4.3.1Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
De aangifte van [aangever] , namens [benadeelde] en [B] – voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven – inhoudende:
Ik ben (…) werknemer bij het bedrijf [benadeelde] (…). Dit bedrijf levert audiovisuele apparatuur voor feesten partijen en evenementen.Op zaterdag 18 augustus 2018 om 08:30 uur heb ik de audio-apparatuur gebracht en opgebouwd bij [voetbalclub] , een voetbalvereniging gevestigd (…) te [woonplaats] . (…) Ik had met de huurder genaamd [medeverdachte] een overeenkomst gesloten om deze apparatuur voor een feest bij de [voetbalclub] te leveren en op te bouwen. Beiden hadden wij het contract getekend voor het huurbedrag van 930,- euro. Nadat ik samen met de heer [medeverdachte] de apparatuur op het podium opgebouwd had ontving ik 250,- euro borg van de heer [medeverdachte] . De afspraak die ik had met de heer [medeverdachte] was, dat ik de apparatuur op zondag 19 augustus 2018 omstreeks 10.30 uur weer zou afbouwen en meenemen. De heer [medeverdachte] zou dan aanwezig zijn en mij de huur van de apparatuur betalen. Ik had geleverd aan deze voetbalvereniging:
2x Pioneer CDJ 2000 Nexus (…) (voorzien van flightcase (…))
1. x Pioneer DJM 900 Nexus 2 (…) (voorzien van flightcase (…))
6 x Electro Voice QRX118 subwoofers (…)
4 x Electro Voice QRX212 speakers. (…)
1. x legergroene Fligthcase (…)
1. x Shure SM 58 microfoon
1. x Soundcraft EFX8 mixer, inclusief flightcase (…)
2 x Electro Voice ZLX-12P speakers
Complete kabelset (…)
1. x DJ booth (…).
Op zondag 19 augustus 2018 omstreeks 10.30 uur kwam ik bij de locatie in Amersfoort om de apparatuur op te halen. Toen ik het terrein op liep zag ik dat een groot gedeelte van de apparatuur niet aanwezig was. (…) Ik ben naar een man gelopen en ik heb hem gevraagd of hij wist waar de apparatuur gebleven was. Ik hoorde hem zegen dat de apparatuur op zaterdagmiddag 18 augustus 2018 rond 12:00 uur al was opgehaald. (…) Een van de mannen vertelde mij dat hij een man had gezien met een tattoo in zijn nek. Deze man had gezien dat de apparatuur werd ingeladen in een personenauto met aanhanger.
De verklaring van verdachte – voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven – inhoudende:
Verdachte verklaart dat hij inderdaad op zaterdag 18 augustus 2018 in Amersfoort is geweest bij de voetbalvereniging [voetbalclub] . Verdachte verklaart ook dat het klopt dat hij op de camerabeelden is te zien en dat er te zien is dat hij geluidsapparatuur aan het verplaatsen is. (…)
De bevindingen van [verbalisant 1] – voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven – inhoudende:
Hierop volgend heb ik aan [C] gevraag hoe laat hij afgelopen zaterdag 18 augustus 2018, op het terrein bij voetbalvereniging [voetbalclub] aan kwam (…). Ik hoorde dat [C] het volgende vertelde:
-dat hij omstreeks 11.00 uur a 11.30 uur aan kwam op het terrein van [voetbalclub] ;
-dat hij bij aankomst een compleet podium, met professionele geluids- en draaiapparatuur zag staan;
(…)
-dat hij (…) een persoon aan de professionele apparatuur zag rommelen;
-dat hij deze persoon als volgt kan omschrijven: blanke man (…) opvallende tatoeages.
(…)
Ik hoorde dat [C] vertelde dat hij zich 1 van deze tatoeages in de hals nog goed weet te herinneren, namelijk: horizontale streepjes, daarbij de afbeelding van een schaar, daarbij de tekst “Cut Here” (…) vanaf dit moment verdachte 1 genoemd;
-dat hij zag dat verdachte 1 nog steeds aan het klooien was met de apparatuur;
(…)
-dat hij nog aan verdachte 1 gevraagd had of het DJ meubel wel mocht blijven staan;
-dat verdachte 1 antwoordde: “DJ meubel heb ik niet nodig, die mag je van mij gebruiken en kom ik morgen wel ophalen.”
(…)
-dat verdachte 1 dus gewoon hulp aan hem vroeg;
(…)
-dat zijn 3 maatjes, verdachte 1, geholpen hebben, om de speakers van de speakertoren, samen me verdachte 1 in de aanhangwagen van verdachte 1 te leggen;
(…)
-dat verdachte 1, zeker 1 tot 1,5 uur bezig geweest is met het demonteren van de geluidsapparatuur;
(…)
-dat hij zag, dat verdachte 1 tijdens het demonteren, voortdurend contact had met een tweede man;
-dat het heel duidelijk was, dat verdachte 1 en de tweede man elkaar kenden, dit vanwege de wijze waarop ze met elkaar spraken.
(…)
Ik hoorde dat [C] vertelde dat hij sinds gisteren ook de naam van de tweede verdachte weet, namelijk [medeverdachte] .
De bevindingen van [verbalisant 2] – voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven – inhoudende:
Ik was belast met het uitluisteren van geluidsopnamen welke waren opgenomen in twee verschillende penitentiaire inrichtingen. (…) Ik hoorde dat de gesprekken gevoerd werden tussen verschillende personen (…). Het is mij bekend dat de persoon welke vanuit de penitentiaire inrichting belt is genaamd [verdachte] . Ik hoorde dat [verdachte] de meeste gesprekken voert met [medeverdachte] . Het is mij ambtshalve bekend dat dit [medeverdachte] betreft. Ik zal hieronder de meest relevante en zaak gerelateerde gesprekken samenvatten:
2 september 2018 om 14.27.04 uur
(…)
[verdachte] : Ik ga regelen dat de spullen terug komen, dat gaat een hoop ellende schelen. Als ik vrij ben dan rijden we samen naar Werkendam en dan zoeken we die twee loodsen op en gaan we even snuffelen of die spullen er nog staan. (…)
20 oktober 2018 om 15.06.55 uur
(….)
[verdachte] : Weet je wat het is [medeverdachte] , ze hebben ons samen weg zien gaan van het terrein om die aanhanger te halen. (…)
[medeverdachte] : Ik heb met jou die aanhangwagen opgehaald in Leusden (…).
De ter terechtzitting van 4 maart 2019 afgelegde verklaring van getuige [medeverdachte] – voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven – inhoudende:
Ik en Erik [verdachte] hadden samen het plan bedacht om geluidsapparatuur te verduisteren. Ik zou de geluidsapparatuur huren en deze laten bezorgen bij voetbalclub [voetbalclub] te Amersfoort. [verdachte] zou daar de audioapparatuur ophalen en deze vervolgens verkopen.
Ik heb bij [benadeelde] professionele geluidsapparatuur gehuurd en deze is op 18 augustus 2018 bij [voetbalclub] bezorgd. De huur van de geluidsapparatuur bedroeg € 930,-- en ik heb een borg betaald van € 250,--. Ik heb die dag ook samen met [verdachte] een aanhanger opgehaald. [verdachte] heeft de geluidsapparatuur op de aanhanger geladen en is met vervolgens met de geluidsapparatuur vertrokken. Ik weet niet waar de goederen zijn gebleven, maar ik heb van [verdachte] gehoord dat deze ergens in een loods staan.
4.3.2Overwegingen over het onder 1 primair ten laste gelegde
De raadsman heeft aangevoerd dat verdachte geen wetenschap had van de verduistering. De audioapparatuur was immers legaal door [medeverdachte] gehuurd.
De rechtbank oordeelt hieromtrent anders en overweegt dat zij de verklaring van [medeverdachte] omtrent het gezamenlijke plan om de audioapparatuur te verduisteren aannemelijk acht omdat die verklaring steun vindt in andere bewijsmiddelen en in de uiterlijke verschijningsvorm, zoals deze uit de bewijsmiddelen naar voren komt. De rechtbank ziet, hoewel [medeverdachte] wisselend heeft verklaard, geen reden om die verklaring van [medeverdachte] uit te sluiten van het bewijs. In dat kader wijst de rechtbank er op dat verdachte en [medeverdachte] samen de aanhanger hebben opgehaald waarop op een later moment de audioapparatuur is geladen, dat verdachte en [medeverdachte] veelvuldig contact hebben tijdens het afbreken van de audioapparatuur en het inladen daarvan, en dat verdachte er van op de hoogte was waar de audioapparatuur heen moest. Daar komt nog bij dat verdachte volgens [C] heeft gezegd dat hij nog wel een dag gebruik mocht maken van het DJ-meubel omdat hij, verdachte, deze een dag later wel zou komen ophalen, hetgeen duidt op verdergaande betrokkenheid dan het enkel in opdracht heen en weer rijden van audioapparatuur.
Verdachte heeft tegenover dit belastende bewijs geen geloofwaardige en aannemelijke verklaring gegeven die zijn betrokkenheid bij de verduistering zou ontzenuwen. Integendeel. Zo heeft hij verklaard geen [medeverdachte] te kennen, terwijl uit het dossier volgt dat zij elkaar voorafgaand aan het ten laste gelegde al langere tijd kennen, hetgeen bovendien ook blijkt uit de veelvuldige contacten die hij met [medeverdachte] heeft gehad vanuit de PI. Uit diezelfde PI-gesprekken blijkt voorts dat verdachten wilden gaan controleren of de goederen nog in de loods in Werkendam stonden, terwijl verdachte heeft verklaard dat hij de spullen ergens langs de snelweg aan een voor hem onbekende man heeft afgegeven. Voorts heeft verdachte verklaard dat hij voor zijn aandeel, naar eigen zeggen het enkel inladen en vervoeren van de audioapparatuur, € 100,-- en benzinegeld heeft ontvangen, hetgeen niet aannemelijk is nu uit het dossier blijkt dat hij € 50,-- heeft gegeven aan een drietal voor hem onbekende jongens die hem hielpen met inladen.
De rechtbank stelt op grond van het bewijs, in onderling verband en samenhang bezien, dan ook vast dat verdachte het onder 1 primair ten laste gelegde heeft begaan.
4.3.4Het oordeel over het onder 2 subsidiair en 3 ten laste gelegde
Verdachte heeft ten aanzien van de ten laste gelegde feiten onder 2 subsidiair en 3, zoals deze hieronder bewezen zijn verklaard, een bekennende verklaring afgelegd. De verdediging heeft ten aanzien van deze feiten geen vrijspraak bepleit. De rechtbank zal daarom met toepassing van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen:
- de aangifte van [A] ;
- de bevindingen van [A] ;
- de bekennende verklaring van verdachte.
- de bevindingen van [verbalisant 3] ;
- de aangifte van [A] , namens Apu Houten;
- de bekennende verklaring van verdachte.