toen hij ter plaatse kwam, dat het raam aan de voorzijde van het pand naast de schuifdeur was vernield. Er lag allemaal glas op de grond. [75]
Namens ING Bank N.V. heeft [benadeelde 1] aangifte gedaan. Hij heeft ter plaatse geconstateerd dat het voorzetdeurtje en de ‘shutter’ van de geldautomaat geforceerd zijn en dat er een langwerpig explosief met een lont in de automaat was ingebracht. [76]
Camerabeelden Albert Heijn
Een verbalisant heeft de camerabeelden van Albert Heijn uitgekeken en zag het volgende:
Op 29 december 2017 omstreeks 02:56 uur komen twee personen de winkel binnen. De personen waren in het donker gekleed. Ze proberen met gereedschap de pinautomaat open te breken. De klep van de pinautomaat wordt opengebroken. [77] Eén van de personen verdwijnt enkele keren uit beeld. Omstreeks 02:58 uur verlaten de personen de winkel weer. [78]
Nadat de verbalisant de camerabeelden had bekeken, is hij met een collega naar de geldautomaat gelopen. Daar zag hij dat de oranje klep van de pinautomaat opengebroken was en dat er grijs poeder op de grond voor de pinautomaat lag. Ook zag hij een lang metalen voorwerp uit de gleuf steken. [79]
Getuigenverklaring
Getuige [getuige 1] heeft de volgende verklaring afgelegd:
Op 29 december 2017 omstreeks 02:50 uur hoorde ik een scooter aan komen rijden. De scooter reed over het voetpad en stopte voor Albert Heijn. Hij was gestopt net voorbij de plaats waar de pinautomaat in Albert Heijn staat. [80] Er zaten twee jongemannen op de scooter. Kort daarop hoorde ik lawaai en ik zag dat één van de mannen op het raam van Albert Heijn aan het rammen was. Dat raam ging stuk. Het was hetzelfde raam als dat een paar weken geleden ook is ingeslagen voor een inbraak. Ik hoorde dat het alarm van Albert Heijn afging. Ik heb toen gelijk 112 gebeld. Ik zag dat het 02:57 uur was. Eén van de jongens was door het gat in de ruit naar binnen gegaan en ik zag dat de ander bij de scooter stond. Ik kreeg de indruk dat de jongens toen haast kregen. Ik zag de jongen die binnen was naar buiten komen en dat ze beiden op de scooter stapten. Ik zag dat de scooter weg reed. Ik hoorde de scooter iets langer dan dat ik hem kon zien, maar het viel me wel op dat het geluid snel weg was. Beide jongemannen waren in het donker gekleed met een capuchon over hun hoofd. [81]
Bus met kenteken [kenteken]
Op 27 december 2017 in de avond is een bestelbus met kenteken [kenteken] op naam van [E] gehuurd. Op de camerabeelden van het verhuurbedrijf [autoverhuurder 1] [woonplaats] is te zien dat verdachte [verdachte] hierbij betrokken is. Te zien is dat verdachte de gang inloopt en vervolgens aan het eind linksaf slaat, naar het kantoor van [autoverhuurder 1] . Op 29 december 2017 omstreeks 17:51 uur wordt deze bus teruggebracht. Op camerabeelden is te zien dat [verdachte] en de medeverdachte [medeverdachte 2] hierbij betrokken zijn. Te zien is dat verdachte de gang in loopt die naar het kantoor van [autoverhuurder 1] gaat. [82]
Op 28 december 2017 om 18:04 uur is [medeverdachte 2] op de [adres] in [woonplaats] . De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) maakt dan ook gebruik van een zendmast in Leersum.
Op 28 december 2017 om 23:14 uur maken de telefoons van verdachte en [E] gebruik van dezelfde zendmast in Leersum.
Op 29 december 2017 rond 17:15 uur is de medeverdachte [medeverdachte 2] op weg naar Rotterdam. De telefoons van verdachte (* [telefoonnummer] ) en [E] maken gebruik van zendmasten in de buurt van de medeverdachte [medeverdachte 2] . [83] Om 17:47 uur zijn ze bij [autoverhuurder 1] te [woonplaats] . [84]
Telecom
Op 28 december 2017 om 23:14 uur maakt de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) gebruik van een zendmast in Leersum.
Om 01:22 uur belt verdachte (* [telefoonnummer] ) naar telefoonnummer * [telefoonnummer] . Beide telefoons maken gebruik van een zendmast in Utrecht. [85]
Om 01:59 uur maakt * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Bunnik. Om 01:59 uur en 02:11 uur bewegen de telefoons * [telefoonnummer] (verdachte) en * [telefoonnummer] richting Leersum. Om 02:13 uur maakt de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) gebruik van een zendmast in Leersum en om 02:17 uur maakt * [telefoonnummer] ook gebruik van een zendmast in Leersum. Om 02:25 uur gaat de telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) weer richting Utrecht, de telefoon * [telefoonnummer] maakt nog gebruik van een zendmast in Leersum. Om 02:55 uur vindt de poging plofkraak plaats. [86]
Om 03:41 en 04:40 uur maakt de telefoon * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Leersum. Om 05:46 uur stuurt de * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] , * [telefoonnummer] maakt gebruik van een zendmast in Leersum en * [telefoonnummer] van een zendmast in Bunnik. Om 05:51 uur stuurt * [telefoonnummer] wederom een sms naar * [telefoonnummer] , * [telefoonnummer] maakt gebruik van een zendmast in Leersum en * [telefoonnummer] van een zendmast ter hoogte van Maarn. [87]
Telefoonnummers
Van telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zijn historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Het telefoonnummer is actief geweest van 27 december 2017 tot en met 7 januari 2018. Hieruit blijkt dat de meest gebruikte telefoonmasten (Meerndijk, Molendijk en Rijnzathe) vlakbij het brp-adres van verdachte staan ( [adres] , [woonplaats] ). Het nummer * [telefoonnummer] heeft het meest contact met de medeverdachte [medeverdachte 3] , de medeverdachte [medeverdachte 1] , [E] , [A] , [C] en [F] ( [autoverhuurder 1] autoverhuur). [88] Het nummer * [telefoonnummer] heeft geen contact met nummer * [telefoonnummer] . [89]
Van telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zijn historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Het telefoonnummer is actief geweest van 23 december 2017 tot en met 3 januari 2018. Hieruit blijkt dat het telefoonnummer gebruik maakt van telefoonmasten in de omgeving van het (toenmalig) brp-adres van [medeverdachte 3] , [adres] , [woonplaats] . Het nummer * [telefoonnummer] heeft het meest contact met [B] (ook het meest voorkomende contact op histo * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] van [medeverdachte 3] en uit onderzoek is gebleken dat [medeverdachte 3] geld overmaakt naar [B] ), [verdachte] , [C] , de medeverdachte [medeverdachte 2] en de medeverdachte [medeverdachte 1] . [90]
Sporenonderzoek en DNA
Door een verbalisant is een forensisch onderzoek naar sporen verricht in verband met het aantreffen van een explosief op 29 december 2017 in de Albert Heijn aan de [adres] te [woonplaats] . [91] Door de EOD was de pizzaschuif uit de machine verwijderd. Ik zag dat één van de zijde van de pizzaschuif niet afgesloten was. Door de EOD werden nog losse onderdelen van het explosief aangetroffen. Het betrof een losse aansteeklont en stukken kneedbaar materiaal. [92] Op de aansteeklont is een spoor aangetroffen. Het spoor is bemonsterd: SIN AAKN6076NL. [93]
Uit onderzoek door het NFI bleek het volgende: op de aansteeklont (SIN AAKN6076NL) werd DNA-materiaal aangetroffen waaruit een DNA-mengprofiel is verkregen. Het afgeleid DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte, [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [94]
Bewijsoverweging
Op grond van het voorstaande in onderling verband en samenhang bezien, gaat de rechtbank er vanuit dat verdachte de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] (zie ook hierna de zaak [naam] ) en dat de medeverdachte [medeverdachte 3] de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] .
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte betrokken is geweest bij het huren van een bus (op naam van iemand anders) op 27 december 2017 en dat hij deze bus heeft teruggebracht de dag na de plofkraak (op 29 december 2017). Precies dezelfde bus heeft verdachte gehuurd op 2 januari 2018, waarna [A] en [G] in deze bus worden aangetroffen terwijl zij net een plofkraak hebben gepleegd (zie hierna zaak [naam] ).
Verdachte is op de avond van de plofkraak in Leersum, is daarna weer in Utrecht om later (een half uur voor de plofkraak) weer in Leersum te zijn met een medeverdachte. De rechtbank concludeert dat verdachte zijn medeverdachte(n) in Leersum heeft afgezet, want verdachte gaat vlak daarna weer op weg naar Utrecht. Drie uur later – na de plofkraak - heeft verdachte weer contact met zijn medeverdachte waarbij verdachte zich begeeft in Bunnik en Maarn. Een feit van algemene bekendheid is dat deze plaatsen zich bevinden op de route (de A12) van Utrecht naar Leersum. De rechtbank trekt de conclusie dat verdachte dan weer op weg is vanuit Utrecht naar Leersum om zijn medeverdachte(n) op te halen. Al deze omstandigheden gecombineerd met het feit dat op de aansteeklont die op de plaats delict is aangetroffen DNA zit van verdachte, maakt dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte schuldig is aan het tezamen en in vereniging begaan van de (poging) plofkraak. Er is sprake van een bewuste en nauwe samenwerking tussen verdachte en zijn mededader(s), waarbij verdachte een belangrijke rol heeft vervuld.
Ter terechtzitting heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat het DNA is aangetroffen op een verplaatsbaar object, een aansteeklont, en dat verdachte in vuurwerk heeft gehandeld, welk vuurwerk op zijn (toenmalig) brp-adres in [woonplaats] lag waar ook anderen, medewerkers van zijn bedrijf, bij konden. De rechtbank verwijst naar hetgeen zij hiervoor over DNA op verplaatsbare objecten heeft overwogen. Ook hier gaat het niet om een uit de lucht gevallen DNA-match. Het gaat hier om een essentieel voorwerp voor het plegen van de plofkraak, de aansteeklont, dat is aangetroffen op de plaats delict. Zeker in combinatie met de overige bewijsmiddelen staat het voor de rechtbank vast dat dit geen toevalsmatch is.
Wat betreft het huren van de bus heeft verdachte ter terechtzitting nog verklaard dat hij wel in het gebouw is geweest, maar dat hij heeft gewacht in de gemeenschapsruimte en dat hij niet wist wat [E] ging doen. Deze verklaring wordt weerlegd door de bewijsmiddelen, nu hieruit immers volgt dat verdachte zowel op 27 als 29 december 2017 naar het kantoor van [autoverhuurder 1] is gegaan.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte het onder feit 14 primair ten laste gelegde (medeplegen poging opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing) en het onder feit 15 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan, met dien verstande dat de rechtbank – gelijk de officier van justitie heeft gevorderd – ten aanzien van feit 14 het bestanddeel ‘
terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’ niet bewezen acht, zodat verdachte op dat punt zal worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 11, 12 en 13 ( Fendi )
Op 7 januari 2018 omstreeks 04:00 uur vindt er een plofkraak plaats op een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] te Didam. De daders hebben de geldautomaat met een pizzaschuif opgeblazen en zijn met de buit, € 83.000,-, op een scooter weggereden. Kort na de plofkraak zijn de daders in een bestelbus, met kenteken [kenteken] , aangehouden. De bus stond op circa 1 kilometer afstand van de plaats delict geparkeerd.
Bewijsmiddelen
Aangiften
Namens Albert Heijn aan de [adres] te Didam heeft [aangever 3] aangifte gedaan. Hij werd vroeg in de ochtend gebeld met de mededeling dat er een plofkraak had plaatsgevonden. [95] Ter plaatse zag hij dat de toegangsdeur van de winkel vernield was. Hij zag een grote ravage bij de plaats waar de geldautomaat gestaan had en zag dat de automaat geheel was vernield. Hij zag ook dat er schade was in de winkel. Als de heer [aangever 3] de camerabeelden van de bewakingscamera’s van de winkel bekijkt ziet hij het volgende: op 7 januari 2018 om 03:58 uur rijdt er een rode scooter voor de winkel langs. Op deze scooter zitten twee personen, beiden in het donker gekleed en een capuchon op. Op een gegeven moment is te zien dat één van de personen met een voorwerp de toegangsdeur inslaat. Vervolgens pakken ze spullen van de grond en gaan de winkel binnen. Ze rennen direct in de richting van de pinautomaat. Beide personen hebben gereedschap bij zich, een soort grote hamer en een knipschaar. Daarna rennen ze beiden richting uitgang en kort daarop vindt kennelijk een explosie plaats. [96]
Namens ING Bank N.V. heeft [benadeelde 1] aangifte gedaan. Hij heeft ter plaatse geconstateerd dat door de ontploffing de kluis geopend is en dat een nog onbekend bedrag is buit gemaakt. [97]
Camerabeelden Albert Heijn
Een verbalisant heeft de camerabeelden van Albert Heijn uitgekeken en zag het volgende:
Om 03:58 uur komt er een rode scooter zonder verlichting aanrijden met daarop twee personen. De scooter stopt naast de voordeur. Verdachte 2 slaat vier keer met een langwerpig voorwerp op het glas van de deur. Hierna trapt hij de onderkant in. Verdachte 1 neemt het langwerpige voorwerp over van verdachte 2 en slaat enkele malen op het glas. Beiden schoppen meerdere keren waarna de glasplaat uit het kozijn geschopt wordt. Verdachte 2 pakt een betonschaar van de grond en neemt het langwerpige voorwerp mee. Verdachte 1 pakt een tas en heeft ook een langwerpig voorwerp vast. Samen betreden ze de winkel en rennen in de richting van de geldautomaat. Om 04:03 uur rennen beiden de winkel uit waarna een schokgolf van een explosie te zien is. Direct hierna rennen beiden de winkel weer in richting de geldautomaat. Op een andere camera is te zien dat bij binnenkomst verdachte 2 een betonschaar vast heeft en dat verdachte 1 een zilverkleurig langwerpig voorwerp op de grond legt. Vervolgens loopt verdachte 1 met een breekijzer in de richting van de geldautomaat. Daarna pakt hij een voorhamer. Verdachte 2 komt in beeld met de betonschaar en koevoet. Deze legt hij op de grond en pakt de ‘pizzaschuif’ van de grond en loopt richting de geldautomaat. Kort hierop krijgt verdachte 2 de koevoet en de voorhamer van verdachte 1. [98]
De pizzaschuif wordt later in de winkel aangetroffen door verbalisanten die een forensisch onderzoek naar sporen verrichten. Ook deze pizzaschuif heeft het opvallende gebogen handvat. [99]
Aantreffen bus met kenteken [kenteken]
Verbalisanten die de melding van de plofkraak kregen en ter plaatse wilden gaan, hoorden onderweg dat gezocht werd naar een rode scooter dan wel een wit busje. Zij zagen op een parkeerplaats bij het station een busje met kenteken [kenteken] opvallend geparkeerd staan. Zij gaan kijken en één van hen opent het linker achterportier. Zij zien meteen een rode scooter (zonder kentekenplaat) in de bus staan en vervolgens twee mannen achterin de bus. [100] Daarna zien zij achterin het busje diverse kledingstukken liggen en een plastic tas met daarin met blauwe verf besmeurde bankbiljetten. [101]
Een tevens ter plaatse gekomen andere verbalisant bekijkt de bus en treft het volgende aan:
Op de laadvloer van de bus meerdere kledingstukken waaronder een jas, handschoenen een bivakmuts en (big shopper) tassen. Hij zag in één van de big shopper tassen meerdere bankbiljetten zitten die onder de blauwe verf zaten. Ook zag hij gereedschap in de laadruimte liggen waaronder een grote voorhamer en een betonschaar. Verder zag hij dat de bovenzijde van de bus voorzien was van warmtestraling tegenhoudende aluminiumfolie. [102]
Daarna is de bus onderzocht door een explosieven verkenner van de politie. Deze verbalisant trof naast de eerder genoemde goederen nog aan: een hamer, een beitel, een regenpak, een dekbed en slaapzak, een mobiele telefoon Microsoft en een groene plunjezak met een fles ammoniak erin. [103]
De in de bus aangetroffen (besmeurde) bankbiljetten zijn in beslag genomen en geteld. Het geld bleek een totale waarde te hebben van € 83.000,-. [104]
De in de bus aangetroffen mannen bleken te zijn: [G] en [A] . [105]
Bij de aanhouding van [A] en [G] werd een mobiele telefoon van het merk Microsoft aangetroffen in de bus waarin zij zaten. In de contactenlijst stond het nummer [telefoonnummer] met daarbij de naam ‘ [naam] ’. [106] Uit de WhatsApp gesprekken is op te maken dat [A] de gebruiker is van deze telefoon. Op 5 januari 2018 om 14:53 uur en op 6 januari 2018 om 14:04 uur heeft [A] een gemiste oproep van verdachte (* [telefoonnummer] ). Op 7 januari 2018 heeft [A] 6 maal contact met het nummer * [telefoonnummer] . [107]
De huurovereenkomst van de bus met kenteken [kenteken] stond op naam van [E] . De handtekening ontbreekt echter. [108]
Op 1 januari 2018 om 16:18 uur stuurt [autoverhuurder 1] een sms naar * [telefoonnummer] (verdachte) met de tekst: ‘Bussen zijn hier alle 2’. Op 2 januari 2018 om 10:00 uur stuurt * [telefoonnummer] (verdachte) een sms aan [autoverhuurder 1] met de tekst: ‘Kom straks jouw kant op. Kwam gisteren iets tussen’. [109]
Vervolgens heeft de politie de camerabeelden van het autoverhuurbedrijf [autoverhuurder 1] opgevraagd. Een verbalisant kijkt deze camerabeelden uit en ziet het volgende:
Op 2 januari 2018 om 14:01 uur komen twee mannen het bedrijfspand binnen. De voorste man wordt door mij, verbalisant, herkend als [verdachte] en de ander als [medeverdachte 2] . Zowel [verdachte] als [medeverdachte 2] gaan de gang op naar het kantoor van [autoverhuurder 1] . [110]
Telecom
Op 6 januari 2018 om 15:06 uur is de medeverdachte [medeverdachte 2] in de [adres] in [woonplaats] , het brp-adres van [A] . De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) en de telefoon van [A] (* [telefoonnummer] [111] ) maken gebruik van zendmasten in de buurt van de medeverdachte [medeverdachte 2] . [112]
Op 7 januari 2018 om 02:09 uur maakt de telefoon van [A] gebruik van een zendmast in Utrecht. De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) maakt op dat moment gebruik van dezelfde telefoonmast in Utrecht. [113]
Om 02:51 uur maakt het telefoonnummer * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Veenendaal en om 02:54 uur van een zendmast in Ede. Om 03:33 uur maken de telefoons * [telefoonnummer] en [A] gebruik van zendmasten in Didam. [114] Om 03:46 uur en 03:47 uur hebben * [telefoonnummer] en [A] telefonisch contact met elkaar. De telefoon * [telefoonnummer] maakt gebruik van een zendmast in Zevenaar en de telefoon van [A] van een zendmast in Didam. Om 03:51 uur hebben * [telefoonnummer] en [A] wederom telefonisch contact met elkaar. De telefoon * [telefoonnummer] maakt gebruik van een zendmast in Duiven en de telefoon van [A] van een zendmast in Didam. Het laatste contact tussen * [telefoonnummer] en [A] is om 03:55 uur. [115] Omstreeks 04:00 uur vindt de plofkraak plaats.
Verklaringen [A] en [G]
heeft het volgende verklaard:
Ik moest met een betonschaar het slotje van de kar bij de pinautomaat los knippen en ik moest het raam van de voordeur inslaan. Ik moest het explosief aangeven en ik moest twee tassen meenemen. We hebben een aantal uur achterin het busje gezeten. [A] keek steeds op zijn telefoon. [A] gaf mij in het busje een bivakmuts, een broek en een vestje met capuchon die ik over mijn hoofd moest doen. Rond 03:45/03:50 uur hebben we samen de motor(scooter) uit de bus getild. [116] Daarna zijn we op de scooter naar de Albert Heijn gereden. Ik heb het raam stuk gemaakt met een moker en toen zijn we met de spullen naar de geldautomaat gerend. [A] heeft de geldautomaat opengebroken en het explosief aangestoken. Na de explosie hebben we het geld opgeraapt van de grond en in de tassen gedaan. Daarna zijn we op de scooter terug gereden naar de bus, we hebben de scooter weer in de bus getild en zijn toen gaan wachten totdat alles weer rustig zou zijn. [117]
[A] heeft verklaard:
Op 7 januari 2018 rond middernacht ben ik opgehaald en met een paar jongens naar Didam gereden. Eén van de jongens pakte een groene plunjezak en liet de spullen zien die we, [G] en ik, nodig hadden, zoals een breekijzer, een moker en een betonschaar. Ook liet hij ons een stuk vuurwerk zien met een lont eraan. [118] Toen we in Didam waren, heeft één van de jongens ons de Albert Heijn aangewezen en heeft hij verteld waar de geldautomaat stond. Daarna zijn [G] en ik op ongeveer 2 minuten afstand van de Albert Heijn afgezet. Daar in de buurt, op een parkeerplaats bij een station, stond een busje met daarin een motorscooter en twee tassen om het geld in te doen. De bus was al open. Vervolgens hebben wij de motorscooter uit de bus gepakt en de plofkraak gepleegd. Nadat we het geld van de grond hadden geraapt en in de tassen hadden gedaan, zijn we met de scooter weer naar het busje gereden. [119] Toen zijn we, zoals afgesproken, in de bus gaan zitten wachten. We zouden later opgehaald worden. We zouden een klein beetje krijgen voor het werk, want zij hadden alle spullen gehaald. Er was geen bedrag afgesproken. Zij zouden het uitmaken. [120] De handschoenen en bivakmutsen hadden we van die jongens gekregen, die lagen in die bus. [121]
Bewijsoverweging
Zoals hiervoor bij de zaak Honing II overwogen, concludeert de rechtbank dat verdachte de gebruiker is van het telefoonnummer * [telefoonnummer] .
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte op 2 januari 2018 de bus met kenteken [kenteken] heeft gehuurd. In deze bus zijn [A] en [G] aangetroffen nadat zij de plofkraak hebben gepleegd op 7 januari 2018. Vast staat dat verdachte de gebruiker is van het nummer * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] . Op 6 januari in de middag zijn verdachte en [A] bij elkaar (in de buurt). Vervolgens zijn verdachte en [A] op 7 januari 2018 om 2:09 uur wederom bij elkaar in de buurt, ditmaal in Utrecht. Daarna gaat verdachte via Veenendaal en Ede naar Didam. Zowel verdachte als [A] zijn om 3:33 uur in Didam, een half uur voor de plofkraak. Zij hebben dan een kwartier voor de plofkraak nog telefonisch contact met elkaar waarbij verdachte ondertussen in Zevenaar is, terwijl [A] in Didam is. De rechtbank trekt hieruit de conclusie dat verdachte [A] (en [G] ) vanuit Utrecht naar Didam heeft gebracht, hem (en [G] ) daar heeft afgezet en toen via de logische route via Zevenaar en Duiven terug gereden is naar Utrecht om hen vervolgens op een later moment – enkele uren na de plofkraak – weer op te halen. Deze werkwijze past ook precies bij de werkwijze zoals verdachte die bij Amuse, Cancan en Honing II heeft getoond. [A] verklaart ook dat hij instructies heeft gekregen op welke wijze de plofkraak moest worden uitgevoerd en dat ze na de plofkraak in de bus moesten wachten om op een later moment te worden opgehaald. De rechtbank acht verdachte schuldig aan het tezamen en in vereniging begaan van de plofkraak te Didam waarbij € 83.000,- is gestolen.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte het onder feit 11 primair ten laste gelegde (medeplegen opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing), het onder feit 12 primair ten laste gelegde (medeplegen vernieling van een gebouw) en het onder feit 13 primair ten laste gelegde (diefstal in vereniging met braak) heeft begaan, met dien verstande dat de rechtbank – gelijk de officier van justitie heeft gevorderd – ten aanzien van feit 11 en feit 12 het bestanddeel
‘terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’niet bewezen acht, zodat verdachte op dat punt zal worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 4, 5 en 6 (Lindow)
Op 21 februari 2018 om 03:05 uur vindt er een poging plofkraak plaats op een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] te Boxmeer. Er heeft geen explosie plaatsgevonden. Nadat een mistgenerator van Albert Heijn in werking was getreden, werd de plofkraak afgebroken en zijn de twee daders weggereden op een scooter.
Bewijsmiddelen
Aangiften
Namens de Albert Heijn aan de [adres] te Boxmeer heeft [aangeefster] aangifte gedaan. Zij werd gebeld omdat er was ingebroken in de Albert Heijn. Toen zij bij de winkel kwam, zag zij dat de onderste ruit van de toegangsdeur was ingeslagen. [122]
Namens de ING Bank heeft [aangever 4] aangifte gedaan. Ter plaatse heeft hij geconstateerd dat alleen het voorzetdeurtje van de kluis, vrijwel zonder schade, was geopend. [123]
Camerabeelden Albert Heijn
Een verbalisant heeft de camerabeelden van de bewakingscamera’s van de Albert Heijn aan de [adres] bekeken. Hij zag het volgende:
Op de camerabeelden gericht op buiten:
Op 21 februari 2018 om 03:08 uur lopen twee mannen richting de toegangsdeur van de Albert Heijn. Eén van de mannen loopt met een scooter in de hand. Eén van de mannen (hierna V1) wijst op de grond waar de scooter moet staan. [124] V1 heeft een fles en een zak in zijn handen. V1 zet de fles op de grond. Daarna haalt hij een moker uit zijn tas. De ander (hierna V2) pakt de fles en draait de dop eraf. [125] Beide mannen lopen uit beeld. Na ongeveer 10 seconden komen ze weer terug en V2 draait de fles dicht en stopt deze in de zak. V1 zet de moker langs de scooter en haalt een koevoet uit de zak. [126] Beiden lopen vervolgens weer uit beeld en komen dan na ongeveer 8 seconden weer in beeld. V1 legt de koevoet op de grond, pakt de moker en rent uit beeld. V2 pakt vervolgens de koevoet. Verder pakt V2 uit de tas een object lijkend op een ‘pizzaschuif’ en een kleinere tas. V2 loopt weer uit beeld. V1 lijkt de leiding te hebben. [127]
Om 03:10 uur komen beide mannen het beeld in gerend. V1 heeft de moker vast en de kleinere tas. V2 de koevoet en de pizzaschijf. V1 stopt de moker in de grote tas. V1 start de scooter en geeft de koevoet en de pizzaschijf aan V1 die het vervolgens in de grote tas stopt. [128] V1 pakt de kleinere tas in zijn hand. V2 gaat voorop de scooter zitten, V1 stapt achterop en ze rijden weg. [129]
Op de camerabeelden gericht op binnen:
Om 03:10 uur komen V1 en V2 de Albert Heijn binnen rennen. [130] Nadat ze binnen zijn, gaan de rookmachines aan. Hierdoor is er niets meer te zien op de beelden. [131]
Op de camerabeelden van binnen, gericht op de toegangsdeur:
Om 03:08 uur lijkt het of V2 vloeistof uit de fles op de grond giet. V1 bekijkt de schuifdeur met een moker in zijn handen. [132] V1 pakt de moker en slaat daarmee meerdere malen op het onderste raam van de schuifdeur. [133] V1 en V2 gaan naar binnen. V2 heeft de koevoet en de pizzaschijf vast. [134] Na de binnenkomst van V2 gaat de rookmachine aan. [135]
Het signalement van V1 is: draagt handschoenen, een capuchon, een bivakmuts en opvallende sportschoenen. [136]
Het signalement van V2 is: draagt handschoenen, een bivakmuts en opvallende schoenen. [137]
‘Voorverkenning’
Op 20 februari 2018 tussen 02:52 en 04:49 uur, een dag voor de plofkraak, bevindt de Ford Transit zich in de omgeving van het Maasziekenhuis Pantein te Beugen, gemeente Boxmeer. [138]
Bewegingen in de nacht van de plofkraak (21 februari 2018)
Op 21 februari 2018 om 00:31 uur smst * [telefoonnummer] naar het nummer * [telefoonnummer] .
Om 0:50 uur is de Ford Transit van verdachte in de [adres] (het toenmalig brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] ). [139]
Om 01:07 uur is de Ford Transit van verdachte bij de [adres] in [woonplaats] , het (toenmalig) verblijfadres van de medeverdachte [medeverdachte 1] . De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) en de telefoon * [telefoonnummer] stralen op dat moment ook een zendmast in Houten aan (om 00:32 uur en om 01:12 uur).
Om 01:41 uur is de Transit van verdachte op de A2 richting Beesd.
Om 01:41 belt verdachte (* [telefoonnummer] ) naar telefoonnummer * [telefoonnummer] , beide nummers maken gebruik van een zendmast in Vianen. [140]
Om 02:33 uur is de Transit van verdachte in Boxmeer. Hij rijdt daar een rondje en parkeert om 02:46 uur bij het Maasziekenhuis in Beugen (gemeente Boxmeer). De telefoon van verdachte (* [telefoonnummer] ) maakt op dat moment ook gebruik van een zendmast in de omgeving van het ziekenhuis.
Omstreeks 03:00 uur vindt de poging plofkraak in Boxmeer plaats.
Om 05:51 uur gaat de Transit van verdachte weer rijden. Om 05:58 uur is de Ford Transit in de Jacob Marisstraat. Op dat moment belt verdachte (* [telefoonnummer] ) met het nummer * [telefoonnummer] . [141]
Om 06:56 uur is de Ford Transit van verdachte op het Kerkplein in Beuningen. Hier is een Albert Heijn gevestigd met een instore ING-geldautomaat.
Om 08:19 uur is de Ford Transit weer in Houten ( [adres] ) en om 08:40 uur is de Ford Transit weer in de omgeving van het (toenmalig) brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] , [adres] in [woonplaats] . [142]
De afstand tussen de plaats delict en de Jacob Marisstraat is ongeveer 850 meter. [143]
Sms- en Whatsapp-berichten
Op 20 februari 2018 om 18:41 uur vindt een WhatsApp-gesprek plaats tussen verdachte (* [telefoonnummer] ) en * [telefoonnummer] met de volgende inhoud:
- Neem je gelijk alles mee?
- Behalve die schatje
- Die straks pas
- Ja
- Oké kijk of die scooter vol is
- Ik ben er 19:15 ongeveer
- Ik moet even wachten op iemand die me helpt met dat ding
- Maar zeker he ik moet half 9 in Houten zijn
- Lukt niet alleen
- Ben je daar zeker kwart over
- En vergeet die sleutel aub niet he [144]
Op 20 februari 2018 om 19:56 uur koopt verdachte noppenfolie bij Gamma met € 50,- die hij bij de medeverdachte [medeverdachte 2] heeft opgehaald. [145]
De Nokia telefoon met nummer * [telefoonnummer] is uitgelezen. Hierdoor is het gesprek dat verdachte (* [telefoonnummer] ) met nummer * [telefoonnummer] heeft op 21 februari 2018 om 05:58 uur inzichtelijk geworden. Verdachte (* [telefoonnummer] ) straalt op dat moment een mast in Boxmeer aan waarbij er wordt gezegd: ‘Yo. Stap over’. Op datzelfde moment blijkt uit de bakengegevens van de Ford Transit dat dit voertuig zich op het moment van dit gesprek in Boxmeer bevindt. [146]
Op 21 februari 2018 om 07:34 uur vindt een chatgesprek plaats tussen verdachte (* [telefoonnummer] ) en * [telefoonnummer] met de volgende inhoud:
- Morgen niffo, weer noppes?
- Nada
- Wat nou weer dan
- Rook
- Kkkk even serieus
- Letten ze daar niet op
- Hebben we nu alles gehad?
- Spreek jou later
- Yooo [147]
Telefoonnummers
Bij een huiszoeking in de woning van medeverdachte [medeverdachte 3] is een iPhone 4 in beslaggenomen. Van deze telefoon zijn de historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Aan deze telefoon is het nummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) gekoppeld. Het nummer is actief geweest van 2 februari 2018 tot en met 23 februari 2018. De telefoon van nummer * [telefoonnummer] maakt gebruik van telefoonmasten in de omgeving van het (toenmalig) brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] , [adres] in [woonplaats] (zoals: Vondellaan, Lomanlaan en Aquamarijnlaan). Het nummer * [telefoonnummer] heeft het meest contact met [verdachte] (verdachte), de medeverdachte [medeverdachte 1] en F. [medeverdachte 3] (de moeder van de medeverdachte [medeverdachte 3] ). [148]
In de Mercedes Vito met kenteken [kenteken] die gebruikt is bij de poging plofkraak in Druten op 23 februari 2018 is een blauwe Nokia is aangetroffen. Deze Nokia had een prepaid Simkaart met telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) zonder tenaamstelling. Van dit telefoonnummer zijn historische telecommunicatiegegevens gevorderd. Het nummer is actief geweest van 30 januari 2018 tot en met 23 februari 2018. In de periode 21 februari 2018 tot en met 23 februari 2018 is er een telefoontap aangesloten op het nummer * [telefoonnummer] . Op 22 februari 2018 om 01:06 uur belt * [telefoonnummer] naar verdachte (* [telefoonnummer] ). Verdachte geeft aan dat hij er over 5 minuten is. De Ford Transit is op dat moment op weg naar het (toenmalig) brp-adres van de medeverdachte [medeverdachte 3] , [adres] in [woonplaats] . Om 01:10 uur is de Ford Transit in de [adres] . [149]
Uit onderzoek is gebleken dat de medeverdachte [medeverdachte 1] het telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) heeft opgegeven aan de verhuurder bij de huur van de Mercedes Vito die werd gebruikt bij de plofkraak in Druten op 23 februari 2018 en waarbij [medeverdachte 1] op heterdaad is aangehouden (zaak Amuse). Van dit nummer zijn de historische verkeersgegevens gevorderd. Hieruit blijkt dat dit nummer actief is geweest van 25 december 2017 tot en met 23 februari 2018 (de dag van de aanhouding in de zaak Amuse). In de periode dat het nummer actief is geweest, maakt het nummer het meest gebruik van telefoonmasten in Houten (Oude Poeldijk en Giessenplein). Deze telefoonmasten liggen in de nabijheid van het verblijfadres van de medeverdachte [medeverdachte 1] (de [adres] te [woonplaats] ). Het nummer * [telefoonnummer] heeft het meest contact met de medeverdachte [medeverdachte 3] , [C] (de vriendin van de medeverdachte [medeverdachte 1] ), [verdachte] (verdachte) en [bedrijf 2] (het bedrijf van de moeder van de medeverdachte [medeverdachte 1] ). [150]
Bewijsoverweging
Op grond van het voorgaande in onderling verband en samenhang bezien, gaat de rechtbank er vanuit dat de medeverdachte [medeverdachte 3] de gebruiker is geweest van het telefoonnummer * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] en dat de medeverdachte [medeverdachte 1] de gebruiker is geweest van het telefoonnummer * [telefoonnummer] . Ten overvloede verwijst de rechtbank in dit verband ook naar de zaak Amuse, waar de telefoonnummers * [telefoonnummer] , * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] ook gebruikt zijn door respectievelijk de medeverdachte [medeverdachte 3] en de medeverdachte [medeverdachte 1] .
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte de nacht voor de plofkraak naar het Maasziekenhuis Pantein te Beugen is gereden. Verdachte heeft vervolgens in de nacht van de plofkraak de medeverdachte [medeverdachte 3] om 0:50 uur en medeverdachte [medeverdachte 1] om 1:07 uur thuis opgehaald met de Transit.
Verdachte is toen met de medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] via Vianen naar Boxmeer gereden. De rechtbank gaat ervan uit dat verdachte daar zijn medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] heeft afgezet. Het is dan 2:33 uur. Verdachte is vervolgens doorgereden en heeft om 2:46 uur zijn bus geparkeerd bij het Maasziekenhuis Pantein te Beugen, de plek die hij de nacht ervoor heeft verkend. Rond 3:00 uur vindt de plofkraak plaats. Verdachte gaat dan weer rijden om 5:51 uur vanaf het ziekenhuis en is om 5:58 uur in de Jacob van Marisstraat in Boxmeer, ongeveer 850 meter van de plaats delict. Op dat moment en op die plek belt verdachte met medeverdachte [medeverdachte 3] en zegt “Yo Stap over.”
Kortom, verdachte is zijn medeverdachten na de plofkraak in Boxmeer gaan ophalen en zij moeten van de ene bus (waar zij zich hebben schuil gehouden) in de andere bus stappen. Vervolgens rijdt verdachte met zijn medeverdachten via Beuningen richting Utrecht om hen vervolgens weer thuis af te zetten.
Verder volgt uit de bewijsmiddelen dat verdachte de avond voor de plofkraak bezig is geweest met de voorbereidingen (aankoop noppenfolie, scooter gereed maken) en dat hij de ochtend na de plofkraak telefonisch contact heeft over het verloop van de poging plofkraak. Verdachte noemt daarbij expliciet dat er rook is geweest, de reden dat de plofkraak is mislukt, hetgeen daderkennis betreft. Gelet op de gedragingen van verdachte voor, tijdens en na het plegen van de poging plofkraak is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van een poging plofkraak en het medeplegen van een poging diefstal. De wijze waarop het plegen van het feit is opgebouwd, komt overeen met de door verdachte en zijn medeverdachten gehanteerde werkwijze.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt dat verdachte het onder feit 4 primair ten laste gelegde (medeplegen poging opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing), het onder feit 5 primair ten laste gelegde (medeplegen vernieling van een ruit) en het onder feit 6 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan, met dien verstande dat de rechtbank – gelijk de officier van justitie heeft gevorderd – ten aanzien van feit 4 het bestanddeel ‘
terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’ niet bewezen acht, zodat verdachte op dat punt zal worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 7 en 8 (Kroon)
Op 9 februari 2018 omstreeks 03:13 uur vindt er een poging plofkraak plaats bij de Albert Heijn aan het [adres] te Zetten.
Bewijsmiddelen
Aangiften
Namens de Albert Heijn aan het [adres] te Zetten heeft [aangever 5] aangifte gedaan. Hij kreeg om 03:24 uur een telefoontje van de beveiligingscentrale dat het inbraakalarm afging in de winkel. Ter plaatse zag hij dat de ruit van één schuifdeur bij de hoofdingang was vernield en dat er een groot gat in de ruit zat. [151] Binnen in de winkel zag hij dat de buitenklep van de geldautomaat open stond en dat de automaat aan de binnenkant beschadigd was. [152]
Namens de ING Bank is aangifte gedaan door [aangever 6] . [153]
Camerabeelden Albert Heijn
Een verbalisant heeft de camerabeelden van de bewakingscamera’s van Albert Heijn bekeken. Hij zag het volgende:
Om 03:12 uur komen twee personen in beeld. De voorste persoon (V1) loopt met een scooter aan de hand. De achterste persoon (V2) draagt een lang voorwerp. Om 03:13 uur zijn twee silhouetten zichtbaar voor de toegangsdeur. Een scooter wordt op de standaard voor de deur geparkeerd. V2 bukt en legt kennelijk iets op de grond. Vervolgens geeft deze V2 een lang voorwerp aan V1. Om 03:15 uur barst een ruit van de toegangsdeur. Vervolgens ontstaat er een gat in de ruit. V1 stapt via het gat de winkel in. Op dat moment gaat het licht in de winkel aan. V1 draait zich om en pakt een voorwerp van V2 buiten. Daarna loopt hij de winkel in. Om 03:16 uur stapt ook V2 via het gat de winkel in. Hij heeft een lang voorwerp in zijn linkerhand dat lijkt op een breekijzer en een lang voorwerp in zijn rechterhand dat lijkt op een pizzaschuif. [154]
Vanaf een andere camera is te zien dat V1 in de winkel een rolkar met planten wegduwt en vervolgens iets doorknipt. V2 komt in beeld met een lang breekijzer en de vermoedelijke pizzaschuif. V1 neemt het breekijzer over en probeert de geldautomaat open te breken. Even later legt V2 de pizzaschuif op de grond en neemt het breekijzer over en gaat verder met breken. Even later gaat het oranje deurtje van de geldautomaat open. V2 legt het breekijzer weg en pakt iets en slaat daarmee 5 keer tegen de geldautomaat. Vervolgens rent V1 naar de voordeur. V2 pakte alle meegenomen goederen en loopt naar de voordeur.
Op weer een andere camera is te zien dat om 03:16 uur V1 weer via het gat naar buiten gaat. Daarna stapt V2, met de pizzaschuif in zijn rechterhand, ook naar buiten. V1 stapt op de scooter.
Signalement van de daders: beiden droegen donkere kleding en gezichtsbedekking. Beiden droegen korte jassen. V1 had iets reflecterend onder zijn jas. Beiden droegen handschoenen. [155]
Ford Transit
Via de Automatische nummerplaat registratie (ANPR) is geregistreerd dat de Ford Transit bij verdachte in gebruik op 9 februari 2018 om 0:23 uur op de A15 richting Zetten en ter hoogte van Zetten reed. Diezelfde nacht is geregistreerd dat de Ford Transit om 06:40 op de A15 ter hoogte van Zetten vanaf Zetten weer richting Utrecht reed. [156]
Telefoonnummer * [telefoonnummer]
In de Ford Transit is op het moment van de aanhouding van verdachte op 23 februari 2018 een witte Nokia telefoon gevonden (in de deur van de bestuurdersstoel). [157] Uit historische telecomgegevens blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer] aan deze Nokia gekoppeld was. Het telefoonnummer is actief geweest van 13 januari 2018 tot en met 21 februari 2018. Uit de gegevens blijkt dat de meest gebruikte telefoonmasten vlakbij het (toenmalig) brp-adres van verdachte, [adres] in [woonplaats] staan (Meerndijk, Molendijk en Rijnzathe). Het nummer heeft het meest contact met: [E] , de medeverdachte [medeverdachte 1] , de medeverdachte [medeverdachte 2] , de medeverdachte [medeverdachte 3] en een nummer van [bedrijf 1] , in gebruik bij de vader van verdachte. Het nummer heeft geen contact met het nummer * [telefoonnummer] van verdachte. [158]
In de iPhone gekoppeld aan het nummer * [telefoonnummer] (verdachte) staat een WhatsApp-chat tussen verdachte (* [telefoonnummer] ) en * [telefoonnummer] , waarbij * [telefoonnummer] zegt dat hij verdachte zal sms-en, omdat verdachte (* [telefoonnummer] ) met het andere nummer niet kan appen en vervolgens stuurt * [telefoonnummer] dan een sms naar het nummer * [telefoonnummer] . [159]
Telecomgegevens
Op 8 februari 2018 om 23:30 uur maakt de telefoon * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in de omgeving van knooppunt Everdingen. Ook de telefoon met nummer * [telefoonnummer] is in die omgeving.
Om 23:35 uur maken beide telefoons gebruik van zendmasten in de omgeving van Enspijk. Om 23:42 uur maken beide telefoons gebruik van zendmasten in de omgeving van Geldermalsen. Om 23:57 uur maakt * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Kerk-Avezaath. [160]
In de Nokia met nummer * [telefoonnummer] die is aangetroffen in de Ford Transit van verdachte staat het volgende sms-verkeer met het nummer * [telefoonnummer] . Er is geen datum/tijdstip beschikbaar.
* [telefoonnummer] smst naar * [telefoonnummer] : ‘Kom om 6:30 weer naar hier. [adres] in Zetten’
* [telefoonnummer] smst naar * [telefoonnummer] : ‘Niks. Turk te geschrokken’
* [telefoonnummer] smst naar * [telefoonnummer] : ‘ [adres] ’ [161]
Het adres [adres] is ongeveer 650 meter van de Albert Heijn aan het [adres]
gelegen. [162]
Op 9 februari 2018 om 3:22 uur stuurt * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] . Nummer * [telefoonnummer] maakt op dat moment gebruik van een zendmast in Zetten.
Op 9 februari 2018 om 3:23 uur stuurt * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] .
Op 9 februari 2018 om 6:17 uur stuurt * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] . * [telefoonnummer] straalt op dat moment een zendmast in Zetten aan. [163]
In de Nokia met nummer * [telefoonnummer] staan nog 2 opvallende sms-berichten tussen * [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] , zonder datum en plaats:
* [telefoonnummer] (verdachte) smst naar * [telefoonnummer] : ‘Bel mij’ en ‘We gaan oude plan nog x doen. Je hoeft niks te doen. Alleen zondag rijden met mij zoals gisteren’. [164]
Bewijsoverweging
Op grond van het voorstaande in onderling verband en samenhang bezien, gaat de rechtbank er vanuit dat verdachte de gebruiker is geweest van het telefoonnummer * [telefoonnummer] .
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte in de nacht van de plofkraak vanuit Utrecht met een medeverdachte (* [telefoonnummer] ) naar Zetten is gereden (een feit van algemene bekendheid is dat Everdingen, Enspijk, Geldermalsen, Kerk-Avezaath op de meest logische route van Utrecht naar Zetten liggen over de A2 en de A15). Om 00:23 uur is de Ford Transit van verdachte ook ter hoogte van Zetten. Om 3:13 uur vindt vervolgens de (poging) plofkraak in Zetten plaats. Uit de telecomgegevens in onderling verband en samenhang bezien, concludeert de rechtbank dat verdachte dan om 3:22 uur (tien minuten na de plofkraak) vanuit Zetten een sms stuurt aan zijn medeverdachte dat hij om 6:30 uur weer moet komen naar de [adres] in [woonplaats] . Kennelijk is de bedoeling dat verdachte zijn medeverdachte(n) daar weer ophaalt enkele uren nadat de plofkraak is gepleegd. De [adres] in [woonplaats] ligt 650 meter van de plaats delict. Om 6:17 uur is verdachte dan daadwerkelijk op de [adres] in Zetten waarna hij het precieze adres aan zijn medeverdachte stuurt. Gelet erop dat de Ford Transit een half uur later weer ter hoogte van Zetten richting Utrecht rijdt, is verdachte dan weer samen met zijn medeverdachte(n) op weg naar huis. Deze gang van zaken wordt ook bevestigd door het sms verkeer dat verdachte met telefoonnummer * [telefoonnummer] heeft (kennelijk de dag na de plofkraak) waarin wordt gesproken dat het oude plan waarbij * [telefoonnummer] met verdachte rijdt nog een keer zal worden gedaan.
Deze gang van zaken past precies bij de werkwijze die verdachte en zijn medeverdachten in alle zaken gebruiken. Verdachte wordt schuldig bevonden aan het tezamen en in vereniging plegen van de (poging) plofkraak.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt dat verdachte het onder feit 7 primair ten laste gelegde (medeplegen poging opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing) en het onder feit 8 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan, met dien verstande dat de rechtbank – gelijk de officier van justitie heeft gevorderd – ten aanzien van feit 7 het bestanddeel ‘
terwijl levensgevaar/gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen te duchten was’ niet bewezen acht, zodat verdachte op dat punt zal worden vrijgesproken.
Ten aanzien van de feiten 18 en 19 (Kolibrie)
Op 7 december 2017 omstreeks 02:57 uur vindt er een plofkraak plaats op een geldautomaat van de Rabobank gelegen aan de [adres] te Buren. Het betrof een vrijstaande pinautomaat, een zogenaamde ‘Jan Snel unit’ op een parkeerterrein. Door de ontploffing was een enorme ravage ontstaan. Naast de unit werd een gedeelte van een pizzaschuif 1.0 aangetroffen.
Bewijsmiddelen
Aangifte
Namens de Rabobank te Geldermalsen heeft [aangever 8] aangifte gedaan. Zij kreeg omstreeks 03:22 uur een telefoontje van de meldkamer dat er een plofkraak had plaatsgevonden op de geldautomaat aan de [adres] te [woonplaats] . Ter plaatse zag zij dat er een enorme ravage was en dat de geldautomat geheel beschadigd was aan de zijde van het pinscherm. [165]
Camerabeeld Rabobank
Een verbalisant heeft de camerabeelden van de geldautomaat van de Rabobank bekeken. Zij zag het volgende:
Op 7 december 2017 om 02:54 uur loopt vanaf rechts een persoon naar de geldautomaat. Deze persoon draagt een donkere bivakmuts, donkere handschoenen, gymschoenen met een lichte zool en een donkere rand, een groen vest en een donkere broek. Op de ene broekspijp zit een logo van het merk Nike. Ik zag dat de persoon een op een koevoet gelijkend voorwerp in zijn handen heeft en daarmee slaat op de pinautomaat. Na enkele slagen wordt het beeld donker. [166]
Verklaringen getuigen
Op 7 december 2017 om 04:00 uur is getuige [getuige 2] gehoord. Zij heeft verklaard dat zij wakker werd van een enorme klap en dat zij, toen zij uit het raam keek, een scooter langs haar woning zag rijden waarop twee personen in het zwart gekleed zaten. Zij zag dat de scooter ongewoon en onrustig reed.
De getuige is vervolgens de camerabeelden van de weg voor haar huis gaan bekijken. Daarop zag zij dat omstreeks 02:39 uur een busje komt langs rijden, uit de richting van de Graafschapsstraat. Omstreeks 03:10 uur rijdt het busje weer langs de andere kant op, richting de Graafschapsstraat. [167]
Getuige [getuige 3] heeft verklaard dat hij in de nacht van 7 december 2017 omstreeks 03:00 uur wakker werd van een heel harde knal. Toen hij vijf minuten later uit zijn badkamerraam keek, hoorde hij een scooter aan komen rijden. Vervolgens hoorde hij dat de motor van de scooter werd uitgezet en zag hij twee personen stil staan en vervolgens samen met de scooter een wandelpad in lopen. [168]
Ford Transit en telecom
In de nacht van 4 op 5 december 2017 is de Ford Transit van verdachte tussen 02:30 uur en 03:45 uur gezien in Buren aan de [adres] . Dit betreft een industrieterrein met zicht op de Jan Snel unit met geldautomaat. [169]
Op 7 december 2017 om 01:53 uur is er bij een tankstation in Beesd met de ING-bankpas op naam van [verdachte] , verdachte, gepind. Dit tankstation ligt aan de A2 (Utrecht richting Den Bosch) op ongeveer 20 minuten rijden van Buren. [170]
Op 7 december 2017 om 02:26 uur maakt telefoonnummer * [telefoonnummer] gebruik van een zendmast in Culemborg. Het nummer * [telefoonnummer] heeft dan contact met een onbekende gebruiker wiens telefoon op dat moment gebruik maakt van een zendmast in Buren.
Om 02:54 uur vindt de plofkraak in Buren plaats.
Om 06:38 uur stuurt * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] . Nummer * [telefoonnummer] straalt op dat moment een zendmast in Buren aan en * [telefoonnummer] een zendmast in [woonplaats] .
Om 07:14 uur stuurt * [telefoonnummer] een sms naar * [telefoonnummer] , * [telefoonnummer] maakt gebruik van een zendmast in Buren en * [telefoonnummer] in Culemborg. [171]
Om 07:24 uur is er weer sms-contact. Nu maken beide telefoons (* [telefoonnummer] en * [telefoonnummer] ) gebruik van een zendmast in Buren. Daarna bewegen de beide telefoons zich weer richting Utrecht. [172]
Telefoonnummer * [telefoonnummer]
Uit onderzoek is gebleken dat het telefoonnummer [telefoonnummer] (hierna: * [telefoonnummer] ) actief is geweest van 11 november 2017 tot en met 7 december 2017. In deze periode maakt het nummer het meest gebruik van telefoonmasten in Houten, gelegen in de nabijheid van het (toenmalig) verblijfadres van de medeverdachte [medeverdachte 1] (de [adres] in [woonplaats] ). Aflopend is er met dit nummer het meest contact met: [verdachte] (verdachte), [bedrijf 2] (het bedrijf van de moeder van de medeverdachte [medeverdachte 1] ) en [C] (de vriendin van de medeverdachte [medeverdachte 1] ).
Pizzaschuif
Door verbalisanten is een forensisch onderzoek naar sporen verricht op het adres [adres] te [woonplaats] . Zij zagen op de grond voor de Jan Snel unit een gedeelte van een pizzaschuif 1.0 liggen. Ook aan de achterzijde van de unit zagen zij een gedeelte van een pizzaschuif 1.0 liggen. Deze delen zijn bemonsterd en veiliggesteld. [173]
Uit onderzoek van het NFI is gebleken dat in de bemonsteringen restanten aanwezig waren die afkomstig kunnen zijn van een explosieve stof op basis van hoofdzakelijk kaliumperchloraat en magnalium. Een dergelijk mengsel is nader aan te duiden als een pyrotechnisch mengsel (flitspoeder). [174]
Bewijsoverweging
Op grond van het voorstaande in onderling verband en samenhang bezien, gaat de rechtbank er vanuit dat de medeverdachte [medeverdachte 1] de gebruiker is geweest van het nummer * [telefoonnummer] . Dat verdachte de gebruiker is geweest van het telefoonnummer * [telefoonnummer] heeft de rechtbank reeds hierboven, bij de zaak Cancan, geconcludeerd.
Uit de bewijsmiddelen volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte een aantal dagen voorafgaand aan de plofkraak in de omgeving van de geldautomaat is geweest. Vervolgens is verdachte in de nacht van de plofkraak vanuit Utrecht via Beesd naar Buren gereden. De rechtbank trekt deze conclusie op basis van de pintransactie die verdachte heeft gedaan in Beesd om 1:53 uur en het telefonisch contact dat verdachte vanuit Culemborg heeft gehad met een medeverdachte in Buren om 2:26 uur. De meest logische route vanuit Utrecht naar Buren is via Beesd en Culemborg.
Verdachte is naar Buren gereden om zijn medeverdachten af te zetten. Vervolgens is hij weer naar De Meern gereden, terwijl de plofkraak door zijn medeverdachten werd uitgevoerd. Enkele uren na de plofkraak is verdachte zijn medeverdachten weer in Buren gaan ophalen, gezien het feit dat hij zich in de ochtend vanuit De Meern via Culemborg naar Buren begeeft en vervolgens weer richting Utrecht samen met zijn medeverdachte(n). Dit past precies in de werkwijze die verdachte in alle zaken heeft verricht. Gelet op de gedragingen van verdachte vóór, tijdens en na het plegen van de plofkraak is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking waarbij verdachte een eigen essentiële rol had.
Verdachte heeft ter zitting nog verklaard dat zijn pinpas in de Transit lag en dat iedereen op het werk de pincode daarvan wist en deze pinpas mocht gebruiken. Ook op dit punt heeft verdachte geen concrete, verifieerbare verklaring afgelegd wie dan op dat moment de gebruiker was van die pinpas. Om die reden gaat de rechtbank voorbij aan deze verklaring. Bovendien is de verklaring ongeloofwaardig, omdat op zichzelf ongeloofwaardig is dat verdachte zijn pinpas met bijbehorende pincode aan iedereen op het werk toevertrouwt én niet alleen het gebruik van de pinpas maar ook de telecomgegevens juist wijzen in de richting van verdachte.
Conclusie
Uit het voorgaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte het onder feit 18 primair ten laste gelegde (medeplegen opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing) en feit 19 primair ten laste gelegde (poging diefstal in vereniging met braak) heeft begaan.
Ten aanzien van de feiten 9 en 10 (Montreal)
Op 25 januari 2018 omstreeks 04:13 uur werd het inbraakalarm van de Albert Heijn aan de [adres] te Druten geactiveerd. Ter plaatse bleek dat een raam van de winkel was ingeslagen en dat de in de winkel staande geldautomaat van de ING Bank was opengebroken.
Vrijspraak
Hoewel in het dossier aanwijzingen zitten dat verdachte betrokken was bij het plegen van deze (poging) plofkraak is de rechtbank van oordeel dat deze aanwijzingen – waaronder meermalen telefonisch (sms)contact twee dagen voor de plofkraak én in de nacht van de plofkraak met medeverdachte(n) terwijl de medeverdachte op die momenten gebruik maakt van zendmasten in Druten, de plaats van de plofkraak – onvoldoende zijn om tot een bewezenverklaring van de feiten 9 en 10 (primair en subsidiair) te kunnen komen. Weliswaar passen ook deze feiten in de modus operandi die verdachte en zijn medeverdachte(n) hebben gebruikt, toch moet per feit worden beoordeeld of in het dossier voldoende bewijs aanwezig is. Het veelvuldig sms-contact (en de inhoud daarvan) met de medeverdachte(n) in de nacht van de plofkraak, terwijl de medeverdachte op de plaats delict is, en de inhoud van de chatberichten met de medeverdachte [medeverdachte 2] de dag voor en de ochtend na de plofkraak, roept bij de rechtbank wel vermoedens op, maar is voor de rechtbank onvoldoende om tot een bewezenverklaring van deze feiten te komen.
De rechtbank zal verdachte daarom van deze feiten vrijspreken.
Ten aanzien van feit 3: deelneming aan een criminele organisatie
De rechtbank is voorts van oordeel dat de wijze waarop in onderhavige zaken werd samengewerkt verder gaat dan medeplegen.
Het plegen van een plofkraak is een ingewikkeld feit dat een deugdelijke voorbereiding en kennis van zaken vraagt. Zo moet van tevoren gezocht worden naar een geschikt type geldautomaat op een eenvoudig te bereiken locatie en goede vluchtmogelijkheden. Daarnaast is kennis van zaken omtrent de samenstelling en werking van explosieven nodig. De onderhavige zaken zijn gepleegd met een zelf gefabriceerd explosief, een zogenoemde pizzaschuif: een platte langwerpige metalen doos, gevuld met een explosieve stof en voorzien van een lang handvat. De explosieve stof bestaat in dit onderzoek uit flitspoeder. Deze stof is afkomstig uit zwaar, illegaal, vuurwerk, “zwarte cobra’s”. Er moet iemand gevonden worden die de pizzaschuif in elkaar last. Iemand moet zorgen voor het verkrijgen van het flitspoeder. Als ontstekingsmechanisme worden lonten aan de pizzaschuif gemaakt die tot in de explosieve stof reiken. De pizzaschuif wordt dichtgemaakt met kneedbaar metaal. Om tot een goede ontploffing te komen is het essentieel om de juiste hoeveelheid explosieve stof te gebruiken.
Uit het dossier volgt dat verdachte en zijn medeverdachten in deze zaken een specifieke werkwijze hanteerden die duidt op een goede voorbereiding en een vast patroon van aanpak. Zo werd de locatie vooraf bekeken, vaak door verdachte en één van de medeverdachten. Verdachte huurde meermalen de bus die werd gebruikt voor de plofkraak. Vervolgens werd de avond voorafgaand aan de plofkraak of op de avond zelf deze bus in het uitgekozen dorp (op korte afstand van de Albert Heijn) neergezet waarin de benodigde goederen voor het plegen van de plofkraak aanwezig waren, zoals: een scooter (zonder kentekenplaat), breekvoorwerpen, een of meer explosieven (pizzaschuiven) en kleding – bivakmutsen, een (regen)jas of trui, (werk)handschoenen, fles ammoniak en (plastic) tassen (om het geld in te doen). Rond middernacht worden de uitvoerende medeverdachten dan meestal door verdachte met de Ford Transit naar de gereedstaande bus gereden, waarna verdachte terugrijdt naar Utrecht of enkele kilometers verderop wacht. De uitvoerende medeverdachten halen de scooter uit de bus, rijden naar de Albert Heijn, plegen de plofkraak en rijden dan met de scooter weer terug naar de bus. De scooter wordt in de bus gezet en ook de uitvoerende medeverdachten gaan in de bus zitten wachten totdat zij enkele uren later, als de grootste onrust rondom de (poging) plofkraak is geluwd, met de Ford Transit worden opgehaald door verdachte die was teruggereden of ergens verderop stond te wachten. Om te voorkomen dat de bus ontdekt werd, werd het plafond van de bus voorzien van een laag warmte isolerende folie. Ook waren in de bus matrassen en/of een dekbed/slaapzak aanwezig, zodat de uitvoerende medeverdachten op een ontspannen manier die uren konden wachten.
Daarnaast volgt de samenhang tussen de verschillende zaken uit de volgende omstandigheden: een groene plunjezak (met daarin de breekvoorwerpen en het explosief) komt in meerdere zaaksdossiers terug: Amuse, Cancan, Lindow en Fendi . Een gelijksoortige scooter (zonder kenteken, zonder merkplaatje en enigszins gehavend) komt voor zowel in de zaak Lindow als in de zaak Amuse [175] . Een breekijzer dat is aangetroffen in een bus in de zaak Cancan blijkt hetzelfde breekijzer te zijn dat krassporen heeft gemaakt op een geldautomaat in de zaak Honing I (niet ten laste gelegd aan verdachte en zijn medeverdachten, maar wel onderdeel van de serie plofkraken). [176] Verder worden in de telefoon die in de zaak Amuse wordt aangetroffen in de Ford Transit, sms-berichten aangetroffen die betrekking hebben op de zaak Kroon. En in de zaak Amuse wordt een sleutel van een busje aangetroffen die gebruikt is in de zaak Cancan.
Ook is opvallend dat de plofkraken vaak volgens een vast stramien plaatsvinden: ophalen rond middernacht, in het dorp van bestemming rond 02:00 uur, tijdstip plofkraak rond 03:00 uur en ophalen in de vroege ochtend rond 06:00 uur.
Uit de verschillende camerabeelden in het dossier volgt dat de verdachten verschillende taken uitvoeren in nauwe samenwerking met elkaar. Ieder heeft een eigen rol (besturen scooter, vasthouden tassen, inslaan van de ruit, openen geldautomaat, plaatsen en aansteken van het explosief) en ze helpen elkaar (voorwerpen en handelingen van elkaar overnemen).
Uit het dossier volgt dat verdachte een sturende, leidende rol heeft: hij doet de voorverkenning en is meermalen betrokken bij het huren van de extra bus. Daarnaast koopt hij het warmte isolerende folie voor in die bus en houdt hij in de gaten of de overige benodigdheden in de bus aanwezig zijn (chatgesprek op 24 januari 2018 tussen verdachte en de medeverdachte [medeverdachte 2] : ‘Die scooter is er wel?’, ‘Ga hem gelijk regelen voor vanavond’, ‘Alles is daar???’, ‘1 muts’, ‘Oh nee, alles’ [177] ). Hij (be)zoekt andere medeverdachten die voor de uitvoering van de plofkraak gevraagd worden en hij fungeert regelmatig als ‘chauffeur’ om de medeverdachten met zijn Ford Transit naar de plaats delict te brengen en daarna weer op te halen.
De rechtbank gaat er vanuit dat verdachte:
- de (mede)bedenker van de kraken was, gezien bijvoorbeeld een chatgesprek tussen verdachte en de medeverdachte [medeverdachte 2] op 22 februari 2018: ‘Maar wat is planning nu??’, ‘Iedereen en alles scherp’, ‘Nu kijken of we langer kunnen huren’, ‘We gaan sowieso vanavond’, en een half uur later: ‘Hij moet 150 voor 2 uur hebben’ (…), ‘En 80 tank per keer ben ik wel kwijt ja’, ‘Dat geloof ik sowieso’, ‘Als je 125 x 4 keer op een avond moet en nog keer afzetten en ophalen en rondjes rijden (…)’, ‘We moeten gewoon doorzetten’, ‘Als 1x komt lachen we weer’; [178]
en dat hij
- een leidende rol had: de uitvoerders instructies gaf en sturend was, gezien bijvoorbeeld chatgesprek op 25 januari 2018 tussen verdachte en * [telefoonnummer] : ‘Koop die spullen, zonder dat kenteken wordt geregistreerd’, ‘Verwijder ook alle gesprekken die hiermee te maken hebben op al je telefoons. Ook navigatie’, ‘Bel deze als je bij hun ben’, ‘Reageer even, moet weten of alles goed gaat’. [179]
De rechtbank maakt dit op uit het intensieve contact dat hij vooraf, tijdens en na het plegen van de plofkraak met de medeverdachten had. Daarnaast is op zijn telefoon (* [telefoonnummer] ) via Google onder meer op de volgende zoektermen gezocht: ‘Didam Albert Heijn’, ‘112meldingen.nl’, ‘Albert Heijn Zetten’, ‘politiebureaus in de buurt van Beuningen’, ‘Boxmeer naar Zetten’ en nog vele andere Albert Heijns die kennelijk een mogelijk doelwit waren. [180] Daarbij past ook dat hij op het moment van de plofkraak zelf vaak enige afstand nam, zodat bij een eventuele betrapping hij niet degene was die zou kunnen worden aangehouden.
De medeverdachte [medeverdachte 1] is ook betrokken bij de voorverkenning en de voorbereiding (huren van een bus, aanwezigheid materialen) en heeft daarnaast vooral de rol van uitvoerder.
De medeverdachte [medeverdachte 3] heeft soms een rol bij de voorverkenning, maar is meestal voornamelijk uitvoerder.
Verdachten hadden speciale telefoons voor de verschillende plofkraken en onderhielden nauw contact met elkaar.
Gezien voormelde omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat sprake was van een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband tussen verdachte en de medeverdachten.
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte heeft deelgenomen aan een criminele organisatie, gericht op het plegen van plofkraken. Verdachte heeft ten aanzien van de onder 1, 2, 4 tot en met 8 en 11 tot en met 19 bewezen verklaarde feiten een aandeel gehad bij die plofkraken, welke plofkraken rechtstreeks verband hielden met de verwezenlijking van het oogmerk van die organisatie. De rechtbank is voorts van oordeel dat uit de bewijsmiddelen en het dossier volgt dat verdachte in die criminele organisatie een leidende rol heeft vervuld.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1. primair)
in de periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met zijn mededaders,
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en handschoenen en
breekvoorwerpen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie
zijn gereden en
- een Vito hebben klaargezet en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en opengebroken en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen hebben gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
2. ( primair)
in de periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan ING Bank N.V., en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met een of meer van zijn mededader(s),
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en handschoenen en
breekvoorwerpen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie
zijn gereden en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en opengebroken en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen hebben gebracht, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
3.
in de periode van 7 december 2017 tot en met 23 februari 2018 in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder andere [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] en/of één of meer (onbekende) anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten onder meer
- ( pogingen tot) het tezamen en in vereniging met anderen plegen van diefstallen (met braak) (als bedoeld in artikel 311 Wetboek van Strafrecht) voorafgegaan door het opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing (als bedoeld in artikel 157 Wetboek van Strafrecht);
4. ( primair)
op 21 februari 2018 te Boxmeer ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met zijn mededaders,
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en bivakmutsen en handschoenen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie is gereden en
- een vluchtauto heeft klaargezet en
- met behulp van een breekvoorwerp een ruit heeft vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
5. ( primair)
op 21 februari 2018 te Boxmeer tezamen en in verenging met anderen, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit toebehorende aan Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) heeft vernield;
6. ( primair)
op 21 februari 2018 te Boxmeer ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan ING Bank N.V., en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen
en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met een of meer van zijn mededader(s),
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en bivakmutsen en handschoenen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie is gereden en
- met behulp van een breekvoorwerp een ruit heeft vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft gebracht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
7. ( primair)
op 9 februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met zijn mededaders,
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en bivakmutsen en handschoenen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie is gereden en
- een vluchtauto heeft klaargezet en
- met behulp van een breekvoorwerp een ruit heeft vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft geforceerd en opengebroken en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
8. ( primair)
op 9 februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan het [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan ING Bank N.V., en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met
een of meer van zijn mededader(s)
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en bivakmutsen en handschoenen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie is gereden en
- met behulp van een breekvoorwerp een ruit heeft vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft geforceerd en opengebroken en
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft gebracht, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
11. ( primair)
op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door in een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) een of meerdere explosieven aan te brengen en vervolgens die geldautomaat te laten exploderen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was;
12. ( primair)
op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland, tezamen en in vereniging met anderen, een gebouw aan de [adres] opzettelijk heeft beschadigd door in een geldautomaat van de ING Bank N.V. in dat pand een of meerdere explosieven aan te brengen en vervolgens die geldautomaat te laten exploderen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten was;
13. ( primair)
op 7 januari 2018 te Didam, gemeente Montferland, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een kluis van een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) heeft weggenomen een geldbedrag van 83.000 euro, toebehorende aan de ING Bank N.V., waarbij verdachte en zijn mededaders zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en het weg te nemen geldbedrag onder hun bereik hebben gebracht door in die geldautomaat een of meerdere explosieven aan te brengen en vervolgens die geldautomaat te laten exploderen;
14. ( primair)
op 29 december 2017 te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met zijn mededaders,
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie zijn gereden en
- een auto hebben gehuurd en hebben klaargezet en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de shutter en/of de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en
- een explosief in voornoemde geldautomaat hebben gebracht,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
15. ( primair)
op 29 december 2017 te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan ING Bank N.V., en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met een of meer van zijn mededader(s)
- voorzien van een scooter en breekvoorwerpen en een of meer explosieven naar voornoemde locatie zijn gereden en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de shutter en/of de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en
- een explosief in voornoemde geldautomaat hebben gebracht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
16. ( primair)
op 22 december 2017 te Made, gemeente Drimmelen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met zijn mededaders,
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en (breek)voorwerpen en
een of meer explosieven naar voornoemde locatie zijn gereden en
- een Mercedes met kenteken [kenteken] ) hebben gehuurd en vervolgens hebben klaargezet en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de shutter en/of de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en opengebroken en
- een explosief in voornoemde geldautomaat hebben gebracht
- de lont hebben aangestoken, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en dat pand en de in dat pand aanwezige inventaris en goederen te duchten was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
17. ( primair)
op 22 december 2017 te Made, gemeente Drimmelen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan ING Bank N.V., en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te
verschaffen en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met een of meer van zijn mededader(s),
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en (breek)voorwerpen en
een of meer explosieven naar voornoemde locatie zijn gereden en
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en
- de shutter en/of de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn hebben geforceerd en opengebroken en
- een explosief in voornoemde geldautomaat hebben gebracht
- de lont hebben aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
18. ( primair)
op 7 december 2017 te Buren tezamen en in vereniging met een of meer anderen opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht, immers hebben verdachte en zijn mededaders
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en breekvoorwerpen en een of meer explosieven zich naar de geldautomaat van de Rabobank (gevestigd aan de [adres] ) begeven en
- met behulp van een breekvoorwerp een gat in de wand/unit (waar de geldautomaat was gesitueerd) aangebracht en
- een explosief in voornoemde unit en geldautomaat gebracht en
- voornoemde explosief aangestoken en tot ontploffing gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en voor het gebouw/unit waarin die geldautomaat zich bevond te duchten was;
19. ( primair)
op 7 december 2017 te Buren ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de Rabobank (gevestigd aan de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, toebehorende aan de Rabobank, en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die hoeveelheid geld onder hun bereik te brengen door middel van braak, met een of meer van zijn mededader(s),
- voorzien van een scooter en bivakmutsen en breekvoorwerpen en een of meer explosieven zich naar de geldautomaat van de Rabobank (gevestigd aan de [adres] ) begeven en
- met behulp van een breekvoorwerp een gat in de wand/unit (waar de geldautomaat was gesitueerd) aangebracht en
- een explosief in voornoemde unit en geldautomaat gebracht en
- voornoemde explosief aangestoken en tot ontploffing gebracht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feiten 1, 4, 7, 14 en 16, alle primair: telkens: medeplegen van een poging opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
Feiten 2, 6, 8, 15, 17 en 19, alle primair: telkens: poging diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Feit 3: deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven
Feit 5 primair: medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort vernielen
Feit 11 primair: medeplegen opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
Feit 12 primair: medeplegen van een gebouw opzettelijk beschadigen, terwijl daardoor gemeen gevaar voor goederen te duchten is
Feit 13 primair: diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
Feit 18 primair: medeplegen van opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 10 jaren, met aftrek van het voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
Ten aanzien van de strafmaat heeft de verdediging het volgende aangevoerd. Verdachte is al genoeg gestraft doordat hij met naam en toenaam in de media is genoemd. De eis is zeer fors en een langdurige gevangenisstraf zal, gelet op zijn leeftijd, een enorme impact op zijn leven hebben en zeer nadelige gevolgen hebben voor zijn toekomstperspectief. Mocht de rechtbank tot een straf komen dan dient in ieder geval rekening te worden gehouden met de omstandigheid dat geen sprake is geweest van levensgevaar voor personen en dat het ten laste gelegde feit criminele organisatie niet bewezen kan worden, dan wel de deelneming van verdachte daaraan niet.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
De ernst van de feiten
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van éénmaal een voltooide plofkraak met vernieling van een gebouw ( Fendi ), éénmaal een ontploffing met een poging diefstal (Kolibrie) en 5 maal een poging plofkraak (Amuse, Lindow, Kroon, Honing II en Cancan). Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat verdachte dit alles in crimineel georganiseerd verband heeft gedaan, waarbij hij een leidende en sturende rol heeft gehad. Door de (pogingen) plofkraken van de geldautomaten is grote schade ontstaan aan de geldautomaten zelf, de ingang van de verschillende Albert Heijn winkels en vaak ook in de winkel zelf waar de geldautomaat zich bevond. Feiten als deze, gepleegd in de voor de nachtrust bestemde uren, veroorzaken zeer veel onrust voor omwonenden en andere gedupeerden. Bovendien veroorzaakt het grote onrust in de maatschappij. Een plofkraak gaat immers gepaard met een heftige explosie en een grote ravage als gevolg en levert flinke overlast op doordat (publieke) voorzieningen tijdelijk worden lamgelegd.
De rechtbank houdt bij de straftoemeting in strafverzwarende zin rekening met de zeer professionele en berekenende wijze waarop de kraken op grote schaal zijn voorbereid en in een tijdsbestek van een paar maanden zijn gepleegd. Zo werd bij de kraken gebruik gemaakt van gehuurde bussen, scooters zonder kenteken en droegen de uitvoerders bivakmutsen, werkhandschoenen en donkere kleding en/of regenpakken om herkenning of het achterlaten van sporen te voorkomen. Ook werden verschillende telefoons gebruikt en werden medeverdachten aangespoord alle communicatie te wissen. De plofkraken werden binnen enkele minuten gepleegd waarbij sprake was van een doelgerichte samenwerking. De geraffineerdheid, maar ook de brutaliteit die bij het plegen van dit soort feiten komt kijken, rekent de rechtbank verdachte zeer aan.
Verdachte heeft zich daarbij uitsluitend laten leiden door geldelijk gewin, zonder acht te slaan op de impact van de feiten op omwonenden of de samenleving. Ook heeft hij geen acht geslagen op de gevaren die de plofkraken voor zijn medeverdachten meebrachten. Hij heeft hen immers het gevaarlijke werk laten doen en probeerde zelf buiten beeld te blijven. Ook de volhardende wijze waarop hij bleef doorgaan na de mislukte kraken rekent de rechtbank verdachte aan. Tot slot heeft verdachte op zitting alternatieve, leugenachtige verklaringen afgelegd waarbij hij de schuld zo ver mogelijk van zich af probeert te houden. Verdachte heeft geen enkele verantwoordelijkheid voor zijn criminele gedrag genomen en heeft tegen beter weten in het overvloedige bewijs dat richting hem wijst, proberen weg te poetsen. De rechtbank neemt ook dit in strafverzwarende zin mee.
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat op deze feiten niet anders kan worden gereageerd dan met een gevangenisstraf van lange duur.
De rechtbank heeft gelet op de hoogte van de straffen die doorgaans voor dit soort delicten, gepleegd in georganiseerd crimineel verband, worden opgelegd. Uit de jurisprudentie volgt dat als uitgangspunt geldt dat voor een voltooide plofkraak (teweegbrengen ontploffing en diefstal) in georganiseerd crimineel verband een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee tot drie jaar wordt opgelegd. Uitgaande van de laagste toemeting – twee jaar (24 maanden) – geldt voor een poging plofkraak ongeveer 16 maanden (minus een derde). De rechtbank houdt daarnaast rekening met artikel 57 van het Wetboek van Strafrecht.
De persoon van verdachte
Wat betreft de persoon van verdachte heeft de rechtbank gelet op een verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 29 maart 2019 waaruit blijkt dat verdachte (éénmaal) eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van een strafbaar feit, niet zijnde een vermogensdelict. De rechtbank houdt hiermee noch in strafverzwarende zin noch in straf verminderende zin rekening.
De rechtbank heeft tevens acht geslagen op het reclasseringsadvies van 12 juli 2018, opgemaakt door S. Zoutewelle, reclasseringswerker, en op het voortgangsverslag van 19 mei 2019, opgemaakt door J. Veel, toezichthouder, waaruit blijkt dat het recidiverisico niet ingeschat kan worden en dat verdachte zich gedurende zijn schorsingsperiode zich vooral heeft bezig gehouden met het bedrijf dat hij met zijn vader heeft en met het oprichten van nieuwe bedrijven. Verdachte staat op dit moment weer ingeschreven op het adres van zijn ouders en heeft een relatie.
De straf
Uitgaande van één voltooide plofkraak (24 maanden), éénmaal een voltooide ontploffing met een poging diefstal (18 maanden) en vijf maal een poging plofkraak (5x 16 maanden) in georganiseerd crimineel verband, alsmede al het voorgaande afwegende waaronder dat verdachte een sturende rol heeft gehad, is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaren met aftrek van het voorarrest, zoals door de officier van justitie gevorderd, een passende en geboden reactie vormt.

9.BESLAG

9.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft ter terechtzitting een beslaglijst overgelegd (bijlage bij het requisitoir).
Daaruit volgt dat hij ten aanzien van de inbeslaggenomen voorwerpen als volgt vordert:
- 1663392 (*392), *389, *401, *412, *394, *409, 1666145 (*145), 1667156, 1667158, 1666142, 1667154, 1667148, 1667147, 1667151, 1669529, 1669583, 1669526, 1669544, 1669521, 1669575, 1669635, 1669623, 1669629, 2149183, 2149078 en 2149081: verbeurd verklaren of vernietiging.
Met betrekking tot de in beslag genomen goederen 2146912 (*912), *914, *916, *919, *921, *923, *924, *927, *929, *931, *932, 444370, 2149213 (*213), *216, *208, *212, *153 t/m *155 heeft de officier aangegeven dat deze zullen worden teruggegeven aan verdachte en dat de rechtbank daar geen beslissing over hoeft te nemen.
Ten aanzien van de beslagen voorwerpen 1669524 en 1669640, 2159125, 2149210 en 2149149 heeft de officier op zitting aangegeven dat hij deze goederen zal teruggeven aan de rechthebbende en de rechtbank hierover ook geen beslissing hoeft te nemen.
9.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van het beslag.
9.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank beslist als volgt:
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal verbeurd verklaren de in beslag genomen voorwerpen conform de vordering tot verbeurdverklaring van de officier van justitie en de aan het requisitoir gehechte beslaglijst.
Met betrekking tot deze voorwerpen zijn de bewezen verklaarde feiten begaan, dan wel zijn met behulp van deze voorwerpen de bewezen verklaarde feiten voorbereid/begaan.
Nu de wet de rechtbank niet de beslissingsbevoegdheid biedt om voorwerpen te vernietigen, zal de rechtbank de voorwerpen waarvan de officier van justitie de vernietiging vordert, eveneens verbeurd verklaren. Ook hiervoor geldt dat met deze voorwerpen de bewezen verklaarde feiten zijn begaan, dan wel dat met behulp van deze voorwerpen de bewezen verklaarde feiten zijn voorbereid/begaan.

10.BENADEELDE PARTIJEN

Vorderingen ING Bank N.V.
[benadeelde 1] heeft zich namens de ING Bank N.V. als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van:
- € 1.703,49 voor Druten (Amuse, feiten 1 en 2). Dit bedrag bestaat uit materiële schade en is in de volgende posten uitgesplitst: € 83,49 ten behoeve van [bedrijf 3] en € 1.620,- aan onderzoekskosten;
- € 4.183,80 voor Made (Cancan, feiten 16 en 17) en Leersum (Honing II, feiten 14 en 15). Dit bedrag bestaat uit materiële schade en is in de volgende posten uitgesplitst: € 943,80 Ident herstel locatie en € 3.240,- aan onderzoekskosten;
- € 1.440,- voor Boxmeer (Lindow, feiten 4, 5 en 6) bestaande uit materiële schade, te weten: onderzoekskosten;
- € 1.842,34 voor Druten (Montreal, feiten 9 en 10). Dit bedrag bestaat uit materiële schade en is in de volgende posten uitgesplitst: € 222,34 ten behoeve van [bedrijf 3] en € 1.620,- aan onderzoekskosten;
- € 1.440,- voor Zetten (Kroon, feiten 7 en 8) bestaande uit materiële schade, te weten: onderzoekskosten;
- € 18.332,83 voor Didam ( Fendi , feiten 11, 12 en 13). Dit bedrag bestaat uit materiële schade en is in de volgende posten uitgesplitst: € 15.473,60 ter zake van vervanging van de geldautomaat, € 580,80 ten behoeve van [bedrijf 3] , € 658,43 aan schoonmaakkosten [naam] en € 1.620,- aan onderzoekskosten,
ten gevolge van de aan verdachte hiervoor vermelde ten laste gelegde feiten. De ING Bank N.V. heeft ten aanzien van alle vorderingen tevens de wettelijke rente gevorderd.
Vordering Rabobank
[benadeelde 2] heeft zich namens de Rabobank West-Betuwe als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van:
- € 27.463,40 voor Buren (Kolibrie, feiten 18 en 19). Dit bedrag bestaat uit materiële schade en is in de volgende posten uitgesplitst: € 11.934,50 ter zake van de geldautomaat,
€ 12.641,90 ten behoeve van het opknappen van de Jan Snel unit en € 2.887,- aan het verplaatsen/plaatsen van de geldautomaat,
ten gevolge van de aan verdachte hiervoor vermelde ten laste gelegde feiten en te vermeerderen met de wettelijke rente.
10.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat alle vorderingen geheel kunnen worden toegewezen, met dien verstande dat de BTW hiervan dient te worden afgetrokken, nu het om bedrijven gaat. De officier van justitie heeft voorts hoofdelijke toewijzing gevorderd, alsmede oplegging van de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
10.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft zich, gelet op de bepleite vrijspraak, primair op het standpunt gesteld dat de vorderingen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard. Subsidiair heeft de raadsman van verdachte zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen evenzeer niet-ontvankelijk moeten worden verklaard omdat de verschillende posten onvoldoende zijn onderbouwd dan wel onvoldoende zijn gespecificeerd. Ten aanzien van de vorderingen inzake Didam en Buren heeft de raadsman aangevoerd dat ten onrechte geen rekening is gehouden met de afschrijving van de oude geldautomaten en dat niet mag worden uitgegaan van een offerte. Verder voert de raadsman aan dat de banken geen inzicht hebben gegeven in hun verzekeringen en dat de verdediging geen tijd heeft gehad om een contraexpertise in te schakelen ten aanzien van de bouwkosten. Daarnaast heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat voor alle vorderingen geldt dat de banken de BTW kunnen terugvorderen, zodat deze niet als kostenpost mag worden opgevoerd.
10.3
Het oordeel van de rechtbank
BTW
Wat betreft de BTW overweegt de rechtbank als volgt. Nu de benadeelde partijen de BTW met de fiscus kunnen verrekenen, ligt vergoeding van de BTW over de gevorderde bedragen niet in de rede. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partijen op dat punt afwijzen.
Toewijzen
Vaststaat dat de benadeelde partijen ING Bank en Rabobank als gevolg van de bewezen verklaarde feiten rechtstreeks schade hebben geleden.
Ten aanzien van de vorderingen voor Druten: € 1.703,49 (Amuse, feiten 1 en 2)), voor Boxmeer: € 1.440,- (Lindow, feiten 4, 5 en 6), voor Zetten: € 1.440,- (Kroon, feiten 7 en 8), voor Didam: € 18.332,83 ( Fendi , feiten 11, 12 en 13) en voor Leersum (Honing II, feiten 14 en 15) en Made (Cancan, feiten 16 en 17): € 4.183,80, is de rechtbank van oordeel dat deze vorderingen kunnen worden toegewezen: deze vorderingen komen de rechtbank niet onrechtmatig voor en zijn voldoende onderbouwd en gespecificeerd. Ter zake van de vordering voor Didam merkt de rechtbank nog op dat deze vordering, anders dan de raadsman stelt, gelet op de uitgebreide toelichting in de bijlage, zeer wel is onderbouwd en dat kennelijk de automaat wordt vervangen door een automaat die eerder is gekocht en in voorraad staat.
Voormelde vorderingen zullen derhalve, behoudens de btw, worden toegewezen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente en wel vanaf 23 februari 2018 tot de dag van volledige betaling:
- Druten € 1.407,84 (€ 1.703,49:121x100) (Amuse, feiten 1 en 2);
- Boxmeer € 1.190,08 (€ 1.440,-:121x100) (Lindow, feiten 4, 5 en 6);
- Zetten € 1.190,08 (€ 1.440,-:121x100) voor (Kroon, feiten 7 en 8);
- Didam € 15.151,10 (€ 18.332,83:121x100) ( Fendi , feiten 11, 12 en 13);
- Leersum (Honing II, feiten 14 en 15) en Made (Cancan, feiten 16 en 17) € 3.457,69
(€ 4.183,80:121x100).
De rechtbank zal uitgaan van de datum van aanhouding van verdachte voor de berekening van de wettelijke rente en niet de datum van de respectievelijke plofkraak.
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededaders hoofdelijk aansprakelijk.
Gedeeltelijk toewijzen
Ten aanzien van de vordering van de Rabobank inzake Buren (Kolibrie, feiten 18 en 19) is de rechtbank van oordeel dat alleen de kosten ten behoeve van het opknappen van de Jan Snel unit, te weten een bedrag van € 10.447,85 (€ 12.641,90:121x100), zal worden toegewezen, aangezien de overige schadeposten onvoldoende onderbouwd zijn dan wel niet duidelijk is – gelet op de besteldatum van november 2017 - dat dit rechtstreekse schade betreft die ziet op de plofkraak van 7 december 2017.
De Rabobank zal voor het overige in haar vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, zij kan zich voor dat deel van de vordering tot de burgerlijke rechter wenden.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank is van oordeel dat de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht niet passend en geboden is. De ING Bank en de Rabobank zijn vennootschappen die heel goed hun eigen vorderingen kunnen innen, zodat oplegging van de schadevergoedingsmaatregel niet in de rede ligt.
Kosten
Verdachte zal voorts worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen hebben gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zullen maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Niet-ontvankelijk
De ING Bank N.V. zal voor het overige in haar vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, zij kan zich voor dat deel van de vordering tot de burgerlijke rechter wenden.
Nu verdachte van de feiten 9 en 10 (Montreal) zal worden vrijgesproken, zal de ING Bank N.V. ten aanzien van die vordering (voor Druten op 25 januari 2018) eveneens niet-ontvankelijk worden verklaard. De benadeelde partij kan haar vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar vordering, zullen kosten worden gecompenseerd, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt.

11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 33, 33a, 45, 47, 57, 140, 157, 170, 311 en 350 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

12.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder 9 en 10 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van 10 jaren;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen verbeurd:
1663392 (*392), *389, *401, *412, *394, *409, 1666145 (*145), 1667156, 1667158, 1666142, 1667154, 1667148, 1667147, 1667151, 1669529, 1669583, 1669526, 1669544, 1669521, 1669575, 1669635, 1669623, 1669629, 2149183, 2149078 en 2149081;
Benadeelde partijen
- wijst de vordering van de ING Bank N.V. geheel toe ten aanzien van:
  • Druten - € 1.407,84 (Amuse, feiten 1 en 2);
  • Boxmeer - € 1.190,08 (Lindow, feiten 4, 5 en 6);
  • Zetten - € 1.190,08 (Kroon, feiten 7 en 8);
  • Didam - € 15.151,10 ( Fendi , feiten 11, 12 en 13);
  • Leersum (Honing II, feiten 14 en 15) en Made (Cancan, feiten 16 en 17) –
€ 3.457,69;
- wijst de vordering van de Rabobank gedeeltelijk toe ten aanzien van:
 Buren (Kolibrie, feiten 18 en 19) - € 10.447,85;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan ING Bank N.V. en Rabobank van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 februari 2018 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart de ING Bank N.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- verklaart de Rabobank voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart de ING Bank N.V. niet-ontvankelijk in de vordering ten aanzien van Druten (Montreal, feiten 9 en 10) en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.P. Schotman, voorzitter,
mrs. C.S.K. Fung Fen Chung en R.L.M. van Opstal, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.S. Wijkstra, griffier en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 25 juni 2019.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1.
Primair
hij, in of omstreeks de periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari
2018, te Druten, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of
meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
(breek)voorwerpen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie
is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Vito) heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten was, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), in of omstreeks de
periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten, althans
in Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn/hun
mededader(s), althans alleen
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
(breek)voorwerpen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie
is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Vito) heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten was, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, in of omstreeks de
periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten en/of De
Meern, althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of
inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren
van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen
van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde J.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
2.
Primair
hij, in of omstreeks de periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari
2018, te Druten, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een
geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan
de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele
toebehorende aan ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun
bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met
een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
(breek)voorwerpen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie
is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Vito) heeft/hebben klaargezet en/of
- ( vervolgens) met een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van
bovengenoemde Albert Heijn en/of
- ( de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), in of omstreeks de
periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten, althans
in Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING
Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te
nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank
N.V., weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan
ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of
[medeverdachte 3] en/of zijn/hun mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de
plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder
zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
(breek)voorwerpen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie
is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Vito) heeft/hebben klaargezet en/of
- ( vervolgens) met een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van
bovengenoemde Albert Heijn en/of
- ( de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, in of omstreeks de
periode van 22 februari 2018 tot en met 23 februari 2018, te Druten en/of De
Meern, althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of
inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren
van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen
van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde J.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
3.
hij, op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 7
december 2017 tot en met 23 februari 2018, te Buren en/of Leersum en/of Made
en/of Didam en/of Druten en/of Zetten en/of Boxmeer en/of De Meern, althans
in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een
samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder andere [medeverdachte 1]
en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of één of meer (onbekende) anderen, welke
organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten onder meer
- ( pogingen tot) het tezamen en in vereniging met een of meer ander(en)
plegen van plofkraken, althans diefstallen (met braak) (als bedoeld in
artikel 311 Wetboek van Strafrecht) voorafgegaan door het opzettelijk
teweegbrengen van een ontploffing (als bedoeld in artikel 157 Wetboek van
Strafrecht);
art 140 lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
Primair
hij, op of omstreeks 21 februari 2018 te Boxmeer, althans in Nederland, ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een
ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 21 februari 2018 te
Boxmeer, althans in Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet
met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 21
februari 2018 te Boxmeer en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer
ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren van/naar de
geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen van de
plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde [medeverdachte 3]
en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
Meer subsidiair
hij, op of omstreeks 21 februari 2018, te Boxmeer, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de
wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten
het misdrijf genoemd in artikel 157 Wetboek van Strafrecht (namelijk: opzettelijk een
ontploffing teweeg brengen in een geldautomaat, terwijl daarvan gemeen gevaar voor
die geldautomaat en/of het pand waarin die geldautomaat zich bevond en/of de in de
aanwezige inventaris in het pand en/of goederen en/of de nabij gelegen panden, in elk
geval gemeen gevaar voor goederen te duchten is en/of levensgevaar of gevaar voor
zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende woningen en/of
(toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk
letsel voor een ander of anderen te duchten is), opzettelijk
- een scooter en/of
- bivakmutsen en/of
- handschoenen en/of
- ( breek)gereedschap en/of
- een explosief (pizzaschuif), althans een daarop gelijkend voorwerp,
bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft/hebben verworven, vervaardigd,
ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd en / of voorhanden heeft/hebben gehad;
art 46 Wetboek van Strafrecht
5.
Primair
hij, op of omstreeks 21 februari 2018, te Boxmeer, althans in Nederland,
tezamen en in verenging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
en wederrechtelijk een ruit, geheel of ten dele toebehorende aan Albert Heijn
(gevestigd aan de [adres] ) , in elk geval aan een ander of anderen
dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft/hebben vernield en/of
beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 21 februari 2018 te
Boxmeer, althans in Nederland, tezamen en in verenging met een of meer
anderen, althans alleen, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit, geheel of
ten dele toebehorende aan Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), heeft/hebben vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 21
februari 2018 te Boxmeer en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer
ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren van/naar de
geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen van de
plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde [medeverdachte 3]
en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht
6.
Primair
hij, op of omstreeks 21 februari 2018, te Boxmeer, althans in Nederland, ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank N.V.
(gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te nemen
een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)
en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen
en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van
braak en/of verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 21 februari 2018, te
Boxmeer, althans in Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een
geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan
de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele
toebehorende aan ING Ban N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan
die [medeverdachte 3] en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de
plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder
zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 21
februari 2018 te Boxmeer en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer
ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren van/naar de
geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen van de
plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde [medeverdachte 3]
en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
7.
Primair
hij, op of omstreeks 9 februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe, althans
in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans
alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer
van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
één of meer (onbekend gebleven) ander(en), op of omstreeks 9 februari 2018 te
Zetten, gemeente Overbetuwe, althans in Nederland, ter uitvoering van het
door zijn/haar/hun voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een
of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg te
brengen, met dat opzet met een of meer van zijn/haar/hun mededader(s), althans
alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de in
dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen panden, in
elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende woningen en/of
(toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten was, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 9
februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde (onbekend gebleven) ander(en)
en/of
- voornoemde (onbekend gebleven) ander(en) te vervoeren van/naar de
geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen van de
plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde (onbekend
gebleven) ander(en) helpen weg te komen;
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
Meer subsidiair
hij, op of omstreeks 9 februari 2018, te Zetten, gemeente Overbetuwe, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen ter voorbereiding van het
misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of
meer is gesteld, te weten het misdrijf genoemd in artikel 157 Wetboek van Strafrecht
(namelijk: opzettelijk een ontploffing teweeg brengen in een geldautomaat, terwijl
daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het pand waarin die geldautomaat
zich bevond en/of de in de aanwezige inventaris in het pand en/of goederen en/of de
nabij gelegen panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten is en/of
levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van
omliggende woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten is), opzettelijk
- een scooter en/of
- bivakmutsen en/of
- handschoenen en/of
- ( breek)gereedschap en/of
- een explosief (pizzaschuif), althans een daarop gelijkend voorwerp,
bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft/hebben verworven, vervaardigd,
ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd en / of voorhanden heeft /hebben gehad;
art 46 Wetboek van Strafrecht
8.
Primair
hij, op of omstreeks 9 februari 2018, te Zetten, gemeente Overbetuwe,
althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen
misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een
geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan
het [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele
toebehorende aan ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun
bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met
een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
één of meer (onbekend gebleven) ander(en), op of omstreeks 9 februari 2018 te
Zetten, gemeente Overbetuwe, althans in Nederland, ter uitvoering van het
door zijn/haar/hun voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een
of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de
Albert Heijn gelegen aan het [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid
geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., in elk geval aan een
ander of anderen dan aan die onbekend gebleven ander(en) en/of zijn/haar/hun
mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te
verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun bereik te brengen door
middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met een of meer van
zijn/haar/hun mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of
handschoenen en/of een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn
gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan het [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 9
februari 2018 te Zetten, gemeente Overbetuwe en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde (onbekend gebleven) ander(en)
en/of
- voornoemde (onbekend gebleven) ander(en) te vervoeren van/naar de
geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen van de
plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde (onbekend
gebleven) ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
9.
Primair
hij, op of omstreeks 25 januari 2018, te Druten, althans in Nederland, ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een
ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 25
januari 2018, te Druten, althans in Nederland, ter uitvoering van het door
zijn/hun voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer
anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met
dat opzet met een of meer van zijn/hun mededader(s), althans alleen
- ( voorzien van (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 25
januari 2018, te Druten en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren
van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen
van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde J.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
Meer subsidiair
hij, op of omstreeks 25 januari 2018, te Druten, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer anderen ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de
wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten
het misdrijf genoemd in artikel 157 Wetboek van Strafrecht (namelijk: opzettelijk een
ontploffing teweeg brengen in een geldautomaat, terwijl daarvan gemeen gevaar voor
die geldautomaat en/of het pand waarin die geldautomaat zich bevond en/of de in de
aanwezige inventaris in het pand en/of goederen en/of de nabij gelegen panden, in elk
geval gemeen gevaar voor goederen te duchten is en/of levensgevaar of gevaar voor
zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende woningen en/of
(toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk
letsel voor een ander of anderen te duchten is), opzettelijk
- bivakmutsen en/of
- handschoenen en/of
- ( breek)gereedschap en/of
- een explosief (pizzaschuif), althans een daarop gelijkend voorwerp,
bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft/hebben verworven, vervaardigd,
ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd en/of voorhanden heeft/hebben gehad;
art 46 Wetboek van Strafrecht
10.
Primair
hij, op of omstreeks 25 januari 2018, te Druten, althans in Nederland, ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank N.V.
(gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te nemen een
hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en
zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of
die hoeveelheid geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak
en/of verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s),
althans alleen,
- ( voorzien van (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 25
januari 2018, te Druten, althans in Nederland, ter uitvoering van het door
zijn/hun voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer
anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
in/uit een geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn
gelegen aan de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of
ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of
anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of zijn/hun mededader(s) en
zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of
die hoeveelheid geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak
en/of verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn/hun mededader(s),
althans alleen,
- ( voorzien van (breek)voorwerpen en/of bivakmutsen en/of handschoenen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in
bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of opengebroken en/of
vernield en/of
- een explosief in bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben
gebracht en/of aanwezig heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 25
januari 2018, te Druten en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) te vervoeren
van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen
van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde J.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
11.
Primair
hij, op of omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans
in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans
alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft/hebben gebracht door
in/op/aan een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn
(gevestigd aan de [adres] ) een of meerdere explosieven aan te brengen
en/of (vervolgens) die geldautomaat te doen/laten exploderen, terwijl daarvan
gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de in dat pand
aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen panden, in elk
geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende woningen en/of
(toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten was;
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of
omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk een ontploffing teweeg heeft/hebben gebracht door in/op/aan een
geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn (gevestigd aan
de [adres] ) een of meerdere explosieven aan te brengen en/of
(vervolgens) die geldautomaat te doen/laten exploderen, terwijl daarvan
gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de in dat pand
aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen panden, in elk
geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende woningen en/of
(toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of gevaar voor zwaar
lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten was,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 7
januari 2018, te Didam, gemeente Montferland en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [G] en/of [A]
en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer
ander(en) te vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven
wachten tijdens het plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om
(als bestuurder) voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
12.
Primair
hij, op of omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans
in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, een gebouw of een getimmerte, te weten een pand (aan de Leliestraat
47), opzettelijk heeft/hebben vernield of beschadigd door in/op/aan een
geldautomaat van de ING Bank N.V. in dat pand een of meerdere explosieven aan
te brengen en/of (vervolgens) die geldautomaat te doen/laten exploderen,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor een of
meer bewoners van boven-/omliggende woningen en/of (toevallige)
voorbijgangers, in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen te
duchten was;
art 170 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of
omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een gebouw of een getimmerte, te weten een pand (aan de [adres] ),
opzettelijk heeft/hebben vernield of beschadigd door in/op/aan een
geldautomaat van de ING Bank N.V. in dat pand een of meerdere explosieven aan
te brengen en/of (vervolgens) die geldautomaat te doen/laten exploderen,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar voor een of
meer bewoners van boven-/omliggende woningen en/of (toevallige)
voorbijgangers, in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen te duchten
was,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 7
januari 2018, te Didam, gemeente Montferland en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [G] en/of [A]
en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer
ander(en) te vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven
wachten tijdens het plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om
(als bestuurder) voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 170 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
13.
Primair
hij, op of omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans
in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans
alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit (een kluis
van) een geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn
(gevestigd aan de [adres] ) heeft/hebben weggenomen een geldbedrag van
ongeveer 83.000 euro, althans een aanzienlijk geldbedrag, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan de ING Bank N.V., in elk geval aan
een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij
verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs
heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren)/geldbedrag(en)
onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door in/op/aan die geldautomaat
een of meerdere explosieven aan te brengen en/of (vervolgens) die
geldautomaat te doen/laten exploderen, althans door middel van braak en/of
verbreking;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of
omstreeks 7 januari 2018, te Didam, gemeente Montferland, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit (een kluis van) een
geldautomaat van de ING Bank N.V. gelegen in de Albert Heijn (gevestigd aan
de [adres] ) heeft/hebben weggenomen een geldbedrag van ongeveer 83.000
euro, althans een aanzienlijk geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of
ten dele toebehorende aan de ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of
anderen dan aan die [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of zijn/hun
mededader(s), waarbij die [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of
zijn/hun mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs
heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren)/geldbedrag(en)
onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door in/op/aan die geldautomaat
een of meerdere explosieven aan te brengen en/of (vervolgens) die
geldautomaat te doen/laten exploderen, althans door middel van braak en/of
verbreking,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 7
januari 2018, te Didam, gemeente Montferland en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [G] en/of [A]
en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer
ander(en) te vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven
wachten tijdens het plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om
(als bestuurder) voornoemde [G] en/of [A] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
14.
Primair
hij, op of omstreeks 29 december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse
Heuvelrug, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet
met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of een of meer
explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebbenklaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 29
december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, althans in
Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of een of meer
explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 29
december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, en/of De Meern,
althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen
heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) te
vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het
plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder)
voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) helpen weg te
komen;
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
15.
Primair
hij, op of omstreeks 29 december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse
Heuvelrug, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte
voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een
geldautomaat van de ING Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan
de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele
toebehorende aan ING Bank N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun
bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met
een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of een of meer
explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebbenklaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 29
december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, althans in
Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING
Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg te
nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank
N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 3] en/of R.
Kilian en/of zijn/hun mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun
bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met
een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of (breek)voorwerpen en/of een of meer
explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto heeft/hebben gehuurd en/of heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet
werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 29
december 2017, te Leersum, gemeente Utrechtse Heuvelrug, en/of De Meern,
althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen
heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) te
vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het
plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder)
voornoemde [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) helpen weg te
komen;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
16.
Primair
hij, op of omstreeks 22 december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, althans
in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Mercedes, type Sprinter 314 met kenteken
[kenteken] ) heeft/hebben gehuurd en/of (vervolgens) heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad en/of
- de lont heeft/hebben aangestoken,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of
omstreeks 22 december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, althans in
Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
een ontploffing teweeg te brengen, met dat opzet met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Mercedes, type Sprinter 314 met kenteken
[kenteken] ) heeft/hebben gehuurd en/of (vervolgens) heeft/hebben klaargezet en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van de
Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad en/of
- de lont heeft/hebben aangestoken,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of dat pand en/of de
in dat pand aanwezige inventaris en/of goederen en/of de nabij gelegen
panden, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, en/of levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer bewoners van omliggende
woningen en/of (toevallige) voorbijgangers, in elk geval levensgevaar of
gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen, te duchten
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 22
december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of R.
Kilian en/of een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer
ander(en) te vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven
wachten tijdens het plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om
(als bestuurder) voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een
of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
17.
Primair
hij, op of omstreeks 22 december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, althans
in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING
Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg
te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank
N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te
verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun bereik te brengen door
middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn
mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Mercedes, type Sprinter 314 met kenteken
[kenteken] ) heeft/hebben gehuurd en/of (vervolgens) heeft/hebben klaargezet en/of
- ( vervolgens) met een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van
bovengenoemde Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad en/of
- de lont heeft/hebben aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of
omstreeks 22 december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, althans in
Nederland, ter uitvoering van het door zijn/hun voorgenomen misdrijf om
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING
Bank N.V. (gevestigd in de Albert Heijn gelegen aan de [adres] ) weg
te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank
N.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3]
en/of [medeverdachte 2] en/of zijn/hun mededader(s) en zich daarbij de toegang
tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld
onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of
inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) naar voornoemde locatie is/zijn gereden en/of
- een vluchtauto (te weten een Mercedes, type Sprinter 314 met kenteken
[kenteken] ) heeft/hebben gehuurd en/of (vervolgens) heeft/hebben klaargezet en/of
- ( vervolgens) met een (breek)voorwerp een ruit heeft/hebben vernield van
bovengenoemde Albert Heijn (gevestigd aan de [adres] ) en/of
- ( de shutter en/of de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank N.V.
gelegen in bovengenoemde Albert Heijn heeft/hebben geforceerd en/of
opengebroken en/of vernield en/of
- een explosief in voornoemde geldautomaat heeft/hebben gebracht en/of in
bovengenoemde Albert Heijn naar binnen heeft/hebben gebracht en/of aanwezig
heeft/hebben gehad en/of
- de lont heeft/hebben aangestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen
misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 22
december 2017, te Made, gemeente Drimmelen, en/of De Meern, althans in
Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft
verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- een vluchtauto te huren en/of klaar te (laten) zetten en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak - middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of R.
Kilian en/of een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer
ander(en) te vervoeren van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven
wachten tijdens het plegen van de plofkraak en/of zich gereed te houden om
(als bestuurder) voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 2] en/of een
of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
18.
hij, op of omstreeks 7 december 2017, te Buren, althans in Nederland, tezamen
en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een
ontploffing teweeg heeft/hebben gebracht, immers heeft/hebben verdachte en/of
zijn mededader(s)
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) zich naar de geldautomaat van de Rabobank (gevestigd
aan de [adres] ) begeven en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een gat in de wand/unit (waar de
geldautomaat was gesitueerd) aangebracht en/of
- een explosief in voornoemde unit en/of geldautomaat gebracht en/of
- voornoemde explosief aangestoken en/of tot ontploffing gebracht en/of laten
brengen,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of voor het
gebouw/unit waarin die geldautomaat zich bevond en/of voor nabij die
geldautomaat gelegen gebouwen in elk geval gemeen gevaar voor goederen te
duchten was;
art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
19.
Primair
hij, op of omstreeks 7 december 2017, te Buren, althans in Nederland, ter
uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de Rabobank
(gevestigd aan de [adres] ) weg te nemen een hoeveelheid geld,
geheel of ten dele toebehorende aan de Rabobank, in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de
toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid
geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking
en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) zich naar de geldautomaat van de Rabobank (gevestigd
aan de [adres] ) begeven en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een gat in de wand/unit (waar de
geldautomaat was gesitueerd) aangebracht en/of
- een explosief in voornoemde unit en/of geldautomaat heeft/hebben gebracht
en/of
- voornoemde explosief heeft/hebben aangestoken en/of tot ontploffing
heeft/hebben gebracht en/of laten brengen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet werd voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en), op of omstreeks 7
december 2017, te Buren, althans in Nederland, ter uitvoering van het door
zijn/hun voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
in/uit een geldautomaat van de Rabobank (gevestigd aan de Graafschapsstraat
2) weg te nemen een hoeveelheid geld, geheel of ten dele toebehorende aan de
Rabobank, in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of R.
Kilian en/of zijn/hun mededader(s) en zich daarbij de toegang tot de plaats
van het misdrijf te verschaffen en/of die hoeveelheid geld onder zijn/hun
bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming, met
een of meer van zijn mededader(s), althans alleen,
- ( voorzien van een scooter en/of bivakmutsen en/of (breek)voorwerpen en/of
een of meer explosieven) zich naar de geldautomaat van de Rabobank (gevestigd
aan de [adres] ) begeven en/of
- met behulp van een (breek)voorwerp een gat in de wand/unit (waar de
geldautomaat was gesitueerd) aangebracht en/of
- een explosief in voornoemde unit en/of geldautomaat heeft/hebben gebracht
en/of
- voornoemde explosief heeft/hebben aangestoken en/of tot ontploffing
heeft/hebben gebracht en/of laten brengen, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet werd voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op of omstreeks 7
december 2017, te Buren en/of De Meern, althans in Nederland, opzettelijk
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk
behulpzaam is geweest door
- ( van tevoren) de locatie en/of de omgeving (van de plofkraak) in kaart te
brengen en/of
- door voorafgaand en/of tijdens en/of na afloop van de plofkraak – middels
een of meer telefoongesprek(ken) en/of sms-bericht(en) - instructie(s) te
geven en/of informatie te delen met voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of
een of meer ander(en) en/of
- voornoemde [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) te vervoeren
van/naar de geldautomaat en/of (daar) te blijven wachten tijdens het plegen
van de plofkraak en/of zich gereed te houden om (als bestuurder) voornoemde J.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meer ander(en) helpen weg te komen;
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 48 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Wanneer hierna (en hiervoor) wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Tenzij anders vermeld zijn deze processen-verbaal als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal, genummerd PL0900-2018036896 (onderzoek 30Amuse18), opgemaakt door de politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 1870. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Waar mogelijk wordt volstaan met een verkorte en zakelijke weergave.
2.Proces-verbaal van verdenking, p. 229.
3.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1861.
4.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1862.
5.Een proces-verbaal van bevindingen van 15 februari 2018, p. 300.
6.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1862.
7.Bijlage bij proces-verbaal van verhoor getuige [aangever 3] van 8 januari 2018, p. 907 en proces-verbaal van bevindingen van 23 december 2017, p. 902.
8.Een proces-verbaal van verdenking van 7 februari 2018, p. 230.
9.Een proces-verbaal van 9 juli 2018, p. 418.
10.Een proces-verbaal van bevindingen van 1 maart 2018, p. 536 en een proces-verbaal sporenonderzoek van 12 maart 2018, p. 633.
11.Een proces-verbaal van bevindingen van 9 mei 2018, p. 570.
12.Een proces-verbaal niet stelselmatige observatie, p. 486.
13.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek bakengegevens van de Ford Transit, p. 498.
14.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek bakengegevens van de Ford Transit, p. 499.
15.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek bakengegevens van de Ford Transit, p. 500.
16.Een proces-verbaal van bevindingen van 6 maart 2018, p. 443-444.
17.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1869.
18.Een proces-verbaal van 9 juli 2018, p. 419.
19.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom, p. 503.
20.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom, p. 504.
21.Een proces-verbaal van observatie van 24 februari 2018, p. 477.
22.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom, p. 505.
23.Een proces-verbaal van observatie van 24 februari 2018, p. 478.
24.Een proces-verbaal van aanhouding van 23 februari 2018, p. 169.
25.Proces-verbaal van aanhouding van 23 februari 2018, p. 170.
26.Een proces-verbaal van aanhouding van 23 februari 2018, p. 232.
27.Proces-verbaal van aanhouding van 23 februari 2018, p. 233.
28.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 2 maart 2018, p. 573.
29.Proces-verbaal sporenonderzoek van 2 maart 2018, p. 574 in combinatie met p. 576.
30.Een proces-verbaal van bevindingen zoeking Transit en Vito van 1 maart 2018, p. 536.
31.Proces-verbaal van bevindingen zoeking Transit en Vito van 1 maart 2018, p. 537.
32.Een proces-verbaal data blauwe Nokia van 13 maart 2018, p. 527.
33.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 8 maart 2018, p. 609.
34.Proces-verbaal sporenonderzoek van 8 maart 2018, p. 610.
35.Een proces-verbaal van bevindingen (Mercedes), p. 541 met als bijlage de huurovereenkomst, p. 543.
36.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 12 maart 2018, p. 632.
37.Proces-verbaal sporenonderzoek van 12 maart 2018, p. 633.
38.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 7] van 23 februari 2018, p. 424.
39.Een geschrift, inhoudende een aangifte van [aangever 4] van 24 februari 2018, p. 427, met als bijlage een onderzoeksrapport van 23 februari 2018, p. 431.
40.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 1] van 12 januari 2018, p. 861.
41.Een proces-verbaal aangifte van [benadeelde 1] van 22 december 2017, p. 867, met als bijlage een onderzoeksrapport van 22 december 2017, p. 872.
42.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 881.
43.Proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 882.
44.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 883.
45.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 884.
46.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 885.
47.Een proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 886.
48.Proces-verbaal van bevindingen van 27 december 2017, p. 887.
49.Een proces-verbaal van 6 juli 2018, p. 858.
50.Een proces-verbaal van bevindingen van 22 december 2017, p. 894 in combinatie met de huurovereenkomst, p. 897.
51.Proces-verbaal van bevindingen van 22 december 2017, p. 894.
52.Een proces-verbaal van bevindingen van 22 december 2017, p. 895-896.
53.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 2 januari 2018, p. 965.
54.Een geschrift, te weten een NFI-rapport van 19 januari 2018, opgemaakt door Ing. S. Tuinman, NFI-deskundige forensisch DNA-onderzoek, p. 971.
55.Een proces-verbaal aanvraag forensisch onderzoek, p. 977.
56.Een geschrift, te weten een deskundigenrapportage forensische DNA-onderzoek van The Maastricht Forensic Institute (TMFI) van 15 maart 2018, opgemaakt door dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, p. 1001.
57.Deskundigenrapportage forensische DNA-onderzoek van The Maastricht Forensic Institute (TMFI) van 15 maart 2018, opgemaakt door dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, p. 1002.
58.Deskundigenrapportage forensische DNA-onderzoek van The Maastricht Forensic Institute (TMFI) van 15 maart 2018, opgemaakt door dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, p. 1002.
59.Deskundigenrapportage forensische DNA-onderzoek van The Maastricht Forensic Institute (TMFI) van 15 maart 2018, opgemaakt door dr. P.J. Herbergs, NRGD-geregistreerd forensisch DNA-deskundige, p. 1002 in combinatie met een geschrift, te weten een NFI-rapport DNA-onderzoek van 2 mei 2018, opgemaakt door Ing. S. Redeker, p. 1037 en p. 1039.
60.Een proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige van 29 december 2017, p. 1013.
61.Een geschrift, te weten een NFI-rapport DNA-onderzoek van 12 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, p. 1028.
62.NFI-rapport DNA-onderzoek van 12 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, p. 1028.
63.NFI-rapport DNA-onderzoek van 12 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, p. 1027 in combinatie met p. 1029 en het NFI-rapport DNA-onderzoek van 2 mei 2018, opgemaakt door Ing. S. Redeker, p. 1037 en p. 1039.
64.Een geschrift, te weten een NFI-rapport DNA-onderzoek van 12 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, p. 1027.
65.NFI-rapport DNA-onderzoek van 12 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, p. 1027.
66.Een geschrift, te weten een NFI-rapport vergelijkend glasonderzoek van 27 maart 2018, opgemaakt door Ing. W. Wiarda, NFI-deskundige glasonderzoek, p. 1049.
67.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 16 februari 2018, p. 1052 in combinatie met een proces-verbaal uitslag sporenonderzoek van 9 februari 2018, p. 1064-1065.
68.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom, p. 891.
69.Informatierapport analyse telecom, p. 892.
70.Een proces-verbaal van verbalisant van 6 juli 2018, p. 858.
71.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek telecom [verdachte] , p. 303.
72.Informatierapport analyse en onderzoek telecom [verdachte] , p. 306.
73.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek telecom [medeverdachte 3] , p. 340.
74.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse en onderzoek telecom [medeverdachte 1] , p. 218.
75.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 2] van 29 december 2017, p. 1127.
76.Een proces-verbaal aangifte van [benadeelde 1] van 23 maart 2018, p. 1129 met als bijlage een onderzoeksrapport, p. 1134.
77.Een proces-verbaal van bevindingen van 5 januari 2018, p. 1141.
78.Proces-verbaal van bevindingen van 5 januari 2018, p. 1142.
79.Proces-verbaal van bevindingen van 5 januari 2018, p. 1142.
80.Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 10 januari 2018, p. 1155.
81.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 10 januari 2018, p. 1156.
82.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse enkelbandgegevens [medeverdachte 2] , p. 1176 in combinatie met een proces-verbaal van bevindingen (uitkijken camerabeelden [autoverhuurder 1] autoverhuur), p. 1297 tot en met 1300.
83.Informatierapport analyse enkelbandgegevens [medeverdachte 2] , p. 1177.
84.Informatierapport analyse enkelbandgegevens [medeverdachte 2] , p. 1178 in combinatie met een proces-verbaal van bevindingen (uitkijken camerabeelden [autoverhuurder 1] autoverhuur), p. 1299.
85.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom plofkraak Leersum, p. 1170.
86.Informatierapport analyse telecom plofkraak Leersum, p. 1171.
87.Informatierapport analyse telecom plofkraak Leersum, p. 1172.
88.Een geschrift, te weten een informatierapport telecom in gebruik bij [verdachte] , p. 304.
89.Informatierapport telecom in gebruik bij [verdachte] , p. 306.
90.Een geschrift, te weten een informatierapport telecom in gebruik bij [medeverdachte 3] , p. 341.
91.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 9 januari 2018, p. 1179.
92.Proces-verbaal sporenonderzoek van 9 januari 2018, p. 1180.
93.Proces-verbaal sporenonderzoek van 9 januari 2018, p. 1182.
94.Een geschrift, te weten een NFI-rapport van 14 maart 2018, opgemaakt door Ing. M.J.W. Pouwels, NFI-deskundige forensisch onderzoek van biologische sporen en DNA, p. 1199.
95.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 3] van 7 januari 2018, p. 1218.
96.Proces-verbaal aangifte van [aangever 3] van 7 januari 2018, p. 1219.
97.Een proces-verbaal aangifte van [benadeelde 1] van 9 januari 2018, p. 1223, met als bijlage een onderzoeksrapport, p. 1228.
98.Een proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden AH) van 12 januari 2018, p. 1281.
99.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 18 mei 2018, p. 1378 en 1382 in combinatie met een proces-verbaal sporenonderzoek van 5 februari 2018, p. 1473 met als bijlage de foto’s op p. 1482.
100.Een proces-verbaal van bevindingen van 7 januari 2018, p. 1248, in combinatie met een proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2018, p. 1278.
101.Proces-verbaal van bevindingen van 7 januari 2018, p. 1249.
102.Een proces-verbaal van bevindingen van 7 januari 2018, p. 1250 met als bijlage de foto’s op p. 1255, 1256, 1257, 1526 en 1536 (bivakmuts).
103.Een proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2018, p. 1278 in combinatie met een proces-verbaal sporenonderzoek, p. 1495 met als bijlage de foto’s op p. 1526 + 1536 (bivakmutsen), 1527 (fles ammoniak), 1528 (groene plunjezak), 1537 (mobiele telefoon Microsoft), 1540 (regenbroek), 1541 (regenjas en dekbed) en 1542 (slaapzak).
104.Een proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2018, p. 1272-1273.
105.Een proces-verbaal van bevindingen van 7 januari 2018, p. 1258 en een proces-verbaal van bevindingen van 10 januari 2018, p. 1265.
106.Een proces-verbaal GSM [A] van 13 februari 2018, p. 1328.
107.Proces-verbaal GSM [A] van 13 februari 2018, p. 1330.
108.Een proces-verbaal gesprek [F] ( [autoverhuurder 1] ) van 1 maart 2018, p. 1287 in combinatie met de huurovereenkomst, p. 1289.
109.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1862.
110.Een proces-verbaal beelden [autoverhuurder 1] Rotterdam van 20 maart 2018, p. 1296 en 1301.
111.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom m.b.t. 7 januari 2018 Didam, p. 1371 in combinatie met proces-verbaal GSM [A] , pagina 1328 e.v.
112.Informatierapport analyse telecom m.b.t. 7 januari 2018 Didam, p. 1371.
113.Informatierapport analyse telecom m.b.t. 7 januari 2018 Didam, p. 1372.
114.Informatierapport analyse telecom m.b.t. 7 januari 2018 Didam, p. 1373.
115.Informatierapport analyse telecom m.b.t. 7 januari 2018 Didam, p. 1374.
116.Een proces-verbaal van verhoor verdachte [G] van 5 maart 2018, p. 1579.
117.Proces-verbaal van verhoor verdachte [G] van 5 maart 2018, p. 1580.
118.Een proces-verbaal van verhoor verdachte [A] van 31 januari 2018, p. 1601.
119.Proces-verbaal van verhoor verdachte [A] van 31 januari 2018, p. 1602.
120.Proces-verbaal van verhoor verdachte [A] van 31 januari 2018, p. 1603.
121.Proces-verbaal van verhoor verdachte [A] van 31 januari 2018, p. 1606.
122.Een proces-verbaal aangifte van [aangeefster] van 21 februari 2018, p. 1746.
123.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 4] van 4 maart 2018, p. 1752, met als bijlage een onderzoeksrapport, p. 1759 en 1760.
124.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1774.
125.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1775.
126.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1776.
127.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1777.
128.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1778.
129.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1779.
130.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1780.
131.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1781.
132.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1782.
133.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1783.
134.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1784.
135.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1785.
136.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1786.
137.Proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1792.
138.En proces-verbaal van bevindingen beelden Maasziekenhuis Pantein, p. 1801.
139.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom poging plofkraak 21 februari 2018 Boxmeer, p. 1812.
140.Informatierapport analyse telecom poging plofkraak 21 februari 2018 Boxmeer, p. 1813.
141.Informatierapport analyse telecom poging plofkraak 21 februari 2018 Boxmeer, p. 1814.
142.Informatierapport analyse telecom poging plofkraak 21 februari 2018 Boxmeer, p. 1815.
143.Een proces-verbaal (relaas) van 13 juli 2018, p. 1745.
144.Een proces-verbaal van bevindingen (analyse iPhone [verdachte] ) van 26 november 2018, p. 1866.
145.Proces-verbaal van bevindingen (analyse iPhone [verdachte] ) van 26 november 2018, p. 1866 in combinatie met een proces-verbaal van bevindingen van 20 maart 2018, p. 458.
146.Een proces-verbaal van bevindingen van 28 februari 2018, p. 1816.
147.Proces-verbaal van bevindingen (analyse iPhone [verdachte] ) van 26 november 2018, p. 1867.
148.Een geschrift, te weten een informatierapport telecom in gebruik bij [medeverdachte 3] , p. 343.
149.Informatierapport telecom in gebruik bij [medeverdachte 3] , p. 344.
150.Een geschrift, te weten een informatierapport telecom in gebruik bij [medeverdachte 1] , p. 219.
151.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 5] namens de Albert Heijn aan het [adres] , p. 1684.
152.Proces-verbaal aangifte van [aangever 5] namens de Albert Heijn aan het [adres] , p. 1685.
153.Een geschrift, te weten een aangifte van [aangever 6] namens de ING Bank, p. 1694, met als bijlage een onderzoeksrapport.
154.Een proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden AH) van 23 maart 2018, p. 1721.
155.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden AH) van 23 maart 2018, p. 1722.
156.Een proces-verbaal van bevindingen (ANPR) van 26 juni 2018, p. 1728.
157.Een proces-verbaal (witte Nokia) van 8 maart 2018, p. 508.
158.Een geschrift, te weten een informatierapport telecom in gebruik bij [verdachte] , p. 305.
159.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1862.
160.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom 9 februari 2018 Zetten, p. 1733.
161.Informatierapport analyse telecom 9 februari 2018 Zetten, p. 1735.
162.Een proces-verbaal (relaas) van 12 juli 2018, p. 1683.
163.Informatierapport analyse telecom 9 februari 2018 Zetten, p. 1735.
164.Informatierapport analyse telecom 9 februari 2018 Zetten, p. 1736.
165.Een proces-verbaal aangifte van [aangever 8] van 7 december 2017, p. 724.
166.Een proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden Rabobank) van 30 januari 2018, p. 755.
167.Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] van 7 december 2017, p. 729.
168.Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] van 7 december 2017, p. 735.
169.Een geschrift, te weten een informatierapport analyse telecom 7 december 2017 Buren, p. 761, in combinatie met een proces-verbaal aangifte van A.W. Hofstra van 8 december 2017, p. 766 en een proces-verbaal (relaas) van 12 juli 2018, p. 722.
170.Informatierapport analyse telecom 7 december 2017 Buren, p. 761.
171.Informatierapport analyse telecom 7 december 2017 Buren, p. 762.
172.Informatierapport analyse telecom 7 december 2017 Buren, p. 763.
173.Een proces-verbaal sporenonderzoek, p. 769 en 770.
174.Een geschrift, te weten een NFI-rapport van 12 maart 2018, opgemaakt door ing. H. Woortmeijer, NFI-deskundige explosies en explosieven onderzoek, blz.792.
175.Een proces-verbaal sporenonderzoek van 12 maart 2018, p. 714.
176.Een proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict, p. 842 in combinatie met een proces-verbaal vergelijkend werktuigsporenonderzoek, p. 849.
177.Een proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1864.
178.Een proces-verbaal van bevindingen (analyse iPhone [verdachte] ) van 26 november 2018, p. 1867-1868.
179.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1864.
180.Proces-verbaal van bevindingen van 26 november 2018, p. 1869.