Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van alle ten laste gelegde feiten. De raadsman heeft daartoe het volgende aangevoerd. Als bewijs is er eigenlijk alleen maar de verklaringen van [benadeelde 1] en [benadeelde 2] , ondersteunend bewijs is er niet. [benadeelde 2] is bij de rechter-commissaris terug gekomen op zijn verklaring bij de politie en zegt dat hij die verklaring uit zijn duim heeft gezogen.
Volgens verdachte wilden zij alleen maar met [benadeelde 1] en [benadeelde 2] praten zodat zij zouden bekennen dat zij in opdracht van [A] de woningoverval hadden gepleegd. Het ging niet om het geld. Dat blijkt ook uit de verklaring van de moeder van [benadeelde 1] en ook medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat het niet ging om het geld. Het is dus mogelijk dat het gegaan is zoals verdachte heeft verklaard.
Uit de verklaring van [benadeelde 1] kunnen we concluderen dat hij heeft gelogen en dat deze tegenstrijdig en inconsistent is. Bij de politie heeft [benadeelde 1] onder meer verklaard dat hij en [benadeelde 2] meerdere keren flinke klappen hebben gehad, bij de rechter-commissaris heeft hij ineens verklaard dat hij maar één klap heeft gehad en [benadeelde 2] twee klappen. Volgens de verdachten is er helemaal geen geweld toegepast. Door een objectieve getuige, de buurman van [benadeelde 1] , wordt ook geen letsel bij [benadeelde 1] waargenomen. En ook door een deskundige van het NFI wordt op het filmpje geen letsel bij [benadeelde 1] of [benadeelde 2] geconstateerd.
[benadeelde 1] en [benadeelde 2] zouden volgens de tenlastelegging naar een donkere en afgelegen parkeerplaats zijn meegenomen. De Witte Bergen is een drukbezochte locatie langs de A1, ook op een later tijdstip. Het tankstation daar is onbemand, maar wel verlicht. Voor dat onderdeel van de tenlastelegging is dus ook geen enkel bewijs.
Onder feit 1 is ten laste gelegd dat verdachte [benadeelde 1] en [benadeelde 2] gedwongen zou hebben tot afgifte van geld, een horloge en huissleutels. De afgifte van geld vindt geen steun in het dossier. Als de huissleutels en het horloge al zouden zijn weggenomen, dan was verdachte daar niet bij en wist hij dat ook niet. Met betrekking tot de huissleutels heeft verdachte verklaard dat medeverdachte [medeverdachte 2] [benadeelde 1] heeft weggebracht en dat de huissleutels in diens auto zijn achtergebleven. Dat vindt ook steun in de verklaring van de buurman van [benadeelde 1] . Er is dus geen sprake van opzet. Verdachte dient dus volgens de raadsman van dit feit te worden vrijgesproken.
De raadsman heeft tevens aangevoerd dat er onvoldoende en wettig bewijs is om vast te stellen dat [benadeelde 1] en [benadeelde 2] onder dwang iets hebben moeten doen. Het beeldmateriaal ondersteunt dat niet. Dus ook van dat feit dient verdachte te worden vrijgesproken.
Tot slot heeft de raadsman aangevoerd dat er voor wederrechtelijke vrijheidsberoving ook geen wettig en overtuigend bewijs is. Er is geen enkele verklaring dat [benadeelde 1] en [benadeelde 2] werden tegengehouden als zij weg wilden, dat zij zijn gedwongen in een auto plaats te nemen en om daar te blijven. [benadeelde 1] en [benadeelde 2] zijn vrijwillig ingestapt.
De verklaringen van [benadeelde 1] en [benadeelde 2] kunnen niet tot het bewijs worden gebezigd nu deze als onbetrouwbaar dienen te worden gekwalificeerd. Er is onvoldoende steun in overig bewijs om toch tot een bewezenverklaring voor de ten laste gelegde feiten te komen. Daar komt nog bij dat een alternatief scenario niet kan worden weerlegd door de overige bewijsmiddelen.