4.3Het oordeel van de rechtbank
Een proces-verbaal informatief gesprek zeden met [aangeefster] van 15 december 2015
[..] [verdachte] zei dat hij haar kon begeleiden in de [locatie] op [woonplaats] [..]
[..]hij masseerde haar[..]borsten.[..] [verdachte] vingerde en likte haar vagina.[..]
Bijlage bij een proces-verbaal informatief gesprek zeden van 15 december 2015, inhoudende een facebookbericht van 4 november 2015 van verdachte aan aangeefster
[..]ik heb echt heel veel spijt van hoe ik onze vriendschap heb misbruikt en ik schaam me voor wat ik je heb aangedaan. Ik had dat nooit mogen doen. We zijn nu 10 jaar verder[..]
Een proces-verbaal van verhoor aangever van 7 januari 2016
[..]Vr: Wat deed hij bij je borsten?
A: Hij ging eroverheen strelen. Ik denk over mijn beide borsten[..]
Vr:[..]hij je vagina begon te strelen, met zijn vingers bij je vagina naar binnen ging, [..]waarbij hij soms ook zijn tong in je vagina drukte. Daarna combineerde hij dit met zijn vingers. Klopt dat wat ik voorlees?A: Hmmhum dat is een ja.[..]
Vr: Hoe ver ging hij met zijn vinger(s) in jouw vagina?A: Helemaal zijn vingers erin.[..]
Bijlage bij een proces-verbaal van bevindingen van 17 juni 2016, inhoudende een e-mail van 3 mei 2016 van [aangeefster] aan [A] met bijlagen
[..]Opmaat 7 juni (Voorspeelavond 5 juni 2007)[..]
[..]Foto uit agenda, hierin staat geschreven dat ik verkering gekregen heb met [getuige 2] op 18 februari 2007[..]
[..]weet ik nu dat het voorval[..]heeft plaatsgevonden tussen 18 februari 2007 en 5 juni 2007. Dit weet ik omdat ik tijdens het voorval sowieso verkering had met [getuige 2] [..]en omdat het tijdens het oefenen voor de voorspeelavond is gebeurd[..]
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 18 juni 2016
[…] Vr: wat heeft [aangeefster] aan jou verteld over dit gebeuren (de rechtbank begrijpt: tussen [verdachte] en [aangeefster] )
[..]
[..]Dat [verdachte] haar gevingerd had en dat hij ook met zijn tong erbij was geweest.V: Weet jij dan waarbij?
A: ja bij haar vagina[..]
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] van 25 juli 2016
[…] Vr: wanneer hebben jullie, [aangeefster] en jij, elkaar leren kennen?
[..]dat wij 18 februari 2007 verkering hebben gekregen.[..]
[..] [verdachte] [aangeefster] zou begeleiden[..]voor die voorspeel-avond op 5 juni 2007. Klopt dat?
A: ja.[..]
[..]had [verdachte] zijn handen, tijdens het masseren via haar borsten naar beneden laten gaan[..]Hierna liet [verdachte] zijn handen nog verder naar beneden glijden naar haar vagina[..]heeft [verdachte] haar vagina gelikt en haar met zijn tong en zijn vingers gepenetreerd.[..]
[..]Wanneer heb je [verdachte] ‘ter verantwoording’ geroepen?
A: Diezelfde zaterdag[..]
[..]A: Ik heb [verdachte] gevraagd of hij [aangeefster] had betast en gelikt heeft en daar heeft hij JA op gezegd.[..]
Bijlage bij een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] van 25 juli 2016
[..]Later had [aangeefster] contact gezocht met [C] [..]en verteld wat [verdachte] haar had aangedaan en zijn we met elkaar in gesprek gegaan [..] [C] vertelde dat [verdachte] diep berouw had van wat hij [aangeefster] en mij had aangedaan[..]
Verklaringen aangeefster en getuigen
Aangeefster heeft geruime tijd na het voorval aangifte gedaan. Desondanks heeft zij uitgebreide en gedetailleerde verklaringen afgelegd bij de politie. De rechtbank stelt vast dat de verklaringen van aangeefster inhoudelijk niet alleen op hoofdlijnen maar ook op detailniveau voldoende met elkaar overeenkomen en consistent zijn.
De rechtbank stelt voorts vast dat de verklaringen van aangeefster bevestiging vinden in de verklaringen van derden. Aangeefster heeft namelijk haar verhaal kort na het voorval aan getuige [getuige 2] en getuige [getuige 1] verteld. Dit deed zij ondanks dat het voorval voor haar – gelet op de (muzikale) verhouding tussen verdachte en aangeefster, de leeftijd van aangeefster destijds en de gemeenschap waar zowel aangeefster als verdachte onderdeel van uit maakten – zeer beschamend en belastend was. De verklaringen die getuige [getuige 2] en [getuige 1] vervolgens (een lange tijd later) bij de politie hebben afgelegd komen inhoudelijk zowel op hoofdlijnen als op detailniveau overeen en zijn consistent met de verklaringen van aangeefster. De rechtbank ziet daarom geen reden om te twijfelen aan de juistheid van voornoemde afgelegde verklaringen. De rechtbank neemt daarbij ook in ogenschouw dat getuige [getuige 2] heeft verklaard dat hij verdachte heeft geconfronteerd met het voorval. Zijn zeer gedetailleerde beschrijving van deze confrontatie komt de rechtbank authentiek over.
Leeftijd aangeefster
De rechtbank stelt vast dat op 5 juni 2007 een voorspeelavond heeft plaatsgevonden en dat verdachte aangeefster in de aanloop naar die voorspeelavond heeft begeleid. Daarnaast heeft aangeefster verklaard dat het voorval heeft plaatsgevonden toen zij een relatie had met haar toenmalige vriend [getuige 2] . Aangeefster heeft op basis van haar oude agenda geconcludeerd dat zij op 18 februari 2007 verkering met hem kreeg. Getuige [getuige 2] heeft het voorgaande bevestigd. De rechtbank trekt hieruit de conclusie dat het tenlastegelegde heeft plaatsgevonden in de periode 18 februari 2007 tot en met 5 juni 2007. Nu aangeefster is geboren op 4 september 1991, was aangeefster toen 15 jaar oud. Het verweer van de verdediging dat aangeefster 16 jaar was ten tijde van het plegen van het feit wordt hierdoor weerlegd.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat zijn vader op [juni] 2007 is overleden en dat hij daarom in die periode niet veel andere dingen heeft gedaan dan zijn werk. Deze omstandigheid weerspreekt het bovenstaande echter niet en doet daar niks aan af. Dit geldt temeer nu zowel aangeefster als getuige [getuige 2] hebben verklaard dat verdachte in de aanloop naar de voorspeelavond werd begeleid door verdachte.
Vrijspraak ten aanzien van primair
De rechtbank is van oordeel dat op basis van het dossier niet kan worden vastgesteld dat [aangeefster] in staat van bewusteloosheid, verminderd bewustzijn of lichamelijke onmacht verkeerde, dan wel aan een zodanig gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van haar geestvermogens leed dat zij niet of onvolkomen in staat was om haar wil te bepalen, kenbaar te maken of weerstand te bieden. De rechtbank acht daarom niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair aan hem ten laste gelegde heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken.
Bewezenverklaring ten aanzien subsidiair
De rechtbank is gelet op het voorgaande van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van ontuchtige handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van de toen 15-jarige [aangeefster] , zoals subsidiair ten laste is gelegd.