ECLI:NL:RBMNE:2018:2554
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Beslissing over wrakingsverzoek in civiele procedure met betrekking tot onpartijdigheid van de rechter
Op 5 juni 2018 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland een beslissing genomen op het wrakingsverzoek van verzoeker, vertegenwoordigd door mr. M. Heeren. Het wrakingsverzoek was ingediend op 9 mei 2018 en betrof de onpartijdigheid van de rechter in een civiele procedure. Verzoeker stelde dat hij op de rolzitting niet in de gelegenheid was gesteld om een inhoudelijke reactie te geven, wat volgens hem de beginselen van een eerlijk proces zou schenden. De wrakingskamer heeft de procedure openbaar behandeld op 22 mei 2018, maar geen van de partijen was aanwezig.
De wrakingskamer heeft in haar beoordeling gekeken naar artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat de mogelijkheid biedt om een rechter te wraken op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De wrakingskamer concludeerde dat er geen bewijs was dat de behandelend rechter of rolrechter betrokken was bij de gang van zaken zoals beschreven door verzoeker. Er was geen sprake van een beslissing door een rechter die de onpartijdigheid in twijfel zou kunnen trekken.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk verklaard. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak. De procedure van verzoeker met rolnummer 6756238 UC EXPL 18-3254 zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond op het moment van de schorsing door het wrakingsverzoek.