Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
zaak/rekestnr.: C/16/471734 / FL RK 18-2326
Voorlopige machtiging
[betrokkene] ,
De beoordeling
De rechtbank:
nieuwe geneeskundige verklaringdient over te leggen;
Rechtbank Midden-Nederland
Op 4 januari 2019 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een voorlopige machtiging tot opname van betrokkene in een psychiatrisch ziekenhuis. Het verzoek tot deze machtiging was ingediend door de officier van justitie op 6 december 2018. Betrokkene, geboren in 1988, is bekend met een bipolaire stoornis en heeft haar medicatie niet ingenomen, wat heeft geleid tot een verslechtering van haar toestand. De rechtbank heeft kennisgenomen van de geneeskundige verklaring, maar de advocaat van betrokkene heeft aangevoerd dat deze verklaring niet voldoet aan de wettelijke vereisten, omdat de psychiater betrokkene niet heeft gesproken.
Tijdens de zitting op 4 januari 2019 was betrokkene niet aanwezig, ondanks dat zij op dat moment wel in haar woning aanwezig was. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene niet bereid was om gehoord te worden. De advocaat heeft verzocht om de machtiging te beperken tot twee weken en het resterende deel van het verzoek aan te houden. De sociaal psychiatrisch verpleegkundige heeft verklaard dat betrokkene in de afgelopen periode niet bereikbaar was en dat haar toestand zorgwekkend is.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat er voldoende aanwijzingen zijn voor een geestelijke stoornis en dat er gevaar voor betrokkene zelf en anderen bestaat. De rechtbank heeft daarom de voorlopige machtiging verleend voor de duur van twee weken, tot en met 18 januari 2019, en heeft de officier van justitie opgedragen om een nieuwe geneeskundige verklaring op te stellen na opname van betrokkene. De beslissing is genomen door rechter A.P. de Jong-de Goede, in aanwezigheid van griffier E. Massink.