Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 augustus 2017
- het proces-verbaal van comparitie van 29 november 2017.
2.De feiten
- a)
- b)
- 1. Verkoper is verplicht [eiseres] direct te informeren over klachten, geschillen en bezwaren (“Dispuut”) van afnemers ten aanzien van hetgeen met de aan [eiseres] overgedragen facturen aan hen in rekening is gebracht alsmede over eventueel onder afnemers ten laste van Verkoper gelegde derdenbeslagen.
- Van Dispuut is sprake in elk geval van betwisting van de hoogte of de juistheid van de Vordering of de daaraan verbonden rechten voor wat betreft de grondslag of de omvang; […]’
- iedere vorm van bedrog gepleegd door Verkoper;
- het niet nakomen van de verplichtingen van Verkoper als genoemd in artikel 5, voor zover afnemer uit dien hoofde niet tot betaling aan [eiseres] overgaat;
- afwezigheid van de cessietekst op de door Verkoper aan [eiseres] overgedragen factuur als bedoeld in artikel 6 van de Overeenkomst, voor zover afnemer uit dien hoofde niet tot betaling aan [eiseres] overgaat;
- betalingen die rechtstreeks aan Verkoper worden gedaan zonder toestemming van [eiseres] en die niet aan [eiseres] worden overgemaakt en zijn ontvangen, zoals genoemd in artikel 9 van de overeenkomst;
- creditfacturen en disputen die door verkoper nog niet aan [eiseres] zijn terugbetaald conform het gemelde in artikel 7 van de Overeenkomst;
- tegenvorderingen of klachten van afnemers van Verkoper;
3.Het geschil
- bedrog wegens het verzwijgen van de eerdere cessie van de vordering op ASR aan [bedrijfsnaam 2]
- bedrog wegens verzwijging van de verpanding aan Rabobank van de vordering op ASR
- artikel 5 van de raamovereenkomst
- artikel 7 van de raamovereenkomst
4.De beoordeling
Borgtocht
- [bedrijfsnaam 1] al geruime tijd gebruik maakte van factoringmaatschappijen om liquiditeit te verkrijgen ( [bedrijfsnaam 2] sinds 23 november 2015 en [eiseres] sinds 2 augustus 2016)
- de liquiditeitsdruk voor [bedrijfsnaam 1] eind juli/begin augustus 2016 zo nijpend was, dat in factoring de oplossing voor dit probleem werd gezien
- het bedrag dat [bedrijfsnaam 1] van [eiseres] had ontvangen voldoende was om de acute loonkosten te bestrijden en feitelijk werd doorgestort naar de werknemers.
- [gedaagde] was indirect, via zijn persoonlijke houdstermaatschappij, de enige bestuurder van [bedrijfsnaam 1]
- [gedaagde] en [B] , die operationeel directeur was van [bedrijfsnaam 1] (maar geen bestuurder), hielden elk indirect, via hun persoonlijke houdstermaatschappijen, 50% van de certificaten
- [gedaagde] en [B] vormden gezamenlijk het bestuur van de stichting die alle aandelen in [bedrijfsnaam 1] hield.
- Op 28 juli 2016, om 16.50 uur, heeft [bedrijfsnaam 1] op verzoek van [C] per e-mail aan ASR verzocht de investeringsbijdrage aan [bedrijfsnaam 2] te betalen. Bij deze e-mail was een factuur gevoegd waarin staat:
- [bedrijfsnaam 1] had deze e-mail cc gestuurd naar [C] van [bedrijfsnaam 2] . Kort daarna, op 28 juli 2016 om 17.24 uur, mailde [C] aan [gedaagde] :
- In reactie hierop heeft [gedaagde] op 28 juli 2016 om 21.33 uur aan [C] gemeld:
- Op 1 augustus 2016 om 10.29 uur heeft [C] aan [gedaagde] gemaild:
- Voor eind juli 2016 had [bedrijfsnaam 1] al diverse vorderingen, waaraan opschortende voorwaarden waren verbonden, gecedeerd aan [bedrijfsnaam 2] (verklaring van [gedaagde] ter zitting).
‘Tevens hoorden wij net dat jullie fraude plegen via de factoring bedrijven, jouw huidige factoring bedrijf heeft ons net hierover geïnformeerd.’ASR heeft (ook) hierna de investeringsbijdrage niet betaald, niet aan [eiseres] en ook niet aan [bedrijfsnaam 2] .
€ 79.875,73 dat [eiseres] naar [bedrijfsnaam 1] heeft overgemaakt, plus € 5.108,62 (het overeengekomen ‘factorloon’). [bedrijfsnaam 1] is tekortgeschoten in de nakoming van de verbintenis tot vergoeding van deze schade. Door middel van een e-mail van 7 oktober 2016 is [bedrijfsnaam 1] wel aangemaand tot betaling, maar aan die aanmaning heeft zij niet voldaan. Vervolgens is [bedrijfsnaam 1] failliet gegaan en niet gesteld of gebleken is dat de curator het bedrag van
1.788,00(2,0 punten × tarief € 894,00)