ECLI:NL:RBMNE:2018:4107
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen kinderrechter in omgangszaak
In deze wrakingszaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 28 augustus 2018 een beslissing genomen op het verzoek tot wraking van mr. M.A.A. Meer-Siebers, de behandelend kinderrechter in een zaak betreffende de omgangsregeling van de minderjarige dochter van verzoekster en de vader. Het wrakingsverzoek is ingediend door verzoekster op 7 augustus 2018, naar aanleiding van een zitting op 6 augustus 2018 waarbij de vader niet aanwezig was. Verzoekster heeft aangevoerd dat de rechter in strijd met het procesreglement stukken van de vader heeft achtergehouden en dat er sprake is van vooringenomenheid van de rechter ten opzichte van haar. De rechter heeft echter toegelicht dat het hier gaat om een informele rechtsingang voor minderjarigen en dat zij geen kennis mag nemen van eerdere procedures. De wrakingskamer heeft de argumenten van verzoekster beoordeeld en geconcludeerd dat er geen objectieve grond is voor de vrees van partijdigheid. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking ongegrond verklaard en de procedure in de oorspronkelijke stand voortgezet. De beslissing is openbaar uitgesproken op 28 augustus 2018.