Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 12 juli 2017,
- de aanvullende productie 17 van [eiser] ,
- de aanvullende productie 21 van ASR,
- het proces-verbaal van comparitie, gehouden op 13 september 2017.
2.Het geschil en de beoordeling daarvan
De uitkering bedraagt bij een arbeidsongeschiktheid van 65-80% 75% van de verzekerde jaarrente”, waarbij de omvang van de uitkering alleen is gekoppeld aan de mate van arbeidsongeschiktheid. Over inkomstenderving wordt immers niets vermeld. De rechtbank overweegt dat [eiser] daarbij echter uitgaat van een onjuiste definitie van het begrip arbeidsongeschiktheid. Blijkens artikel 4 van de polisvoorwaarden zijn voor arbeidsongeschiktheid in de zin van de polis immers niet alleen de beperkingen relevant, maar ook de mogelijke aanpassing van werkzaamheden en werkomstandigheden en taakverschuivingen. Daardoor wordt de hoogte van de uitkering wel degelijk beïnvloed door de mate van het verlies van inkomen, en moet dus worden geconcludeerd dat de verzekering een schadeverzekering is. Dat ASR [eiser] niet om inkomensgegevens heeft verzocht toen hij in 2009 enige tijd arbeidsongeschikt was, en evenmin in 2012, toen hij uitviel met rugklachten, maakt het voorgaande ook niet anders, omdat de verzekering een speciale regeling kent voor de eerste periode van arbeidsongeschiktheid, het zogenoemde eerstejaarsrisico (zie rubriek A in de polisvoorwaarden). Uit deze polisvoorwaarden blijkt dat de inkomensderving pas relevant wordt als de arbeidsongeschiktheid langer dan een jaar duurt. Bij [eiser] was dat in 2013 het geval.
de uitkering op dat moment gelijk bleef. En in de brief van 21 juli 2015 staat dat uit de ontvangen jaarcijfers bleek dat er
geen sprake was van inkomstenderving, wat formeel betekende dat er
geen recht was op een uitkering, maar dat gebleken was dat die cijfers nog niet compleet waren en dat in afwachting van de volledige gegevens voorlopig de bestaande mate van arbeidsongeschiktheid werd gehandhaafd.)
3.De beslissing
- € 131,00 aan salaris advocaat, vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis, vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na betekening.