ECLI:NL:RBMNE:2019:1071

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
13 maart 2019
Publicatiedatum
14 maart 2019
Zaaknummer
7224857
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Non-conformiteit bij de aankoop van een tweedehands auto en de onderzoeksplicht van de koper

In deze zaak, die voor de Rechtbank Midden-Nederland is behandeld, gaat het om een geschil tussen een koper en een verkoper van een tweedehands auto, een Volkswagen Jetta. De koper, aangeduid als [eiser], heeft de auto op 23 april 2018 gekocht van [gedaagde] naar aanleiding van een advertentie. Na de aankoop ontdekte de koper dat de auto ernstige gebreken vertoonde, waaronder een blauw rokende motor en een onjuiste kilometerstand. De koper heeft de koopovereenkomst op 24 april 2018 vernietigd en vordert bevestiging van deze vernietiging, alsook schadevergoeding van de verkoper.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de koper niet voldoende onderzoek heeft gedaan naar de staat van de auto voordat de koopovereenkomst werd gesloten. De kantonrechter oordeelt dat bij de aankoop van een tweedehands auto de koper een onderzoeksplicht heeft, vooral gezien de leeftijd van de auto en de omstandigheden waaronder deze werd aangeboden. De rechter concludeert dat de koper op de hoogte was van bepaalde onregelmatigheden, zoals de onlogische kilometerstand, en dat zij had moeten anticiperen op mogelijke gebreken. Hierdoor kan de koper zich niet beroepen op dwaling en is de vernietiging van de overeenkomst niet gerechtvaardigd.

De vorderingen van de koper worden afgewezen, en de proceskosten worden toegewezen aan de verkoper, aangezien de koper ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter M.E. Heinemann op 13 maart 2019.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Amersfoort
zaaknummer: 7224857 AC EXPL 18-3057 SW/1581
Vonnis van 13 maart 2019
inzake
[eiser],
wonend in [woonplaats] ,
verder ook te noemen [eiser] ,
eisende partij,
gemachtigde: mr. K.E. Vaartjes-de Wit,
tegen:
[gedaagde],
wonend in [woonplaats] ,
verder ook te noemen [gedaagde] ,
gedaagde partij,
gemachtigde: J.A.M. Drinkenburg.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding;
- de conclusie van antwoord, met bijlagen;
- de conclusie van repliek, tevens houdende wijziging van eis;
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
Deze zaak gaat over een door [eiser] van [gedaagde] gekochte Volkswagen Jetta.
[eiser] kocht de Jetta op 23 april 2018 naar aanleiding van een advertentie van [gedaagde] op de website [naam webside] .nl. De volgende dag werd het [eiser] duidelijk dat uit de uitlaat van de Jetta veel blauwe rook kwam. Bovendien was er ook een tikgeluid te horen. Naar aanleiding van deze klachten heeft [eiser] de Jetta laten onderzoeken. Uit de door [eiser] overgelegde brief van [bedrijfsnaam] (productie 5 bij de dagvaarding) blijkt dat daarbij het volgende gebrek is geconstateerd: er was sprake van een blauw rokende motor, dat kan duiden op olieverbruik. Volgens [bedrijfsnaam] wordt dit zeer waarschijnlijk veroorzaakt door slijtage van de klepgeleiders en zuigerveren. Het gaat om een ernstig gebrek aan de motor, waarbij reparatie aanzienlijke kosten met zich meebrengt, aldus eveneens [bedrijfsnaam] . Diezelfde dag heeft [eiser] daarnaast in de auto diverse papieren gevonden, waaruit bleek dat de kilometerstand van de Jetta niet klopte.
2.2.
[eiser] stelt dat wanneer zij van de werkelijke staat van de Jetta op de hoogte zou zijn geweest, zij de Jetta niet had gekocht. Zij heeft daarom bij brief van 24 april 2018 (productie 8 bij de dagvaarding) de koopovereenkomst vernietigd. [eiser] vordert dat de rechtbank bevestigt dat de overeenkomst terecht door haar is vernietigd, althans dat de koopovereenkomst alsnog wordt vernietigd wegens dwaling. Zij vordert daarnaast dat [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling aan haar van de aanschafprijs (€ 4.500), kosten voor het schorsen van Jetta (€ 24,10), kosten verbonden aan het stallen van de Jetta, (zijnde € 18,75 per maand) vanaf 1 mei 2018 tot het moment dat [gedaagde] de auto komt ophalen en de proceskosten. [gedaagde] is het daar niet mee eens; hij stelt dat [eiser] vooraf meer onderzoek naar de Jetta had moeten doen.

3.De beoordeling

3.1.
Tussen partijen is in geschil of de Jetta al dan niet aan de overeenkomst voldoet.
3.2.
Bij de koop van een tweedehands auto, die bestemd is om aan het verkeer deel te nemen, wordt volgens vaste rechtspraak aangenomen dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt als het gebruik van de auto een gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert door een gebrek, dat niet eenvoudig door de koper is te ontdekken. Het feit dat een auto geen gevaar voor de verkeersveiligheid oplevert wil echter niet per definitie zeggen dat deze aan de overeenkomst beantwoordt. Gekeken moet worden naar wat de koper, op grond van alle omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de zaak en de mededelingen van de verkoper, van de auto mocht verwachten.
3.3.
Dat [eiser] bij de aankoop van de Jetta niet op de hoogte was van de staat waarin die Jetta zich bevond, is wel duidelijk. Uit de stukken die partijen hebben overgelegd en hun stellingen blijkt echter niet dat [gedaagde] wel van deze gebreken op de hoogte was en [eiser] daarover had moeten inlichten. Bovendien is in deze zaak niet in geschil dat [gedaagde] de Jetta slechts zeer korte tijd in bezit heeft gehad. Hij heeft dat ook aan [eiser] kenbaar gemaakt. Met het voorgaande in het achterhoofd is het is dan de vraag of [eiser] voldoende onderzoek heeft gedaan naar de staat van de Jetta. De kantonrechter komt tot de conclusie dat zij dat niet heeft gedaan, zodat zij zich er niet achteraf op kan beroepen dat zij in een onjuiste veronderstelling verkeerde over de staat van de auto.
3.4.
Uit de overgelegde WhatsApp conversatie (productie 2 bij dagvaarding) blijkt dat [eiser] al voor het sluiten van de koopovereenkomst op de hoogte was van het feit dat de kilometerstand van de Jetta als onlogisch door de RDW was aangemerkt en de Jetta was voorzien van een andere motor. Bovendien gaat het om een auto van ruim 30 jaar oud waarbij, gezien deze leeftijd, zich de nodige gebreken kunnen voordoen. De auto werd daarnaast voor een relatief laag bedrag (€ 4.500,00) door een particulier te koop aangeboden. Die omstandigheden tezamen maken dat [eiser] nader onderzoek naar de auto had moeten verrichten. Zij had de Jetta moeten laten testen om vervolgens een goede afweging te kunnen maken met betrekking tot de vraag of zij de auto al dan niet zou moeten kopen. Dat heeft zij niet gedaan en zij heeft het daarmee vooral aan zichzelf te wijten dat zij de overeenkomst sloot terwijl zij niet goed op de hoogte was van de staat van de Jetta. Daarom kan zij zich niet beroepen op dwaling en heeft zij de overeenkomst niet kunnen vernietigen. Haar vorderingen moeten dan ook worden afgewezen.
3.5.
De proceskosten van [gedaagde] komen voor rekening van [eiser] , omdat zij ongelijk krijgt.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
wijst de vorderingen af;
4.2.
veroordeelt [eiser] tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor [eiser] worden vastgesteld op een bedrag van € 480,00, aan salaris voor de gemachtigde van [gedaagde] ;
4.3.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E. Heinemann, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 13 maart 2019.