De zitting van 1 augustus 2018 betrof een regiezitting in de strafzaak waarin aan verzoeker ten laste is gelegd dat hij als bestuurder van een auto een verkeersongeval heeft veroorzaakt na voorafgaand gebruik van alcohol/THC, door te snel te rijden, een rood verkeerslicht te negeren en in botsing te komen met een lijnbus, waardoor twee inzittenden van de auto zijn overleden. Verzoeker heeft betwist dat hij te hard zou hebben gereden en dat hij door rood zou zijn gereden. Hij heeft ter zitting van 1 augustus 2018 de rechtbank verzocht 10 getuigen te horen en ten aanzien van drie punten nader onderzoek te verrichten. De getuigen zijn in de pleitnota met de nummers 1 tot en met 10 aangeduid. De getuigen 1 en 2 kunnen volgens verzoeker verklaren over de snelheid van de auto van verzoeker en over het verkeerslicht. Het verzoek om de getuigen 3 tot en met 7 te horen houdt verband met camerabeelden van Rijkswaterstaat waarop mogelijk de toedracht van het ongeval is te zien. Aanleiding daarvoor is een mededeling van getuige 6 die werkzaam is bij Rijkswaterstaat. Daarnaast zouden de getuigen 4 en 5 kunnen verklaren over de verkeerslichten die op de dagen na het ongeval rond het tijdstip van het ongeval oranje knipperden en op dat tijdstip dus niet werkten volgens verzoeker. De getuigen 8 tot en met 10 zijn betrokken bij het technisch onderzoek van het ongeval en het maken van een ‘verkeersongevallenanalyse’. Daarbij gaat het bij de getuigen 8 en 10 om het onderzoek naar het (overschrijven en veiligstellen van) de logbestanden van de verkeerslichten op de plaats van het ongeval. Verder heeft verzoeker de rechtbank gevraagd nader onderzoek te doen naar de camera’s in de buurt van de plaats van het ongeval, in het bijzonder die van Rijkswaterstaat, naar de werking van de verkeerslichten rond hetzelfde tijdstip op de dagen na het ongeval en naar het gebruik van alcohol/drugs door de buschauffeur van de bus waar verzoeker mee in botsing was gekomen. De rechtbank heeft de getuigenverzoeken en de onderzoekwensen afgewezen, met uitzondering van het onderzoek naar het gebruik van alcohol of drugs door de buschauffeur. De rechtbank heeft de afwijzingen als volgt gemotiveerd:
- de getuigenverklaringen van de getuigen 1 en 2 zijn kort na het ongeluk afgelegd en deze verklaringen worden door elkaar en door de verkeersongevallenanalyse ondersteund;
- getuige 3 heeft tegenover de politie niets over de snelheid van de bus verklaard. Ook dit getuigenverzoek zal, mede gelet op de verkeersongevallenanalyse worden afgewezen;
- hetgeen getuigen 4, 5 en 7 zouden kunnen verklaren gaat over whatsappberichten die door getuige 6, de medewerker van Rijkswaterstaat zouden zijn gestuurd. Getuige 6 zou blijkens die berichten camerabeelden van Rijkswaterstaat van het ongeval hebben gezien. In het dossier zit op pagina 142 een proces-verbaal waaruit blijkt dat er door Rijkswaterstaat geen camerabeelden zijn gemaakt. Getuige 6 heeft zijn rol wellicht interessanter gemaakt dan deze daadwerkelijk was. Gelet op het niet bestaan van de camerabeelden bestaat er geen aanleiding de getuigen 4 tot en met 7 te horen;
- over de getuigenverzoeken 8 tot en met 10 heeft de rechtbank beslist dat met het opmaken van een aanvullend proces-verbaal kan worden volstaan. De rechtbank heeft geconstateerd dat in het dossier op verschillende plekken uitleg wordt gegeven over het al dan niet overschrijven van de logbestanden. De rechtbank geeft de opdracht om één aanvullend proces-verbaal op te maken waarin een overzicht wordt gegeven van de bevindingen over het al of niet overschrijven van de logbestanden.
- de rechtbank is van oordeel dat geen aanvullend proces-verbaal behoeft te worden gemaakt over de in het onderzoek vermelde storingen. Uit het dossier blijkt dat deze storing geen betrekking hebben op de verkeerslichten in de rijrichting van de auto van verzoeker of de rijrichting van de bus
- een nader onderzoek naar camerabeelden van Rijkswaterstaat heeft de rechtbank afgewezen, omdat uit het dossier blijkt dat er van het ongeval geen camerabeelden van Rijkswaterstaat bestaan. De rechtbank geeft wel opdracht om een aanvullend proces-verbaal op te stellen over de mogelijke aanwezigheid van andere camera’s en indien er andere camera’s blijken te zijn en er beelden van die camera’s beschikbaar zijn, zullen deze aan het dossier moeten worden toegevoegd,
- bij de afwijzing van het verzoek om nader onderzoek te verrichten naar de werking van de verkeerslichten heeft de rechtbank er op gewezen dat het gaat om de werking van de verkeerslichten ten tijde van het ongeval, waarover zich in het dossier een uitgebreide analyse bevindt.