Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 31 mei 2018, genummerd PL0900-2018152278-10, opgemaakt door [C] , hoofdagent van Politie Eenheid […] en [A] , brigadier van politie Eenheid […] (blz. 1006 e.v.);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 9 november 2018, genummerd PL0900-2018152278-69, opgemaakt door [E] , BOA domein generieke opsporing, aktenummer 6031614/2 van politie, Dienst Regionale Recherche, Afdeling [..] , Team [.] (blz. 1129 e.v);
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige strafkamer op 17 december 2018.
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 31 mei 2018, genummerd PL0900-2018152278-10, opgemaakt door [C] , hoofdagent van Politie Eenheid […] en [A] , brigadier van politie Eenheid […] (blz. 1006 e.v.);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 9 november 2018, genummerd PL0900-2018152278-69, opgemaakt door [E] , BOA domein generieke opsporing, aktenummer 6031614/2 van politie, Dienst Regionale Recherche, Afdeling [..] , Team [.] (blz. 1130 e.v);
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige strafkamer op 17 december 2018.
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 31 mei 2018, genummerd PL0900-2018152278-10, opgemaakt door [C] , hoofdagent van Politie Eenheid […] en [A] , brigadier van politie Eenheid […] ;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 14 juli 2018, genummerd PL0900-2018152267-66, opgemaakt door [D] , hoofdagent van politie Eenheid […] , tevens taakaccenthouder hennep, (blz. 1076 e.v.);
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige strafkamer op 17 december 2018.
5.BEWEZENVERKLARING
voorhanden heeft gehad;
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II.
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
- 14a, 14b, 14c, 14d en 57 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2, 3, 10 en 11 van de Opiumwet en
- 26 en 55 Wet wapens en munitie,