4.3.2Het oordeel over het onder 2 tenlastegelegde
Op 17 mei 2017 heeft een doorzoeking plaatsgevonden in de garageboxen gelegen aan [adres] en [adres] te [woonplaats] waarbij goederen in beslag zijn genomen.
Op 19 mei 2017 is een onderzoek ingesteld naar de partij verdovende middelen die in beslag is genomen op het adres [adres] (
de rechtbank begrijpt: [adres] )te [woonplaats] .
De partij verdovende middelen had onder andere de volgende nummers:
- SIN: AAJY2609NL, Relatie met SIN: AAJY1621NL
- SIN: AAJY2610NL
- SIN: AAJY2611NL, Relatie met SIN: AAJY1613NL
- SIN: AAJY2614NL
- SIN: AAJY2615NL
- SIN: AAJY2617NL
- SIN: AAJY2620NL
- SIN: AAJY2604NL, Relatie met SIN: AAJY1614NL
- SIN: AAJY2605NL
- SIN: AAJY2606NL
Het Nederlands Forensisch Instituut heeft een aantal monsters van de verdovende middelen getest. Uit onderzoek is komen vast te staan dat de monsters met de navolgende
SIN-nummers, cocaïne bevatten: AAJY1621NL, AAJY1614NL, AAJY1613NL, AAJY2610NL, AAJY2614NL, AAJY2615NL, AAJY2617NL, AAJY2620NL, AAJY2605NL en AAJY2606NL.Cocaïne is vermeld op lijst I, behorende bij de Opiumwet.
Getuige [getuige 2] heeft verklaard dat hij eigenaar is van de garageboxen gevestigd aan het [adres] en [adres] in [woonplaats] en dat hij deze garageboxen verhuurde aan [verdachte] .De aanvang van de huur en het gebruik van [adres] is 28 mei 2015 en de aanvang van de huur en het gebruik van [adres] is omstreeks 1 juli 2015.
Op 17 mei 2017 heeft een buurtonderzoek plaatsgevonden op het [plein] . Bewoonster [getuige 2] verklaarde dat zij een Turkse man had gesproken die daar twee garageboxen had. De Turkse man had verteld dat hij in kleding handelde. [getuige 2] heeft verklaard dat de Turkse man stiekem deed, omdat hij zijn garagedeur telkens op een kier deed wanneer er mensen bij hem kwamen en dan weer snel de garagedeur dichtdeed. De man reed in een grijze, kleine auto.
[getuige 2] heeft verklaard dat zij op de dag van de inval door de politie zag dat de Turkse man in zijn grijze auto aan kwam rijden en dat hij er snel vandoor ging toen hij de politie bij de garageboxen zag.
Verdachte heeft verklaard dat hij huurder is van de garageboxen en dat hij op de dag van de inval in de buurt van de garageboxen is geweest. Verdachte heeft voorts ter zitting verklaard dat hij af en toe gebruik maakte van de zilvergrijze auto van zijn vader
(de rechtbank begrijpt de Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] )en dat hij handelt in kleding.
Verbalisant [verbalisant] heeft verklaard dat hij op 17 mei 2017 aanwezig was op het [plein] te [woonplaats] in verband met een doorzoeking van twee garageboxen. Verbalisant werd aangesproken door een onbekend gebleven persoon die hij persoon 1 noemt. Persoon 1 verklaarde dat zij in de directe omgeving van de garageboxen woonde. Verbalisant hoorde deze persoon zeggen dat de garageboxen waar de politie onderzoek deed, behoorde bij één en dezelfde man. Dit was een man van buitenlandse afkomst, met een baardje. Persoon 1 heeft verklaard dat ze deze man gemiddeld één à twee keer per dag ziet bij de garageboxen en dat de man dit ongeveer anderhalf jaar doet. De man gaat het vaakst naar de rechter garagebox. De man gaat de garagebox via de garagedeur naar binnen en doet deze deur altijd direct achter zich dicht. Persoon 1 heeft verklaard dat ze deze man in de ochtend had gezien op het [plein] en dat de man bij het zien van de politie direct weer is weggereden.
Verbalisant [verbalisant] heeft verklaard dat hij werd aangesproken door persoon 2.
Persoon 2 verklaarde dat zij in de directe omgeving van de garageboxen woont.Persoon 2 heeft verklaard dat vrijwel altijd dezelfde persoon bij de garageboxen komt waar de politie
onderzoek deed. Dit was een gezette man met een baardje en deze man rijdt in een grijze Volkswagen Polo. Deze man komt al meer dan één jaar bij de garageboxen en persoon 2 heeft hem meerdere keren per dag bij de boxen gezien. Zij had de man het vaakst naar de linker garagebox zien gaan en ze had hem kleding zien uitladen bij de rechter garagebox. Persoon 2 heeft gezien dat deze man naar binnenging bij de garagebox en daarna de garagebox direct achter zich sloot.
Bewijsoverweging
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte op 17 mei 2018 een hoeveelheid cocaïne aanwezig heeft gehad. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
De rechtbank stelt vast dat verdachte huurder was van de garageboxen gelegen aan het [adres] en [adres] in [woonplaats] waar op 17 mei 2017 door de politie een inval is gedaan. In garagebox [nummer] is onder andere een hoeveelheid cocaïne aangetroffen. Verdachte heeft ter terechtzitting van 9 april 2018 voor het eerst verklaard dat hij de garagebox, gelegen aan het [adres] , had onderverhuurd aan een derde en dat hij geen gebruiker was van deze garagebox. De rechtbank acht deze verklaring van verdachte niet aannemelijk, nu verdachte zich zowel bij de politie als bij de rechter-commissaris en in de raadkamer heeft beroepen op zijn zwijgrecht en pas ter terechtzitting een verklaring heeft afgelegd, die niet voldoende concreet of specifiek is, aangezien verdachte heeft aangegeven dat hij de naam van de persoon, aan wie hij de garagebox [plein] zou hebben onderverhuurd, niet wil noemen. Daarnaast beschikt verdachte niet over documentatie/ stukken waaruit zou kunnen worden opgemaakt dat verdachte de garagebox [nummer] onderverhuurde aan een derde.
De rechtbank merkt daarbij op dat op basis van het dossier geen concrete aanknopingspunten kunnen worden gevonden dat een ander dan verdachte, structureel gebruikmaakte van de garagebox [nummer] gelegen aan het [plein] . Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat buurtbewoners hebben verklaard dat zij het afgelopen jaar één persoon hebben gezien die de deuren van de garageboxen [nummer] en [nummer] openmaakte en dat deze persoon meerdere malen per dag bij de garageboxen kwam. Deze persoon reed in een grijze auto. De buurtbewoners verklaren verder dat zij deze persoon bij de linker dan wel de rechter garagebox hebben gezien. Deze persoon zou aan één van de buurtbewoners hebben verklaard dat hij in kleding handelde, wat overeenkomt met de verklaring van verdachte dat hij handelt in kleding en hetgeen eveneens blijkt uit stukken van de Kamer van Koophandel. Enkele buurtbewoners hebben verklaard dat deze persoon de deur van de garagebox direct achter zich dichtdeed, nadat hij de garagebox in was gegaan.
Verdachte past voorts in het signalement dat de buurbewoners hebben gegeven en maakte gebruik van een grijze Volkswagen. Daar komt bij dat getuige [getuige 2] heeft verklaard dat zij de Turkse man van de twee garageboxen waarover zij heeft verklaard op de dag van de inval door de politie heeft zien aan komen rijden, maar dat hij er snel vandoor ging toen hij de politie zag en dat verdachte heeft verklaard dat hij die dag in de buurt van de garageboxen is geweest.
Op basis van het bovenstaande concludeert de rechtbank dat verdachte naast de huurder ook de gebruiker was van de garageboxen [nummer] en [nummer] en dat hij cocaïne aanwezig heeft gehad in garagebox [nummer] .
De rechtbank is van oordeel dat zich in het dossier onvoldoende bewijs bevindt waaruit blijkt dat verdachte zich tevens bezig heeft gehouden met de bereiding, verwerking dan wel met de verkoop of vervoer van cocaïne, zodat hij daar van zal worden vrijgesproken.