ECLI:NL:RBMNE:2018:5207

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 juli 2018
Publicatiedatum
26 oktober 2018
Zaaknummer
C/16/464044/ JE RK 18-1403 C/16/464380/ FO RK 18/1232
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervangende toestemming voor opening bankrekening en benoeming bijzondere curator voor minderjarige

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 27 juli 2018 een beschikking gegeven in een procedure waarbij Stichting Nidos, als gecertificeerde instelling, verzocht om vervangende toestemming voor de opening van een bankrekening voor de minderjarige [voornaam van minderjarige]. De minderjarige, geboren in 2002 in Syrië, is onder toezicht gesteld van Nidos en verblijft op een geheim adres vanwege een verstoorde relatie met zijn moeder. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige een bankrekening nodig heeft voor zijn werk als supermarktmedewerker, maar dat de moeder, als gezaghebbende ouder, via deze rekening toegang kan krijgen tot zijn persoonlijke gegevens, wat de minderjarige absoluut niet wil. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er sprake is van een belangenstrijd tussen de minderjarige en zijn moeder, en heeft daarom besloten om een bijzondere curator te benoemen. Deze curator zal de minderjarige vertegenwoordigen bij het openen van de bankrekening en het onderzoeken van de noodzaak van handlichting of andere juridische constructies. De rechtbank heeft het verzoek van Nidos afgewezen, maar heeft de benoeming van de bijzondere curator goedgekeurd, met als doel de belangen van de minderjarige te beschermen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familierecht
locatie Utrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/16/464044 / JE RK 18-1403 (vervangende toestemming)
C/16/464380 / FO RK 18/1232 (bijzondere curator)
Beschikking van 27 juli 2018
in de zaak van:
De gecertificeerde instelling,
STICHTING NIDOS,
hierna te noemen: Nidos,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
betreffende de minderjarige
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2002 te [geboorteplaats] (Syrië),
hierna te noemen: [voornaam van minderjarige] ,
met als belanghebbende
[naam belanghebbende] ,
hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift van Nidos ingekomen op 19 juli 2018.
1.2.
De zaak is behandeld ter terechtzitting met gesloten deuren van 25 juli 2018. Verschenen zijn: de heer [A] namens Nidos en mr. A.M. Beuwer. Alhoewel behoorlijk opgeroepen is de moeder niet verschenen.
1.3.
De minderjarige [voornaam van minderjarige] is, gelet op zijn leeftijd, in de gelegenheid gesteld om zijn mening kenbaar te maken. Hij heeft de rechtbank een brief gestuurd.

2.De feiten

2.1.
Bij beschikking van de rechtbank van 8 september 2017 is [voornaam van minderjarige] onder toezicht gesteld van Nidos. Nadien is de ondertoezichtstelling steeds verlengd. De ondertoezichtstelling loopt tot 19 juni 2019. [voornaam van minderjarige] is uithuisgeplaatst.
2.2.
Het gezag over [voornaam van minderjarige] wordt uitgeoefend door de moeder.

3.De beoordeling

3.1.
Nidos heeft de rechtbank, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, verzocht vervangende toestemming te verlenen voor de opening van een bankrekening voor [voornaam van minderjarige] .
3.2.
Ter onderbouwing van het verzoek heeft Nidos het volgende aangevoerd. [voornaam van minderjarige] werkt sinds kort als supermarktmedewerker. Hij heeft daarom een bankrekening nodig, zodat zijn loon uitgekeerd kan worden. Meestal opent een ouder een bankrekening voor zijn of haar kind. Daarmee heeft de ouder inzage in de betaalrekening van zijn of haar kind. Dit is juist iets wat [voornaam van minderjarige] niet wil. De relatie tussen [voornaam van minderjarige] en zijn moeder is ernstig verstoord en er is op korte termijn geen zicht op contactherstel. [voornaam van minderjarige] verblijft op zijn verzoek op een geheim adres. [voornaam van minderjarige] heeft aan Nidos aangegeven dat hij veel stress ervaart wetende dat zijn moeder er via zijn bankrekening achter kan komen waar hij woont.
3.3.
De rechtbank overweegt als volgt. Naar het oordeel van de rechtbank kan Nidos het voornoemde verzoek niet doen. De rechtbank zal het verzoek van Nidos daarom afwijzen. Immers in de wet zijn specifieke situaties omschreven waarin de GI onder omstandigheden een verzoek tot vervangende toestemming kan doen, zoals paspoort en medisch handelen (artikel 265 h van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW)). Voor bepaalde rechtshandelingen kan de rechtbank op verzoek de GI bepalen dat het gezag wordt overgedragen, zoals kort gezegd inschrijving school, aanvragen verblijfsvergunning en medisch handelen (artikel 1:265 e BW). Voor zover artikel 3:300 BW als grondslag zou kunnen dienen voor het onderhavige verzoek, zijn de hiervoor genoemde speciale artikelen een lex specialis, zodat er voor een eventuele algemene regeling geen ruimte meer is.
3.4.
Wel zal de rechtbank toetsen of een bijzondere curator benoemd kan worden.
3.5.
Ingevolge artikel 1:250 BW kan de rechtbank, een bijzondere curator benoemen om een minderjarige, zowel in als buiten rechte, te vertegenwoordigen. De rechtbank kan dit doen als - in aangelegenheden betreffende de verzorging en opvoeding of het vermogen van een minderjarige - de belangen van (één van) de met het gezag belaste ouders of voogd(en) in strijd zijn met die van de minderjarige. De rechtbank moet beoordelen of zij die benoeming noodzakelijk acht en daarbij in het bijzonder de aard van de belangenstrijd in aanmerking nemen. Benoeming van een bijzondere curator kan plaatsvinden op verzoek van een belanghebbende of ambtshalve.
3.6.
De rechtbank overweegt als volgt. Vaststaat dat [voornaam van minderjarige] een bankrekening nodig heeft. Alle partijen – ook moeder – zijn het hier, gelet op de stukken en het verhandelde ter zitting, over eens. In eerste instantie lijkt er daarom geen sprake te zijn van een (belangen)strijd tussen de moeder (de ouder met gezag) en [voornaam van minderjarige] . De benoeming van een bijzondere curator lijkt op het eerste gezicht niet nodig. Echter ziet het probleem veel meer op de mogelijkheid van de moeder om (als wettelijke vertegenwoordiger) – via de bankrekening van [voornaam van minderjarige] – toegang te krijgen tot zijn persoonlijke gegevens en informatie. Dit is juist iets wat [voornaam van minderjarige] absoluut niet wil. Hij wil geen contact met zijn moeder. [voornaam van minderjarige] is bang dat zijn moeder er via zijn bankrekening achter komt waar hij woont, waar hij werkt en wat hij koopt. Immers, de moeder heeft in beginsel – als wettelijke vertegenwoordiger en als gezag belaste ouder – toegang tot deze gegevens.
Van een belangenstrijd is sprake omdat de moeder – doormiddel van de gegevens en informatie van de bankrekening van [voornaam van minderjarige] – met hem in contact kan komen en [voornaam van minderjarige] dit absoluut niet wil. De relatie tussen [voornaam van minderjarige] en zijn moeder is zeer gespannen. Er is het vermoeden dat op de achtergrond eerwraak speelt. Daarbij heeft de rechtbank mede in aanmerking genomen dat [voornaam van minderjarige] kampt met ernstige psychische problemen (zoals blijkt uit het Raadsrapport van 26 mei 2017). En de traumatische gebeurtenissen in zijn verleden; huiselijk geweld waarvan hij getuige is geweest; het uiteenvallen van zijn familie; de bekering van zijn moeder en broertje naar het Christendom; en de oorlogssituatie in Syrië. Naar het oordeel van de rechtbank is het in [voornaam van minderjarige] en in moeders belang dat [voornaam van minderjarige] zonder betrokkenheid van moeder over een bankrekening kan beschikken. De rechtbank heeft zichzelf de vraag gesteld of het mogelijk wenselijk is dat [voornaam van minderjarige] vrijelijk –zonder controle en toestemming van zijn wettelijke vertegenwoordiger – over zijn bankrekening kan beschikken en of in dat verband handlichting of een andere juridische vorm noodzakelijk is. Deze vraag is niet eenvoudig te beantwoorden, zodat de rechtbank de bijzondere curator daartoe opdracht zal geven.
3.7.
Naar het oordeel van de rechtbank is er sprake van een situatie als bedoeld in artikel 1:250 BW. De rechtbank zal daarom een bijzondere curator over [voornaam van minderjarige] benoemen. Deze onafhankelijke persoon dient [voornaam van minderjarige] in en buiten rechte te vertegenwoordigen op de volgende punten:
  • bij het als vertegenwoordiger van [voornaam van minderjarige] openen van een bankrekening op zijn naam; én;
  • bezien of een verzoek tot handlichting of een andere juridische constructie in het belang van [voornaam van minderjarige] voor zover het zijn bankrekening betreft gewenst is en zo nodig hem daarbij te vertegenwoordigen en namens hem een verzoek daartoe indienen.
3.8.
De bijzondere curator kan, indien zij van mening is dat (één van) de verzoeken in het belang van [voornaam van minderjarige] moet worden geacht, een verzoekschrift bij de rechtbank indienen namens [voornaam van minderjarige] .

4.De beslissing

De rechtbank:
4.1.
wijst af het verzoek van Nidos;
4.2.
benoemt tot bijzondere curator over de minderjarige:
-
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2002 te [geboorteplaats] (Syrië) met het doel en bevoegdheid als in rechtsoverweging 3.7 omschreven,
Mevrouw mr. A.M. Beuwer,
[adres]
[postcode] [vestigingsplaats]
[telefoonnummer]
4.3.
verklaart deze beschikking ten aanzien van het onder 4.2 bepaalde uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.A.A. van Kalveen, rechter, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. L. de Goei op 27 juli 2018.