ECLI:NL:RBMNE:2018:6277

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
20 december 2018
Publicatiedatum
20 december 2018
Zaaknummer
16/706033-16 (strafzaak) (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van zeven mannen voor ram-, trek-, plof- en lanskraken van geldautomaten van ING bij Albert Heijn

Op 20 december 2018 heeft de rechtbank Midden-Nederland zeven mannen veroordeeld tot gevangenisstraffen van 5 tot 10 jaar voor hun betrokkenheid bij een serie ram-, trek-, plof- en lanskraken op geldautomaten van ING bij verschillende vestigingen van Albert Heijn. De criminele activiteiten vonden plaats tussen juli 2015 en oktober 2016. De rechtbank oordeelde dat de mannen in verschillende samenstellingen deel uitmaakten van een criminele organisatie die zich bezighield met het plegen van deze gewelddadige overvallen. Bij de kraken werd gebruik gemaakt van gestolen voertuigen met valse kentekenplaten, en de verdachten waren goed georganiseerd en werkten doelgericht samen. De rechtbank hield bij het bepalen van de straffen rekening met de professionele wijze waarop de kraken waren voorbereid en gepleegd, en de impact die deze misdrijven hadden op de slachtoffers en de samenleving. De verdachten werden ook veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de ING Bank, die in totaal meer dan 760.000 euro aan schadevergoeding vorderde, en moesten ook een aanzienlijk bedrag aan winst terugbetalen die zij met hun criminele activiteiten hadden gemaakt.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16/706033-16 (strafzaak) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 20 december 2018
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [1988] te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres
[adres] , [woonplaats] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 3 januari 2017, 31 maart 2017, 27 juni 2017, 10 juli 2017, 27 november 2017, 12 maart 2018, 8, 9, 11, 16 en 18 oktober 2018 en 6 december 2018.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van de officieren van justitie mr. A.J.S. Visser en mr. drs. M. Lousberg (hierna: de officier van justitie) en van hetgeen verdachte en zijn raadsman mr. Y. Bouchikhi, advocaat te Utrecht, alsmede de benadeelde partij dhr. [A] namens de ING Bank N .V. naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting van 27 juni 2017 nader omschreven. De tenlastelegging is vervolgens op de zitting van 11 oktober 2018 gewijzigd. De tenlastelegging is, met wijziging, als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte
Feit 1: op 23 juni 2016 te [vestigingsplaats] , al dan niet samen met anderen, opzettelijk brand heeft gesticht met behulp van een thermische lans in een geldautomaat van de ING Bank N .V. in de Albert Heijn aan de [adres] , terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gebouwen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel te duchten was
en/of
op 23 juni 2016 te Oegstgeest , al dan niet samen met anderen, € 55.720,00 heeft weggenomen van de ING Bank N .V.;
Feit 2: op 22 juli 2016 te [vestigingsplaats] , al dan niet samen met anderen, opzettelijk een ontploffing in een geldautomaat van de ING Bank N .V. in de Albert Heijn aan de [adres] , teweeg heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gebouwen te duchten was
en/of
op 22 juli 2016 te Soest, al dan niet samen met anderen, € 122.190,00 heeft weggenomen van de ING Bank N .V.;
Feit 3: in de periode van 23 mei 2016 tot en met 22 juli 2016 te De Meern en/of Soest en/of Kerkdriel , al dan niet samen met anderen, een Mercedes Vito met origineel kenteken [kenteken] heeft geheeld;
Feit 4: op 20 september 2016 te [vestigingsplaats] , al dan niet samen met anderen, opzettelijk een ontploffing in een geldautomaat van de ING Bank N .V. in de Albert Heijn aan de [adres] , teweeg heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gebouwen te duchten was
en/of
op 20 september 2016 te Driebergen, al dan niet samen met anderen, € 20.940,00 heeft weggenomen van de ING Bank N .V.;
Feit 5: op 26 september 2016 te [vestigingsplaats] , al dan niet samen met anderen, opzettelijk een ontploffing in een geldautomaat van de ING Bank N .V. in de Albert Heijn aan de [adres] , teweeg heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gebouwen te duchten was
en/of
op 26 september 2016 te Almelo, al dan niet samen met anderen, € 80.590,00 heeft weggenomen van de ING Bank N .V.;
Feit 6: op 27 september 2016 te [vestigingsplaats] , al dan niet samen met anderen, opzettelijk een ontploffing in een geldautomaat van de ING Bank N .V. in de Albert Heijn aan ’ [adres] , teweeg heeft gebracht, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gebouwen te duchten was
en/of
op 27 september 2016 te Utrecht, al dan niet samen met anderen, € 33.560,00 heeft weggenomen van de ING Bank N .V.;
Feit 7: in de periode van 11 december 2015 tot en met 11 oktober 2016 te Utrecht en/of Nieuwegein en/of Kerkdriel heeft deelgenomen aan een criminele organisatie die tot oogmerk had het plegen van ram-/trek-, lans-, en plofkraken, het plegen van diefstallen danwel opzetheling van voertuigen en het voeren van valse kentekens;
Feit 8: in de periode van 21 juni 2016 tot en met 24 september 2016 te Harmelen en/of Kerkdriel en/of Nieuwegein en/of Utrecht, al dan niet samen met anderen, een bestelbus, merk Mercedes-Benz, type Sprinter met origineel kenteken [kenteken] heeft geheeld;
Feit 9: in de periode van 11 mei 2016 tot en met 11 oktober 2016 te Den Haag en/of Utrecht, al dan niet samen met anderen, een Audi, type A4 met origineel kenteken [kenteken] heeft geheeld;
Feit 10: in de periode van 29 juli 2016 tot en met 11 oktober 2016 te Eindhoven en/of Utrecht, al dan niet samen met anderen, een Audi, type S6 met origineel kenteken [kenteken] heeft geheeld.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1.
Inleiding onderzoek 032Smit [1]
Het dossier 032Smit bevat de bevindingen van een onderzoek naar een reeks van aanvallen op ING geldautomaten in winkels van Albert Heijn in 2015 en 2016. Bij deze aanvallen of kraken wordt de toegang tot de winkel verkregen door te rammen met een voertuig of door middel van braak. De wijze waarop de geldautomaat vervolgens wordt opengebroken verschilt per kraak.
Bij een ram/trekkraak is de geldautomaat opengebroken en open/omver getrokken met behulp van een band, staalkabel of ketting en een ramvoertuig. Bij een lanskraak wordt de geldautomaat geopend door middel van een thermische lans die door een kluisdeur heen brandt. Bij een plofkraak wordt de kluisdeur van de geldautomaat geopend door middel van het inbrengen en het laten ontploffen van gas. Na opening van de kluisdeur van de geldautomaat middels één van de voornoemde werkwijzen, kunnen geldcassettes verwijderd worden uit de geldautomaat. [2]
4.2.
Overwegingen ten aanzien van inkt- en glasonderzoek en gemeen gevaar
voor goederen en/of personen
De rechtbank bespreekt hieronder eerst het inkt- en glasonderzoek en zal in algemene zin een oordeel geven over de resultaten hiervan en in hoeverre deze voor het bewijs kunnen worden gebruikt. Vervolgens zal de rechtbank ingaan op het gemeen gevaar voor goederen en/of personen. Deze overwegingen zijn van toepassing op de ten laste gelegde feiten waarop deze blijkens de inhoud kennelijk betrekking hebben.
Ten aanzien van het inktonderzoek
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat er redenen zijn om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de inkt matches en er kan niet uitgesloten worden dat het synthetische DNA op een andere manier of ander moment op het geld of de kleding terecht is gekomen. Het bedrijf Applied DNA Sciences (hierna: ADNAS) heeft een drietal inktmonsters die een match opleveren met een geldcassette van een locatie waarvan gebleken is dat daar helemaal geen kraak heeft plaatsgevonden. Er is dus sprake van valse matches. Eveneens is onbekend of elders in het land onder derden nog meer geld is aangetroffen met inktmatches.
Over het onderzoek [3]
In Nederland staan lobby (losstaande) geldautomaten onder andere in supermarkten, die voorzien zijn van geldcassettes met een inktbeveiligingssysteem. Dit inktbeveiligingssysteem treedt in werking op het moment dat op oneigenlijke wijze wordt getracht de geldcassette te openen. Bij activatie van het inktbeveiligingssysteem zullen bankbiljetten in de geldcassette via een sproeisysteem worden voorzien van blauwe inkt. Deze blauwe inkt is voorzien van een unieke DNA-marker.
ADNAS, gevestigd in de Verenigde Staten van Amerika, is de leverancier en ontwikkelaar van de DNA-markers. Deze DNA-markers bevatten een unieke DNA-code. Het bedrijf ADNAS is ISO-gecertificeerd. De DNA-marker wordt opgenomen in het kwaliteitsdatabestand en voorzien van een unieke DNA-flaconcode. ADNAS levert de DNA-markers aan het bedrijf 3SI Security Systems (hierna: 3SI).
Het bedrijf 3SI, gevestigd in België, is de leverancier van de geldcassettes met inktbeveiligingssystemen aan Geld Service Nederland (hierna: GSN). Het bedrijf 3SI vermengt de blauwe inkt met de, eerder genoemde, DNA-marker en plaatst een inktreservoir in de geldcassette. De geldcassette wordt door 3SI voorzien van een uniek geldcassettenummer. Door 3SI wordt vastgelegd welke DNA-marker (DNA-code) er in elke geldcassette wordt geplaatst. Dit wordt gedaan door middel van het koppelen van de DNA-code aan het unieke geldcassettenummer in een database. Het bedrijf 3SI is eveneens ISO gecertificeerd.
In de database wordt aan het serienummer van de geldcassette onder andere de volgende informatie gekoppeld: inktblok nummer, DNA-code en de productiedatum. Op deze wijze kan de link worden gemaakt tussen de DNA-code en het serienummer van de geldcassette. Bij uitgifte van de geldcassette wordt in de database vastgelegd aan welke klant deze wordt verstrekt.
Door het bedrijf G4S worden, in opdracht van het bedrijf GSN, de geldcassettes gevuld met bankbiljetten. Door het bedrijf G4S worden de geldcassettes tijdens dit proces voorzien van een eigen unieke barcode waardoor de cassettes traceerbaar zijn gedurende het gehele proces: bij het inpakken (vullen geldcassettes), het transport van en naar geldautomaat en het uitpakken (inclusief tellen). Deze eigen unieke barcode wordt door het bedrijf tevens gekoppeld aan het geldcassettenummer, aangebracht door het bedrijf 3SI. De geldcassettes worden vervolgens door G4S vervoerd en in de automaten geplaatst. Ter plaatse worden de geldcassettes gekoppeld aan de betreffende locatie van de geldautomaat, door middel van het scannen van de barcode van de geldcassette en de barcode van de geldautomaat.
Op diverse locaties waar een aanval op een geldautomaat heeft plaatsgevonden is het inktbeveiligingssysteem van geldcassettes in werking getreden. Op een groot gedeelte van deze locaties zijn monsters van de inkt, verder te noemen referentiemonsters, veiliggesteld. ADNAS heeft deze veiliggestelde referentiemonsters van de inkt onderzocht en heeft de unieke DNA-code van deze inkt getracht vast te stellen.
Bij onderzoek van diverse kraken zijn door de politie sporendragers veiliggesteld waarop vermoedelijk sporen van beveiligingsinkt aanwezig waren. Deze sporendragers werden onderzocht en bemonsterd. ADNAS heeft ook van deze bemonsteringen getracht de unieke DNA-code vast te stellen.
Door het bedrijf G4S is een overzicht verstrekt van de geldcassettenummers welke zich bevonden in aangevallen geldautomaten in Nederland, waarbij beveiligingsinkt is vrij gekomen. Vervolgens is dit overzicht aangevuld door het bedrijf 3SI met de bij hen bekende gekoppelde DNA-codes.
De door ADNAS vastgestelde DNA-codes van de inktbemonsteringen zijn door het LFCT (landelijke forensische coördinatie team) vergeleken met de DNA-codes uit de administratie van G4S en 3SI. Daarnaast is er ook een vergelijking gemaakt tussen de DNA-codes van inktbemonsteringen van sporendragers en de DNA-codes van de referentiemonsters.
In het dossier 032Smit is gebruik gemaakt van de resultaten van het inktonderzoek.
Het NFI heeft in het rapport van 16 februari 2018 de validiteit van de conclusies en de uniciteit van de matches in het rapport van de forensisch deskundigen van ADNAS onderzocht. De gerapporteerde conclusies worden, voor zover deze te controleren zijn, door de NFI deskundige als valide gezien. Ook onderschrijft de NFI deskundige dat met de werkwijze van ADNAS unieke DNA-markers te verkrijgen en terug te meten zijn. [4]
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt op basis van bovengenoemde procedure vast dat er geen reden is om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van het onderzoek van ADNAS en de koppeling van de DNA-code van de inktbemonsteringen aan de referentiemonsters op de plaatsen waar inkt is aangetroffen, alsmede aan de wijze waarop de DNA-code in de administratieve registratie van 3SI/G4S is weergegeven. De resultaten van het inktonderzoek kunnen dan ook bijdragen aan het bewijs. Op welke wijze daar invulling aan wordt gegeven, zal de rechtbank in voorkomend geval per feit bespreken in de bewijsoverweging.
Ten aanzien van het glasonderzoek
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de resultaten van het glasonderzoek vragen om enige terughoudendheid en eventueel enkel als ondersteuning kunnen dienen. Glasdeeltjes kunnen makkelijk ergens terecht komen en dat zegt niets over een sterke aanwijzing of de betrokkenheid van de persoon of goederen bij een kraak. In het dossier bevindt zich tevens ook een glasmatch met twee locaties.
Over het onderzoek [5]
In het dossier 032Smit is een glasonderzoek verricht, waarover door het NFI op 19 juli 2018 een herziene rapportage is uitgebracht. Uit dit rapport volgt dat aangetroffen glas in de diverse kledingstukken, schoenen, en bemonsteringen van onder andere auto’s wordt aangeduid als ‘vreemd glas’, waarbij het object waar glasdeeltjes zich op bevinden een sporendrager wordt genoemd. Voor het referentieglas is gebruik gemaakt van de LFCT (landelijke forensische coördinatie team)-glasdatabase waarin glasmonsters zijn opgenomen van overvallen en ram- en plofkraken. Van de sporendragers zijn door middel van uitkloppen of door een stofzuiger met opzetfilter zogenaamde stofmonsters verkregen. Deze stofmonsters zijn microscopisch onderzocht op de aanwezigheid van glasdeeltjes. De glassporen zijn vergeleken met het referentieglas uit de LFCT-database op basis van de samenstelling van de sporenelementen in het glas. Er wordt nagegaan of het vreemde glas wel of niet te onderscheiden is van het referentieglas op basis van de elementsamenstelling. Bepaald wordt vervolgens of de resultaten beter passen bij een gestelde hypothese I of bij de alternatieve hypothese II. Per sporendrager wordt het aantal aangetroffen op glas gelijkende deeltjes vermeld, het aantal in onderzoek genomen op glas gelijkende deeltjes en het aantal glasdeeltjes dat matcht met referentiemonsters uit de LFCT-database. Over de ‘bewijskracht’ wordt per match de ordegrootte van de bewijskracht vermeld, waarbij die hypothesen I en II worden beschouwd. In geval van een match is dan de conclusie dat voor een aantal glasdeeltjes in de bemonstering van de sporendrager, die in de elementsamenstelling overeenkomen met het referentieglas, geldt dat de resultaten van het glas vergelijkend onderzoek
veel waarschijnlijker(ordegrootte bewijskracht 100-10.000) zijn wanneer deze glasdeeltjes afkomstig zijn van de vernielde ruit, waartoe het referentieglas behoort (hypothese I), dan wanneer de aangetroffen glasdeeltjes afkomstig zijn van (een) willekeurige andere ruit(en) of glazen objecten (hypothese II). Of
zeer veel waarschijnlijkerals matches worden gevonden met meerdere onafhankelijke glasbronnen, afkomstig van hetzelfde delict.
Voorts blijkt uit het rapport dat glasonderzoek normaliter geen rechtstreeks verband kan leveren tussen een persoon en een delict, maar wel een verband tussen een gebroken ruit en een glassporendrager, zoals een trui. Het verband met de persoon volgt uit andere informatie zoals bijvoorbeeld wie de eigenaar van de trui is. Uit wetenschappelijke literatuur is bekend dat bij willekeurige personen op de kleding vaak geen, één en in zeldzame gevallen twee tot drie glasdeeltjes worden aangetroffen, terwijl bij personen die verdacht zijn van inbraken dan wel ram- en plofkraken regelmatig veel meer deeltjes worden gevonden.
De deskundigen geven in het rapport aan dat er ook niet-matchende deeltjes zijn aangetroffen op de sporendragers. Deze zijn wel allemaal vergeleken met de referentieruit(en) op de plaats delict. Bij iedere vergelijking van een glasdeeltje op een sporendrager met glas van een referentieruit is er een kans dat er door toeval een match gevonden wordt. Het uitvoeren van meerdere vergelijkingen betekent dat de kans stijgt om per toeval een match te vinden. Met deze beide factoren (matches met meerdere referentieruiten en het aantreffen van niet-matchende deeltjes) is de door deskundigen rekening gehouden bij het bepalen van de bewijskracht. Om nader onderscheid te maken tussen de oorzaken van een toevalsmatch en een echte match, is andere informatie noodzakelijk die in principe voor elke match apart gewogen moet worden. De a priori kans op een echte match wordt groter als de persoon die bij de sporendrager betrokken is door ander bewijs dan de glasmatch in beeld is als verdachte van het plegen van een kraak, bijvoorbeeld een getuigenverklaring of een DNA-match met voorwerpen op de plaats delict.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt dat de resultaten van het glasonderzoek kunnen bijdragen aan het bewijs, met inachtneming van de bewijskracht die de deskundigen verbinden aan de verschillende glasmatches. Op welke wijze de resultaten van betekenis kunnen zijn voor het bewijs, zal in voorkomend geval per feit worden besproken bij de bewijsoverweging.
Ten aanzien van het gemeen gevaar voor goederen, levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat het dossier geen aanwijzingen bevat dat sprake was van levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel. Door de daders werd gebruik gemaakt van brandblussers. Dit maakt dat naar algemene ervaringsregels geen sprake is van een voorzienbaar gevaar voor goederen of personen. Uit het geheel van de feiten en omstandigheden kan niet worden afgeleid dat sprake is geweest van levensgevaar voor omwonenden of anderen. Niet kan worden bewezen dat in het onderzoek 032Smit op enig moment gemeen gevaar voor goederen of levensgevaar voor personen dan wel zwaar lichamelijk letsel te duchten is geweest.
Oordeel rechtbank
De rechtbank dient de vraag te beantwoorden of er gemeen gevaar voor goederen is ontstaan. Om dat aan te kunnen nemen, dient dat gevaar ten tijde van de plofkraak naar algemene ervaringsregels voorzienbaar te zijn geweest. Hiertoe overweegt de rechtbank als volgt. Het is een feit van algemene bekendheid dat een plofkraak veel schade kan aanrichten. Uit de foto’s van de plaatsen delict blijkt dat, naast de geldautomaat, onder andere ook plafondplaten van de Albert Heijn filialen zijn vernield. De rechtbank neemt op basis hiervan aan dat er door de plofkraak sprake was van gemeen gevaar voor goederen. De rechtbank verwijst naar de gebezigde bewijsmiddelen per feit.
Om levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander als vaststaand te kunnen aannemen is vereist dat uit de inhoud van wettige bewijsmiddelen volgt dat dat gevaar inderdaad te duchten was. Dit betekent dat levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel naar algemene ervaringsregels voorzienbaar moet zijn geweest. Uit het dossier volgt niet onder welke concrete omstandigheden het levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel zich heeft voorgedaan. Het enkele gegeven dat boven de Albert Heijn filialen woningen gesitueerd zijn is niet voldoende concreet, aan de hand waarvan kan worden vastgesteld dat dit gevaar naar algemene ervaringsregels voorzienbaar is geweest. Gelet hierop kan het ten laste gelegde, voor zover inhoudende dat levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten was, niet zonder meer worden afgeleid uit de bewijsmiddelen. De rechtbank zal verdachte dan ten aanzien van alle feiten vrijspreken van dit deel van de tenlastelegging.
4.3.
Vrijspraak van feit 2
4.3.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend
bewezen te verklaren.
4.3.2.
Plofkraak Soest 22 juli 2016 (feit 2)
4.3.2.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder feit 2 ten laste gelegde, wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak.
4.3.2.2. Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is op basis van het dossier van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat de Mercedes Vito door verdachte gebruikt is bij de plofkraak. Het enkele gegeven dat de Mercedes Vito in de maanden juni en juli 2016 in [vestigingsplaats] gezien wordt en een enkele keer verdachte wordt herkend, is onvoldoende om vast te kunnen stellen dat verdachte op de dag van de plofkraak met de Mercedes Vito naar Soest is gereden. De vondst van de handschoen met daarop het DNA van verdachte doet daar niet aan af. De rechtbank neemt daarbij in ogenschouw dat ten aanzien van dit feit voorafgaand of na de plofkraak niet is waargenomen dat verdachte zich – samen met anderen – op nachtelijke tijdstippen, met gestolen auto’s met valse kentekens, bezig was met het in- of uitladen van kraak gerelateerde goederen. Dit heeft tot gevolg dat alleen de inkt-match op het geld dat aangetroffen is in de woning van [verdachte] als mogelijk bewijsmiddel overblijft. De rechtbank verwijst ten aanzien van de woning van verdachte naar haar overwegingen met betrekking tot feit 4. De rechtbank is van oordeel dat onvoldoende vast staat dat verdachte dit feit heeft gepleegd danwel heeft medepleegd. Verdachte wordt vrijgesproken.
4.4.
De bewezenverklaarde feiten
De rechtbank bespreekt hieronder de te bezigen bewijsmiddelen en zal hier per feit vervolgens een bewijsoverweging aan wijden. Ten behoeve van de leesbaarheid van het vonnis wordt een aantal keer tussendoor reeds een bewijsoverweging opgenomen, weergegeven in cursief.
De rechtbank gaat op grond van wettige bewijsmiddelen van de volgende feiten en omstandigheden uit, welke bewijsmiddelen telkens slechts worden gebezigd tot het bewijs van dat ten laste gelegde feit waarop deze blijkens de inhoud kennelijk betrekking hebben.
Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
4.4.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen te verklaren. Ten aanzien van de onder de criminele organisatie ten laste gelegde diefstallen van voertuigen heeft de officier van justitie partiele vrijspraak verzocht, nu niet kan worden bewezen dat er in crimineel verband werd samengewerkt ten einde één of meerdere auto’s te stelen.
4.4.2.
Thermische lanskraak [vestigingsplaats] 23 juni 2016 (feit 1)
4.4.2.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit van het onder feit 1 ten laste gelegde, wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak. De raadsman heeft daartoe aangevoerd dat het DNA van verdachte, op de plastic handschoen die aangetroffen is op de plaats delict, ook op een ander moment op de handschoen terecht heeft kunnen komen. De raadsman verwijst in dat kader naar het zaaksdossier Ermelo waarin gebleken is dat DNA van verdachte op de plaats delict werd aangetroffen, terwijl hij op het moment van het plegen van die plofkraak in het buitenland verbleef. Daarnaast blijkt uit de beelden dat dader 2 ook plastic verliest, hetgeen kan betekenen dat dader 2 de aangetroffen handschoen ook heeft kunnen dragen.
De raadsman heeft subsidiair aangevoerd dat indien de rechtbank van oordeel is dat verdachte wel betrokken is geweest bij de lanskraak, het de vraag is hoe die betrokkenheid gekwalificeerd moet worden. Uit de enkele omstandigheid dat DNA van verdachte op de handschoen is getroffen kan niet de conclusie worden getrokken dat verdachte ook op de plaats delict is geweest.
4.4.2.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Door [aangever 1] wordt namens de Albert Heijn op 23 juni 2016 aan de [adres] in [vestigingsplaats] aangifte gedaan. Hij verklaart: [6]
‘Op woensdag 22 juni 2016 omstreeks 23.30 uur is de winkel afgesloten en is het inbraak alarm en brandalarm aangezet. Vanaf dat moment was er geen personeel meer in de winkel. Daarna hebben mensen ingebroken in het filiaal. [7] […] Bij de inbraak is een geldautomaat van de ING bank, welke in de winkel stond, gekraakt. […] Ik zag dat de schuifdeuren aan de voorkant van de winkel geforceerd zijn. Nu staat één van de deuren naast de ophang. Ik zag verschillende braaksporen onder andere:
- op de schuifdeuren sporen van breekvoorwerpen,
- de posten en staal op de deuren zijn verwrongen.
De beveiligingscamera die gericht stond op deze ingang stond uit de organieke richting. […] Ik zag dat er een hoop poeder lag als zijnde uit een poederblusser. […] Door het poeder uit de blusser is er schade veroorzaakt aan meerdere artikelen bestemd voor de verkoop.’ [8]
Namens de ING Bank N .V. is door [aangever 2] aangifte gedaan. [9] De kluis is open gebrand. [10] De toegangsdeur van de Albert Heijn is vernield. [11] Diefstal geld is 36.400,00 euro en 19.230,00 euro (
de rechtbank begrijpt: samen 55.720,00 euro). [12]
Getuige [getuige 1] verklaart:
‘Afgelopen nacht, donderdag 23 juni 2016 omstreeks 01.00 uur stond ik met een vriend,
[B] nog even te 'chillen' bij het standbeeld aan de [adres] te [vestigingsplaats] .
Dat standbeeld staat hemelsbreed ongeveer 50 meter van de ingang van Albert Heijn.
Wij zaten op een bankje bij het standbeeld en van daaruit hadden wij prima zicht op
de ingang van AH. […] Op gegeven moment kwam er een donkerkleurige personenauto, 5-deurs met een kofferbak en Bas zei dat het een Audi was, aangereden. […] De auto stopte bij de ingang van AH en werd door de bestuurder op het trottoir geparkeerd. […] Ik zag drie mannen dus inclusief de bestuurder uit de auto stappen. De bestuurder bleef bij de auto staan aan de bestuurderszijde. Hij hield zicht op de weg. De andere twee, de bijrijder en een man van de achterbank liepen naar de ingang van de AH. De bijrijder begon met iets van een koevoet de deur te forceren. […]. De man van de achterbank liep terug naar de auto en haalde daar een apparaat uit. […] De bijrijder bleef maar op de deur beuken al dan niet met gebruikmaking van die koevoet. […] Beide mannen gingen vervolgens naar binnen. [13] […] Eerst kwam de man van de achterbank naar buiten met de stofzuiger. Die zette hij in de auto. […] Hij ging toen terug naar binnen en kwam vrijwel gelijk samen met de bijrijder naar
buiten. Ieder van deze mannen had een donkerkleurige middelgrote tas bij zich. […]. Ze stapten allebei weer op hun plaats in de auto. Bij het instappen van de mannen en de tassen stapte de bestuurder ook in en reed de auto snel weg.’ [14]
Getuige [getuige 2] verklaart:
‘Op donderdag 23 juni 2016, omstreeks 01.00 uur, was ik in mijn woning aan de Irislaan 155 te [vestigingsplaats] . […] Ik keek vanaf het balkon naar beneden. Links onder mijn woning bevind zich de ingang van de supermarkt de Albert Heijn. […] Ik zag dat er onder het afdak een auto geparkeerd stond. Ik zag dat dit een donkerkleurige personenauto betrof van het merk Audi. […] Ik zag dat het kentekenplaat aan de voorzijde was afgeplakt. Ik zag zat er een lichtkleurige tape op het kentekenplaat was aangebracht.’ [15]
Forensisch onderzoek handschoenen op plaats delict
Door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , forensisch onderzoekers, een forensisch onderzoek naar sporen verricht. [16] Zij verklaren:
‘Wij verbalisanten zagen op de camerabeelden, onder andere, dat:
Middels een breekwerktuig de automatische schuifpui uit de sponningen werd gelift en de supermarkt werd betreden waarbij één camera vernield werd. Vervolgens werd met een thermische lans de geldautomaat open gebrand en geblust met een poederblusser. De geldcassettes werden op de grond kapot gegooid waardoor de geldbiljetten en inkt (afkomstig van de ingebouwde inktpatronen) vrijkwamen. De daders die de supermarkt zijn binnengedrongen hadden zich gekleed in regenponcho's en de handen bedekt met transparante plastic (vermoedelijk handschoenen). [17] […] Vervolgens zijn wij dat [18] […] ter hoogte van tweede toegang links en de servicebalie op de vloer nabij een krat drie stukken transparante plastic (vermoedelijk handschoenen) met inkt lagen. [19]
De hierna genoemde sporen/sporendragers hebben wij […] veiliggesteld:
  • SIN AAJW5756NL handschoen plastic handschoen nabij servicebalie bedekt met inkt uit geldlade;
  • SIN AAJW5757NL handschoen plastic handschoen nabij geldlade bedekt met inkt uit geldlade;
  • SIN AAJW5758NL handschoen plastic handschoen nabij schuifdeuren bedekt met inkt uit geldlade.’
Uit het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut, inhoudende onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek naar aanleiding van een plof/ramkraak gepleegd in [vestigingsplaats] op 22 juni 2016, van 29 juni 2016, volgt: [21]
Onderstaand onderzoeksmateriaal Is onderworpen aan een DNA-onderzoek:
  • AAJW5756NL#01 bemonstering van een deel van een tankhandschoen
  • AAJW5757NL#01 bemonstering van een deel van een tankhandschoen
  • AAJW5758NL#01 bemonstering van een deel van een tankhandschoen
Uit alle drie de bemonsteringen is een DNA-profiel van een man verkregen, dat matcht met het DNA-profiel van [verdachte] uit de DNA-databank. De matchkans is kleiner dan 1 op 1 miljard. [23]
Camerabeelden Albert Heijn
Door verbalisant [verbalisant 3] worden de camerabeelden van de Albert Heijn uitgekeken. Zij verklaart: [24]
‘Door de Forensische Opsporing zijn drie transparante plastic handschoenen veiliggesteld. […] Naar aanleiding hiervan heb ik, verbalisant, de camerabeelden van de Albert Heijn opnieuw bekeken.
Foto 9:Dit is het beeld van camera 3 'Zelfscan' met tijdstip 01 .03.53 uur. Hierop is dader 1 te zien. Te zien is dat dader 1 over beide handen lichtkleurig plastic draagt.
Foto 10:Dit is het beeld van camera 4 'lnfocounter' met tijdstip 01.05.44 uur. Hierop is dader 1 te zien. Te zien is dat dader 1 over beide handen lichtkleurig plastic draagt. [25]
Foto 11:Dit is het beeld van camera 4 'lnfocounter' met tijdstip 01.06.23 uur. Hierop is rechtsonder in beeld te zien dat er een stapel bankbiljetten op de grond ligt.
Foto 12:Dit is het beeld van camera 4 'lnfocounter' met tijdstip 01.06.23 uur. Hierop is rechtsonder in beeld te zien dat er een stapel bankbiljetten op de grond ligt. Het verschil met foto 11 is dat er nu zichtbaar een blauwkleurige voorwerp op de bankbiljetten ligt. Rechts in beeld is dader 1 zichtbaar. Op de bewegende beelden is duidelijk zichtbaar dat dader 1 het blauwkleurige voorwerp op de bankbiljetten gooit. Daarna is op de bewegende beelden zichtbaar dat dader 1 het blauwkleurige voorwerp pakt en verplaatst naar links. Op deze plek is handschoen 1 aangetroffen.
[…]
Foto 13:Dit is het beeld van camera 7 'Kassa 5 & 6' met tijdstip 01.07.11 uur. Hierop is dader 1 te zien. Te zien is dat dader 1 om zijn rechterhand geen lichtkleurig plastic meer draagt. Bij zijn linkerhand is nog wel een stuk lichtkleurig plastic te zien.
Op het plaats delict zijn drie handschoenen aangetroffen. Op elk van deze drie handschoenen is het DNA profiel van dezelfde man aangetroffen, te weten [verdachte] , geboren [1988] te [geboorteplaats] . Hierdoor is het zeer waarschijnlijk dat dader 1 om elke hand twee handschoenen droeg, daar op foto 13 te zien is dat er om zijn rechterhand geen lichtkleurig plastic meer te zien is en om zijn linkerhand nog wel een stuk lichtkleurig plastic.’ [26]
De rechtbank begrijpt dat de raadsman heeft willen betogen dat de bemonsterde handschoenen ook door een andere dader, niet zijnde verdachte, op de plaats delict achtergelaten kunnen zijn. Op basis van de hiervoor genoemde bewijsmiddelen stelt de rechtbank het volgende vast. Uit de bemonsteringen van de tankhandschoenen is een DNA-profiel van een man verkregen, dat matcht met het DNA-profiel van verdachte. De kans dat een willekeurig gekozen persoon matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. De rechtbank concludeert hieruit dat het DNA op de tankhandschoenen afkomstig is van verdachte. Het is naar het oordeel van de rechtbank voorts onwaarschijnlijk dat – aldus de strekking van het betoog van de verdediging - verdachte de handschoenen in [vestigingsplaats] heeft aangeraakt en dat deze door een andere verdachte op de plaats delict zijn achtergelaten, dit gelet op het ontbreken van een DNA-spoor van enig ander persoon op de handschoenen. Tot slot merkt de rechtbank op dat op de beelden slechts is te zien dat dader 1 plastic achterlaat in de Albert Heijn. De rechtbank trekt dan ook uit het voorgaande de conclusie dat het DNA van verdachte tijdens het plegen van het delict op de handschoenen is achtergebleven.
Camerabeelden loods [vestigingsplaats]
In het kader van onderzoek 032Smit werden ter observatie van de loods aan de Lange Weistraat in [vestigingsplaats] twee camera’s geplaatst. De eerste camera werd op 21 mei 2016 geplaatst en stond gericht op het toegangshek van het terrein. De tweede camera werd op 17 juni 2016 geplaatst en stond gericht op de loods deur van de loods die in gebruik was bij de verdachten (derde deur). [27]
Verbalisant [verbalisant 4] heeft beelden van [vestigingsplaats] van 22 juni 2016 uitgekeken en verklaart:
‘Op 22 juni 2016 omstreeks 12.03 uur lokale tijd zie ik […] ongeveer een kwartier naar aankomst van [medeverdachte 1] , komt er, vanuit de richting van het hek gezien, een lichtkleurige Audi aanrijden. […] Ik zie dat een NN2 uit de lichtkleurige Audi stapt. [28] […] 12.45 uur: Ik zie een zilverkleurige Mercedes bus voorzien van kenteken [kenteken] voor roldeur drie, keren en achteruit de loods in rijden. Op de camerabeelden, welke gericht zijn op het hek, is goed te zien dat de Mercedes beletterd is met de tekst "www.joyincare.com" en op de achterzijde "JoyinCare". […] Ik zie dat NN2 linksachter bij de bus bezig is. [29] […] Ik zie dan NN2 ook handschoenen aan heeft. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] vanuit de loods weer het beeld in loopt. Hij heeft een kentekenplaat in zijn handen. […] Ik zie dat hij de kentekenplaat op de bus monteert. Ik zie dat het kenteken [kenteken] is. […] Dan stapt NN2 achter het stuur in de bus en rijdt de loods uit. […] Ik zie dat de bus de loods uitrijdt en uit het beeld verdwijnt.’ [30]
Verbalisant [verbalisant 4] heeft NN2 herkend. Zij verklaart:
‘In onderzoek 032Smit heb ik, verbalisant, alle camerabeelden van locatie [vestigingsplaats] bekeken […]. NN2 herken ik zonder meer als verdachte [verdachte] […]. Ik herken [verdachte] aan zijn gezicht en enigszins gezet te postuur, met een zichtbaar 'buikje'’. [31]
Uit het onderzoek naar het kenteken [kenteken] blijkt het volgende:
Op 23 juni 2016 om 01.32 uur en 00.16 uur kreeg ik, verbalisant de volgende ANPR Hits;
  • iTrechter - ktk: [kenteken] , dd: 23-06-2016 00:01:32, locatie: A12-Li-22.0-02 Zevenhuizen, rijrichting: A12, Gouda - Zoetermeer thv afrit Zevenhuizen
  • iTrechter - ktk: [kenteken] , dd: 23-06-2016 00:16:27, locatie: N44-Li-26.8-02 Wassenaar, rijrichting: N44, Den Haag - Wassenaar.
Op 23 juni 2016 om 01.04 uur werd er ingebroken bij de Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] . [32] […] De afstand tussen de laatste ANPR hit en de [adres] te [vestigingsplaats] betreft 12,3 kilometer.
Op 23 juni 2016 om 04.45 uur kreeg ik verbalisant de volgende ANPR hit:
- iTrechter - ktk: [kenteken] , dd: 23-06-2016 04:45:22, locatie: A44-Li-2.2-02 Oude Wetering, rijrichting: A44, Wassenaar - Burgerveen thv invoegstrook A4. [33]
De rechtbank stelt op basis van bovengenoemde gegevens vast dat uit deze verkeersregistratiesystemen blijkt dat op 23 juni 2016 het kenteken [kenteken] , zowel voorafgaand als na de kraak in de directe omgeving van [vestigingsplaats] wordt gesignaleerd. Het is onder andere verdachte die de middag voor de kraak met een Mercedes Sprinter met dit kenteken wordt waargenomen op de locatie in [vestigingsplaats] . De rechtbank is van oordeel dat deze loods een uitvalsbasis is voor plofkrakers. De rechtbank verwijst naar haar overwegingen ten aanzien van de criminele organisatie.
Bewijsoverweging
Onder verwijzing naar haar tussenconclusies, stelt de rechtbank vast dat op 23 juni 2016 omstreeks 01:00 uur een plofkraak is geweest op de ING geldautomaat in de Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] . Gelet op de aangetroffen plastic handschoenen met daarop het DNA van verdachte en de omstandigheden waaronder deze handschoenen zijn aangetroffen, is de rechtbank van oordeel dat verdachte degene is geweest die één van de daders was. De rechtbank wordt gesterkt in haar overtuiging door de camerabeelden van de loods in [vestigingsplaats] , waarop te zien is dat onder andere verdachte de middag voor de kraak in de loods bezig is met een Mercedes Sprinter. Deze Mercedes Sprinter krijgt dan het valse kenteken [kenteken] . Dit kenteken wordt vervolgens voorafgaand en na de kraak gesignaleerd in [vestigingsplaats] . De verklaring van verdachte dat hij de handschoenen eerder aangeraakt zou hebben, acht de rechtbank uiterst onaannemelijk, te meer omdat verdachte niet heeft verklaard waarom hij dergelijke handschoenen zou gebruiken. Verdachte heeft hierover verder geen verklaring willen afleggen, hetgeen tot gevolg heeft dat de rechtbank niet kan toekomen aan enig onderzoek naar de aannemelijkheid van een alternatieve, door de verdachte gestelde gang van zaken die meebrengt dat niet van zijn daderschap mag worden uitgegaan. Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat verdachte samen met anderen zich schuldig heeft gemaakt aan de thermische lanskraak.
4.4.3.
Heling Mercedes Vito [kenteken] Soest (feit 3)
4.4.3.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder feit 3 ten laste gelegde, wegens het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs. De verdediging heeft hiertoe aangevoerd dat in het dossier zich geen direct of indirect bewijs bevindt dat verdachte enige wetenschap had of zou moeten hebben dat de Mercedes Vito van diefstal afkomstig was.
4.4.3.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
[aangever 3] heeft aangifte gedaan op 24 mei 2016 van diefstal van zijn vrachtauto/bestelauto. Hij verklaart:
‘Ik ben eigenaar van een bedrijfsauto van het merk Mercedes, type Vito, Grijs van kleur, voorzien van kenteken [kenteken] . […] Op maandag 23 mei 2016 omstreeks 21:15 uur heb ik de bedrijfsauto geparkeerd op de parkeerplaats dicht bij de woning aan de [adres] te [woonplaats] op een parkeerplaats/garage. Ik heb de bedrijfsauto afgesloten middels de sleutels en ik heb gecontroleerd dat de bedrijfsauto was afgesloten, ik zie verlichting knipperen en ik hoor klik van het slot. Toen ik op dinsdag 24 mei 2016 omstreeks 06:45 uur de bedrijfsauto weer in gebruik wilde nemen zag ik dat deze door onbekende( n ) was weggenomen. [34]
Chassisnummer: [chassisnummer] .’ [35]
Verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 5] verklaren als volgt.
‘Op vrijdag 22 juli omstreeks 01.05 uur waren wij, verbalisanten, in uniform gekleed en met surveillance in een opvallend dienstvoertuig belast. […] Op het moment dat wij op de
Birkstraat stonden, hoorden wij portofonisch dat een andere eenheid in achtervolging
raakte met een Mercedes Vito. Wij hoorden dat de achtervolging zich afspeelde op de
A28 ter hoogte van Soesterberg. Wij hoorden dat de bestuurder van de Mercedes Vito
het stopteken negeerde. Wij hoorden dat de Mercedes Vito ging spookrijden over de A28
en via de oprit Maarn de Doornseweg opreed. Wij hoorden dat de eenheid de Mercedes
Vito uit het zicht verloor en onbekend was in welke richting de Mercedes Vito was
weggereden. Wij hoorden van de achtervolgende eenheid dat de Mercedes Vito bruin van kleur was met de letters [letters] in het kenteken. Wij kregen portofonisch informatie van het de centralist van het Operationeel Centrum dat er afgelopen week ook een plof/ramkraak had plaatsgevonden in Schoonhoven. Hierbij was gebruik gemaakt van een donkerkleurige Mercedes Vito met het kenteken [kenteken] . […] Wij reden rond 02.35 uur over de Genestetlaan te Amersfoort. Wij zagen dat zich ter hoogte van nummer 20 een parkeerplaats voor meerdere bevond. Wij zagen dat op de parkeerplaats een Mercedes Vito voorzien van het kenteken [kenteken] geparkeerd stond. […] Wij voelden warmte van de motor en
de uitlaat afkomen.’ [36]
Camerabeelden loods [vestigingsplaats]
Verbalisant [verbalisant 6] heeft de beelden van [vestigingsplaats] van 27 juni 2016 uitgekeken en hij verklaart daarover als volgt:
‘Ik zag op de camerabeelden van het toegangshek dat omstreeks 17:37 uur vanuit de loods een Mercedes Vito met kenteken [kenteken] en […] weg reden van het terrein. Ik herken [verdachte] als bestuurder van de Mercedes Vito. [37]
Sporenonderzoek Mercedes Vito
Op 22 juli 2016 is door verbalisant [verbalisant 7] , forensisch onderzoeker, een onderzoek naar sporen verricht. Hij verklaart daarover:
‘Het betrof een grijze Mercedes, type Vito, welke was voorzien van het kenteken [kenteken] . Het betrof een voertuig met dubbele cabine en aan de rechterzijde bevond zich een schuifdeur, met een geblindeerde ruit. Onder de vloermat bij de schuifdeur
lagen een paar blauwe kentekenplaten, voorzien van het kenteken 98-PHR-9. Onder de
motorkap van het voertuig was voorzien van het ingeslagen chassisnummer, oftewel het
Verificatie informatie nummer (VIN) [verbalisant 7] . Het VIN behoorde toe aan het voertuig, voorzien van het kenteken [kenteken] . Dit voertuig stond gesignaleerd sedert 24 mei 2016 onder registratie nummer [registratienummer] (BVH). Achter de zonneklep en wel bestuurders zijde van het voertuig lag het kentekenbewijs ten name van [aangever 3] , wonende [adres] , [woonplaats] . [38]
De volgende sporen/stukken van overtuiging werden in het belang van de bewijsvoering
en/of nader onderzoek veiliggesteld: [39]
SIN AAJJ7161NL handschoen.’ [40]
Verbalisant [verbalisant 8] verricht op 9 augustus 2016 een biologisch vooronderzoek en verklaart als volgt.

Onderzoek handschoen met SIN AAJJ7161NL
Tijdens het ingestelde onderzoek aan deze handschoen werd door mij het navolgende bevonden en waargenomen: […]
Ik heb de sporendrager bemonsterd met behulp van een wattenstaafje op de mogelijke aanwezigheid van dragermateriaal c.q. op mogelijk aanwezige gebruikssporen. Ik heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met SIN AAJQ5389NL en verzegeld.’ [41]
DNA-onderzoek
Onderstaand onderzoeksmateriaal is onderworpen aan een DNA-onderzoek:
- AAJQ5389NL#01 een bemonstering (handschoen AAJJ7161NL; bem. Binnen- en buitenzijde hand en rand manchet) [42]
Uit bemonstering AAJQ5389NL#01 is een DNA-profiel van een man verkregen. Het DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard. [43]
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt, gelet op voornoemde bewijsmiddelen, vast dat tussen 23 mei 2016 21:15 uur en 24 mei 2016 06:45 uur de Mercedes Vito met chassisnummer [chassisnummer] is weggenomen te [woonplaats] . De auto was op dat moment voorzien van het originele kenteken [kenteken] . Op 22 juli 2016 wordt deze Mercedes Vito aangetroffen in Amersfoort met een vals kenteken [kenteken] . Na het aantreffen van deze Mercedes Vito in Amersfoort is een sporenonderzoek hieraan verricht. Hieruit bleek dat er een handschoen in lag, welke veiliggesteld is en bemonsterd. Dit spoor is onderworpen aan DNA-onderzoek, wat een DNA match heeft opgeleverd met verdachte. De kans dat een willekeurig gekozen persoon matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard. Hieruit trekt de rechtbank de conclusie dat het DNA op de handschoen afkomstig is van verdachte. In de auto bleken ook nog een paar kentekenplaten te liggen.
Op camerabeelden van de loods in [vestigingsplaats] is te zien dat tussen het moment van wegnemen en het moment van aantreffen van deze auto, verdachte in deze auto met valse kentekenplaten rijdt. Uit het onderzoek 032Smit is naar voren gekomen dat deze loods in [vestigingsplaats] – naar het oordeel van de rechtbank – gebruikt werd als uitvalsbasis voor de plofkraak waar meerdere gestolen voertuigen stonden.
De rechtbank is voorts van oordeel, gelet op de gang van zaken dat verdachte in deze auto rond rijdt, wat te zien is op camerabeelden en wat volgt uit de aangetroffen handschoen met DNA daarop van verdachte, het gegeven dat in de auto nog extra kentekenplaten liggen, en het feit dat de Mercedes Vito wordt achtergelaten in Amersfoort – waarvan de rechtbank aanneemt dat zoiets niet met een eigen auto wordt gedaan -, dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte een goed voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van het goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. De rechtbank wordt gesterkt in deze overtuiging doordat verdachte met deze auto bij de loods in [vestigingsplaats] wordt gezien, waarvan uit het onderzoek is gebleken dat daar meerdere gestolen voertuigen stonden.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij in veel auto’s rijdt en daaraan ‘zit’ (
de rechtbank begrijpt sleutelt)vanwege zijn werk, maar dat hij deze auto niet heeft geheeld. De rechtbank is van oordeel dat deze verklaring geen concrete verifieerbare informatie bevat en zo algemeen is dat deze geen weerlegging kan vormen voor de hiervoor getrokken conclusie.
4.4.4.
Plofkraak Driebergen 20 september 2016 (feit 4)
4.4.4.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het van het onder feit 4 ten laste gelegde, wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak. Er moet getwijfeld worden aan de betrouwbaarheid van de stemvergelijking ten aanzien van het OVC gesprek in de Mercedes Sprinter door verbalisant [verbalisant 9] , gelet op de omstandigheden waarop de stemvergelijking plaatsvond en het gegeven dat verbalisant [verbalisant 9] hiervoor niet is opgeleid. Indien de rechtbank bewijswaarde toekent aan deze stemvergelijking dan kan deze hooguit ondersteunend van aard zijn. Ten aanzien van de Mercedes Sprinter merkt de verdediging ook op dat deze niet bij de Albert Heijn gezien is en dat uit het dossier niet blijkt wat de rol van de Mercedes Sprinter is bij de plofkraak. Overigens is niet te zien wie om 06:14 uur uit de Mercedes Sprinter stapt op [garagebox] . Indien de rechtbank er vanuit gaat dat verdachte in de Mercedes Sprinter zou hebben gezeten, dan blijkt daaruit niet de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak. Uit het OVC gesprek blijkt dat gesproken wordt over het bidden in de moskee. De verdediging stelt subsidiair dat verdachte is gaan bidden in de moskee en heeft hiertoe ter zitting een gebedskalender overgelegd, waaruit volgt dat het ochtendgebed die dag om 05:27 uur plaatsvond. Eveneens merkt de verdediging op dat de Mercedes Sprinter pas een uur na de plofkraak terugrijdt naar de garagebox. Tot slot zijn een aantal kledingstukken aangetroffen in de bosjes in Driebergen. Niet is vastgesteld dat de daders van de plofkraak deze kleren hebben gedragen. Ook is niet bekend hoe lang de kleding al in de bosjes lag. Op de kleding worden geen glasdeeltjes aangetroffen van de plofkraak in Driebergen. Het aantreffen van het DNA van verdachte op de kledingstukken zegt niets over de vermeende betrokkenheid van verdachte. Het aangetroffen geld in de [adres] te [woonplaats] is niet van verdachte en kan dan ook niet als bewijs dienen, te meer omdat deze woning niet aan verdachte toebehoort of dat hij in de woning zijn intrek heeft genomen.
4.4.4.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Camerabeelden loods [vestigingsplaats]
Verbalisant [verbalisant 4] heeft de beelden van [vestigingsplaats] van 22 juni 2016 uitgekeken en verklaart:
‘12.45 uur: Ik zie roldeur drie weer open gaan. […] Ik zie een zilverkleurige Mercedes bus voorzien van kenteken [kenteken] voor roldeur drie, keren en achteruit de loods in rijden. […] Ik zie een kale NN-man de bus uitstappen. Deze man is NN1 die ook eerder in de loods te zien was. […] Ik zie vervolgens nog een man in de loods, deze man herken ik als [medeverdachte 1] . […] Ik zie dat NN1 handschoenen aan heeft. Ik zie dat [medeverdachte 1] nu met een andere NN2 aan de linkerzijde van de bus aan het poetsen zijn. [...] Ik zie dat de drie mannen in en om de Mercedes bus bezig zijn. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] langs de bus naar de voorzijde van de bus loopt. Ik zie dat hij nu handschoenen aan heeft. Ik zie dat hij een kentekenplaat in zijn handen heeft. Ik zie dat hij de kentekenplaat die op de [44] bus zit, los maakt en eraf haalt en met beide platen in zijn handen de loods weer in loopt. […] Ik zei dat [medeverdachte 1] vanuit de loods weer het beeld in loopt. Hij heeft een kentekenplaat in zijn handen. Hij loopt naar de voorzijde van de bus. Ik zie de kentekenplaat op de bus monteert.
Ik zie dat het kenteken [kenteken] is.’ [45]
Door verbalisant worden de bovengenoemde personen herkend. Zij verklaart:
‘Gaande het onderzoek heb ik deze twee NN manspersonen herkent als zijnde verdachte [medeverdachte 2] en verdacht [verdachte] .
NN1 herken ik zonder meer als verdachte [medeverdachte 2] […] Ik herken [medeverdachte 2] aan zijn gezicht, zeer korte tot bijna kale haardracht en gespierd postuur.
NN2 herken ik zonder meer als verdachte [verdachte] […]. Ik herken [verdachte] aan zijn gezicht en enigszins gezet te postuur, met een zichtbaar 'buikje'.’ [46]
Baken en OVC gesprekken Mercedes Sprinter (deel 1)
Op 16 juli 2016 werd door het plaatsingsteam van de politie de Sprinter [kenteken] voorzien van heimelijke plaatsbepalingsapparatuur op grond van de bevelen tot stelselmatige observatie ten opzichte van de verdachten [medeverdachte 1] […]. [47] Verbalisant [verbalisant 10] verklaart:
‘Op 19 september 2016 staat de Sprinter [kenteken] geparkeerd op de [adres] in [woonplaats] . […] Uit het onderzoek 032Smit is gebleken dat verdachte [medeverdachte 2] op het adres [adres] in [woonplaats] verbleef. [48] […] Ik zie dat de Sprinter [kenteken] op 19 september 2016 omstreeks 21:49 uur in beweging komt. [49] […] Ik zie dat de Sprinter [kenteken] op 19 september 2016, omstreeks 22.24 uur op de Lange Dreef ter hoogte van de kruising met de De Damhertlaan in Driebergen stil staat. […] Blijkens google maps is de afstand van de parkeerlocatie van de Sprinter [kenteken] naar de Albert Heijn is hemelsbreed 650 meter.’ [50]
Op 4 september 2016 werd in bestelbus [kenteken] een technisch hulpmiddel geplaatst om vertrouwelijke communicatie mee op te nemen. [51] Door verbalisant [verbalisant 9] zijn de OVC gesprekken beluisterd. Hij verklaart:
‘De eerste mannenstem uit de opname van de Mercedes Sprinter, werd onmiddellijk door mij herkend als de stem van [medeverdachte 2] . De tweede mannenstem werd door mij herkend als de stem van verdachte [verdachte] . Door mij werd vervolgens een stemvergelijking gemaakt door tapgesprekken van [medeverdachte 2] en [verdachte] nogmaals uit te luisteren en deze te vergelijken met de opnames van de vertrouwelijke communicatie uit de Mercedes Sprinter. Hierbij stelde ik vast dat zowel de stem van [medeverdachte 2] als van [verdachte] uit de tapgesprekken dezelfde zijn als de twee mannenstemmen uit opnames van de Mercedes Sprinter. [52]
Uitwerking OVC 19 september 2016 van 21:48:40 uur tot en met 22:28:09 uur.
Start opname route [adres] naar de Lange Dreef Driebergen
19/09/16 om 21:48:40
Opmerking verbalisant:
Er zijn geluiden te horen alsof er dingen in de Sprinter [kenteken] worden verplaatst of gelegd. Om 21:51:34 hoor ik dat de motor wordt gestart en gaat de radio aan. […] Vanaf dat moment is er een pieptoon te horen. Deze pieptoon is redelijk constant en gaat op sommige momenten in snelheid omhoog. Op de route van de [adres] naar de Lange Dreef in Driebergen wordt er niet gesproken. Het lijkt er op dat alleen een bestuurder gebruik maakt van de Sprinter [kenteken] .
Tijd 19/09/16 22:20:28
Opmerking verbalisant:
De Mercedes Sprinter wordt stopgezet. De motor blijft stationair draaien. […]. Op de achtergrond zijn fluisterende stemmen te horen. […] De Mercedes Sprinter rijdt vervolgens weer verder.
Tijd 19/09/16 22:22:40
Opmerking verbalisant:
Ik hoor dat de motor van de Mercedes sprinter wordt uitgezet. Er zijn dan geluiden te horen alsof er met spullen wordt geschoven, dan wel gepakt of neergelegd.
Tijd: 19/09116 22:22.56
[medeverdachte 2] : Hier heb je porto's.
Opmerking verbalisant:
Ik hoor een andere mannenstem iets terug zeggen. […] Daarna hoor ik geluiden alsof er een schuifdeur open en dicht wordt gedaan. Er wordt kennelijk aan de greep van het slot gevoeld of de Mercedes sprinter echt op slot is. Vervolgens wordt het stil. Kort daarna is het geluid van een wegrijdende auto te horen. [53]
Gelet op voornoemde bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte 1] , [verdachte] en [medeverdachte 2] de gebruikers zijn van de Mercedes Sprinter met (vals) kenteken [kenteken] . Deze bus wordt in ieder geval door [medeverdachte 2] een aantal uur voor de plofkraak op een korte afstand van de plaats delict geparkeerd.
Door verbalisant [verbalisant 4] worden de beelden uitgekeken van [garagebox] op 20 september 2016. Zij verklaart:
‘Om 03.40 uur zie ik een zwarte BMW tweedeurs met opvallende metalen velgen, met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. [medeverdachte 1] is de bestuurder, [verdachte] de bijrijder en [medeverdachte 2] zit achterin. Ik zie dat de drie mannen nu als volgt gekleed zijn: [medeverdachte 1] : donkerkleurige joggingsbroek […] zwarte sportschoenen, zwarte handschoenen. [54] [verdachte] : […] zwart/grijze sportschoenen met witte zool, grijze handschoenen. [55] [medeverdachte 2] : […] donkerkleurige sportschoenen van het merk New Balance met witte zool, zwarte handschoenen. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] de kofferbak van BMW opent. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] een trechter uit de kofferbak pakt en deze aan [verdachte] geeft, dan pakt hij een volle jerrycan uit de kofferbak, waarna hij samen met [verdachte] de BMW aftankt. […] [medeverdachte 1] pakt vervolgens aan de bijrijderszijde van de BMW een sprayflacon en sprayt hiermee op eerst op zijn handschoenen en daarna over het dashboard. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] een gasfles, alsmede een grote zwarte tas en een breekijzer uit de box haalt en in de kofferbak van de BMW legt. Ik zie [medeverdachte 2] met een zaklamp in zijn mond, meerdere malen de box in en uit lopen. Eerst met een gasfles met daaraan een slang en zogenaamde drukmeters. Hij legt dit op de achterbank van de BMW, dan loopt hij met een kluw van wit snoer en ook dit legt hij op de achterbank van de BMW. […] Ik zie dat [verdachte] dan de sprayflacon voor uit de BMW pakt en hiermee in de kofferbak van de BMW sprayt. Vervolgens kruipt [medeverdachte 2] met het witte snoer in zijn handen weer uit de BMW en legt het snoer in de kofferbak. Ik zie dat [medeverdachte 1] een witkleurig rond voorwerp aan [verdachte] geeft. [verdachte] neemt het voorwerp aan en legt het voor aan de bijrijderszijde in de BMW. […] Na enige tijd komt ook [medeverdachte 1] weer de box uitlopen. Ik zie dat hij nu een kentekenplaat in zijn handen heeft. Hij legt deze plaat op de achterbank van de BMW. […] Om 03.50 uur vertrekt de BMW met [medeverdachte 1] als bestuurder, [verdachte] als bijrijder en [medeverdachte 2] achterin.’ [56]
Door verbalisant [verbalisant 10] zijn alle beschikbare camerabeelden bekeken. Zij verklaart:
‘ 04.42.40 uur: Camerabeelden Action: Ik zie rechts in beeld een donkerkleurige personenauto verschijnen. […] Op de beelden is te zien dat deze auto opvallende velgen heeft. De velgen zijn zilverkleurig en meerspaaks. [57] […]
Verbalisant [verbalisant 11] wordt op 20 september 2016 omstreeks 04:51 uur opgeroepen en verzocht te gaan naar de Albert Heijn gevestigd aan de [adres] te [vestigingsplaats] . [58]
Op 20 september 2016 wordt door [aangever 4] namens Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] aangifte gedaan. Hij verklaart:
‘Op dinsdag 20 september 2016 omstreeks 04.54 uur, kreeg ik meerdere inbraak alarmen binnen. [59] […] Vanaf de buitenzijde zag ik door de winkelruiten van de winkel dat de ING automaat openstond en verschillende geldcassettes met bankbiljetten verspreid over de op de vloer lagen. Ik zag hieromheen blauwe inkt op de grond liggen. Ik zag de schuifdeur van de linker ingang van de winkel op de grond liggen, deze was kennelijk verbroken.’ [60]
Verbalisant [verbalisant 10] heeft de beschikbaar gestelde opnamen van de entree van de Albert Heijn uitgekeken. Zij verklaart:
’04.42.43 uur: Ik zie rechts in beeld koplampen van een auto […] Te zien is dat het een donkerkleurige auto betreft.
04.42.45
uur: Ik zie dat de auto opvallende velgen heeft. [61] […]
04.49.17
uur: Ik zie voor de glazen schuifdeur twee personen. [62] […]
04.50.58
uur: Ik zie dat de man met het langwerpige voorwerp de winkel in loopt. Hij heeft iets groots in zijn linkerhand. Dit is zwart van kleur. […]
04.50.59
uur: Het voorwerp is een breekijzer. […] [63]
04.51.48
uur: Dezelfde man komt weer terug lopen. Hij heeft nu iets wits in zijn rechterhand.
04.52.52
uur: Ik zie dat de man met de donkerkleurige schoenen met de witte zool weer terug loopt naar de ingang van de winkel. In zijn linkerhand heeft hij een groot lichtkleurig voorwerp, vermoedelijk zijn dit gasflessen. In zijn rechterhand heeft de man een witte draad.’ [64]
Verbalisant [verbalisant 10] heeft de beschikbaar gestelde opnamen van de kassa’s van de Albert Heijn uitgekeken. Zij verklaart:
’04.41.03 uur: Ik zie dat deze man met de donkerkleurige sportschoenen met de witte zolen richting de ING pinautomaat loopt. […]
04.51.10
uur: Ik zie dat een tweede man aan komt lopen. Ook hij loopt naar de pinautomaat. De man zet een voorwerp op de grond.
04.51.41
uur: Ik zie dat de tweede man een langwerpig voorwerp in zijn linkerhand heeft. [65]
04.51.26
uur: Ik zie dat beide mannen met breekvoorwerpen de deur voor de cassettes van pinautomaat openbreken en ik zie dat die deur open springt. […]
04.51.53
uur: Ik zie de man met de donkerkleurige schoenen met witte zolen teug komt lopen. Op de bewegende beelden is te zien dat hij een wit kluwen in zijn handen heeft. [66]
04.51.59
uur: Ik zie dat de man met de donkere schoenen met de witte zolen met een witte draad in zijn handen rechts uit beeld verdwijnt. De tweede man blijft bij de pinautomaat. […] Het lijkt erop dat hij de witte draad aan iets bevestigd.
04.52.09
uur: Ik zie dat de tweede man bij de pinautomaat weg loopt en op ongeveer gelijktijdig is er een lichtflits te zien. [67] […]
04.52.17
uur: Ik zie dat de man met de donkere schoenen met de witte zolen een geldcassette uit het apparaat haalt en die op de grond gooit. […]
04.52.23
uur: Ik zie dat de andere man een geldcassette oppakt en op de grond gooit. [68]
04.52.29
uur: Ik zie dat deze man iets van de grond op pakt en recht uit beeld loopt. De man met de donkere schoenen met de witte zolen blijft bij de automaat staan.
04.52.34
uur: Deze man haalt een derde geldcassette uit de automaat en gooit deze op de grond. […]
04.52.47
uur: Ik zie dat de man een aantal spullen van de grond oppakt en met de witte draad in zijn hand uit beeld loopt. [69]
De rechtbank is van oordeel dat de zwarte BMW met de opvallende metalen velgen, die gezien wordt bij de garagebox in [garagebox] , grote gelijkenissen vertoont met de BMW die te zien is in de buurt van de plaats delict en op de camerabeelden van de Albert Heijn te Driebergen. De rechtbank betrekt in haar oordeel het gegeven dat de verdachten allerlei plofkraakgerelateerde goederen, te weten een breekijzer, gasfles en wit snoer, inladen in de BMW een uur voor de kraak. Deze goederen komen sterk overeen met de goederen die door de daders worden gebruikt bij de betreffende kraak. Daar komt bij dat de schoenen van de daders overeenkomen met de schoenen die gedragen worden door [verdachte] en [medeverdachte 2] bij de garagebox vlak voor de kraak.
Door de ING Bank N .V. wordt namens [A] aangifte gedaan. [70] De chartale middelen en de toegangsdeur zijn volledig vernield. [71] De kluis, het bovencompartiment en het alarmsysteem zijn volledig vernield. [72] Op de vloer zitten inktvlekken. [73] Diefstal geld is 20.940 euro.. [74]
Op 28 september 2018 is door verbalisant [verbalisant 12] , forensisch onderzoeker, een onderzoek naar sporen verricht in een winkel (AH-supermarkt) gelegen aan de [adres] te [vestigingsplaats] . [75] Zij verklaart daarover:
‘Ik zag dat op de vloer in de winkel drie zwarte open geldcassettes lagen. […] Ik heb van alle drie de cassettes inkt bemonsterd en veiliggesteld. […] De hierna genoemde sporen/sporendragers werden […] veiliggesteld: [76]
AAKA2837NL ING geldcassette rechts van kopieermachine,
AAKA2838NL inkt van ING geldcassette bij kassa 2,
AAKA2839NL inkt van ING geldcassette tussen kassa 5 en 6. [77]
Baken en OVC gesprekken Mercedes Sprinter (deel 2)
Op 16 juli 2016 werd door het plaatsingsteam van de politie de Sprinter [kenteken] voorzien van heimelijke plaatsbepalingsapparatuur op grond van de bevelen tot stelselmatige observatie ten opzichte van de verdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . [78] Verbalisant [verbalisant 10] verklaart: ‘Ik zie dat de Sprinter [kenteken] op 20 september 2016, omstreeks 06:01 uur weer in beweging komt. Ik zie dat de Sprinter [kenteken] […] naar de A12 richting Utrecht rijdt. [79] Ik zie dat de Sprinter [kenteken] […] [garagebox] in rijdt. Ik zie dat de sprinter [kenteken] op 20 september 2016 omstreeks 06:15 uur daar stil staat.’ [80]
Op 4 september 2016 werd in bestelbus [kenteken] een technisch hulpmiddel geplaatst om vertrouwelijke communicatie mee op te nemen. [81] Door verbalisant [verbalisant 9] zijn de OVC gesprekken beluisterd. Hij verklaart:
Uitwerking OVC d.d. 20 september 2016 van 06:01 uur tot en met 06:20 uur
Start opname route Lange Dreef Driebergen naar Saffierlaan Utrecht
20/09/2016 06:01:01
Opmerking verbalisant:
Ik hoor dat de motor van de Sprinter [kenteken] wordt gestart. Ik hoor tijdens de rit twee verschillende mannenstemmen. Ik herken hierbij de stemmen van de verdachten [medeverdachte 2] en [verdachte] . […] Verder is uit de opname is op te maken dat [medeverdachte 2] achter het stuur zit. Dit omdat [medeverdachte 2] kennelijk aanwijzingen krijgt van [verdachte] . Ook vraagt [medeverdachte 2] waar hij heen moet.
[verdachte] : 06:01:24: naar links, verder ntv.
[verdachte] :06:01:56: (ntv) stoppen dat is gewoon makkelijker weet je links links links
[verdachte] : 06:02:13 is [medeverdachte 1] ziek of zo
[medeverdachte 2] : 06:02:37: (ntv) hier is zo' n (ntv) denk je dat je TBS krijgt man
[verdachte] : 06:02:41: ik kom net van de moskee, die heeft mij opgehaald bij de moskee, rij eens rustig jongen, je rijdt als een achterlijke man
[medeverdachte 2] : 06:02:45: naar rechts?
[verdachte] : 06:02:47: ga naar rechts
[medeverdachte 2] :06:02:49: ik moet toch naar rechts
[verdachte] : 06:02:56: een keer langs die bus rijden […]
[medeverdachte 2] :06:05:14: wat gaan we morgen doen. Daggie rust. (Lacht)
[verdachte] :06:05:15: maakt niet uit (ntv) we moeten wel eh rijn
[medeverdachte 2] : 06:05:25: wat wordt het morgen (ntv) […]
[verdachte] :6:09:48 ik zou nooit stoppen bij die auto, hij zei naast die auto, de spullen eruit en pssst naar huis, ja daag kunnen we gelijk door.
[medeverdachte 2] :6:10:01: Hij heb ook een keer geluisterd dat ie rustig ree He.
[verdachte] : Ja ja
[medeverdachte 2] : (Ntv. ) Als ik hard moet rijden ... Jongen. Weet je wanneer ik hard rij bij een snelkraak? Ik rij, wanneer ik hard rij .. . zo lang mensen mij nog kennen zien blabla, maar zodra ik de bocht om ben dan ben ik onrustig.
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 1] ook zeker. […]
[verdachte] : weet niet hij plankt gewoon weg man. Hij zegt: rij door. Ik denk naar huis toch
[medeverdachte 2] : volgens mij wil hij de 1 serie beneden zetten.
[verdachte] : ja tuurlijk op de terugweg (ntv) de bus
[verdachte] : 06:11:02: weet je wat goed is? Wij werken met z' n drieën he? Maar ik ga ook nog wat andere dingen doen. Ik zeg niks tegen (ntv)
[verdachte] : 06:11:12 (ntv) een klusje met mijn broertje (ntv) die broer die (ntv)
Ik ga zulke automaten zoeken. 80% (ntv) […]
[medeverdachte 2] : […] welke box moet ik hebben
[verdachte] : 06:12:16: deze kant? […] als ze ons niet zien dan rijden we rechtdoor, rijden we zo naar die box terug. Je ken hier rechtdoor eh rijden we naar mijn andere box.
[medeverdachte 2] :06:12:23: we rijden toch naar jouw box
[verdachte] : 06;12:23: eh ja dan, maar als we ze niet zien kunnen we zo Lunetten in
[medeverdachte 2] :06:12:28: ja maar dan rijden we toch nooit naar die box, dat is prima.
[verdachte] : 06:12:29: deze
[medeverdachte 2] : 06:12:31: die?
[medeverdachte 2] : 06:12:33: jouw box [82]
Opmerking verbalisant:
06:14:42 De motor van de Sprinter [kenteken] komt tot stilstand. Ik hoor dichtslaande portieren. […] Verder is het signaal van een apparaat te horen dat verbinding zoekt. […] Er zijn stemmen te horen.’ [83]
Camerabeelden garagebox [garagebox]
In het kader van onderzoek 032Smit werden op grond van het bevel tot stelselmatige observatie ten opzichte van [medeverdachte 1] heimelijke observatiecamera’s geplaatst gericht op het terrein bij de garageboxen op het [garagebox] in Utrecht. Vanaf 19 september 2016 werden videobeelden opgenomen en uitgekeken door het onderzoeksteam. [84]
Bevindingen 20 september 2016:
Op de camerabeelden (49.avi) zie ik om 06.14 uur opnieuw de zwarte BMW met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. Ik zie dat [medeverdachte 1] de box opent en vervolgens de kofferbak van de BMW open doet. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] een grote zwarte tas uit de kofferbak van de BMW tilt en deze naast hem op de grond zet. Ik zie vervolgens dat de Mercedes Sprinter het beeld inrijdt. De Sprinter stopt voor de box. […] Na enige tijd zie ik [verdachte] voor de Sprinter langslopen en aan de bijrijderszijde instappen. Om 06.17 uur rijdt de Mercedes Sprinter weer weg. Ik zie dat de box dan weer dicht is en zie [medeverdachte 1] achter de BMW langslopen in de richting van de bestuurderszijde, waarna de BMW ook wegrijdt. [85]
OVC gesprekken Mercedes Sprinter (deel 3)
Door verbalisant [verbalisant 9] zijn de OVC gesprekken op 20 september 2016 vanaf 06:16:02 uur beluisterd. Hij verklaart:
‘Opmerking verbalisant:
06:16:02: Ik hoor dat de Sprinter [kenteken] gaat weer rijden. De motor wordt weer gestart
de Sprinter [kenteken] gaat weer rijden.
[medeverdachte 2] : Waar moet ik hem neerzetten?
[verdachte] : Doe maar achteruit en via het tankstation.( ntv) maakt niet uit boeven hier rijdt van alles, vorige keer zijn we al gezien.
Opmerking verbalisant:
(Er is een vrij constante pieptoon te horen)
[medeverdachte 2] : 6:17: 10 (ntv) bus kunne kijken (ntv) hier parkeren?
[verdachte] :6;17;40: morgen schoenen kopen en zo? […]
[verdachte] : ja (ntv) […]
[verdachte] : parkeer daar maar ergens bij die Berlingo […]
Opmerking verbalisant:
06:19:10: Ik hoor dat de Sprinter [kenteken] tot stilstand wordt gebracht. De motor wordt uitgezet. Er is het geluid van een andere auto te horen, de Sprinter [kenteken] wordt afgesloten.
Vanaf 06:19:57: het blijft stil, afgezien van een signaal van een apparaat dat ergens verbinding mee zoekt.’ [86]
De rechtbank is gelet op bovengenoemde bewijsmiddelen van oordeel dat het [medeverdachte 2] en [verdachte] zijn geweest die na de plofkraak in Driebergen met de Mercedes Sprinter naar de garagebox in [garagebox] zijn gereden. Uit de beelden van de garagebox in [garagebox] blijkt dat [medeverdachte 1] degene is die in de zwarte BMW rijdt en als eerste aankomt bij de garagebox. Hij wordt gevolgd door de Mercedes Sprinter. Hieruit maakt de rechtbank op dat [medeverdachte 1] vooruit is gereden. Vervolgens stapt om 06:17 uur [verdachte] in de Mercedes Sprinter. Verbalisant [verbalisant 9] merkt dan niet op dat sprake is van een andere stem dan daarvoor. Op basis van de gebezigde bewijsmiddelen is de rechtbank eveneens van oordeel dat [verdachte] al die tijd in de Mercedes Sprinter heeft gezeten. Ten aanzien van de stemvergelijking c.q. herkenning merkt de rechtbank op dat deze enkel als ondersteunend bewijs dient. Ter terechtzitting is namens de verdediging van [verdachte] betoogd dat uit het OVC-gesprek blijkt dat [verdachte] in de moskee is geweest, zodat hij niet betrokken was bij de kraak. Ter onderbouwing hiervan heeft de verdediging een tabel overgelegd van de gebedstijden voor Amsterdam en omstreken op 20 september. Hieruit zou moeten blijken dat [verdachte] om 05:27 uur naar het ochtendgebed in de moskee in Driebergen is geweest. De rechtbank verwerpt dit alternatieve scenario, nu de kraak heeft plaatsgevonden om 04.51, hetgeen niet uitsluit dat [verdachte] vervolgens naar een moskee in Driebergen is gegaan om deel te nemen aan het ochtendgebed, waarna hij weer is ingestapt in de Mercedes Sprinter.
Aantreffen regenkleding en schoenen in Driebergen
Op 20 september 2016 omstreeks 17:30 uur worden verbalisanten [verbalisant 13] en [verbalisant 14] naar De [adres] in Driebergen gestuurd. Zij verklaren:
‘Ter plaatse treffen wij de melder [getuige 3] aan en hij leidt ons naar het struikgewas […] alwaar zichtbaar een schoen staat weggezet. […] Ik, verbalisant [verbalisant 14] , zag dat het een paar grijskleurige Nike schoenen betrof en dat op de achterzijde van de schoenen donkerblauw inkt zichtbaar was. […] Vervolgens heb ik, verbalisant [verbalisant 14] , verder gezocht onder de heg en zag, ter hoogte waar later een trainingsjack en sweater werd aangetroffen, een zwartkleurige sok liggen. Tevens zag ik daarbij onder de heg een donkerkleurige jas weggestopt liggen. […] In de achtertuin van De [adres] zijn een sweater en een Adidas
trainingsjack met daaraan diverse plastic verpakkingsmaterialen in een heg
aangetroffen. Deze goederen zijn [87] […] veiliggesteld.’ [88]
Getuige [getuige 3] heeft verder verklaard:
‘Op woensdag 21 september 2016 wilde ik rond 18:45 uur naar mijn werk gaan. Toen ik
naar mijn auto liep, zag ik ter hoogte van de [adres] een witte personenauto
geparkeerd staan van het merk Citroën. Ik zag dat de auto op een stoepje geparkeerd
stond. Ik zag dat er één persoon in de auto zat. […] Ik zag dat de man uit de auto stapte en in de richting van de bosjes liep. Ik zag dat de man liep naar de plek waar ik de dag ervoor de schoenen had gevonden. Vervolgens liep hij verder richting de plek waar de politie de jas had gevonden. Op deze plek bukte de man en keek onder de buxushaag. Hij was kennelijk op zoek naar iets. […] Toen de man weer zijn auto in stapte en weg reed heb ik de auto gevolgd. Ik zag dat het een kleine witte citroen betrof voorzien van het kenteken: [kenteken] .’ [89]
Uit een uitdraai van de politie op 27 oktober 2016 blijkt dat witte Citroën met kenteken [kenteken] op naam staat van [C] . [90] [C] is de vriendin van [medeverdachte 2] . [91]
Inktonderzoek
Tussen 3 november 2016 te 08:00 uur en 4 november 2016 te 12:00 uur is door verbalisant [verbalisant 15] , forensisch onderzoeker, een onderzoek naar biologische sporen verricht aan de veiliggestelde sporendragers. [92] Zij verbaliseert:
  • ‘AAKA2996NL, schoeisel 2 stuks Nike bruin, gevonden in zwartkl. regenpak onder de struiken;
  • AAKA2991NL, kleding (trui) Le Coq Sportif, zwart, sweater met rits;
  • AAKA2995NL, kleding (sok), zwart, gevonden op straat naast de woning aan de [adres] ;
  • AAKA2981NL, kleding (regen), zwart, regenjas en broek;
  • AAKA2999NL, kleding (trainingspak), Adidas zwart, 1 trainingsjack.
Door het bedrijf Applied DNA Sciences (hierna: ADNAS) zijn de veiliggestelde referentiemonsters van de inkt onderzocht en is de unieke DNA-code van de inkt vastgesteld. [95]
Door verbalisant [verbalisant 16] is een overzicht gemaakt van alle resultaten van ADNAS. Hieruit volgt het volgende: [96]
Resultaten inktonderzoek kleding aangetroffen te Driebergen
AAKA2981NL Regenjas en regenbroek
AAKA2991NL Sweater met rits, Le Coq Sportif
AAKA2996NL Schoenen Nike
AAKA2999NL Trainingsbroek Adidas/sok/stuk plastic
De inktbemonsteringen hebben matches opgeleverd middels de administratieve registratie van 3Sl/G4S gerelateerd aan de volgende delicten:
[…] PL0900-2016292644: aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] op 20 september 2016. [97]
Tabel 11
  • AAKE3953NL, inktmonster stukje plastic met inkt (AAKA299NL) matcht met 3SI/G4S met [adres] , [vestigingsplaats] ;
  • AAKE3912NL, inktmonster sweater le coq sportif (AAKA2991NL) matcht met 3SI/G4S met [adres] , [vestigingsplaats] ;
  • AAKE3925NL, inktmonster linkerpijp regenbroek (AAKA2981NL) matcht met 3SI/G4S met [adres] , [vestigingsplaats] ;
  • AAKE3924NL, inktmonster linkermouw regenjas (AAKA2981NL) matcht met 3SI/G4S met [adres] , [vestigingsplaats] .
De rechtbank concludeert hieruit dat er middels de administratieve registratie van 3SI/G4S een match is tussen de DNA-code in inktmonsters van het trainingspak [AAKA2999NL], de sweater [AAKA2991NL], de linkerpijp van de regenbroek [AAKA2981NL] en de linkermouw van de regenjas [AAKA2981NL] en de DNA-code gekoppeld aan de geldcassette in de ING geldautomaat te Driebergen.
DNA-onderzoek
Door The Maastricht Forensic Institute (hierna: TMFI) is DNA-onderzoek gedaan aan de veiliggestelde sporen. [99]
Ontvangen materiaal
Zegelnummer: Beschrijving item:
AAIG7169NL Bemonstering trainingsbroek 'Adidas' AAKA2999NL
AAIG7170NL Bemonstering sok afkomstig uit broek AAKA2999
AAIG7171NL Bemonstering trainingsvest/jack AAKA2991NL
AAIG7172NL Bemonstering sok AAKA2995NL
[…]
AAJQ5295NL Bemonstering schoen links MKA2996NL; bem. bovenzijde en voorflap. [100]
De DNA-profielen van de sporendragers zijn vergeleken met de DNA-profielen van verdachten [medeverdachte 2] , […] (RAAK8445NL) en [verdachte] , […] (RAAR2735NL).
Het DNA-profiel opgesteld van de bemonstering trainingsbroek 'Adidas' AAKA2999NL (AAIG7169NL) is op 23 december 2016 opgenomen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken. Hierbij is een match gevonden met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] (RAAR2735NL) […] (DNA-profielcluster 35140). [101]
  • Uit bemonstering AAIG7169NL (trainingsbroek) is een DNA-profiel van een man verkregen. Het DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard.
  • Uit bemonstering AAIG7170NL (sok uit broek) is een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen, van wie zeker één man, verkregen. Er kan een DNA-hoofdprofiel van een man uit worden afgeleid. Dit DAN-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard.
  • Uit bemonstering AAIG7171NL (trainingsvest/jack) is een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen, van wie zeker één man, verkregen. Er kan een DNA-hoofdprofiel van een man uit worden afgeleid. Dit DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard.
  • Uit bemonstering AAIG7172NL (sok) is een DNA-mengprofiel van minimaal twee personen, van wie zeker één man, verkregen. Er kan een DNA-hoofdprofiel van een man uit worden afgeleid. Dit DAN-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . De matchkans is kleiner dan één op één miljard.
  • Uit bemonstering AAJQ5295NL (schoen links) is een DNA-mengprofiel van minimaal drie personen, van wie zeker één man, verkregen. Verdachte [medeverdachte 2] is niet uitgesloten als donor.
Vervolgens is door het TMFI een aanvullend en vergelijkend DNA-onderzoek gedaan. [103] Hieruit volgt dat er aanvullend DNA-onderzoek verricht dient te worden aan bemonstering AAJQ5295NL (linkerschoen), waarna een vergelijking dient plaats te vinden met het (geüpgraded) DNA-profiel van verdachte [medeverdachte 2] […] (RAAK8445NL). […]
Om een uitspraak te doen over het mogelijke donorschap van celmateriaal van verdachte [medeverdachte 2] in de bemonstering is de likelihood-ratio (LR) methode toegepast. Daarbij worden de resultaten bezien in het licht van twee, elkaar uitsluitende hypothesen:
Hypothese 1: de bemonstering van het spoor bevat DNA van verdachte [medeverdachte 2] en twee onbekende niet verwante personen.
Hypothese 2:de bemonstering van het spoor bevat DNA van drie onbekende niet verwante
personen.
De resultaten van het onderzoek zijn zeer veel waarschijnlijker wanneer hypothese 1 juist is dan wanneer hypothese 2 juist is. [104]
Doorzoeking en inktonderzoek
Op 11 oktober 2016 werd [verdachte] aangehouden. Tijdens zijn aanhouding werd een sleutelbos bij hem aangetroffen. Hierbij zat de voordeursleutel van [adres] te [woonplaats] . Deze sleutel werd gebruikt om de woning te betreden tijdens de doorzoeking op 11 oktober 2016. [105] In de woning werd een doos aangetroffen van Ziggo. Op die doos stond een sticker met de naam, [verdachte] , [adres] te [woonplaats] . […] In die woning werd enkel mannenkleding aangetroffen. Hierdoor ontstond mede het vermoeden dat [D] de woning aan [verdachte] had verhuurd. [106]
Op 10 januari 2017 spraken verbalisanten [verbalisant 17] en [verbalisant 9] met [D] . Zij verklaarde kort samengevat het volgende:
‘Omdat het mij in eerste instantie niet lukte via een makelaar de woning te verkopen, verhuurde ik in april of mei van het jaar 2016, de woning aan een kennis, [verdachte] . Ik leerde [verdachte] kennen via gemeenschappelijke vrienden, namelijk [E] en [medeverdachte 1] . […] [verdachte] huurde mijn woning voor 250 a 300 per maand. Dit betaalde hij iedere maand cash. Toen ik de woning aan hem verhuurde had ik niets meer in die woning achtergelaten, behalve een trapje van mijn vader. [107] Als U zegt dat er in die woning goederen/geld is aangetroffen bij een zoeking, dan is dat zeker niet van mij. [..] De bos sleutels die u mij toonde herken ik. De sleutel met het rode label was de huissleutel van [adres] te [woonplaats] . De sleutel met opschrift "BUVA" was de sleutel van de centrale hal’ [108]
Tussen 11 oktober 2016 en 25 oktober 2016 werd in de woning [adres] te [woonplaats]
(woning [medeverdachte 1] )de opsporingsmethode Opnemen Vertrouwelijke Communicatie (OVC) toegepast. Verbalisant [verbalisant 18] verklaart daarover: [109] ‘Middels een technisch hulpmiddel werden de conversaties in genoemde periode opgenomen in de woonkamer en keuken van perceel [adres] . […] Gedurende de periode van de inzet OVC, werden de telefoongesprekken van de bewoonster van het pand aan de [adres] te [woonplaats] , [E] opgenomen en afgeluisterd. [110] […]
Take 53 /start 12 oktober 2016 20.24 uur:
[E] = [E]
[F] = [F]
Uitwerking vanaf 21.05 minuten:
[...]
NN man: […] Ik weet dat hij zijn geld in die afzuiger deed.
: Ja,
NN man: Ik hoor horloges meegenomen, alles weg thuis alles wat wij hebben. Ik begrijp niet waarom ze niet bij mijn ouders zijn gekomen.
[E] : Nee ik ook niet.
NN man: Als ze bij mijn ouders waren gekomen dan hadden ze wat anders gevonden.
[E] : Ja.
[…]
NN man: met m'n broertje was er wat, dingen weghalen nu dit weer, ik hoop dat het goed komt, dat ze niet veel bewijs hebben tegen hem.
[…]
NN man; komt goed, als er wat is, je kan die advocaat, heb je die nummer van die advocaat van Yassin? Die kan je ook dingen uitleggen. [111]
Op 11 oktober 2016 omstreeks 07:10 uur vond een doorzoeking ter inbeslagneming plaats aan [adres] te [woonplaats] . Onder andere werd besmeurd geld (G.01.10.001), verstopt in de afzuigkap […] in beslag genomen. [112] […]
Gelet op de gebezigde bewijsmiddelen is de rechtbank van oordeel dat [verdachte] verbleef op de [adres] te [woonplaats] . De wisselende verklaringen van verdachte ter terechtzitting over zijn aanwezigheid dan wel de aanwezigheid van zijn spullen in de woning, acht de rechtbank niet geloofwaardig.
Door verbalisant [verbalisant 19] is een overzicht gemaakt van de inbeslaggenomen goederen en de bijbehorende SIN-nummers:
- G.01.10.01 kreeg SIN-nummer AAIN4399NL: 515 x 20 euro/ 243 x 50 euro. [113]
Door het bedrijf Applied DNA Sciences (hierna: ADNAS) zijn de veiliggestelde referentiemonsters van de inkt onderzocht en is de unieke DNA-code van de inkt vastgesteld. [114]
Door verbalisant [verbalisant 16] is een overzicht gemaakt van alle resultaten van ADNAS. Hieruit volgt het volgende: [115]
Resultaten inktonderzoek [adres] te [woonplaats]
AAIN4399NL G.01.10.01 515X20 eurobiljetten en 243X50 eurobiljetten
De inktbemonsteringen van de eurobiljetten/goederen hebben matches opgeleverd middels de administratieve registratie van 3Sl/G4S gerelateerd aan o.a. de volgende delicten:
PL0900-2016292644:aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan de [adres] te
[vestigingsplaats] op 20 september 2016. [116]
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt, gelet op de voornoemde bewijsmiddelen, vast dat op 20 september 2016 omstreeks 04:51 uur sprake is geweest van een plofkraak op de geldautomaat van de ING in de Albert Heijn op de [adres] in [vestigingsplaats] . De avond voor de plofkraak wordt door medeverdachte [medeverdachte 2] een Mercedes Sprinter voorzien met (vals) kenteken [kenteken] op 650 meter afstand van de plaats delict geparkeerd. Vervolgens worden alle drie de verdachten in het holst van de nacht en een uur voor de kraak gezien bij de garagebox in [garagebox] . Daar laden zij allerlei plofkraakgerelateerde goederen in een zwarte BMW, zoals een breekijzer, gasfles, grote zwarte tas, een wit snoer en losse kentekenplaat. Alle drie de verdachten vertrekken met deze BMW. Rond 04:40 uur wordt een gelijksoortige BMW waargenomen op de camerabeelden van de Action in Driebergen. Ook op de camerabeelden van de Albert Heijn in Driebergen is een BMW te zien met opvallende velgen. Vervolgens wordt blijkens de beelden door twee personen de kraak feitelijk gepleegd waarbij gebruik gemaakt wordt van goederen die eerder die avond door de verdachten in de BMW zijn ingeladen. Ook de schoenen van één van de daders komen overeen met de schoenen die verdachten [medeverdachte 2] en [verdachte] dragen bij de garagebox voorafgaand aan de kraak. De daders vertrekken in de BMW. Ongeveer een uur na de kraak komt de Mercedes Sprinter in beweging. Verdachten [medeverdachte 2] en [verdachte] zitten in deze bus en rijden naar [garagebox] . Medeverdachte [medeverdachte 1] rijdt voor hen in de BMW. Op de camerabeelden van [garagebox] is te zien dat medeverdachte [medeverdachte 1] met de BMW aankomt en een grote tas – gelijksoortig aan de tas die hij eerder die avond meeneemt - uit de auto haalt. Hij wordt gevolgd door de Mercedes Sprinter. Verdachte [verdachte] stapt vervolgens als bijrijder in de bus. De Mercedes Sprinter wordt om 06:17 uur door verdachten [medeverdachte 2] en [verdachte] geparkeerd in de buurt van [garagebox] .
De dag na de plofkraak in Driebergen vindt een getuige (regen)kleding en schoenen in de bosjes. Op de regenbroek, het trainingsvest en de sok zit inkt dat via de administratieve registratie van 3SI/G4S matcht met de geldcassette van de geldautomaat van de ING in de Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] . Daarnaast zit op het vest, de sok en het trainingspak DNA dat matcht met het DNA-profiel van verdachte [verdachte] . Op de aangetroffen Nike schoenen in de regenbroek zit DNA dat matcht met het DNA-profiel van medeverdachte [medeverdachte 2] . Na de aanhouding van verdachte [verdachte] wordt in zijn woning in de afzuigkap geld aangetroffen met inkt dat middels de administratieve registratie van 3SI/G4S matcht met de geldcassette van de geldautomaat van de ING in de Albert Heijn aan de [adres] te [vestigingsplaats] .
De rechtbank is van oordeel dat de bewijsmiddelen in onderlinge samenhang bezien wettig en overtuigend bewijs opleveren dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan deze plofkraak. De rechtbank stelt vast dat in de woning van verdachte aan de [adres] te [woonplaats] geld wordt aangetroffen met daarop inkt dat via de administratieve registratie van 3SI/G4S matcht met de plofkraak in Driebergen-Rijssenburg en voorts, dat op de (regen)kleding aangetroffen in de bosjes in Driebergen DNA zit van verdachte, waarbij op grond van het forensisch onderzoek die kleding middels een inktmatch herleid kan worden naar de plaats delict. Opmerking verdient dat sprake is van enkel een administratieve inktmatch, waarbij mogelijk sprake kan zijn van een vals positieve match. Dit doet zich in dit geval niet voor, nu er steun te vinden is in andere bewijsmiddelen. Uit de bemonstering van de regenkleding zijn DNA-mengprofielen verkregen waaruit een DNA-hoofdprofiel kan worden afgeleid. Dit DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van verdachte. De kans dat een willekeurig gekozen persoon matcht met dit DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. Hieruit trekt de rechtbank de conclusie dat het merendeel van het DNA op de regenkleding afkomstig is van verdachte. De rechtbank vindt daarnaast steun voor de betrokkenheid van verdachte bij het delict in de bewijsmiddelen met betrekking tot de Mercedes Sprinter en de omstandigheden waaronder verdachte bij de garagebox wordt waargenomen. Verdachte heeft slechts in algemene termen gesteld dat hij onschuldig is. De verklaring van verdachte ten aanzien van het geld en zijn aanwezigheid in Driebergen-Rijssenburg vlak na de kraak, heeft de rechtbank reeds als ongeloofwaardig ter zijde geschoven. De verdachte heeft geen verklaring willen geven voor zijn activiteiten bij de garagebox in [garagebox] en de aanwezigheid van zijn DNA op de in de buurt van de plaats delict aangetroffen (regen)kleding. Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat verdachte degene is geweest die zich schuldig heeft gemaakt aan de plofkraak in Driebergen-Rijssenburg.
Medeplegen
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de gedragingen van verdachte en zijn medeverdachten voor, tijdens én na het plegen van deze plofkraak, de daarbij gebezigde middelen en gevolgde werkwijze die sterkt lijkt op de gehanteerde methoden bij de plofkraken in Almelo en Utrecht, een en ander in onderling verband bezien, verdachten met betrekking tot de fase van voorbereiding en afwerking van de plofkraak en de uitvoering daarvan, zodanig hecht en intensief hebben samengewerkt en verdachten ieder op hun eigen manier binnen die samenwerking een zodanig essentiële rol hebben gespeeld, dat sprake is van medeplegen van de feiten.
4.4.5.
Plofkraak Almelo 26 september 2016 (feit 5)
4.4.5.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder 5 ten laste gelegde, wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak. Uit de getuigenverklaringen volgt dat de plofkraak is gepleegd door twee daders, terwijl de officier van justitie voor deze zaak drie personen vervolgt. De camerabeelden wijzen enkel uit dat verdachte bij de garagebox te [garagebox] zou zijn geweest, waarmee nog niet vast staat dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan enig strafbaar feit. Daarbij komt dat er geen sporen van verdachte bij de kraak zijn aangetroffen, komt de kledingomschrijving niet overeen met de kleding van de daders en zijn de gebruikte en aangetroffen gasflessen niet identiek.
4.4.5.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
In het kader van onderzoek 032Smit werden op grond van het bevel tot stelselmatige observatie ten opzichte van [medeverdachte 1] heimelijke observatiecamera’s geplaatst gericht op het terrein bij de garageboxen op het [garagebox] in Utrecht. Vanaf 19 september 2016 werden videobeelden opgenomen en uitgekeken door het onderzoeksteam. [117]
Bevindingen 20 september 2016:
Op de camerabeelden (37.avi) zie ik om 03.40 uur de zwarte BMW tweedeurs met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. [medeverdachte 1] is de bestuurder, [verdachte] de bijrijder en [medeverdachte 2] zit achterin. [verdachte] opent de box. […] In de box is een zwarte Audi zichtbaar met kenteken [kenteken] . Er wordt een gasfles, alsmede een grote zwarte tas en een breekijzer door [medeverdachte 1] uit de box gehaald in de kofferbak van de BMW gelegd. […] [medeverdachte 1] komt ook nog met een kenteken plaat waarvan het nummer niet te zien is de box uitlopen. Hij legt deze plaat op de achterbank van de BMW. Vervolgens […] vertrekt de BMW om 03.50 uur met [medeverdachte 1] als bestuurder, [verdachte] als bijrijder en [medeverdachte 2] achterin. [118]
Op de camerabeelden (49.avi) zie ik om 06.14 uur opnieuw de zwarte BMW met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. Ik zie dat [medeverdachte 1] de box opent en vervolgens de kofferbak van de BMW open doet. In de box staat een zwarte Audi voorzien van kenteken [kenteken] . […]. [119]
Op de camerabeelden (25.avi) zie ik om 23.45 uur een donkerkleurig voertuig met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. Ik zie [medeverdachte 1] en [verdachte] uitstappen en de box openen. Beide mannen hebben handschoenen aan. In de box staat een zwarte Audi voorzien van kenteken [kenteken] . Goederen zoals gasflessen, wit snoer, zwarte zak/tas, zwarte staaf en sloophamer, worden vanuit de loods in het voertuig gezet waar ze mee gekomen zijn. [120]
Bevindingen 21 september 2016:
Op de camerabeelden (61.avi) zie ik om 14.04 uur een zwarte Audi voorzien van kenteken [kenteken] voor de box tot stilstand komen. Ik zie [medeverdachte 1] aan de bestuurderszijde van het voertuig uitstappen. […] Ik zie een zwarte Audi in de box staan. [121] […]
Op de camerabeelden (84.avi) zie ik om 22.13 uur een zwarte BMW 1 serie […]. Ik zie [medeverdachte 1] rechtsachter uitstappen. Ik zie [verdachte] aan de bestuurderszijde richting de box lopen en [medeverdachte 2] aan de bijrijderszijde ook richting de box lopen. Alle drie hebben ze handschoenen aan. [medeverdachte 1] haalt drie witte jerrycans uit de kofferbak van de BMW. […] In de box staat een zwarte Audi voorzien van kentekenplaat [kenteken] . [122]
Bevindingen 22 september 2016
Op de camerabeelden (87.avi) zie ik om 00.18 uur een zwarte BMW voor de box tot stilstand
komen. [verdachte] is de bestuurder en [medeverdachte 1] de bijrijder. […] Even is ook [medeverdachte 2] herkenbaar in beeld. […] In de box staat een zwarte Audi [kenteken] . [123]
Bevindingen 23 september 2016
Op de camerabeelden (191.avi) zie ik om 13.48 uur een donkere kleurige vijfdeurs BMW 1-serie voorzien van kenteken [kenteken] voor de box langs rijden en vervolgens met de kofferbak richting de box tot stilstand komen. […] Ik zie [medeverdachte 1] de box openen. Ik zie dat hij de kofferbak opent en zwarte handschoenen aan doet. […] In de box staat de zwarte Audi met kentekenplaat 66-PRD- 9. [124]
Door verbalisant [verbalisant 4] worden de beelden van [garagebox] op 26 en 27 september 2016 uitgekeken. Zij verklaart:
‘Op de beelden van locatie [garagebox] zie ik op maandag 26 september 2016 om 21.31 uur een
zwarte driedeurs BMW voorzien van chromen raamlijsten en opvallende tien spaak metalen velgen voor de box tot stilstand komen. Ik zie dat er drie personen in het voertuig zitten.
Ik herken de bestuurder zonder meer als verdachte [medeverdachte 1] .
- Donkerkleurig trainingsjack van het merk Adidas, voorzien van drie strepen verticaal over de mouwen en een horizontale donkere streep op biceps hoogte. Almede een logo/plaatje op de linker en rechter borst.
- […]
- Donkerkleurige trainingsbroek met Adidas logo op het linker bovenbeen.
- Zwarte sportschoenen met witte schoenzool.
- Zwarte handschoenen.
Ik herken de bijrijder als zijnde [verdachte] .
- Twee kleurig trainingsjack van het merk Adidas, twee kleurig aan de voorzijde en
donkerkleurig aan de achterzijde met aan de onderkant een lichte bies. Alsmede een logo links en rechts op de bost en drie strepen over de mouwen en een lichtkleurige capuchon.
- Donkerkleurige trainingsbroek met rechtsachter een lichtkleurig logo.
- Meerkleurige sportschoenen met lichtkleurig vlak op de achterzijde.
- Lichtkleurige handschoenen.
Ik herken de persoon die achter in het voertuig zit als [medeverdachte 2] .
- […]
- Donkerkleurige joggingbroek.
- Meerkleurige sportschoenen van het merk New Balance, met wit vlak aan de achterzijde.
- Zwarte handschoenen. [125]
Ik zie alle drie de personen uit het voertuig stappen. […] Ik zie dat [medeverdachte 2] iets wat lijkt op een zaklamp met daaraan een snoertje in zijn linkerhand vast heeft. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] en [verdachte] de box binnenlopen. Bij het opengaan van de box, zie ik een donkerkleurige Audi in de box staan. […] Op 23 september 2016 om 16.40 uur heb ik gezien dat de box voor het laatst is geopend door [medeverdachte 1] . Op die dag, datum en tijd is te zien dat er een donkerkleurige Audi voorzien van kenteken [kenteken] in de box staat. [126] Ik zie dat [medeverdachte 2] een zogenaamde sprayflacon uit de achterbak pakt en hier vervolgens mee op zijn handschoenen sprayt. Daarna legt hij de flacon weer terug in de kofferbak. Dan zie ik dat de Audi de box uitrijdt en voor de box weer tot stilstand komt. […] Ik zie dat [medeverdachte 2] naar de Audi toeloopt en de achterportier opent en vervolgens in het voertuig bezig gaat. […] Ik zie dat [verdachte] de box uitkomt lopen met een zwart voorwerp wat hij met beide handen opvouwt. Ik zie dat hij de bijrijders portier opent van de BMW en daar een wat lijkt op een muts en/of bivakmuts pakt. Ik zie dat hij vervolgens het portier sluit en naar de Audi loopt. Ik zie dat [medeverdachte 1] inmiddels naar de achterzijde van de Audi is gelopen en de kofferbak heeft opent en daar in de kofferbak bezig is. […] Ik zie dat [verdachte] naar de achterzijde van de BMW loopt en een breekijzer uit de kofferbak haalt. Ik zie dat hij dit breekijzer vervolgens in de kofferbak van de Audi neerlegt. [127] […] Ik zie dat [medeverdachte 2] iets tilt. Ik zie dat hij iets gebogen loopt terwijl hij dit tilt. Ik zie dat hij het voorwerp achter in de Audi legt. […] Ik zie dat [verdachte] vanuit de kofferbak van de BMW met zijn linkerhand iets van zwarte stof of plastic pakt en met zijn rechterhand pakt hij een wit lang snoer. Ik zie dat hij het zwarte voorwerp van stof of plastic in de kofferbak van de Audi legt. Ik zie dat [medeverdachte 1] op dat moment druk bezig is in de kofferbak van de Audi. […] Ik zie dat [verdachte] vervolgens het snoer uit de knoop haalt en opvouw/oprolt. Ik zie dat hij het snoer daarna in de kofferbak van de Audi neerlegt. [128] […] Ik zie vervolgens [medeverdachte 1] de box uit komen lopen. Ik zie dat hij een lichtkleurige jerrycan in zijn handen heeft en deze optilt. Dan zie ik dat hij de jerrycan weer neerzet en naar de kofferbak van de BMW loopt en daar een trechter pakt. Ik zie dat [medeverdachte 1] de trechter aan [verdachte] geeft en dat [verdachte] vervolgens de trechter vasthoud. Waarna [medeverdachte 1] de jerrycan optilt en de inhoud in de tank van de Audi giet. Ik zie dat terwijl [medeverdachte 1] en [verdachte] bezig zijn met de jerrycan, [medeverdachte 2] een zwarte jas en witte plasticzak met daarin zwarte goederen vanuit de BMW op de achterbank van de Audi legt. [129] […] Ik zie dat [medeverdachte 2] weer uit de box komt lopen en iets op de achterbank van de Audi neerlegt. [130] […] Ik zie dat [medeverdachte 2] met een lang wit verstrengeld snoer in de box staat. Ik zie dat hij met het snoer in zijn handen naar de Audi loopt en het snoer voorin aan de bijrijderszijde neerlegt. […] Ik zie vervolgens dat [verdachte] de kofferbak van de BMW sluit en dat [medeverdachte 2] de kofferbak van de Audi sluit. […] Ik zie vervolgens dat [verdachte] aan de bestuurderszijde van de BMW instapt. Ik zie dat [medeverdachte 1] om de Audi heen loopt en naar de bestuurderszijde loopt. Ik zie dat [medeverdachte 2] naar de bijrijderszijde toeloopt. […] Ik zie dat de Audi draait en links van de box weer tot stilstand komt. Ik zie dat [medeverdachte 1] achter het stuur zit. Ik zie vervolgens dat de BMW achteruit de box inrijdt. […] Ik zie dat [verdachte] de box uitloopt en de deur van de box sluit waarna hij naar de Audi loopt aan de bijrijderszijde instapt. [131] […] Ik zie dat [medeverdachte 1] vervolgens een sloophamer uit de Audi pakt en deze in de kofferbak legt. Ik zie de Audi vervolgens om 21.41 uur wegrijden.’ [132]
Op 26 september 2017 doet [aangever 5] namens Albert Heijn aangifte. Hij verklaart: ‘Ik wens aangifte te doen van diefstal door middel van braak. […] Ik ben werkzaam bij de Albert Heijn, gevestigd aan de [adres] te [vestigingsplaats] . […] Ik ben […] 26 september 2016 om 23:28 uur gebeld door G4S alarmcentrale. Ik werd door hen op de hoogte gebracht van een inbraakmelding, dat de politie reeds ter plaatse was en dat er daadwerkelijk sprake was van een inbraak.’ [133]
Door verbalisant [verbalisant 20] , beeldanalist van de Nationale Politie, worden de camerabeelden van de Albert Heijn aan [adres] in [vestigingsplaats] bekeken. Zij verklaart:
‘Ik, rapporteur, zag dat: op de videobeelden twee daders waar te nemen zijn. Ik, rapporteur, zag dat dader 1 donker gekleed was, een zwart (glimmende) jack droeg, een zwarte
trainingsbroek met linksboven een wit logo (vermoedelijk Adidas) droeg, lichte
handschoenen (vermoedelijk grijs) droeg, een zwarte bivakmuts droeg. Dader 2 een donkere getailleerde jas met capuchon en gesp op de achterkant droeg, mogelijk de onderkant van zijn mouwen heeft ingetapet, een spijkerbroek droeg, donkere handschoenen met licht logo aan de bovenkant droeg, een zwarte bivakmuts droeg. […] Ik, rapporteur, zag dat daders 1 en 2 gebruik maakten van een breekijzer, […] een schroevendraaier, […] een donkere sport/weekendtas, […] een gasflescombinatie, bestaande uit 2 kleine gasflessen […] en een elektradraad met ontsteker (zaklamp taser)
(door de rechtbank wordt op foto 13 - behorende bij het rapport - waargenomen dat de elektradraad wit van kleur is) [134] . Ik, rapporteur, zag dat daders 1 en 2 de ruimte binnenkwamen met een gasflescombinatie, een donkere weekend-/sporttas en een breekijzer. Dader 1 het voorste deurtje van de GEA (
de rechtbank begrijpt: geldautomaat)forceert met het breekijzer. Dader 1 krijgt hierbij hulp van dader 2. Dader 1 nog met het breekijzer aan de kluis wrikt, nadat de deur al open is. Dader 2 de gasflessen erbij pakt en lans in de GEA stopt. Dader 1 het draad uit de tas pakt en deze uitrolt. Daders 1 en 2 van de GEA weglopen en gelijk hierna vond de plof plaats. Dader 1 pakte een AH tas bij de kassa. Dader 2 haalde de cassettes uit de GEA en gooide deze op de grond. Daders 1 en 2 raapten het geld op en stopten het geld vermoedelijk in de AH tas (op beeld niet goed waarneembaar). Daders 1 en 2 vertrokken hierna weer via de zelfde weg als ze zijn binnengekomen.’ [135]
Door de ING Bank N.V. wordt namens [A] aangifte gedaan. [136] De kluis is vernield. Het plafond boven de automaat is naar beneden gekomen en hier en daar zijn plafondplaten door de druk kapot gegaan. De vloer is besmeurd met inkt. [137] De nooddeur is geforceerd. [138] Diefstal geld is 35.350,00 euro en 45.240,00 euro [139] (
de rechtbank begrijpt samen: 80.590,00 euro). [140]
Getuige [getuige 4] verklaart:
‘Op 27 september 2016, omstreeks 23.30 uur fietste ik, samen met een maat van me genaamd [getuige 5] , over de [adres] , komende uit de richting van de Ravenslootsingel. […] ongeveer tweehonderd meter van de Albert Heijn vandaan, hoorde ik het alarm van de Albert Heijn afgaan. [141] Na ongeveer anderhalve minuut, […] zag ik vanaf de parkeerplaats van Albert Heijn een zwarte Audi S6 Avant aan komen scheuren. […] Ik ben er […] zeker van dat het een Audi S6 Avant is. Volgens mij betrof het een type van bouwjaar 2006 of 2007. […] Ik zag dat de Audi het kenteken [kenteken] had. […] Ik zag dat de Audi vier uitlaten had.’ [142]
Getuige [getuige 5] verklaart:
‘Op 26 september 2016 omstreeks 23.10 uur fietste ik samen met [getuige 4] op de [adres] in de richting van de Schoolstraat te [vestigingsplaats] . Ter hoogte van de Albert Heijn zag ik dat er binnen bij de Albert Heijn licht brandde. […] Tevens hoorde ik een alarm afgaan. Ter hoogte van de pinautomaat zag ik twee mannen staan. Ik zag dat deze mannen bivakmutsen op hadden en dat ze geheel in het zwart gekleed waren. […] Ik heb ter hoogte van het kruispunt met de Schoolstraat de politie gebeld. [143] Daarna hoorde ik dat er een auto met gillende banden aankwam rijden. Ik keek om de hoek en zag dat deze auto van de parkeerplaats van de Albert Heijn kwam. Ik kan deze auto als volgt omschrijven:
- Zwarte Audi s6 Avant
- Model van 2009
- Led verlichting aan de voorzijde
- Vier uitlaten, twee aan beide zijden van de auto
- Zwarte ruiten
- Kenteken [kenteken] .’ [144]
Op 26 september 2016, tijdstip 23:17 uur, wordt het kenteken [kenteken] geflitst op de Henriette Roland Holstlaan in Almelo. [145]
Camerabeelden [garagebox] – Audi [kenteken]
Door verbalisant [verbalisant 4] worden de beelden van [garagebox] op 26 en 27 september 2016 uitgekeken. Zij verklaart:
‘Op dinsdag 27 september 2016 om 00.40 uur zie ik een zwarte Audi voorzien van een taxi balk op het dak voor de box tot stilstand komen. Ik zie [verdachte] aan de bijrijderszijde uit het voertuig stappen. Ik zie dat hij dezelfde kleding aanheeft als toen hij eerder vandaag bij de box was. Ik zie dat hij ook nu weer de lichtkleurige handschoenen aanheeft. […]. Ik zie dat hij vervolgens naar de box loopt. Ik zie dat [medeverdachte 2] achter uit het voertuig stapt. Ook hij heeft dezelfde kleding aan als toen hij eerder vandaag bij de box was. Ik zie dat ook hij weer zwarte handschoenen aanheeft. Ik zie dat hij en een wit met oranje plastic zak en nog iets wat lijkt op een zwarte jas in zijn handen heeft. [146] […] Ik zie dat [medeverdachte 2] achter [verdachte] langsloopt en dat hij de jas aftast en vervolgens opvouwt en in de plasticjas propt. […] Dan zie ik dat de Audi voorzien van de taxi balk de box ingereden wordt. Ik zie dat deze Audi voorzien is van een blauw kentekenplaat met daarop [kenteken] . […] Vervolgens zie ik [medeverdachte 1] de box uitlopen. Ook hij heeft zo goed als dezelfde kleding aan als toen hij eerder vandaag bij de box was met uitzondering van de jas. Nu heeft hij een geheel donker
kleurig trainingsjack aan. Ik zie dat hij al lopende zijn jas uittrekt. Ik zie dat hij zijn trainingsjas binnenste buiten keert. Ik zie nu dat het dezelfde trainingsjack is als die hij eerder aanhad. Zijnde een donkerkleurig trainingsjack van het merk Adidas, voorzien van drie strepen over de mouwen en een logo op de linker en rechter borst. Ik zie dat hij ook nu weer donkere handschoenen aan heeft. […] Ik zie dat [verdachte] de box uit komt lopen, ik zie dat hij in zijn rechterhand een zwarte tas/ zak vast heeft. Ik zie dat hij vervolgens met zijn linkerhand de kofferbak van de BMW opent en deze zwarte tas/zak erin legt. Dan zie ik [medeverdachte 2] met een soortgelijke zwarte tas/zak in zijn rechterhand en een lichtkleurige plasticzak de box uitlopen. [147] […] Ik zie dat [medeverdachte 1] aan de bestuurderszijde van de Audi instapt. […] Ik zie dat [medeverdachte 2] met de wit met oranje plastic zak in zijn hand naar de rechterportier van de BMW loopt en instapt. Ik zie vervolgens dat hij achterin gaat zitten. Ik zie dat [verdachte] ook aan de rechterzijde in de BMW instapt, waarna de BMW in beweging komt en wegrijdt. [148]
Door verbalisant [verbalisant 4] wordt een proces-verbaal opgemaakt over de aangetroffen Audi aan de [naam] te Eindhoven. Zij verklaart:
‘Op zaterdag 11 februari 2017 is in een garagebox 5E gelegen aan de [naam] te Eindhoven een gestolen voertuig aangetroffen. Zijnde een zwarte Audi S6 voorzien van valse kentekenplaten [kenteken] . […] In de kofferbak van dit voertuig lag onder andere een lang wit snoer, zwarte tas, sloophamer een gasfles combinatie. [149] Op dinsdag 20 september 2016 zijn verdachten [medeverdachte 1] […] en [verdachte] , […], samen op beeld te zien bij de garagebox op [garagebox] te Utrecht. In de box staat een zwarte Audi voorzien van kenteken [kenteken] . Goederen zoals een gasfles combinatie, wit snoer, zwarte tas, zwarte staaf en sloophamer, worden vanuit de loods achter in het voertuig gelegd waar ze mee gekomen zijn. De gasfles combinatie is gelijkend aan de combinatie welke is aangetroffen in de kofferbak van de gesloten Audi in Eindhoven. [150]
Op 26 september 2016 heeft er een plofkraak plaatsgevonden op een ING pinautomaat in een vestiging van de Albert Heijn, gelegen aan de [adres] in Almelo. Van deze plofkraak zijn de camerabeelden veiliggesteld en uitgekeken en is proces-verbaal is opgemaakt. Op de beschikbaar gestelde beelden is een soort gelijke gasfles combinatie te zien. [151] Zichtbare overeenkomsten tussen de gasflescombinaties zijn als volgt;
  • Twee (2) aan elkaar getapte gasflessen, een zogenaamd 'autogeen lasset' (acetyleen en zuurstof) Voorzien van zwart tape en later voorzien van een extra zilverkleurig tape laag.
  • één ( 1 ) gasfles rood van kleur (acetyleen) voorzien van lichtkleurig langwerpige sticker zilverkleurige beugel
  • twee (2) gasmeters
  • zilverkleurige verloopkraan
  • zilverkleurige cilinderdop met beugel en reduceerventiel
  • blauwe gasslang, welke samen komt met de rode gasslang in een koperkleurige mondstuk
  • één (1) zilver/ grijze gasfles (zuurstof)
  • witte rand aan de bovenzijde
  • zwarte beugelgreep
  • twee (2) gasmeters
  • zilverkleurige verloopkraan
  • rode gasslang, welke samen komt met de blauwe gasslang in een koperkleurige mondstuk.
Door verbalisant [verbalisant 4] is de aangetroffen Audi met kenteken [kenteken] vergeleken met de Audi gezien op de camerabeelden van de garagebox op [garagebox] […]. Zij verklaart:
‘Het betreft een zwarte Audi S6 voorzien van een valse blauwe taxi kentekenplaat [kenteken] . […] Ik heb de uiterlijke kenmerken van dit voertuig vergeleken met de beelden die ons ter beschikking staan. Opvallende kenmerken op het aangetroffen voertuig zijn:
- Blauwe kentekenplaat [kenteken]
- Chromen dakrails
- Metalen meer spaak velgen
- Roosters links en recht onder voorzijde
- Chromen lijst om de ramen
- Verduisterde ramen (door middel van verduister rolscherm) achterportieren aan beide
zijden.
Hierboven vernoemde kenmerken komen overeen met een Audi welke gezien is op de volgende datums en locaties;
- 26 en 27 september 2016, garagebox [garagebox] Utrecht.’ [153]
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt, gelet op voornoemde bewijsmiddelen, vast dat er op 26 september 2016 omstreeks 23:28 uur sprake is geweest van een plofkraak op de geldautomaat van de ING in de Albert Heijn op de [adres] te [vestigingsplaats] . In de dagen voorafgaand aan deze plofkraak zijn verdachten [medeverdachte 1] , [verdachte] en [medeverdachte 2] bij de garagebox op [garagebox] gezien. In de garagebox staat dan een zwarte Audi voorzien van kenteken [kenteken] . De verdachten dragen handschoenen en zijn bezig met het in- en uitladen van o.a. gasflessen, wit snoer, zwarte staaf, sloophamer, jerrycans en kentekenplaten. Op de avond van de kraak worden de drie verdachten rond 21:31 uur - twee uur voor de kraak - wederom bij de garagebox op [garagebox] gezien. Verdachte [medeverdachte 1] draagt op dat moment een donkerkleurig trainingsjack en trainingsbroek van het merk Adidas. Op de broek is het logo zichtbaar op het linker bovenbeen. Alle verdachten dragen handschoenen. De Audi met kenteken [kenteken] wordt uit de box gereden en verschillende goederen worden ingeladen, waaronder een breekijzer, zwarte stof/plastic, wit lang snoer, witte plastic zak met zwarte goederen en een sloophamer. Met jerrycans wordt de tank van de Audi gevuld. Vervolgens vertrekken de drie verdachten met de Audi om 21:41 uur en rond 23:28 uur wordt de plofkraak gepleegd. Op de camerabeelden van de Albert Heijn zijn twee daders waar te nemen. Dader 1 draagt een trainingsbroek met linksboven een wit logo (vermoedelijk Adidas). Dit komt sterk overeen met de broek die door verdachte [medeverdachte 1] bij de garagebox in [garagebox] wordt gedragen. De daders van de plofkraak maken onder andere gebruik van een breekijzer, een donkere sport/weekendtas en een gasflescombinatie met een witte elektradraad met ontsteker. Dat zijn goederen die de verdachten eerder in handen hebben gehad bij de garagebox. Middels de ontsteker wordt de geldautomaat opgeblazen, waarna de geldcassettes op de grond worden gegooid en de bankbiljetten worden meegenomen. Getuigen van de plofkraak zien vanaf de parkeerplaats van de Albert Heijn vervolgens een Audi S6 Avant met het kenteken [kenteken] met hoge snelheid wegrijden. Deze Audi voldoet qua kenmerken en kenteken aan de Audi die gezien wordt bij de garagebox in [garagebox] . Rond 00:40 uur worden de drie verdachten wederom waargenomen bij de garagebox op [garagebox] . Zij rijden dan in een Audi voorzien van een taxibalk en het blauwe kenteken [kenteken] . De Audi wordt de box ingereden en zwarte tassen en plastic zakken worden overgeheveld in de BMW, waarmee de verdachten vervolgens vertrekken.
Op 11 februari 2017 wordt een Audi type Rs6 met vals blauw kenteken [kenteken] aangetroffen in een garagebox in Eindhoven. In deze Audi en in de garagebox liggen jerrycans, zwart plastic, een rode stalen fles en een moker. De aangetroffen gasflescombinatie is gelijkend aan de combinatie die wordt waargenomen bij de verdachten op [garagebox] . De Audi blijkt qua kenmerken overeen te komen met de Audi die gezien is op de beelden bij de garagebox op [garagebox] .
De rechtbank is van oordeel dat de bewijsmiddelen in onderlinge samenhang bezien wettig en overtuigend bewijs opleveren dat verdachte zich als medepleger schuldig heeft gemaakt aan deze plofkraak. De rechtbank overweegt daartoe dat, gelet op het gegeven dat de verdachten in de dagen voorafgaand aan en twee uur voor de kraak bezig zijn met het inladen van plofkraak gerelateerde goederen die - zoals uit de camerabeelden is gebleken – ook daadwerkelijk gebruikt worden bij de plofkraak, zij in het bezit zijn van een zwarte Audi met het kenteken [kenteken] , die waargenomen wordt op de plaats delict en zij een uur na de kraak rijden in een soortgelijke Audi met blauwe kentekenplaten [kenteken] waarvan is komen vast te staan dat deze overeenkomt met de Audi van [garagebox] , het verdachte met zijn medeverdachten is geweest die vanaf [garagebox] met de Audi [kenteken] naar de Albert Heijn aan de [adres] in [vestigingsplaats] zijn gereden, de plofkraak hebben gepleegd en vervolgens zijn teruggereden naar [garagebox] . De rechtbank wordt gesterkt in haar overtuiging door het feit dat verdachten continu handschoenen dragen, de trainingsbroek van [medeverdachte 1] overeenkomt met de trainingsbroek die door één van de daders wordt gedragen en het gebruik van het lange witte snoer en de gasflescombinatie die worden waargenomen bij verdachten en later ook wordt aangetroffen in de Audi in Eindhoven.
Dat door de getuigen in deze zaak twee daders worden waargenomen, wil nog niet zeggen, zoals door de verdediging is betoogd, dat de kraak feitelijk door slechts twee daders is gepleegd. Uit andere zaaksdossiers (de rechtbank wijst op onder andere de plofkraak op ’ [adres] te Utrecht) blijkt dat daarbij een modus operandi is vastgesteld waarbij twee daders de kraak uitvoeren en dat een derde dader op de uitkijk staat. De getuigen krijgen in de onderhavige zaak pas zicht op twee daders als die met licht aan de kraak aan het plegen zijn in de Albert Heijn. Gezien die waarneming kan uit de omstandigheid dat zij vervolgens – tijdens het met grote snelheid wegrijden van de Audi – verklaren twee personen in de Audi te hebben gezien niet de conclusie worden verbonden dat er ook daadwerkelijk slechts twee personen in de Audi zaten of slechts twee personen bij de kraak waren betrokken. Temeer niet omdat deze Audi is voorzien van verduisterde ramen.
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de handelingen van verdachte en zijn medeverdachten voor, tijdens én na het plegen van deze plofkraak, de daarbij gebezigde middelen en gevolgde werkwijze die gelijkenis vertoont met de plofkraken in Driebergen en Utrecht, een en ander in onderling verband bezien, zodanig hecht en intensief hebben samengewerkt en verdachten ieder op hun eigen manier binnen die samenwerking een zodanig essentiële rol hebben gespeeld, dat sprake is van medeplegen van de feiten.
Ten aanzien van de gasflessen stelt de rechtbank vast dat deze wellicht niet identiek zijn, maar wel soortgelijk aan de gasflescombinaties waarvan wordt waargenomen dat deze regelmatig bij de verdachten in gebruik zijn. Dat de gasflessen gebruikt zouden worden bij het sleutelen aan auto’s, acht de rechtbank gelet op bovengenoemde (verdachte) omstandigheden, zoals onder andere de tijdstippen waarop de verdachten bij de garagebox worden gezien en de frequentie van het gebruik van de gasflessen in combinatie met andere plofkraak gerelateerde goederen, niet aannemelijk. Dit verweer wordt verworpen.
4.4.6.
Plofkraak Utrecht 27 september 2016 (feit 6)
4.4.6.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder feit 6 ten laste gelegde, wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de plofkraak. Verdachte is niet bewijsbaar aanwezig geweest in de Audi ( [kenteken] ) en op de plaats delict. Het DNA dat is aangetroffen op de schoen en de bankbiljetten die zijn gevonden in de woning [adres] zijn onvoldoende om als bewijs te dienen. Daarnaast is het enkele inladen van voorwerpen bij de garagebox op [garagebox] onvoldoende om te kunnen spreken van een nauwe en bewuste samenwerking. Verdachte kan dan ook niet als medepleger worden aangemerkt.
4.4.6.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
In het kader van onderzoek 032Smit werden op grond van het bevel tot stelselmatige observatie ten opzichte van [medeverdachte 1] heimelijke observatiecamera’s geplaatst gericht op het terrein bij de garageboxen op het [garagebox] in Utrecht. Vanaf 19 september 2016 werden videobeelden opgenomen en uitgekeken door het onderzoeksteam. [154]
Door verbalisant [verbalisant 4] worden de beelden van [garagebox] op 27 en 28 september 2016 uitgekeken. Zij verklaart:
‘Op de beelden van locatie [garagebox] zie ik op dinsdag 27 september om 22.44 uur een zwarte BMW 1 serie voorzien van opvallende vijf spaak velgen het beeld inrijden. Ik herken de bestuurder zonder meer als verdachte [medeverdachte 1] . [155] […] Ik herken de bijrijder als zijnde [verdachte] . [156] […] Ik herken de persoon die achter uit het voertuig stapt als [medeverdachte 2] . […] In de box staat een Audi voorzien van een blauwe kentekenplaat [kenteken] . Deze wordt door [medeverdachte 1] naar buiten gereden en komt met openstaande kofferbak voor de box tot stilstand. [medeverdachte 1] tilt vervolgens iets wat lijkt op een doek of een tas van de achterbank van de Audi en zet deze in de box. Ik zie vervolgens [verdachte] achter de BMW links weer het beeld inlopen. Ik zie dat hij een rood/oranje trechter in zijn rechterhand heeft. In zijn linkerhand heeft hij iets wat lijkt op regen/kleding. Ik zie dat hij de trechter in de kofferbak van de Audi gooit. Dan loopt hij naar de bijrijderszijde van de Audi. Ik zie dat hij regen/kleding en ook een rugzak vast heeft. Ik zie dat hij dit aan de bijrijderszijde in de Audi neerlegt. Dan loopt hij terug de box in. [157] Ik zie dat [medeverdachte 1] nu de box uit komt lopen met een voorwerp in zijn rechterhand met daar aan vast een lange witte buis. Het is niet te zien wat dit precies is. […] Ik zie vervolgens [medeverdachte 2] weer rechts het beeld inlopen en zie dat hij dan in de kofferbak van de Audi bezig gaat. Hij gebruikt daarbij een zaklamp […]. Zowel [verdachte] als [medeverdachte 2] lopen een aantal keren de box in en uit. [medeverdachte 2] heeft kleine dingen in zijn handen […]. Dan zie ik [verdachte] een lang wit snoer uit de kofferbak van de Audi pakken. Ik zie dat hij het snoer uit te knoop probeert te halen. […] Ik zie dat [verdachte] het snoer nu op de grond uitlegt en vervolgens het snoer begint op de rollen. [158] Ik zie [medeverdachte 1] weer rechts het beeld inlopen met iets wat lijkt op een gasfles in zijn handen. Hij zet deze in de box op de grond. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] weer naar de achterzijde van de Audi loopt de kofferbak opent en daarin bezig gaat. […] Ik zie [medeverdachte 1] nu de kofferbak sluiten en naar de rechter achter portier van de Audi lopen, daar kijkt hij naar binnen en is daar vervolgens enige tijd bezig. Ik zie dan dat [medeverdachte 2] iets kleins (mogelijk een sleutelbos) aan [verdachte] geeft. […] Ik zie dat [medeverdachte 2] achter in de Audi gaat zitten. Ik zie dat [verdachte] het door hem uit de knoop gehaalde witte snoer aan de bijrijderszijde voor in de Audi legt. [medeverdachte 1] loopt […] even uit beeld. Als hij weer terug loopt zie ik dat hij iets wat lijkt op een schroevendraaier in zijn handen heeft. Hij loopt hiermee naar de bestuurderszijde van de Audi. Ik zie dat [verdachte] op de bestuurderstoel van de BMW wil gaan zitten, dan kijkt naar de achterbank en opent het achterportier. Ik zie dat hij een grote plastic tas of groot stuk plastic eruit pakt en deze aan de bijrijderskant in de Audi neerlegt. Als [verdachte] terug naar de BMW loopt zie ik dat hij nog iets in zijn jaszak steekt. Ik zie dat hij de achterportier van de BMW sluit en aan de bestuurderskant instapt. Ik zie dat de BMW om 22.51 uur vertrekt. Direct gevolgd door de Audi met [medeverdachte 1] als bestuurder en [medeverdachte 2] achterin.’ [159]
[verdachte] [160] verklaart dat hij op 27 september 2018 in de garagebox op [garagebox] is geweest.
Op 27 september 2018 worden verbalisanten [verbalisant 21] en [verbalisant 22] door de centralist van het Operationeel Centrum gevraagd te gaan naar de Albert Heijn aan ’ [adres] te [vestigingsplaats] . Zij verklaren:
‘Op genoemde dag werden wij omstreeks 23:40 uur […] gevraagd te gaan naar de supermarkt Albert Heijn aan ’ [adres] . […] Op genoemde dag kwamen wij omstreeks 23:45 uur ter plaatse. […] In de winkel zagen wij een soort van rook hangen, alsof er een airbag was ontploft. Toen wij verder de winkel in keken zagen wij op de grond een grote hoeveelheid bankbiljetten van twintig euro liggen. Verder zagen wij in de winkel oranje panelen liggen met daarop de tekst ING Bank gedrukt.’
Door de ING wordt namens [A] aangifte gedaan. [161] De kluis en het bovencompartiment zijn volledig vernield. [162] De plafondplaten hebben schade opgelopen en inkt heeft zich rondom de automaat over de vloer verspreid. De nooddeur van de Albert Heijn is geforceerd. [163] Diefstal geld is 33.560,00 euro. [164]
Op 28 september 2016 wordt door [aangever 6] , filiaalmanager van de Albert Heijn op ’ [adres] te [vestigingsplaats] aangifte gedaan. Hij verklaart:
‘Dit filiaal is gelegen op de begane grond van een winkel/wooncomplex. Direct boven ons filiaal zijn meerdere etages met woningen gelegen.[…] In ons filiaal heeft de ING Bank een vrijstaande inpandig pinautomaat geplaatst. [165] […] Nadat ik geconfronteerd was met deze ravage ben ik samen met een rechercheur van politie naar het magazijn gelopen, alwaar de camerabeelden van het filiaal worden opgeslagen. Ik heb hierop samen met de betreffende rechercheur de camerabeelden van 27 september 2016 tussen 22.00 uur en 23.45 uur nader bekeken. Op de beelden zag ik kort weergegeven dat: [..]
- Omstreeks 23.40 uur er ineens twee personen, zwart gekleed en een capuchon over
het hoofd onder in beeld (binnen in de winkel) kwamen;
- Dat één van deze personen in zijn handen twee gasflessen met daarop een
soort meter door de winkel droeg richting de pinautomaat;
- Dat deze personen meerdere malen kort in beeld kwamen, alsof ze heen en weer
liepen;
  • Er ineens een soort felle lichtflits te zien was;
  • Deze lichtflits direct gevolgd werd door een stofwolk, rondvliegend puin, en
dergelijke;
- Ineens onder in beeld een in het zwart geklede persoon verscheen; [166]
- Deze persoon iets met kracht op de grond gooide, waarna een spoor van (na
later bleek) bankbiljetten op de grond verscheen;
  • Een andere in het zwart geklede persoon ter hoogte van deze biljetten geknield op de grond ging zitten en begon deze biljetten op te rapen;
  • Deze persoon het opgeraapte geld vervolgens in een aldaar geplaatste vuilnisbak propte;
  • Beide personen vanaf 23.42 uur niet meer in beeld waren.’
Op 4 oktober 2016 bekeek verbalisant [verbalisant 23] de door Albert Heijn beschikbaar gestelde camerabeelden van de buitenzijde van het pand en de naast gelegen panden over de periode van 27 september 2016 van 23.27.55 uur tot en met 23.48.17 uur. Hij verklaart hierover:
‘11.38.00 uur (
de rechtbank begrijpt: 23.38.00 uur): Een zwart kleurige personenauto, type station, komt over de Oud Wulvenlaan aan rijden met de verlichting aan en stopt. De auto rijdt vervolgens achteruit.
11.38.15
uur: De bovengenoemde zwart kleurige personenauto rijdt vanaf de Oud Wulvenlaan het trottoir van ’ [adres] op,
11.38.16
uur: De zwarte personenauto is sterk gelijkend op een Audi, type A6 Avant. Hij rijdt met gedoofde verlichting over het trottoir voor de winkels van ’ [adres] op in de richting van het Albert Heijn filiaal op nummer 66G. [168]
11.38.34
uur: De zwarte auto rijdt achteruit naar de nooddeuren van de in/uitgang van het Albert Heijn filiaal.[…] [169]
11.38.43
uur: […] Linksvoor stapt de bestuurder uit. Rechtsvoor stapt de bijrijder uit. Rechtsachter stapt de passagier uit. Allen zijn in het donker gekleed met jassen tot op de knie. De handen zijn bedekt met donkere handschoenen en de gezichten met een donkere muts of masker.
11.38.49
uur: De passagier loopt naar de linkerzijde van de auto en blijft aan de voorzijde van bestuurdersportier staan en kijkt om zich heen. De bijrijder heeft de achterklep geopend. De bestuurder opent het linker passagier portier en pakt daar iets uit. [170] […]
11.39.09
uur: De bestuurder en passagier zijn links uit beeld gelopen […] De bijrijder heeft de achterklep gesloten en blijft links naast de auto. De linker voor- en achterportier staan open evenals het rechter voorportier. De bijrijder kijkt naar alle kanten en loopt heen en weer links naast de auto.
11.39.30
uur: een persoon komt terug bij de auto en bijrijder. De bijrijder pakt aan de linkerzijde tussen de voorstoelen door een bos met wit draad uit de auto en geeft dat aan de terug gekomen persoon. Samen halen ze de bos uit elkaar links naast de auto.
11.39.35
uur: De persoon loopt met de bos draad links uit beeld waarschijnlijk het Albert Heijn filiaal in. [171]
11.40.20
uur: De bijrijder opent de achterklep en wit draad wordt daarin gegooid. […]
11.40:38 uur: Twee personen gooien iets groots wat van links buitenbeeld komt in de kofferbak. […] [172]
11.40.54
uur: Een van de personen pakt een grote lichtkleurige plastic zak uit de kofferbak en neemt die mee links het beeld uit richting het Albert Heijn filiaal.
11.41.08
uur: De bijrijder pakt een voorwerp aan en gooit die in de achterbak en sluit de achterbak (opmerking verbalisant: gezien de afmeting van het voorwerp lijkt het een geldcassette uit de geldautomaat). [173]
11.41.21
uur: De bijrijder die steeds buiten stond stapt weer rechts voorin op de bijrijdersplaats in. Een persoon stapt linkt op de bestuurders plaats in en een persoon komt het beeld in met een donker kleurige tas en stapt als passagier in.
11.41.26
uur: De auto en inzittenden rijden weg over de open parkeerplaats.’ [174]
Op 28 september 2018 is door verbalisant [verbalisant 24] , forensisch onderzoeker, een onderzoek naar sporen verricht in het bedrijfspand aan ’ [adres] in [vestigingsplaats] . [175] Zij verklaart daarover:
‘Ik zag dat de linker nooddeuren ontzet waren en dat er in beide deuren barsten in het glas zaten. Op de grond lagen glassplinters. Hiervan heb ik een monster veiliggesteld. [176] Op de grond zag ik diverse onderdelen van het pinautomaat liggen, namelijk: […]
- drie cassettes, waarvan één met besmeurde briefjes van vijftig euro
- gedeeltelijk met inkt besmeurde biljetten van twintig euro.
Bij twee van de drie cassettes zag ik dat er inkt uit de zogenaamde 'spraybars' was gekomen. Ik heb de gaatjes op deze spraybars bemonsterd middels een wattenstaafje. Van één cassette heb ik middels een steriel mesje een snee gemaakt in het inktbuisje en daarvan de bemonstering gedaan. [177]
De hierna genoemde sporen/sporendragers werden […] veiliggesteld:
  • AAJR1141NL, inkt uit inktbuisje geldcassette
  • AAJR1142NL, inkt uit spraybar geldcassette
  • AAJR1074NL, glas bij de beschadigde pui.’
Aantreffen Audi [kenteken]
Op 11 februari 2017 worden verbalisanten [verbalisant 25] en [verbalisant 26] naar de [naam] in Eindhoven gestuurd. Verbalisant [verbalisant 25] verklaart:
‘Wij kregen opdracht te gaan naar de [naam] te Eindhoven. Aldaar bevond zich een melder die bij een garagebox stond, die zijn eigendom was en welke hij verhuurd had. Naar aanleiding van het feit dat de huurder geen huurpenningen meer afdroeg was melder naar de garage toe gegaan en had vervolgens geconstateerd dat er een personenauto in stond voorzien van het kenteken [kenteken] . [179] […] Wij stelden vervolgens een onderzoek in, in garagebox [nummer] , gelegen aan de [naam] te Eindhoven. In de garagebox stond een personenauto van het merk Audi, kleur zwart, met het kenteken [kenteken] . Ik, rapporteur, zag tevens dat de kentekenplaten blauw van kleur waren. Bij bevraging van het RDW bleek het kenteken afgegeven op een persoon genaamd [G] . Ik, verbalisant, had een telefonisch onderhoud met hem. [G] verklaarde dat hij taxichauffeur was en op dat moment in genoemde auto rondreed. […] Ik, verbalisant, las tevens in het politiesysteem dat [G] bij een eerdere gelegenheid al eens staande gehouden was door collega's, ook omdat zijn kenteken als zijnde gekloond te boek stond. Bij die gelegenheid was vastgesteld dat zijn voertuig daadwerkelijk hoorde bij het door het RDW afgegeven kenteken. Gezien bovenstaande kon aangenomen worden dat het voertuig dat voor ons stond voorzien was van valse kentekenplaten.’ [180]
Verbalisant [verbalisant 26] verklaart:
‘Ik zag in deze garagebox, achter de volledig geopende deur, een personenauto staan van het merk, Audi, type Rs6, kleur zwart en voorzien van kenteken [kenteken] . Ik zag dat het kenteken blauw van kleur was. […] Ik keek in het voertuig en zag het middenconsole, alsmede een gedeelte van de bekleding van de passagiersstoel, paarse vlekken had. Ik zag op de passagiersstoel een doorzichtige fles liggen met een vloeibare stof, vermoedelijk ammoniak, in deze fles. […] Ik keek in het voertuig en zag dat het rug gedeelte van de achterbank niet volledig aansloot met de hoedenplank. Ik zag dat tussen het rug gedeelte en de hoedenplank een kier van ongeveer 4 centimeter zat. Ik scheen met mijn maglite door deze kier waarop ik voor een gedeelte in de kofferbak kon schijnen. Ik zag in deze kofferbak een witte deels gevulde jerrycan, zwart plastic, een rode stalen fles en een moker liggen. Ik ben de genoemde garagebox ingelopen en zag achterin deze garagebox, aan de meest rechterzijde, vijf jerrycans staan. [181] Tegen de achtergevel van deze garagebox, in het midden, zag ik een grote stalen fles staan. Ik zag dat er een zwart plastic zeil over deze fles hing. Ik zag dat er een kussen om deze fles gebonden was. Ik zag, achterin deze garagebox, aan de meest linkerzijde vier jerrycans staan.’ [182]
Glasonderzoek
Op 15 februari 2017 is door verbalisant [verbalisant 27] , forensisch onderzoeker, een onderzoek naar sporen verricht. Hij verklaart daarover:
‘Nadat alle goederen uit de achterbak waren veiliggesteld werd door mij met een speciale stofzuiger met een filter de vloer van de achterbak schoon gezogen waarbij de
sporen in het filter terecht kwamen. Het filter werd door mij afgesloten en veiliggesteld en gewaarmerkt met SIN AAKE3226NL.
Door mij verbalisant werden de sporen op de zitting van de achterbank en de beide vloermatten op eenzelfde manier met een stofzuiger veiliggesteld. Dit filter werd gewaarmerkt met SIN AAKE3227NL. De beide voorstoelen en de beide vloer matten aan de voorzijde werden ook op eenzelfde manier bemonsterd. Het filter werd door mij gewaarmerkt met SIN AAKE3225NL.
Op de vloermat aan de rechter achterzijde van de Audi S6 zag ik een paar grijze sportschoenen met wit groen zolen liggen. Deze sportschoenen werden door mij veiliggesteld en gewaarmerkt met SIN AAKE3221NL. [183]
Uit het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut, inhoudende het vergelijkend glasonderzoek naar aanleiding van het aantreffen van een Audi in Eindhoven, van 11 mei 2017,volgt:
Te onderzoeken materiaal
AAKE3225NL Vezels/micro, glas splinters
AAKE3227NL Vezels/micro, glas splinters
AAKE3226NL Vezels/micro, glas splinters [184]
Het aangetroffen vreemde glas is in sporenelementsamenstelling vergeleken met het referentieglas opgenomen in de LFCT-glasdatabase.
Resultaten
  • AAKE3225NL, voorzijde vloer + zitting Audi, 7 glasdeeltjes waarvan 1 glasdeeltje matcht met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
  • AAKE3226NL, achterbak Audi, 12 glasdeeltjes waarvan 5 glasdeeltjes matchen met AAJR1074NL, locatie Utrecht
  • AAKE3227NL, vloer achterzijde + zitting, 27 glasdeeltjes waarvan 12 glasdeeltjes matchen met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
Uit het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut, inhoudende het glasonderzoek aan de schoenen die aangetroffen zijn in de Audi in Eindhoven, van 6 juni 2017 volgt:
Te onderzoeken materiaal
AAKE3221NL Schoeisel (schoen). Sportschoenen lagen achter de chauffeur op de vloer. [186]
In de stofmonsters van de schoenen en het laken zijn 24 op glas lijkende deeltjes aangetroffen.
Resultaten
- AAKE3221NL, schoenen, 24 glasdeeltjes waarvan 1 glasdeeltje matcht met AAJR1074NL, locatie Utrecht. [187]
Door het NFI is op 19 juli 2018 een herzien rapport uitgebracht over het tweede aanvullende onderzoek: Vergelijking van aangetroffen glasdeeltjes in TGO 032SMIT met glasdatabank van ram- en plofkraken. Uit dit rapport volgt: [188]
De glassporen uit de diverse kledingstukken, schoenen en bemonsteringen van auto’s worden vergeleken met het referentieglas uit de LFCT-database en dan wordt bepaald of de resultaten beter passen bij hypothese H1 of bij de alternatieve hypothese H2. […]
Hypothese H1:het op/in de onderzochte sporendrager aangetroffen glas is deels afkomstig van de vernielde ruit, waartoe het referentieglas heeft behoord.
Hypothese H2:het op/in de onderzochte sporendrager aangetroffen glas is afkomstige van (een) willekeurig andere rui(en) of glazen object(en). [189]
Resultaten
- AAKE3225NL, voorzijde vloer + zitting Audi, 7 glasdeeltjes waarvan 1 glasdeeltje matcht met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
Voor 1 glasdeeltje van 7 onderzochte glasdeeltjes in de bemonstering van de sporendrager, die in elementsamenstelling overeenkomen met het referentieglas, geldt dat de resultaten van het glas vergelijkend onderzoek veel waarschijnlijker zijn wanneer deze glasdeeltjes afkomstig zijn van de vernielde ruit (hypothese 1), dan wanneer de aangetroffen glasdeeltjes afkomstig zijn van (een) willekeurig andere ruit(en) of glazen object(en) (hypothese 2).
- AAKE3226NL, achterbak Audi, 12 glasdeeltjes waarvan 5 glasdeeltjes matchen met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
Voor 5 glasdeeltjes van 12 onderzochte glasdeeltjes in de bemonstering van de sporendrager, die in elementsamenstelling overeenkomen met het referentieglas, geldt dat de resultaten van het glas vergelijkend onderzoek veel waarschijnlijker zijn wanneer deze glasdeeltjes afkomstig zijn van de vernielde ruit (hypothese 1), dan wanneer de aangetroffen glasdeeltjes afkomstig zijn van (een) willekeurig andere ruit(en) of glazen object(en) (hypothese 2).
- AAKE3227NL, vloer achterzijde + zitting, 27 glasdeeltjes waarvan 12 glasdeeltjes matchen met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
Voor 12 glasdeeltjes van 26 onderzochte glasdeeltjes in de bemonstering van de sporendrager, die in elementsamenstelling overeenkomen met het referentieglas, geldt dat de resultaten van het glas vergelijkend onderzoek veel waarschijnlijker zijn wanneer deze glasdeeltjes afkomstig zijn van de vernielde ruit (hypothese 1), dan wanneer de aangetroffen glasdeeltjes afkomstig zijn van (een) willekeurig andere ruit(en) of glazen object(en) (hypothese 2).
- AAKE3221NL, schoenen, 24 glasdeeltjes waarvan 1 glasdeeltje matcht met AAJR1074NL, locatie Utrecht.
Voor 1 glasdeeltjes van 24 onderzochte glasdeeltjes in de bemonstering van de sporendrager, die in elementsamenstelling overeenkomen met het referentieglas, geldt dat de resultaten van het glas vergelijkend onderzoek veel waarschijnlijker zijn wanneer deze glasdeeltjes afkomstig zijn van de vernielde ruit (hypothese 1), dan wanneer de aangetroffen glasdeeltjes afkomstig zijn van (een) willekeurig andere ruit(en) of glazen object(en) (hypothese 2). [190]
Camerabeelden Audi
Door verbalisant [verbalisant 4] is de aangetroffen Audi met kenteken [kenteken] vergeleken met de Audi gezien op de camerabeelden van de garagebox op [garagebox] en de camerabeelden van de buitenzijde van de Albert Heijn aan ’ [adres] te [vestigingsplaats] . Zij verklaart:
‘Het betreft een zwarte Audi S6 voorzien van een valse blauwe taxi kentekenplaat [kenteken] . […] Ik heb de uiterlijke kenmerken van dit voertuig vergeleken met de beelden die ons ter beschikking staan. Opvallende kenmerken op het aangetroffen voertuig zijn:
- Blauwe kentekenplaat [kenteken]
- Chromen dakrails
- Metalen meer spaak velgen
- Roosters links en recht onder voorzijde
- Chromen lijst om de ramen
- Verduisterde ramen (door middel van verduister rolscherm) achterportieren aan beide
zijden.
Hierboven vernoemde kenmerken komen overeen met een Audi welke gezien is op de volgende datums en locaties;
- 26 en 27 september 2016, garagebox [garagebox] Utrecht;
- 27 september 2016, Plof-kraak, Albert Heijn, [adres] in [vestigingsplaats] .’
Deze Audi S6 was structureel in gebruik bij de verdachten, [medeverdachte 1] […] [verdachte] , […] en [medeverdachte 2] . [191]
Door [aangeefster] is op 29 juli 2016 aangifte gedaan. Zij verklaart:
‘Ik ben berijder van genoemde personenauto een zwarte Audi S6 voorzien van kenteken
[kenteken] . De personenauto staat in het kentekenregister op naam van mijn man, [H] . Hierbij doe ik aangifte van diefstal van de personenauto. Vandaag, vrijdag 29 juli 2016 omstreeks 18:15 - 18:30 uur heb ik de personenauto geparkeerd op een parkeerplaats aan de Raiffeisenstraat te Eindhoven. [192] […] Toen ik vandaag, vrijdag 29 juli 2016 omstreeks 20:45 uur de personenauto weer in gebruik wilde nemen zag ik dat deze door onbekende(n) was weggenomen.’ [193]
Doorzoekingen
Op 11 oktober 2016 omstreeks 05.57 uur vond een doorzoeking ter inbeslagneming plaats aan [adres] te [woonplaats] . Onder andere werd besmeurd geld in beslaggenomen (E.04.02.002.001 [194] ). [195] [medeverdachte 1] is de bewoner van deze woning. [196]
Op 11 oktober 2016 omstreeks 05:55 uur vond een doorzoeking ter inbeslagneming plaats aan [adres] te [woonplaats] . Onder andere werd besmeurd geld in beslag genomen (H.06.01.001 [197] ). [198] [medeverdachte 2] verblijft in deze woning. [199]
Op 11 oktober 2016 omstreeks 07:10 uur vond een doorzoeking ter inbeslagneming plaats aan [adres] te [woonplaats] . Onder andere werden besmeurd geld (G.01.10.001, verstopt in de afzuigkap [200] ), een trainingsbroek met inktvlekken (G.03.02.001 [201] ) en een waardezak besmeurd met inkt (G.01.02.001 [202] ) in beslag genomen. [203]
Door verbalisant [verbalisant 19] is een overzicht gemaakt van de inbeslaggenomen goederen en de bijbehorende SIN-nummers:
Doorzoeking [adres] te [woonplaats]
E.04.02.002.001 kreeg SIN-nummer AAIN4396NL: 2 x 20 euro.
Doorzoeking [adres] te [woonplaats]
H.06.01.001 kreeg SIN-nummer AAIN4393NL: 16 x 20 euro.
Doorzoeking [adres] [woonplaats]
- G.01.10.01 kreeg SIN-nummer AAIN4399NL: 515 x 20 euro/ 243 x 50 euro [204]
- G.01.02.001 kreeg SIN-nummer AAKJ6132NL: 1 stuks witte plastic waardezak
- Het monster van de rechter broekspijp zijnaad (G.03.02.00) kreeg SIN-nummer AAJQ5789NL. [205]
Door het bedrijf Applied DNA Sciences (hierna: ADNAS) zijn de veiliggestelde referentiemonsters van de inkt onderzocht en is de unieke DNA-code van de inkt vastgesteld. [206]
Door verbalisant [verbalisant 16] is een overzicht gemaakt van alle resultaten van ADNAS. Hieruit volgt het volgende:
Resultaten inktonderzoek [adres] te [woonplaats]
AAIN4396NL E.04.02.002.001 2x 20 eurobiljet
De inktbemonsteringen heeft een match opgeleverd middels de administratieve registratie van 3SI/G4S gerelateerd aan het volgende delict:
PL0900-201630188: aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan ' [adres] te [vestigingsplaats] op 27 september 2016. [207]
Tabel 12
- AAKA2673NL, inktmonster 20 eurobiljet (E.04.02.002.001 met SIN-nummer AAIN4396NL) matcht met 3SI/G4S met ’ [adres] te [vestigingsplaats] . [208]
Resultaten inktonderzoek [adres] te [woonplaats]
AAIN4393NL H.06.01.001 16 x 20 eurobiljet
De inktbemonsteringen van de eurobiljetten hebben matches opgeleverd middels de administratieve registratie van 3Sl/G4S en referentiemonsters van de PD gerelateerd aan het volgende delict:
PL0900- 2016301881: aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan ' [adres] te [vestigingsplaats] op 27 september 2016. [209]
Tabel 13
  • AAKA2548NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2549NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2559NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA25560NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2561NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2562NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2563NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2628NL, inktmonster 20 eurobiljet (H.06.01.001 met SIN-nummer AAIN4393NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
Resultaten inktonderzoek [adres] te [woonplaats]
AAIN4399NL G.01.10.01 515X20 eurobiljetten en 243X50 eurobiljetten
AAJQ5789NL G.03.02.001 Trainingsbroek Adidas
De inktbemonsteringen van de eurobiljetten/goederen hebben matches opgeleverd met referentiemonsters van inkt veiliggesteld bij de volgende delicten:
PL0900- 2016301881: aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan ' [adres] te [vestigingsplaats] op 27 september 2016
.
De inktbemonsteringen van de eurobiljetten/goederen hebben matches opgeleverd middels de administratieve registratie van 3Sl/G4S gerelateerd aan de volgende delicten:
PL0900- 2016301881: aanval op ING geldautomaat in Albert Heijn aan ' [adres] te [vestigingsplaats] op 27 september 2016. [211]
Tabel 14
  • AAKJ6210NL, inktmonster witte plastic zak (G.01.02.001 met SIN-nummer AAKJ6132NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4S met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4242NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4243NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4248NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4249NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2554NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKA2556NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4229NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4230NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4231NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKJ6542NL, inktmonster trainingsbroek Adidas rechterpijp knie/zijnaad (G.03.02.001 met SIN-nummer AAJQ5789NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
  • AAKE4243NL, inktmonster 20 euro biljet (G.01.10.01 met SIN-nummer AAIN4399NL) matcht met DNA-code referentiemonster (AAJR1141NL) en 3SI/G4s met ’ [adres] , [vestigingsplaats] .
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt, gelet op voornoemde bewijsmiddelen, vast dat er op 27 september 2016 omstreeks 23:40 uur sprake is geweest van een plofkraak op de geldautomaat van de ING in de Albert Heijn op ’ [adres] te [vestigingsplaats] . Voorafgaand aan deze plofkraak zijn de drie verdachten bij de garagebox op [garagebox] gezien met een donkere Audi met blauwe kentekenplaat [kenteken] . Verdachte [verdachte] bevestigt dat hij toen daar ook aanwezig is geweest. Verdachten laden op dat moment allerlei goederen in de auto, zoals regenkleding, een lange witte buis, een wit snoer en een gasfles. Om 22:51 uur vertrekken de verdachten. Verdachte [verdachte] rijdt dan in een BMW. Verdachte [medeverdachte 1] bestuurt de Audi en verdachte [medeverdachte 2] zit achterin.
Om 23:38:16 uur rijdt een zwarte personenauto, sterk gelijkend op een Audi, type A6 Avant, met gedoofde lichten in de richting van het Albert Heijn filiaal op nummer [adres] . Er stappen drie personen uit die geheel in het donker gekleed zijn en de handen en gezichten zijn bedekt. De bijrijder pakt een bos met wit draad uit de auto en geeft dat aan één van de personen die op dat moment links uit beeld zijn gelopen. Op de camerabeelden van de Albert Heijn is te zien dat twee in het zwart geklede personen met twee gasflessen de winkel binnen komen. Er volgt een felle lichtflits, waarna (
de rechtbank begrijpt) een geldcassette kapot gegooid wordt en de bankbiljetten worden meegenomen. Vervolgens gaan de drie daders er vandoor.
Door de forensische onderzoeker worden op de plaats delict glassplinters en vrijgekomen inkt veiliggesteld. Op 11 februari 2017 wordt een Audi type Rs6 met vals blauw kenteken [kenteken] aangetroffen in een garagebox in Eindhoven. In deze Audi en garagebox liggen jerrycans, zwart plastic, een rode stalen fles en een moker. Uit de Audi wordt glas veiliggesteld dat matcht met de plaats delict. Daarnaast blijkt dat deze Audi qua kenmerken overeenkomt met de Audi die gezien is op de beelden bij de garagebox op [garagebox] en de plofkraak bij de Albert Heijn aan ’ [adres] in [vestigingsplaats] . In de woningen van de verdachten wordt met inkt besmeurd geld aangetroffen dat matcht met de geldautomaat op de plaats delict.
De rechtbank is van oordeel dat gelet op het gegeven dat verdachten gezamenlijk voorafgaand aan de plofkraak bezig zijn met het inladen van plofkraakgerelateerde goederen en vertrekken in een Audi die qua uiterlijke kenmerken sterk overeenkomt met de Audi die op de beelden van de plaats delict is gezien en later in Eindhoven wordt aangetroffen, waarbij soortgelijke plofkraak goederen en glas van de plaats delict worden gevonden, het verdachte en zijn medeverdachten geweest zijn die vanaf [garagebox] met de Audi naar de Albert Heijn op ’ [adres] te [vestigingsplaats] zijn gereden en de plofkraak hebben gepleegd. De rechtbank is voorts van oordeel dat de bewijsmiddelen in onderlinge samenhang bezien wettig en overtuigend bewijs opleveren dat de verdachte zich als medepleger schuldig heeft gemaakt aan deze plofkraak. De rechtbank is van oordeel dat gelet op de gedragingen van verdachte en zijn medeverdachten voor, tijdens én na het plegen van deze plofkraak, de daarbij gebezigde middelen en gevolgde werkwijze die sterkt lijkt op de gehanteerde methoden bij de plofkraken in Driebergen en Almelo, een en ander in onderling verband bezien, verdachten met betrekking tot de fase van voorbereiding en afwerking van de plofkraak en de uitvoering daarvan, zodanig hecht en intensief hebben samengewerkt en verdachten ieder op hun eigen manier binnen die samenwerking een zodanig essentiële rol hebben gespeeld, dat sprake is van medeplegen van de feiten.
De rechtbank wordt gesterkt in haar overtuiging door het feit dat bij alle drie de verdachten geld wordt aangetroffen waarop inkt zit dat via de administratieve registratie van 3SI/G4S matcht met inkt uit de geldautomaat aan ’ [adres] te [vestigingsplaats] . Niet is aannemelijk dat het geld niet van verdachte is of dat hij het op legale wijze heeft verkregen.
4.4.7.
Heling Audi S6 [kenteken] (feit 10)
4.4.7.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat uit de gebezigde bewijsmiddelen niet blijkt dat de auto aan verdachte toebehoort en/of dat verdachte wist of op enigerlei wijze ten tijde van het verwerven of voorhanden krijgen had moeten vermoeden dat deze een van diefstal of misdrijf verkregen goed betrof. Verdachte dient te worden vrijgesproken.
4.4.7.2. Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de bewijsmiddelen genoemd bij de plofkraken in Almelo en Utrecht, is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan opzetheling van de Audi S6. Verdachten worden met de Audi gezien bij de garagebox in [garagebox] in de dagen voorafgaand en na de kraak in Almelo. Alle drie de verdachten dragen handschoenen en laden plofkraak gerelateerde goederen in. De Audi heeft het valse kenteken [kenteken] en in het voertuig worden plofkraak gerelateerde goederen en glas van de kraak in Utrecht aangetroffen. Alle drie de verdachten worden met deze Audi gezien. De rechtbank is van oordeel dat gelet op de gang van zaken in de garagebox rond het tijdstip van de plofkraken, het gegeven dat de rechtbank verdachte en zijn mededaders veroordeelt voor de plofkraak met gebruikmaking van dit voertuig en het feit dat de Audi wordt achtergelaten in Eindhoven – waarvan de rechtbank aanneemt dat zulks in het algemeen niet met een eigen auto wordt gedaan -, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte een goed voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van het goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
4.4.8.
Heling Mercedes-Benz Sprinter [kenteken] (feit 8)
4.4.8.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat uit de gebezigde bewijsmiddelen niet blijkt dat de auto aan verdachte toebehoort en/of dat verdachte wist of op enigerlei wijze ten tijde van het verwerven of voorhanden krijgen had moeten vermoeden dat deze een van diefstal of misdrijf verkregen goed betrof. Verdachte dient te worden vrijgesproken.
4.4.8.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Op 21 juni 2016 wordt door [aangever 7] namens [bedrijf] BV aangifte gedaan. Hij verklaart:
‘Ik ben geen (
de rechtbank begrijpt: eigenaar)van een bedrijfsauto van het merk Mercedes, type 312 sprinter, Zilver van kleur, voorzien van kenteken [kenteken] . […] De bedrijfsauto staat op naam van [bedrijf] B.V. Op maandag 20 juni 2016 omstreeks 18:00 uur heb ik de bedrijfsauto nog zien staan aan de [adres] te [vestigingsplaats] . De bedrijfsauto stond geparkeerd op het eigen parkeerterrein, achter het hek. […] Mijn collega heeft de bedrijfsauto afgesloten middels de daarvoor bestemde handzender en hij heeft gecontroleerd dat de bedrijfsauto was afgesloten. [213] Toen ik op dinsdag 21 juni 2016 omstreeks 15:00 uur de bedrijfsauto weer in gebruik wilde nemen zag ik dat deze door onbekende(n) was weggenomen.’ [214]
Door verbalisant [verbalisant 4] zijn ook de beelden van de loods in [vestigingsplaats] op 22 juni 2016 bekeken. Zij verklaart:
‘Op 22 juni 2016 […] om 12:45 uur zie ik een zilverkleurige Mercedes bus voorzien van kenteken [kenteken] voor roldeur drie, keren en achteruit de loods in rijden. Op de camerabeelden […] is goed te zien dat de Mercedes beletterd is met de tekst "www.joyincare.com" en op de achterzijde "JoyinCare". Ik zie een kale NN-man de bus uitstappen. Deze man is NN1 die ook eerder in de loods te zien was. […] Ik zie vervolgens nog een man in de loods, deze man herken ik als [medeverdachte 1] . Ik zie dat [medeverdachte 1] aan de linker zijde van de bus poetsende en krabbende bewegingen maakt. Ik zie dat NN1
handschoenen aan heeft. Ik zie dat [medeverdachte 1] nu met een andere NN2 aan de linkerzijde van de bus aan het poetsen zijn. Ik zie dat NN2 linksachter bij de bus bezig is. […] Ik zie dat NN1 rechts van de bus gehurkt zit en daar naar de bus kijkt. […] Ik zie dat de drie mannen in en om de Mercedes bus bezig zijn. Ik zie vooral poets bewegingen. Ik zie vervolgens [medeverdachte 1] de loods uit lopen. Ik zie dat hij een doek en een iets wat lijkt op een spuitbus in zijn handen heeft. […] Ik zie dan dat [medeverdachte 1] verder gaat met de zijkant van de bus te poetsen. […] Dan zie ik NN2 voor de bus langslopen. Ik zie vervolgens NN1 aan de rechterzijde aan de rechterzijde van de bus, krabben en poetsen. Ik zie de NN2 de bus instappen. Hij zit enige tijd in de bus aan de bestuurder zijde. Ik zie af en toe iets wits in zijn handen voorbij komen. […] NN2 kijkt de hele cabine van de bus rond en stapt dan weer uit. […] Ik zie dat NN1 met zijn handschoenen aan achter het stuur gaat zitten. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] […] handschoenen aan heeft. Ik zie dat hij een kentekenplaat in zijn handen heeft. Ik zie dat hij de kentekenplaat die op de [215] bus zit, los maakt en eraf haalt en met beide platen in zijn handen de loods weer in loopt. Ik zie dat de drie mannen rechts in de loods bezig zijn. […] Ik zie NN1 aan de linker voorzijde van de bus poets bewegingen maken. Ik zie dat hij zwarte handschoenen aan heeft. Dan loopt NN1 voor de bus langs en begint aan de andere zijde te poetsen. Ik zie NN2 de zijdeur van de bus openen. Ik zie dan NN2 ook handschoenen aan heeft. Ik zie [medeverdachte 1] naar de bus lopen en iets wat lijkt op touwen en of banden in de bus leggen. […] NN1 zit nog in de bus en is nu bezig met iets boven zijn hoofd en achter de zonneklep. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] vanuit de loods weer het beeld in loopt. Hij heeft een kentekenplaat in zijn handen. Hij loopt naar de voorzijde van de bus. Ik zie de kenteken plaat op de bus monteert. Ik zie dat het kenteken [kenteken] is. Ik zie dat de drie mannen vervolgens nog enige tijd om en in de bus aan het werk zijn. […] Dan stapt NN2 achter het stuur in de bus en rijdt de loods uit.’ [216]
Verbalisant [verbalisant 4] heeft de NN1 en NN2 mannen herkend en verklaart:
‘NN1 herken ik zonder meer als verdachte [medeverdachte 2] […]. Ik herken [medeverdachte 2] aan zijn gezicht, zeer korte tot bijna kale haardracht en gespierd postuur.
NN2 herken ik zonder meer als verdachte [verdachte] […]. Ik herken [verdachte] aan zijn gezicht en enigszins gezet te postuur, met een zichtbaar 'buikje'.’ [217]
Bewijsoverweging
Op grond van bovenstaande bewijsmiddelen en de bewijsmiddelen zoals deze zijn opgenomen onder de plofkraak in Driebergen, is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan de opzetheling van de Mercedes Sprinter. Een dag na de diefstal van de Mercedes Sprinter hebben verdachte en verdachte [medeverdachte 1] en verdachte [medeverdachte 2] de bus voorhanden in de loods in [vestigingsplaats] . Zij ontdoen de bus dan van de originele belettering en plaatsen valse kentekenplaten op de bus. Dit alles doen zij met handschoenen aan. Opmerkelijk is ook dat verdachte zijn mouw gebruikt bij het openen van de bus. De verklaring die verdachte op de terechtzitting heeft afgelegd, acht de rechtbank ongeloofwaardig. Door de verdachten wordt meerdere malen gebruik gemaakt van de Mercedes Sprinter, zo ook ten tijde van de bewezenverklaarde plofkraak in Driebergen. Uit de OVC blijkt dat de Mercedes Sprinter uiteindelijk door de verdachten in oktober 2016 wordt weggebracht en gedemonteerd. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte wist dat het voertuig van een misdrijf afkomstig was.
4.4.9.
Heling Audi A4 [kenteken] (feit 9)
4.4.9.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat uit de gebezigde bewijsmiddelen niet blijkt dat de auto aan verdachte toebehoort en/of dat verdachte wist of op enigerlei wijze ten tijde van het verwerven of voorhanden krijgen had moeten vermoeden dat deze een van diefstal of misdrijf verkregen goed betrof. Verdachte dient te worden vrijgesproken.
4.4.9.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Op dinsdag, 11 oktober 2016 werd er in een garagebox aan de [garagebox] te Utrecht een gestolen Audi A4 aangetroffen met valse kentekenplaten [kenteken] . Verbalisant [verbalisant 17] heeft dit voertuig onderzocht en verklaart: [218]
‘Deze Audi A4, type Limousine, was donker grijs van kleur, inderdaad voorzien van het kenteken [kenteken] . Dit kenteken was afgegeven voor een zwarte Audi A4 Limousine op naam van [I] uit [woonplaats] . Hieruit bleek dat de kentekenplaten [kenteken] vermoedelijk valse platen betrof. Onder de motorkap van de grijze Audi A4 trof ik het chassisnummer aan; [chassisnummer] . Bij navraag bleek dit chassisnummer toe te horen aan een grijze Audi A4 Limousine, met het originele kenteken [kenteken] . Dit voertuig werd op 12.mei 2016 te Den Haag als gestolen te zijn opgegeven.
In het voertuig werden diverse goederen aangetroffen, waaronder;
  • Breekwerktuigen, (in een zwarte tas)
  • Portofoons (2 x kenwood en 2x Motorola)
  • Honkbalknuppel
  • CS-gas,
  • Jerrycan met brandstof en trechter,
  • Fles Ammonia (vermoedelijk om Dna en Dacty te vernietigen).
Door [aangever 8] werd op 17 mei 2016 aangifte gedaan. Hij verklaart:
‘Ik ben eigenaar van de personenauto, merk Audi, type A4, zwart van kleur, voorzien van kenteken [kenteken] . […] Op woensdag, 11 mei 2016, omstreeks 18:00 uur, is de personenauto nog gezien door buren, hij stond toen geparkeerd aan de Noordweg in 's-Gravenhage op een parkeerplaats vlak bij mijn woning. Ik heb de personenauto afgesloten middels de daarvoor bestemde handzender en ik heb gecontroleerd dat de personenauto was afgesloten. Op donderdag, 12 mei 2016, omstreeks 08:00 uur, zag mijn buurman dat mijn
personenauto door onbekende(n) was weggenomen.’ [220]
Verbalisant [verbalisant 4] heeft de beelden van de garagebox in [garagebox] bekeken en verklaart:

Bevindingen 3 oktober 2016:
Op de camerabeelden (216.avi) zie ik om 03.03 uur, een donkerkleurig voertuig voor de box tot stilstand komen. Ik zie [medeverdachte 1] de box met sleutel en slot openen. [medeverdachte 1] heeft handschoenen aan. […] Ik zie dat [medeverdachte 1] het donkerkleurig voertuig achteruit de box inrijdt. Ik zie dat het een vijfdeurs Audi betreft. Deze Audi is voorzien van metalen vijf spaak velgen en heeft als kenteken [kenteken] . [221] […]
Op de camerabeelden (400.avi) zie ik om 04.18 uur een donkerkleurig voertuig naast de box tot stilstand komen. Ik zie [medeverdachte 2] aan de bestuurderszijde uitstappen en naar de box lopen. Ik zie dat hij de box opent met sleutel en slot. Ik zie dat hij geen handschoenen aanheeft, maar dat hij zijn mouw over zijn linkerhand heeft getrokken. Dan zie ik dat een donkerkleurige Audi voorzien van kenteken [kenteken] achteruit de box wordt ingereden. Ik zie vervolgens [verdachte] de box uitlopen en de deur met sleutel en slot sluiten.’ [222]
Bewijsoverweging
Gelet op de in het voertuig aangetroffen plofkraak gerelateerde goederen, de nachtelijke tijdstippen waarop de verdachten gebruik maken van het voertuig en zij daarbij handschoenen dragen en het gegeven dat het voertuig wordt aangetroffen in de garagebox in [garagebox] gehuurd door medeverdachte [medeverdachte 1] en waarvan bekend is daar gestolen auto’s stonden, en mede in onderling verband en samenhang bezien met de bewezenverklaarde feiten, is de rechtbank van oordeel dat verdachte een goed voorhanden heeft gehad, waarvan hij ten tijde van het voorhanden krijgen van het goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
4.4.10.
Criminele organisatie (feit 7)
4.4.10.1. Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het onder feit 7 ten laste gelegde. De raadsman heeft er allereerst op gewezen dat verdachte van 16 december 2015 tot en met 15 maart 2016 gedetineerd heeft gezeten, waardoor hij geen duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband heeft kunnen vormen. Daarnaast heeft de raadsman aangevoerd dat uit het dossier niet is gebleven wat de mate van intensiteit is, waardoor er onvoldoende zekerheid is om te stellen dat er een samenwerkingsverband is. Mocht de rechtbank oordelen dat er wel sprake is van een samenwerkingsverband is, dan is op geen enkele wijze gebleken dat het samenwerkingsverband duurzaam is en structuur kent. Tot slot heeft de raadsman gesteld dat het oogmerk van de criminele organisatie, welke in de tenlastelegging wordt genoemd, niet bewezen kan worden.
4.4.10.2. Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Bevindingen loods in [vestigingsplaats]
Verbalisant [verbalisant 6] heeft de beelden van [vestigingsplaats] van uitgekeken en hij verklaart daarover als volgt:
‘23 mei 2016
Ik zag op de camerabeelden dat omstreeks 00:02 uur een donker kleurig voertuig bij het
toegangshek kwam in [vestigingsplaats] . Ik zag dat de laatste letter van het kenteken de letter P was. Ik zag dat het voertuig de loods in ging die in gebruik was bij de verdachten van dit onderzoek. Ik zag op de camerabeelden dat omstreeks 01:23 uur een donker kleurig voertuig uit de loods kwam en weg reed van het terrein in [vestigingsplaats] . Ik zag op de camerabeelden dat omstreeks 16:18 uur een donkere Audi sedan met vijfspaaks velgen aan kwam bij het hek in [vestigingsplaats] . Ik zag dat de donkere Audi de loods in reed die in gebruik was bij de verdachten van dit onderzoek. […] [223]
8 juni 2016
Ik zag op de camerabeelden dat omstreeks 00:47 uur de loods deur open ging en er een voertuig richting het hek kwam rijden. Ik zag dat het voertuig een BMW was met het kenteken [kenteken] . Ik zag dat deze BMW omstreeks 01:00 uur weer terug kwam bij het hek en het terrein opreed. Ik zag dat de bestuurder uitstapte en naar het hek liep om het hek te openen. Ik zag dat de bestuurder [medeverdachte 1] was. Ik zag dat de BMW opvallende meerspaaks velgen had. [224]
Ik zag omstreeks 02:07 uur dat de BMW uit de loods reed. Ik zag dat een man het hek opende. Deze man stapte als bijrijder in de BMW. [225]
Ik zag op de camerabeelden van het hek dat omstreeks 20:16 uur een donker kleurige VW Polo met kenteken [kenteken] het terrein op reed. Ik zag dat de inzittenden van een Mercedes met kenteken JP-257-Z en de VW Polo kennelijk contact met elkaar hadden, omdat zij korte tijd naast elkaar bleven staan. Ik zag op de camerabeelden dat omstreeks 21:13 uur de VW Polo met kenteken [kenteken] kwam aanrijden, dat de bestuurder uitstapte en het hek opende en vervolgens weer als bestuurder instapte en weg reed. Ik herkende [verdachte] als bestuurder van de VW Polo. Ik zag op de camerabeelden dat er omstreeks 21:50 uur een donker kleurige Audi met kenteken [kenteken] weg reed.’ [226]
Bewijsoverweging
Aan verdachte is onder feit 7 tenlastegelegd dat hij zich in de periode van 11 december 2015 tot en met 11 oktober 2016 schuldig heeft gemaakt aan deelname aan een criminele organisatie, die tot oogmerk had het plegen van verschillende soorten misdrijven, zoals opgesomd in de tenlastelegging.
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling terzake deelneming aan een criminele organisatie dient te worden vastgesteld dat sprake is geweest van een organisatie, dat die organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven en dat de verdachte aan die organisatie heeft deelgenomen. Voor een criminele organisatie moet er sprake zijn van een samenwerkingsverband van tenminste twee personen met een zekere duurzaamheid en structuur. Niet is vereist dat komt vast te staan dat verdachte heeft samengewerkt, althans bekend is geweest met alle personen die deel uitmaken van de organisatie. Evenmin is vereist dat verdachte wetenschap heeft van een of meer concrete misdrijven. Het oogmerk van de organisatie moet gericht zijn op het plegen van meer misdrijven, doch niet is vereist dat het plegen van misdrijven de voornaamste bestaansgrond van de organisatie is. Voor de deelneming is van belang dat betrokkene behoort tot het samenwerkingsverband en dat hij een aandeel heeft in, dan wel ondersteunt met gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. Deelneming impliceert opzet, dat wil zeggen dat betrokkene in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven.
Zoals hierna wordt toegelicht is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte heeft deelgenomen aan een criminele organisatie gericht op, kort gezegd, het plegen van kraken op ING-automaten in filialen van Albert Heijn en de daarmee samenhangende delicten als opzetheling van voertuigen en het voeren van valse kentekens. Hiertoe wordt het volgende overwogen.
In het onderzoek 032Smit komen verschillende ontmoetingsplekken naar voren, zoals de loods in [vestigingsplaats] en de garagebox aan de [garagebox] te Utrecht, welke aangeduid kunnen worden als één van de verbindende elementen in de organisatie. Bij de ontmoetingsplekken is het een komen en gaan van verdachte en zijn medeverdachten met wisselende auto’s met valse kentekenplaten, waarbij vaak waargenomen wordt dat de verdachten handschoenen dragen en dat daar plofkraakgerelateerde goederen, zoals gasflessen, breekijzers en jerrycans, opgeslagen staan. Verdachte wordt bij eerstgenoemde loods waargenomen terwijl zijn medeverdachte in zijn aanwezigheid kentekenplaten verwisselt met handschoenen aan. De rechtbank verwijst naar de beelden van 22 juni 2016. Op die dag in de middag voor de plofkraak te [vestigingsplaats] , is verdachte met zijn medeverdachten bij de loods in [vestigingsplaats] bezig met het wisselen van kentekenplaten van de Mercedes Sprinter, welke later gestolen blijkt te zijn. Uit de opname vertrouwelijke communicatie in deze auto volgt dat verdachte tegen zijn medeverdachten zegt: ‘Wij werken met z’n drieën he?’
Op camerabeelden is te zien dat verdachte op deze plek in het holst van de nacht met zijn medeverdachten, een uur voor een kraak, plofkraakgerelateerde goederen inlaadt.
De rechtbank verwijst verder naar de beelden van 20 september 2016. Vervolgens wordt verdachte ook op deze plek waargenomen op 21, 22, 23, 26 en 27 september 2016, waaruit volgt dat hij met medeverdachten handschoenen draagt en bezig is met het in- en uitladen van o.a. gasflessen, wit snoer, zwarte staaf, sloophamer, jerrycans en kentekenplaten. Wederom vertrekt hij vanaf deze plek met zijn medeverdachten twee uur voor de bewezenverklaarde plofkraak te Almelo en komt hij gezamenlijk terug op deze plek na het plegen van deze plofkraak. Tot slot wordt verdachte ook waargenomen voorafgaand aan de plofkraak te Utrecht op deze plek met zijn medeverdachten, terwijl zij plofkraakgerelateerde goederen in de auto laden.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat er sprake is van een gezamenlijk gebruik van deze plekken en de voertuigen. In het dossier bevinden zich daarnaast tapgesprekken, waaruit volgt dat verdachte contact heeft met zijn medeverdachten en met ze afspreekt. Tot slot wijst de rechtbank op de bewijsmiddelen die voor de afzonderlijke bewezenverklaarde feiten in ieders zaak zijn gebruikt, waaruit volgt dat de samenwerking telkens ten dienste stond van het plegen van kraken en voertuighelingen en dit aan de orde van de dag is.
Uit de bewezenverklaring volgt dat verdachte betrokken is geweest bij een lanskraak, drie plofkraken daarnaast meerdere helingen van voertuigen en het voeren van valse kentekenplaten, allen gezamenlijk met zijn medeverdachten. Verdachte wordt veelvuldig op de beelden van de ontmoetingsplekken van de criminele organisatie waargenomen. Uit de betreffende opnames vertrouwelijke communicatie blijkt dat verdachte naar een bevestiging van de samenwerking vraagt na afloop van een plofkraak en benoemt dat hij op zoek gaat naar zulke automaten. Derhalve wenden de betrokken personen zich bij voortzetting van hun criminele activiteiten kennelijk ook tot elkaar. Het voorgaande bevestigt naar het oordeel van de rechtbank het bestaan van een criminele organisatie met een gemeenschappelijke doelstelling, namelijk het plegen van kraken op ING-automaten in filialen van Albert Heijn.
De rechtbank trekt de conclusie dat de verdachten op de hiervoor genoemde ontmoetingsplekken doorlopend bezig waren met het voorbereiden en uitvoeren van de kraken en daarbij gebruik maakten van gestolen auto’s met door hen geregelde en gebruikte valse kentekenplaten.
Uit al hetgeen bewezen is verklaard en zoals hiervoor is overwogen stelt de rechtbank vast dat het samenwerkingsverband tussen verdachte en de anderen een zekere duurzaamheid en structuur heeft gekend. De complexiteit van de gepleegde kraken vergt een sterke mate van organisatie, professionaliteit, planning en voorbereiding , te meer nu er snel gehandeld moet worden wil een plofkraak succesvol zijn, waarbij de duurzaamheid is gegeven.
Partiële vrijspraak
Uit de beelden van de loods bij [vestigingsplaats] volgt dat er op 23 mei 2016 voor het eerst activiteit plaatsvindt. Op 11 oktober 2016 wordt verdachte aangehouden. De rechtbank stelt vast dat verdachte in de criminele organisatie heeft geopereerd in de periode van 23 mei 2016 tot en met 11 oktober 2016. De rechtbank spreekt verdachte partieel vrij van de eerdere periode die ten laste is gelegd wegens onvoldoende wettig en overtuigend bewijs dat verdachte voorafgaande aan de bewijsbare periode al heeft deelgenomen aan de criminele organisatie. Voor betrokkenheid bij de diefstal auto’s zijn geen aanwijzingen in het dossier voor betrokkenheid van verdachte. Ook van dit onderdeel zal hij worden vrijgesproken.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
feit 1: thermische lanskraak [vestigingsplaats]
op 23 juni 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk brand heeft gesticht door met behulp van een thermische lans open vuur in aanraking te brengen met een kluis van een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , ten gevolge waarvan die geldautomaat gedeeltelijk is verbrand, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en de goederen in dat gebouw, te duchten was
en
op 23 juni 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , een geldbedrag van in totaal 55.720,00 euro, toebehorende aan ING Bank N.V., heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en dat geld heeft verschaft en dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 3: heling Mercedes Vito [kenteken]
op 27 juni 2016 te [vestigingsplaats] , een personenauto, merk Mercedes, type Vito (origineel kenteken: [kenteken] en chassisnummer [chassisnummer] en vals kenteken [kenteken] ) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van voornoemde auto wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
feit 4: plofkraak Driebergen
op 20 september 2016 te Driebergen-Rijsenburg, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een voorwerp de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , te forceren en vervolgens in de kluisruimte van die geldautomaat een explosief gasmengsel te brengen en vervolgens dit gasmengsel tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en de goederen in dat gebouw, te duchten was
en
op 20 september 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , een geldbedrag van in totaal 20.940 euro toebehorende aan ING Bank N.V., heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en dat geld heeft verschaft en dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 5: plofkraak Almelo
op 26 september 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een voorwerp de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , te forceren en vervolgens in de kluisruimte van die geldautomaat een explosief gasmengsel te brengen en vervolgens dit gasmengsel tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en de goederen in dat gebouw, te duchten was
en
op 26 september 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan de [adres] , een geldbedrag van in totaal 80.590 euro toebehorende aan ING Bank N.V., heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en dat geld heeft verschaft en dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 6: plofkraak [vestigingsplaats]
op 27 september 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een voorwerp de voorzetdeur van een geldautomaat van de ING Bank gevestigd in de Albert Heijn aan ‘ [adres] , te forceren en vervolgens in de kluisruimte van die geldautomaat een explosief gasmengsel te brengen en vervolgens dit gasmengsel tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en de goederen in dat gebouw, te duchten was
en
op 27 september 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een geldautomaat van de ING Bank in de Albert Heijn aan ‘ [adres] , een grote hoeveelheid geld te weten een geldbedrag van in totaal 33.560 euro, toebehorende aan ING Bank N.V., heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en dat geld heeft verschaft en dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 7: criminele organisatie
in de periode van 23 mei 2016 tot en met 11 oktober 2016 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten
- het tezamen en in vereniging met anderen opzettelijk brand stichten of opzettelijk teweegbrengen van ontploffingen en het plegen van diefstal door middel van braak (lans- en/of plofkraken in ING automaten in filialen van Albert Heijn) en
- het tezamen en in vereniging plegen van opzetheling van voertuigen en
- het tezamen en in vereniging met anderen voeren van valse kentekens als
bedoeld in artikel 41 eerste lid, onder c en/of d van de Wegenverkeerswet 1994;
feit 8: heling Mercedes Sprinter [kenteken]
op 22 juni 2016 te [vestigingsplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, een bestelbus, merk Mercedes-Benz, type Sprinter origineel kenteken: [kenteken] en chassisnummer [chassisnummer] en vals kenteken [kenteken] voorhanden heeft gehad, terwijl hij en zijn mededaders ten tijde van het voorhanden krijgen van voornoemde bestelbus wisten, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
feit 9: heling Audi A4 [kenteken]
op 3 oktober 2016 te Utrecht, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, een personenauto, merk Audi, type A4 (origineel kenteken: [kenteken] en chassisnummer [chassisnummer] en vals kenteken [kenteken] ) voorhanden heeft gehad, terwijl hij en zijn mededaders ten tijde van het voorhanden krijgen van voornoemde auto wisten, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
feit 10: heling Audi S6 [kenteken]
in de periode van 29 juli 2016 tot en met 11 oktober 2016 in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, een personenauto, merk Audi, type S6 origineel kenteken: [kenteken] en chassisnummer [chassisnummer] en vals kenteken [kenteken] voorhanden heeft gehad, terwijl hij en zijn mededaders ten tijde van het voorhanden krijgen van voornoemde auto wisten, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Ten aanzien van feit 1: medeplegen van opzettelijke brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
en
medeplegen van diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
Ten aanzien van feit 4, 5 en 6: telkens:
medeplegen van opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
en
medeplegen van diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
Ten aanzien van feit 7: deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven
Ten aanzien van feit 3: opzetheling
Ten aanzien van 8, 9 en 10: telkens: medeplegen van opzetheling

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door hem bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 13 jaar, met aftrek van voorarrest. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat de schorsing van voorlopige hechtenis bij vonnis met onmiddellijke ingang wordt opgeheven.
8.2.
Het standpunt van de verdediging
van één of meer feiten dan verzoekt de verdediging om rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Daartoe is aangevoerd dat verdachte een baan heeft, waar hij het naar zijn zin heeft en zijn werkgever wil hem een vast dienstverband aanbieden. Daarnaast heeft hij trouwplannen.
De raadsman heeft daarnaast gesteld dat de eis van de officier van justitie gebaseerd is op een nieuwe richtlijn, die pas van kracht is geworden nadat de feiten in onderhavige zaak zijn gepleegd en dus, zo begrijpt de rechtbank, niet kan worden gebruikt als uitgangspunt bij de strafoplegging. Vervolgens heeft de raadsman gevraagd om rekening te houden met de overschrijding van de redelijke termijn.
Ten aanzien van de voorlopige hechtenis heeft de raadsman verzocht om het verzoek van de officier van justitie af te wijzen. Verdachte is meer dan een jaar geschorst, waarbij hij zich altijd aan alle aanwijzingen heeft gehouden, en verdachte heeft een baan. Mocht er een hogere straf worden opgelegd dan het reeds ondergane voorarrest dan zou verdachte in aanmerking kunnen komen voor de zelfmeldprocedure, waardoor hij in een normaal regime terecht komt in de penitentiaire inrichting. Indien de geschorste voorlopige hechtenis wordt opgeheven bij vonnis, dan komt verdachte de eerste maanden in het zwaardere regime, namelijk het huis van bewaring, wat niet wenselijk is.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
De ernst van de feiten
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van drie plofkraken in Driebergen, Almelo en Utrecht, een lanskraak te Oegstgeest en opzetheling van vier voertuigen. Door de kraken van de geldautomaten is grote schade ontstaan aan de automaten zelf en de inboedel van de winkel waarin deze automaat zich bevond. Hoewel de rechtbank het te duchten levensgevaar niet bewezen acht, behoeft het geen nadere uitleg dat een kraak in de voor de nachtrust bestemde uren zeer veel onrust veroorzaakt voor omwonenden en andere gedupeerden. Door het plegen van deze kraken zijn grote geldbedragen buit gemaakt, wat laat zien dat verdachte slechts oog heeft gehad voor zijn eigen financiële positie. Bij deze kraken werd gebruik gemaakt van gestolen voertuigen met valse kentekenplaten.
De rechtbank houdt bij de straftoemeting rekening met de zeer professionele wijze waarop de kraken op grote schaal zijn voorbereid en gepleegd. Voorafgaand aan de kraken werden de voertuigen voorzien van valse kentekens en met een jerrycan voorzien van brandstof. Bij de kraken werden, om herkenning en het achter laten van sporen te voorkomen, bivakmutsen en handschoenen gedragen. De kraken werden binnen enkele minuten gepleegd waarbij sprake was van een doelgerichte samenwerking. Tot slot maakte de criminele organisatie gebruik van verschillende ontmoetingsplekken, waar gestolen voertuigen en valse kentekenplaten uitgewisseld werden en plofkraak gerelateerde goederen opgeslagen stonden. Verdachte heeft in deze organisatie een omvangrijke rol gehad gedurende een geruime periode, wat de rechtbank in de strafverzwarende zin meeweegt. De professionaliteit, maar ook de brutaliteit die bij het plegen van dit soort feiten komt kijken, rekent de rechtbank de verdachte zeer aan.
Gelet op al het vorenstaande kan niet worden volstaan met een straf die geen vrijheidsbeneming met zich brengt. De rechtbank heeft bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
De persoon van de verdachte
Wat betreft de persoon van de verdachte heeft de rechtbank gelet op de inhoud van een de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie van 4 oktober 2018, waaruit onder meer blijkt dat verdachte veelvuldig eerder met politie en justitie in aanraking is gekomen. Verdachte is ook eerder onherroepelijk veroordeeld voor een soortgelijk feit tot een gevangenisstraf van drie jaren. Klaarblijkelijk hebben deze omstandigheden verdachte er niet van weerhouden zich opnieuw hieraan schuldig te maken, wat de rechtbank zwaar in het nadeel van verdachte meeweegt.
De straf
Nu de rechtbank niet tot een volledige bewezenverklaring komt, zal zij afwijken van de eis van de officier van justitie. De rechtbank heeft daarbij gelet op de hoogte van de straffen die doorgaans voor dit soort delicten, gepleegd in georganiseerd crimineel verband, worden opgelegd. Uit de jurisprudentie volgt dat als uitgangspunt geldt dat voor een voltooide lans-/ plofkraak een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee tot drie jaar wordt opgelegd. De rechtbank houdt daarnaast rekening met artikel 57 van het Wetboek van Strafrecht.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar, met aftrek van het voorarrest, passend en geboden is.
De redelijke termijn is aangevangen op de dag dat de verdachte in verzekering is gesteld, te weten op 11 oktober 2016. Het vonnis is uitgesproken op 20 december 2018. De procedure heeft in haar geheel beschouwd iets meer dan twee jaren geduurd. De rechtbank is van oordeel dat in deze fase geen sprake is van overschrijding van de redelijke termijn, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, doordat de duur van de behandeling rechtvaardiging vindt in het zeer omvangrijke en complexe onderzoek en de door de verdediging ingediende onderzoekswensen.
Voorlopige hechtenis
De voorlopige hechtenis van verdachte is met ingang van 13 juli 2017 geschorst. De onderliggende overwegingen hiertoe waren dat verdachte destijds geruime tijd in voorlopige hechtenis verbleef en de inhoudelijke behandeling pas in de loop van 2018 aan de orde zou zijn. Aan verdachte wordt nu een langere gevangenisstraf opgelegd dan zijn reeds ondergane voorarrest. Bij de beoordeling of de schorsing van zijn voorlopige hechtenis in dit geval moet worden opgeheven, dient de rechtbank de belangen van de samenleving en de veroordeelde af te wegen en na te gaan of deze opheffing geboden is. In dit geval wegen voor de rechtbank de strafvorderlijke belangen dat de voorlopige hechtenis weer komt te herleven zwaarder dan de persoonlijke belangen van de verdachte, met name gelet op de ernst van het bewezenverklaarde – zoals hiervoor toegelicht – en de gevangenisstraf waartoe dit heeft geleid. Dit betekent dat de schorsing van de voorlopige hechtenis wordt opgeheven en de detentie van verdachte weer herleeft.

9.9. BESLAG

9.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft ten aanzien van de inbeslaggenomen goederen als volgt gevorderd:
  • G.01.06.004, opladers porto Kenwood 2x verbeurdverklaren
  • G.01.06.005, centerpoint verbeurdverklaren
  • G.01.07.003, loper autosleutel verbeurdverklaren
  • Gp1.01.001, GSM mini verbeurdverklaren
  • Gp1.01.002, Simkaart verbeurdverklaren
  • Gp1.01.003, adapter Apple met kabel verbeurdverklaren
  • Gp1.01.004, briefje met tekst/telefoonnummer verbeurdverklaren
  • Gp1.01.005, sportschoenen Nike/zwart verbeurdverklaren
  • Gp1.01.007, BlackBerry wit PGP verbeurdverklaren
  • Gp2.001, 4x sleutels [adres] retour rechthebbende
  • Gp1.01.006, iPhone retour rechthebbende
  • G.01.01.001, Volvo autosleutel retour rechthebbende
9.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van het beslag.
9.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank beslist als volgt:
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
  • G.01.06.004, opladers porto Kenwood 2x;
  • G.01.06.005, centerpoint;
  • G.01.07.003, loper autosleutel;
  • Gp1.01.001, GSM mini;
  • Gp1.01.002, simkaart;
  • Gp1.01.003, adapter Apple met kabel;
  • Gp1.01.004, briefje met tekst/telefoonnummer;
  • Gp1.01.005, sportschoenen Nike/zwart;
  • Gp1.01.007, BlackBerry wit PGP;
verbeurd verklaren. Met behulp van deze voorwerpen zijn de bewezen verklaard feiten
voorbereid/begaan en met behulp van deze voorwerpen is de opsporing van de bewezen
verklaarde misdrijven belemmerd. Deze voorwerpen zijn tevens vervaardigd of bestemd tot
het begaan van de bewezenverklaarde misdrijven.
Teruggave aan de rechthebbenden
De rechtbank zal teruggave gelasten van de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
  • Gp2.001, 4x sleutels [adres] ;
  • Gp1.01.006, iPhone;
  • G.01.01.001, Volvo autosleutel;
aan degenen die redelijkerwijs als rechthebbenden van deze voorwerpen kunnen worden aangemerkt.

10.BENADEELDE PARTIJ

Vordering van de benadeelde partij dhr. [A] namens de ING Bank N.V. (feit 1, 2, 4, 5 en 6):
[A] heeft zich namens de ING Bank N.V. als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert in het gehele 032Smit onderzoek een bedrag € 770.567,-. Dit bedrag is in de volgende posten uitgesplitst per verdachte: herstel locatie (bijlage 1), vervangen automaat (bijlage 2), kosten nieuwe geldautomaat (bijlage 3), de buit (bijlage 4) en de afhandelingskosten van ING (bijlage 5).
Na optelling van de opgegeven schadeposten die op verdachte zien, stelt de rechtbank vast dat de vordering van ING Bank N.V. inzake verdachte een totaal bedrag van € 283.265,28 betreft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade ten gevolge van het aan verdachte onder feit 1, 2, 4, 5 en 6 ten laste gelegde.
Dit bedrag bestaat uit € 15.271,78 voor herstel locatie, € 3.521,50 voor het vervangen van de automaat, € 32.052,- voor de kosten van een nieuwe geldautomaat, € 224.320,- voor de buit en € 8.100,- aan afhandelingskosten van ING.
10.1.
Het standpunt van de officier van justitie
Vordering van de benadeelde partij dhr. [A] namens de ING Bank N.V. (feit 1, 2, 4, 5 en 6):
De officier van justitie acht de vordering redelijk en voor toewijzing vatbaar, nu deze is onderbouwd. De officier van justitie heeft hoofdelijke toewijzing gevorderd. De officier van justitie vordert enkel en alleen de oplegging van de wettelijke rente. Nu het hier gaat om een groot concern, die voldoende mogelijkheden heeft om de schade op de verdachte te verhalen, is de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel niet op zijn plek.
10.2.
Het standpunt van de verdediging
Vordering van de benadeelde partij dhr. [A] namens de ING Bank N.V. (feit 1, 2, 4, 5 en 6):
De raadsman heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij niet ontvankelijk dient te worden verklaard, gelet op de bepleite vrijspraken. Subsidiair heeft de raadsman genoemd dat de gestelde schade niet aannemelijk is gemaakt door de benadeelde partij, doordat de bijlagen niet terug te brengen zijn naar een specifieke zaak. De hoogte van de schade wordt uitdrukkelijk betwist, waardoor de vordering dient te worden afgewezen. Meer subsidiair dient de vordering niet ontvankelijk te worden verklaard nu het onderzoek naar de schadeposten een onevenredige belasting van het geding meebrengt. De raadsman heeft zich aangesloten bij het standpunt dat de vordering niet ontvankelijk dient te worden verklaren, doordat een machtiging van dhr. Jonker ontbreekt. De machtiging, die zich in het dossier bevindt, is geldig tot 24 juni 2017 terwijl de vordering in maart 2018 is ingediend.
10.3.
Het oordeel van de rechtbank
Vordering van de benadeelde partij dhr. [A] namens de ING Bank N.V. (feit 1, 2, 4, 5 en 6):
Ontvankelijkheid
Door dhr. Jonker is namens de ING Bank N.V. op 19 juni 2017 een eerste verzoek tot schadevergoeding ingediend. Aan deze vordering zat een volmacht gehecht van de ING Bank N.V., waarop vermeld staat dat dhr. Jonker namens de ING Bank N.V. gevolmachtigd is om zich te voegen als benadeelde partij in een strafproces en haar belangen waar te nemen tijdens de (terecht)zittingen en haar daarbij te vertegenwoordigen, het woord te voeren en voorts te doen hetgeen dat in dit kader nuttig of noodzakelijk voorkomt. Op 11 september 2017 heeft de rechtbank de vragen, die door twee advocaten waren ingediend over het verzoek tot schadevergoeding, gestuurd naar dhr. Jonker. Hij heeft op 3 oktober 2017 de antwoorden op deze vragen ingediend. Op 6 maart 2018 heeft dhr. Jonker de vordering tot schadevergoeding vervangen, dan wel aangevuld. Ter terechtzitting op 8, 15 en 17 oktober 2018 is de vordering van de benadeelde partij behandeld.
De raadsman heeft de rechtbank verzocht de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering, nu een stuk ontbreekt waaruit blijkt dat dhr. Jonker gemachtigd is om namens ING Bank N.V. als benadeelde partij op te treden.
De rechtbank overweegt als volgt. Uit bovengenoemde omstandigheden leidt de rechtbank af dat dhr. Jonker in 2017 over een geldige volmacht beschikte en de ING Bank N.V. de wens had om haar schade op de daders te verhalen. Gesteld noch gebleken is dat in 2018 de wil bij de ING Bank N.V. ontbrak om haar schade op de daders te verhalen. De rechtbank gaat er dan ook van uit dat dat de ING Bank N.V. ook in 2018 de schade op de daders wilde verhalen. De aanwezigheid van dhr. Jonker op de inhoudelijke behandeling ter terechtzitting wijst hier ook op.
Mede gelet op de omstandigheid dat er in 2017 wel een geldige machtiging was en mede in aanmerking genomen dat het voor de hand ligt dat de voeging strookt met de wensen van de benadeelde partij en dat elke aanwijzing die in dit opzicht aanleiding zou kunnen geven tot een ander oordeel ontbreekt, staat naar het oordeel van de rechtbank het ontbreken van een nieuwe schriftelijke volmacht redelijkerwijs niet in de weg aan de ontvankelijkheid van de benadeelde partij.
Het verweer wordt verworpen. De rechtbank oordeelt dat de ING Bank N.V. dan ook ontvangen kan worden in haar vordering.
Beoordeling verzoek tot schadevergoeding
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat slechts de behandeling van een deel van de vordering van ING Bank N.V. niet een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert.
De rechtbank is van oordeel dat enkel de schadepost buit, bijlage 4, voldoende onderbouwd en aannemelijk is gemaakt. De rechtbank acht verdachte aansprakelijk voor deze rechtstreekse schade.
De ING Bank N.V. heeft in vijf zaaksdossiers (Oegstgeest, Soest, Driebergen, Almelo en Utrecht), die aan verdachte ten laste zijn gelegd, buit gevorderd. Gelet op de vrijspraak inzake Soest, zal de rechtbank de vordering van de ING Bank N.V. toewijzen inzake Oegstgeest, Driebergen, Almelo en Utrecht en dit bedrag vaststellen op € 190.810,-. De vordering kan dan (hoofdelijk) ook tot dat bedrag worden toegewezen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 oktober 2016 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal uitgaan van de datum van aanhouding van verdachte voor de berekening van de wettelijke rente en niet de datum van de respectievelijke plofkraak.
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren voor wat betreft de schadeposten: herstel locatie (bijlage 1), vervangen automaat (bijlage 2), kosten nieuwe geldautomaat (bijlage 3) en de afhandelingskosten van ING (bijlage 5). Op deze onderdelen is gemotiveerd verweer gevoerd door de verdediging, waardoor nader bewijs hiervoor nodig zou zijn wat een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. De rechtbank merkt daarnaast op dat deze schadeposten onvoldoende duidelijk en onvoldoende onderbouwd zijn, doordat niet te herleiden valt welke specifieke factuur de schadeposten ondersteunen. Daarnaast is de vordering door zijn grote omvang niet eenvoudig van aard. De benadeelde partij kan dit deel van de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank is, het met de officier van justitie eens, dat de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht niet passend en geboden is. De ING Bank N.V. is een vennootschap die zeer wel voor haar eigen belangen kan opkomen, zodat reeds om die reden oplegging van de schadevergoedingsmaatregel achterwege kan blijven.

11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 33, 33a, 36b, 47, 57, 63,140, 157, 311, 416 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

12.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder feit 2 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstraf van 10 jaren;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Voorlopige hechtenis
- heft op het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen verbeurd:
  • opladers porto Kenwood 2x (G.01.06.004);
  • centerpoint (G.01.06.005);
  • loper autosleutel (G.01.07.003);
  • GSM mini (Gp1.01.001);
  • simkaart (Gp1.01.002);
  • adapter Apple met kabel (Gp1.01.003);
  • briefje met tekst/telefoonnummer (Gp1.01.004);
  • sportschoenen Nike/zwart (Gp1.01.005);
  • BlackBerry wit PGP (Gp1.01.007);
  • iPhone (Gp1.01.006);
  • Volvo autosleutel (G.01.01.001);
- gelast de teruggave aan de rechthebbende van het volgende voorwerp:
  • 4x sleutels [adres] (Gp2.001);
  • iPhone (Gp1.01.006);
  • Volvo autosleutel (G.01.01.001);
Ten aanzien van de feiten 1, 2, 4, 5 en 6:
Benadeelde partij ING Bank N.V.
- wijst de vordering van de ING Bank N.V. gedeeltelijk toe tot een bedrag van € 190.810,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan ING Bank N.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 oktober 2016 tot de dag van volledige voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart ING Bank N.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.C. van den Boogaard, voorzitter, mrs. E.H.M. Druijf en J.G. van Ommeren, rechters, in tegenwoordigheid van mrs. I. Völkers en F.H. Batavier, griffiers, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 20 december 2018.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
Feit 1
hij op of omstreeks 23 juni 2016 te [vestigingsplaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk brand heeft gesticht door (met behulp van een thermische lans) open vuur in aanraking te brengen met een (kluis van een) geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), althans met een brandbare stof, ten gevolge waarvan die geldautomaat geheel of gedeeltelijk is verbrand, in elk geval brand is ontstaan, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en/of de goederen in dat gebouw en/of een of meer (flat)woning(en) (boven die Albert Heijn) en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor zich in die woning(en) bevindende perso(o)n(en), in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was
en/of
hij op of omstreeks 23 juni 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), een grote hoeveelheid geld (te weten een geldbedrag van in totaal 55.720,00 euro), geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., althans aan een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en/of dat geld heeft verschaft en/of dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
art 311 Wetboek van Strafrecht
art 157 Wetboek van Strafrecht
Feit 2
hij op of omstreeks 22 juli 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een breekvoorwerp (de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), te forceren en/of (vervolgens) in (de kluisruimte van) die geldautomaat een explosief gas(mengsel) te brengen en/of (vervolgens) dit gas(mengsel) aan te steken en/of in brand te steken en/of tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en/of de goederen in dat gebouw, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, te duchten was
en / of
hij op of omstreeks 22 juli 2016 te [vestigingsplaats] , in eik geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), een grote hoeveelheid geld (te weten een geldbedrag van in totaal 122.190,00 euro), geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., althans aan een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en/of dat geld heeft verschaft en/of dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
art 311 Wetboek van Strafrecht
art 157 Wetboek van Strafrecht
Feit 3
hij op één of meer tijdstip (pen) in of omstreeks de periode van 23 mei 2016 tot en met 22 juli 2016 te De Meern en/of te Soest en/of te Kerkdriel, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (personen)auto, merk Mercedes, type Vito (origineel kenteken: [kenteken] en/of chassisnummer
[chassisnummer] en/of vals kenteken [kenteken] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde auto wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
art 416 lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 4l1bjs lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 4
hij op of omstreeks 20 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een breekvoorwerp (de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), te forceren en/of (vervolgens) in (de kluisruimte van) die geldautomaat een explosief
gas(mengsel) te brengen en/of (vervolgens) dit gas(mengsel) aan te steken en/of in brand te steken en/of tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en/of de goederen in dat gebouw, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, te duchten was
en/of
hij op of omstreeks 20 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), een grote hoeveelheid geld (te weten een geldbedrag van in totaal 20.940 euro), geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., althans aan een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en/of dat geld heeft verschaft en/of dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
art 311 Wetboek van Strafrecht
art 157 Wetboek van Strafrecht
Feit 5
hij op of omstreeks 26 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een breekvoorwerp (de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), te forceren en/of (vervolgens) in (de kluisruimte van) die geldautomaat een explosief gas(mengsel) te brengen en/of (vervolgens) dit gas(mengsel) aan te steken en/of in brand te steken en/of tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en/of de goederen in dat gebouw, in elk geval gemeen gevaar voor goederen, te duchten was
en/of
hij op of omstreeks 26 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan de [adres] ), een grote hoeveelheid geld (te weten een geldbedrag van in totaal 80.590 euro), geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., althans aan een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en/of dat geld heeft verschaft en/of dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
art 311 Wetboek van Strafrecht
art 157 Wetboek van Strafrecht
Feit 6
hij op of omstreeks 27 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door met behulp van een breekvoorwerp (de voorzetdeur van) een geldautomaat van de ING Bank (gevestigd in de Albert Heijn aan ‘ [adres] ), te forceren en/of (vervolgens) in (de kluisruimte van) die geldautomaat een explosief gas(mengsel) te brengen en/of (vervolgens) dit gas(mengsel) aan te steken en/of in brand te steken en/of tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor die geldautomaat en/of het gebouw waarin die geldautomaat zich bevond en/of de goederen in dat gebouw en/of een of meer (flat)woning(en) (boven die Albert Heijn) en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor zich in die woning(en) bevindende perso(o)n(en), in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was
en / of
hij op of omstreeks 27 september 2016 te [vestigingsplaats] , in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een geldautomaat van de ING Bank (in de Albert Heijn aan ‘ [adres] ), een grote hoeveelheid geld (te weten een geldbedrag van in totaal 33.560 euro), geheel of ten dele toebehorende aan ING Bank N.V., althans aan een ander dan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen en zich daarbij de toegang tot die geldautomaat en/of dat geld heeft verschaft en/of dat geld onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming.
art 311 Wetboek van Strafrecht
art 157 Wetboek van Strafrecht
Feit 7
hij in of omstreeks de periode van 11 december 2015 tot en met 11 oktober 2016 te Utrecht en/of Nieuwegein en/of Kerkdriel, in elk geval in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten
- het tezamen en in vereniging met een of meer anderen plegen van diefstallen door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming (ram- en/of trekkraken op ING-automaten in filialen van Albert Heijn) en/of
- het tezamen en in vereniging met een of meer anderen opzettelijk brand stichten en/of opzettelijk teweegbrengen van ontploffingen en/of plegen van diefstal door middel van braak en/of verbreking en/of inklimming (lans- en/of plotkraken op ING-automaten in filialen van Albert Heijn) en/of
- het tezamen en in vereniging met een of meer anderen plegen van diefstallen van voertuigen en/of opzetheling van voertuigen en/of
- het tezamen en in vereniging met een of meer anderen voeren van valse kentekens als bedoeld in artikel 41 eerste lid, onder c en/of d van de Wegenverkeerswet 1994.
art 140 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 8
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21juni 2016 tot en met 24 september 2016 te Harmelen en/of te Kerkdriel en/of te Nieuwegein en/of te Utrecht, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een bestelbus, merk Mercedes-Benz, type Sprinter (origineel kenteken: [kenteken] en/of chassisnummer [chassisnummer] en/of vals kenteken [kenteken] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde bestelbus wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
art 416 lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 417bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 9
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 11 mei 2016 tot en met 11 oktober 2016 te Den Haag en/of Utrecht, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (personen)auto, merk Audi, type A4 (origineel kenteken: [kenteken] en/of chassisnummer [chassisnummer] en/of vals kenteken [kenteken] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde auto wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
art 416 lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 417bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Feit 10
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 juli 2016 tot en met 11
oktober 2016 te Eindhoven en/of Utrecht, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een (personen)auto, merk Audi, type S6 (origineel kenteken: [kenteken] en/of chassisnummer [chassisnummer] en/of vals kenteken [kenteken] ) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij en/of zijn mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van voornoemde auto wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
art 416 lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 4l7bis lid 1 ahf/ond a Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 7 april 2017, genummerd PL0900-2016318697 Z D, opgemaakt door politie Eenheid Midden-Nederland. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. De verschillende type dossiers zijn afzonderlijk genummerd en bovenaan de pagina voorzien van
2.Proces-verbaal Omschrijving Modi Operandi ter zake onderzoek 032Smit van 7 april 2017, Algemeen Dossier, p. 000020 e.v.
3.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch Dossier 3.01, p. 14 e.v.
4.Een geschrift te weten Review van rapportages van Applied DNA Services inzake toepassing van SigNature DNA Markers in geldcassettes van het NFI van 16 februari 2018.
5.Een geschrift te weten het Herzien rapport: 2e aanvullende onderzoek: Vergelijking van aangetroffen glasdeeltjes in TGO 032SMIT met glasdatabank van ram- en plofkraken van het NFI van 19 juli 2018.
6.Proces-verbaal van aangifte [aangever 1] namens Albert Heijn van 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207006.
7.Proces-verbaal van aangifte [aangever 1] namens Albert Heijn van 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207006.
8.Proces-verbaal van aangifte [aangever 1] namens Albert Heijn van 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207007.
9.Een geschrift te weten een brief van de ING Bank N.V. van 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207010.
10.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [aangever 2] , Zaaksdossier [vestigingsplaats] , p. 207016.
11.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [aangever 2] , Zaaksdossier [vestigingsplaats] , p. 207017.
12.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [aangever 2] , Zaaksdossier [vestigingsplaats] , p. 207018.
13.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207027.
14.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207028.
15.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , 23 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207036.
16.Proces-verbaal van sporenonderzoek, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207039.
17.Proces-verbaal van sporenonderzoek, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207039.
18.Proces-verbaal van sporenonderzoek, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207040.
19.Proces-verbaal van sporenonderzoek, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207041.
20.Proces-verbaal van sporenonderzoek, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207043.
21.Een geschrift te weten Rapport onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek van het NFI van 29 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207079.
22.Een geschrift te weten Rapport onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek van het NFI van 29 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207079.
23.Een geschrift te weten Rapport onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek van het NFI van 29 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207080.
24.Proces-verbaal camerabeelden m.b.t. aangetroffen handschoenen van 14 juli 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207109.
25.Proces-verbaal camerabeelden m.b.t. aangetroffen handschoenen van 14 juli 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207109.
26.Proces-verbaal camerabeelden m.b.t. aangetroffen handschoenen van 14 juli 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207110.
27.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden Kerkdriel, Algemeen Dossier, p. 000059.
28.Proces-verbaal uitkijken beelden Kerkdriel 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele Organisatie, ordner 2, p. 220423.
29.Proces-verbaal uitkijken beelden Kerkdriel 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele Organisatie, ordner 2, p. 220424.
30.Proces-verbaal uitkijken beelden Kerkdriel 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele Organisatie, ordner 2, p. 220425.
31.Proces-verbaal herkenning personen Kerkdriel 22 juni 2016, 12 december 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207136.
32.Proces-verbaal ANPR hits, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207137.
33.Proces-verbaal ANPR hits, 27 juni 2016, Zaaksdossier Oegstgeest, p. 207138.
34.Proces-verbaal van aangifte van 24 mei 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209035.
35.Proces-verbaal van aangifte van 24 mei 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209036.
36.Proces-verbaal van bevindingen van 22 juli 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209033.
37.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden Kerkdriel, Algemeen Dossier, p. 000105.
38.Proces-verbaal van sporenonderzoek van 28 juli 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209077.
39.Proces-verbaal van sporenonderzoek van 28 juli 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209078.
40.Proces-verbaal van sporenonderzoek van 28 juli 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209080.
41.Proces-verbaal van biologisch vooronderzoek van 10 augustus 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209091.
42.Een geschrift te weten een rapport van NFI van 20 september 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209211.
43.Een geschrift te weten een rapport van NFI van 20 september 2016, Zaaksdossier Soest Tamboerijn, p. 209212.
44.Proces-verbaal uitkijken beelden Kerkdriel van 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie ordner 2, p. 220423.
45.Proces-verbaal uitkijken beelden Kerkdriel van 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie ordner 2, p. 220424.
46.Proces-verbaal herkenning personen Kerkdriel 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie ordner 2, p. 220435.
47.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217070.
48.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217071.
49.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217072.
50.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217073.
51.Proces-verbaal Uitwerking OVC + Baken Mercedes Sprinter, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220456.
52.Proces-verbaal uitwerken OVC Mercedes Sprinter d.d. 19 en 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217079.
53.Proces-verbaal uitwerken OVC Mercedes Sprinter d.d. 19 en 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217080.
54.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken beelden [garagebox] 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217139.
55.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken beelden [garagebox] 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217140.
56.Proces-verbaal van bevindingen uitkijken beelden [garagebox] 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217141.
57.Proces-verbaal van bevindingen van16 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217086.
58.Proces-verbaal van bevindingen van 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217008.
59.Proces-verbaal van aangifte door [aangever 4] namens Albert Heijn, Zaaksdossier Driebergen, p. 217023.
60.Proces-verbaal van aangifte door [aangever 4] namens Albert Heijn, Zaaksdossier Driebergen, p. 217024.
61.Proces-verbaal camerabeelden entree Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217025.
62.Proces-verbaal camerabeelden entree Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217027.
63.Proces-verbaal camerabeelden entree Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217028.
64.Proces-verbaal camerabeelden entree Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217029.
65.Proces-verbaal camerabeelden kassa’s Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217032.
66.Proces-verbaal camerabeelden kassa’s Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217033.
67.Proces-verbaal camerabeelden kassa’s Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217034.
68.Proces-verbaal camerabeelden kassa’s Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217035.
69.Proces-verbaal camerabeelden kassa’s Albert Heijn van 1 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217036.
70.Een geschrift te weten een brief van de ING Bank N.V. van 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217010.
71.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Driebergen, p. 217017.
72.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Driebergen, p. 217018.
73.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Driebergen, p. 217019.
74.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Driebergen, p. 217020.
75.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Driebergen, p. 217038.
76.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Driebergen, p. 217039.
77.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Driebergen, p. 217040.
78.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217070.
79.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217074.
80.Proces-verbaal bevindingen,8 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217075.
81.Proces-verbaal Uitwerking OVC + Baken Mercedes Sprinter, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220456.
82.Proces-verbaal uitwerken OVC Mercedes Sprinter d.d. 19 en 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217082.
83.Proces-verbaal uitwerken OVC Mercedes Sprinter d.d. 19 en 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217083.
84.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000243.
85.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000245.
86.Proces-verbaal uitwerken OVC Mercedes Sprinter d.d. 19 en 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217083.
87.Proces-verbaal van bevindingen van 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217090.
88.Proces-verbaal van bevindingen van 20 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217091.
89.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] 22 september 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217131.
90.Een geschrift, te weten een uitdraai van de politie van 27 oktober 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217100.
91.Proces-verbaal van bevindingen van 20 oktober 2016, Persoonsdossier [medeverdachte 2] , p. 103032.
92.Proces-verbaal biologisch vooronderzoek, 4 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217062.
93.Proces-verbaal biologisch vooronderzoek, 4 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217062.
94.Proces-verbaal biologisch vooronderzoek, 4 november 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217063.
95.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 015.
96.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 035.
97.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 035.
98.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 036.
99.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs van 23 december 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217106.
100.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs van 23 december 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217108.
101.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs van 23 december 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217109.
102.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs van 23 december 2016, Zaaksdossier Driebergen, p. 217110.
103.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs, 3 januari 2017, Zaaksdossier Driebergen, p. 217119.
104.Een geschrift te weten een rapport van TMFI opgesteld door dr. P.J. Herbergs, 3 januari 2017, Zaaksdossier Driebergen, p. 217120.
105.Proces-verbaal van aanhouding, 11 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 104008.
106.Proces-verbaal [adres] verblijfplaats [verdachte] , Algemeen dossier, p. 00274.
107.Proces-verbaal verhuur [adres] , Zaaksdossier Criminele organisatie ordner 1, p. 220361.
108.Proces-verbaal verhuur [adres] , Zaaksdossier Criminele organisatie ordner 1, p. 220362.
109.Proces-verbaal uitwerking OVC [adres] , Algemeen Dossier, p. 000275.
110.Proces-verbaal uitwerking OVC [adres] , Algemeen Dossier, p. 000275.
111.Proces-verbaal uitwerking OVC [adres] , Algemeen Dossier, p. 000276.
112.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 13 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 101032.
113.Proces-verbaal sporenonderzoek, 13 december 2016, Forensisch dossier 3.03, p. 061.
114.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 015.
115.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 042.
116.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 043.
117.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000243.
118.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000244.
119.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000245.
120.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000246.
121.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000246.
122.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000247.
123.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000248.
124.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 000249.
125.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218096.
126.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218097.
127.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218098.
128.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218099.
129.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180101.
130.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180102.
131.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180103.
132.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180104.
133.Proces-verbaal van aangifte van [aangever 5] namens Albert Heijn, 27 september 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218007.
134.Een geschrift te weten Rapport onderzoek beeldmateriaal, 10 oktober 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218094.
135.Een geschrift te weten Rapport onderzoek beeldmateriaal, 10 oktober 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218087.
136.Een geschrift te weten een brief van de ING Bank N .V. van 11 oktober 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218009.
137.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Almelo, p. 218015.
138.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Almelo, p. 218016.
139.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Almelo, p. 218018.
140.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Almelo, p. 218019.
141.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] , 27 september 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218077.
142.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] , 27 september 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218078.
143.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 5] , 27 september 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218079.
144.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 5] , 27 september 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218080.
145.Een geschrift te weten een rapport foto-opname van 7 oktober 2016, Zaaksdossier Almelo, p. 218083.
146.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180104.
147.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180105.
148.Proces-verbaal uitkijken beelden [garagebox] 26 en 27 september 2016, 16 januari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 2180106.
149.Proces-verbaal van bevindingen van 20 februari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218112.
150.Proces-verbaal van bevindingen van 20 februari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218113.
151.Proces-verbaal van bevindingen van 20 februari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218114.
152.Proces-verbaal van bevindingen van 20 februari 2017, Zaaksdossier Almelo, p. 218115.
153.Proces-verbaal vergelijking Audi’s, 20 februari 2017, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 85.
154.Proces-verbaal overzicht beelden [garagebox] , Algemeen Dossier, p. 0000243.
155.Proces-verbaal van beelden [garagebox] 27 en 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219096.
156.Proces-verbaal van beelden [garagebox] 27 en 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] ,, p. 219097.
157.Proces-verbaal van beelden [garagebox] 27 en 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219099.
158.Proces-verbaal van beelden [garagebox] 27 en 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219100.
159.Proces-verbaal van beelden [garagebox] 27 en 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219101.
160.Proces-verbaal van de terechtzitting van 9 oktober 2018, bevattende de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting.
161.Een geschrift te weten een brief van de ING van 12 oktober 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219014.
162.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219021.
163.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219022.
164.Een geschrift te weten Rapport onderzoek incident ING domein opgesteld door [A] , Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219023.
165.Aangifte van [aangever 6] namens Albert Heijn ’ [adres] , 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219009.
166.Aangifte van [aangever 6] namens Albert Heijn ’ [adres] , 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219010.
167.Aangifte van [aangever 6] namens Albert Heijn ’ [adres] , 28 september 2016, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219011
168.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219075.
169.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219076.
170.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219077.
171.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219078.
172.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219079.
173.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219080.
174.Proces-verbaal van camerabeelden, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219081.
175.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219030.
176.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219031.
177.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219032.
178.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219034.
179.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 1, p. 220288.
180.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 1, p. 220289.
181.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 1, p. 220278.
182.Proces-verbaal van bevindingen, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 1, p. 220279.
183.Proces-verbaal van sporenonderzoek, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220648.
184.Een geschrift te weten het Rapport vergelijkend glasonderzoek naar aanleiding van het aantreffen van een Audi in Eindhoven op 11 februari 2017 van het NFI van 11 mei 2017, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219092.
185.Een geschrift te weten het Rapport vergelijkend glasonderzoek naar aanleiding van het aantreffen van een Audi in Eindhoven op 11 februari 2017 van het NFI van 11 mei 2017, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 219093.
186.Een geschrift te weten het Rapport vergelijkend glasonderzoek naar aanleiding van het aantreffen van een paar schoen in een Audi in Eindhoven op 11 februari 2017 van het NFI van 6 juni 2017, p. 219108.
187.Een geschrift te weten het Rapport vergelijkend glasonderzoek naar aanleiding van het aantreffen van een paar schoen in een Audi in Eindhoven op 11 februari 2017 van het NFI van 6 juni 2017, p. 219108.
188.Een geschrift te weten het Herzien rapport: 2e aanvullende onderzoek: Vergelijking van aangetroffen glasdeeltjes in TGO 032SMIT met glasdatabank van ram- en plofkraken van het NFI van 19 juli 2018, pagina 1 van 34.
189.Een geschrift te weten het Herzien rapport: 2e aanvullende onderzoek: Vergelijking van aangetroffen glasdeeltjes in TGO 032SMIT met glasdatabank van ram- en plofkraken van het NFI van 19 juli 2018, pagina 7 van 34.
190.Een geschrift te weten het Herzien rapport: 2e aanvullende onderzoek: Vergelijking van aangetroffen glasdeeltjes in TGO 032SMIT met glasdatabank van ram- en plofkraken van het NFI van 19 juli 2018, pagina 15 van 34.
191.Proces-verbaal vergelijking Audi’s, 20 februari 2017, Zaaksdossier Utrecht ’ [adres] , p. 85.
192.Proces-verbaal van aangifte [aangeefster] namens [H] , 30 juli 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220643.
193.Proces-verbaal van aangifte [aangeefster] namens [H] , 30 juli 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220644.
194.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 12 oktober 2016, Persoonsdossier 1.01 [medeverdachte 1] , p. 101029.
195.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 12 oktober 2016, Persoonsdossier 1.01 [medeverdachte 1] , p. 101026.
196.Proces-verbaal verslag binnentreden woning, 11 oktober 2016, Persoonsdossier 1.01 [medeverdachte 1] , p. 101010.
197.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 12 oktober 2016, Persoonsdossier 1.03 [medeverdachte 2] , p. 103030.
198.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 12 oktober 2016, Persoonsdossier 1.03 [medeverdachte 2] , p. 103025.
199.Proces-verbaal verslag binnentreden woning, 11 oktober 2016, Persoonsdossier 1.03 [medeverdachte 2] , p. 103009.
200.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 13 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 101032.
201.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 13 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 101036.
202.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 13 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 101035.
203.Proces-verbaal van doorzoeking ter inbeslagneming, 13 oktober 2016, Persoonsdossier 1.04 [verdachte] , p. 101032.
204.Proces-verbaal sporenonderzoek, 13 december 2016, Forensisch dossier 3.03, p. 061.
205.Proces-verbaal sporenonderzoek, 13 december 2016, Forensisch dossier 3.03, p. 063.
206.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 015.
207.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 037.
208.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 038.
209.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 040.
210.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 041.
211.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 042.
212.Proces-verbaal inktonderzoek, Forensisch dossier 3.01, p. 043.
213.Proces-verbaal van aangifte door [aangever 7] namens [bedrijf] BV, Zaaksdossier Criminele organisatie, p. 220436.
214.Proces-verbaal van aangifte door [aangever 7] namens [bedrijf] BV, Zaaksdossier Criminele organisatie, p. 220437.
215.Proces-verbaal uitkijken beelden [vestigingsplaats] 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220424.
216.Proces-verbaal uitkijken beelden [vestigingsplaats] 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220425.
217.Proces-verbaal herkenning personen [vestigingsplaats] 22 juni 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220435.
218.Proces-verbaal aantreffen gestolen Audi A4 op [garagebox] , Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220627.
219.Proces-verbaal aantreffen gestolen Audi A4 op [garagebox] , Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220627.
220.Proces-verbaal van aangifte door [aangever 8] , 17 mei 2016, Zaaksdossier Criminele organisatie, ordner 2, p. 220633.
221.Proces-verbaal van bevindingen overzicht beelden [garagebox] , Algemeen dossier p. 000259.
222.Proces-verbaal van bevindingen overzicht beelden [garagebox] , Algemeen dossier p. 000264.
223.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden [vestigingsplaats] , Algemeen Dossier, p. 000060.
224.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden [vestigingsplaats] , Algemeen Dossier, p. 000071.
225.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden [vestigingsplaats] , Algemeen Dossier, p. 000072.
226.Proces-verbaal bevindingen van camerabeelden [vestigingsplaats] , Algemeen Dossier, p. 000073.